alarm YAMAHA TRICITY 300 2021 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2021, Model line: TRICITY 300, Model: YAMAHA TRICITY 300 2021Pages: 112, PDF Size: 15.05 MB
Page 37 of 112
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
5-9
5
DAU1234R
StuurschakelaarsLinks Rechts
DAU54203
Dimlichtschakelaar/lichtsi
gnaalschakel
aar “ / /PASS”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
Als u een grootlichtsignaal wilt geven, drukt
u de schakelaar omlaag naar “PASS” terwijl
de koplampen op dimlicht staan.
DAU12461
Richtin gaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich-
tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU89273
Stahulpschakelaar “ ”
Druk om de stahulp in te schakelen één
keer op de schakelaar wanneer het contro-
lelampje van de stahulp knippert.
1. Stahulpschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar/lichtsignaalschakelaar “ / /PASS”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
4. Claxonschakelaar “ ”12
3
4
1. Stop/Run/Start-schakelaar / / Ž
2. Schakelaar alarmverlichting Ž
3.
12
3
UBEDD0D0.book Page 9 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 38 of 112
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
5-10
5
Druk twee keer op de schakelaar om de
stahulp uit te schakelen.
DAU54213
Stop/Run/Start-schakelaar “ / / ”
Om de motor te starten met de startmotor,
zet u deze schakelaar op “ ” en drukt u de
schakelaar vervolgens omlaag naar “ ”.
Zie pagina 7-2 voor startinstructies voordat
u de motor start.
Zet deze schakelaar op “ ” om de motor
direct uit te schakelen in een noodgeval,
zoals wanneer de machine omslaat of als
de gaskabel blijft hangen.
DAU79500
Schakelaar alarmverlichtin g“”
Met het contactslot in de stand “ON” kunt
u met deze schakelaar de alarmverlichting
inschakelen (gelijktijdig knipperen van alle
richtingaanwijzers).
De alarmverlichting wordt gebruikt in een
noodgeval of om andere verkeersdeelne-
mers te waarschuwen als uw machine stil-
staat in een mogelijk gevaarlijke
verkeerssituatie.
LET OP
DCA10062
Ge bruik de alarmverlichtin g niet g ed u-
ren de lan gere tij d als d e motor niet
d raait om dat hier door de accu kan ont-
la den.
DAU88941
Schakelaar “SEL/RES”
Deze schakelaar wordt gebruikt om instel-
lingen en weergaven te wijzigen in de mul-
tifunctionele meter. Zie pagina 5-3 voor
meer informatie.
Als u de schakelaar “SEL” wilt gebruiken,
draait u de schakelaar “SEL/RES” in de
richting (a). Als u de schakelaar “RES” wilt
gebruiken, draait u de schakelaar
“SEL/RES” in de richting (b).
DAU12902
Voorremhen delDe voorremhendel bevindt zich aan de
rechterzijde van het stuur. Trek deze hendel
naar de gasgreep toe om de voorrem te be-
krachtigen.
1. Schakelaar “SEL/RES”
1(a)
(b)
1. Voorremhendel
1
UBEDD0D0.book Page 10 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 58 of 112
Gebruik en belan grijke rij-informatie
7-4
7
DAU16821
Tips voor een zuini g b ran dstof-
ver bruikHet brandstofverbruik is vooral afhankelijk
van uw rijstijl. Hierna volgen enkele tips om
het brandstofverbruik te verlagen:
Voer het motortoerental tijdens acce-
lereren niet te hoog op.
Voer het toerental niet te hoog op ter-
wijl de motor onbelast draait.
Laat de motor niet langdurig stationair
draaien maar zet hem af (bijvoorbeeld
in files, bij stoplichten of bij spoorweg-
overgangen).
DAU89300
ParkerenAls u de machine parkeert, schakel dan de
machinevoeding uit en zet de machine op
de zijstandaard of middenbok. Bekrachtig
de parkeerrem en schakel dan de Smart-
sleutel uit.
WAARSCHUWING
DWA21020
Schakel alvorens van de machine te
stappen de machinevoe din g uit en b e-
krachti g d e parkeerrem.OPMERKINGZelfs als de machine is geparkeerd op een
locatie die wordt afgescheiden door een
hek of een glazen ruit, kunnen andere per-
sonen de motor starten en de machine be-
dienen als de Smart-sleutel zich binnen het
bereik bevindt. Schakel de Smart-sleutel uit
wanneer u de machine achterlaat. (Zie pa-
gina 3-4.)Als de zijstandaard omlaag wordt gezet ter-
wijl de motor draait, slaat de motor af en
klinkt de zoemer gedurende ongeveer 1 mi-
nuut. Zet om de zoemer te stoppen de ma-
chinevoeding uit of zet de zijstandaard
omhoog.
OPMERKING Zet alvorens de machine achter te la-
ten altijd het contactslot op “OFF”
of “ ”. Als u dit nalaat, kan de accu
ontladen raken.
De alarmzoemer voor de zijstandaard
kan zo worden ingesteld dat deze niet
wordt geactiveerd. Neem contact op
met uw Yamaha dealer.
WAARSCHUWING
DWA10312
De motor en het uitlaatsysteem
kunnen zeer heet wor den, parkeer
d us op een plek waar voet gan gers
of kin deren niet g emakkelijk met
d eze on der delen in aanrakin g kun-
nen komen en bran dwon den kun-
nen oplopen.
Parkeer nooit op een hellin g of een
zachte on der gron d, hier door kan
d e machine kantelen met mo gelijk
b ran dstoflekka ge en b rand tot g e-
vol g.
Parkeer niet nab ij gras of an dere
b ran dbare materialen die vlam zou-
d en kunnen vatten.
UBEDD0D0.book Page 4 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 91 of 112
Periodiek on derhoud en afstelling
8-33
8
DAU89081
De zekerin gen vervan genDe hoofdzekeringhouder en de kastjes met
zekeringen voor afzonderlijke circuits be-
vinden zich achter paneel A. (Zie pagina
8-9.)OPMERKINGOm toegang te krijgen tot de hoofdzekering
verwijdert u de kap van het startmotorrelais
zoals getoond.
Vervang een zekering als volgt als deze is
doorgebrand.
1. Schakel het contactslot uit en schakel het betreffende elektrische circuit uit.
2. Verwijder de doorgebrande zekering
en breng een nieuwe zekering met de
voorgeschreven ampèrewaarde aan.
WAARSCHUWING! Ge bruik geen
zekerin gen met een ho gere ampe-
ra ge dan aan bevolen om ernsti ge
scha de aan het elektrische systeem
en mo gelijk bran d te voorkomen.
[DWA15132]
1. Kap van startmotorrelais
2. Reservehoofdzekering
3. Hoofdzekering
2 2
3 2
3
1
1. Backup-zekering
2. Zekering radiatorkoelvinmotor
3. Zekering ontstekingssysteem
4. Zekering ABS-regeleenheid
5. Zekering signaleringssysteem
6. Zekering handvatverwarming
7. Reservezekering
8. Koplampzekering
9. Zekering ABS-motor
10.Zekering van de ABS-solenoïdeklep
11.Zekering alarmverlichtingssysteem
12.Circuitzekering aansluitcontact voor acces- soires
13.Antwoordzekering
14.Accuzekering stahulp
15.Stahulpzekering
14157
910111213
7
123465
7
8
UBEDD0D0.book Page 33 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 92 of 112
Periodiek on derhou d en afstelling
8-34
8
3. Schakel het contactslot in en schakel
het betreffende elektrische circuit in
om te zien of de apparatuur werkt.
4. Als de zekering direct opnieuw door- brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
DAUN2261
Voertui gverlichtin gDit model is uitgerust met LED-lampen
voor de koplampen, parkeerlichten en het
remlicht/achterlicht. Als een lamp niet gaat
branden, controleer dan de zekeringen en
laat vervolgens een Yamaha dealer de ma-
chine controleren.LET OP
DCA16581
Plak geen kleurfolie of stickers op de
koplamplens.
Voor geschreven zekerin gen:
Hoofdzekering:
20.0 A
Zekering handvatverwarming: 7.5 A
Koplampzekering: 7.5 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem: 7.5 A
Zekering radiatorkoelvin: 7.5 A
Backup-zekering:
7.5 A
Circuitzekering alarmverlichtingssy-
steem:
7.5 A
Zekering ABS-regeleenheid: 7.5 A
Zekering ABS-motor: 30.0 A
Zekering van de ABS-solenoïde-
klep: 20.0 A
Antwoordzekering:
2.0 A
Circuitzekering aansluitcontact voor
accessoires:
2.0 A
Stahulpzekering: 7.5 A
Accuzekering stahulp: 20.0 A
1. Koplamp
2. Parkeerlicht
1 1 1
2 2
UBEDD0D0.book Page 34 Monday, October 12, 2020 8:10 AM
Page 109 of 112
12-1
12
Index
AAandachtspunten voor veilig rijden ........ 1-5
ABS....................................................... 5-13
ABS-waarschuwingslampje.................... 5-2
Accu ..................................................... 8-31BBalhoofdlagers, smeren ....................... 8-31
Banden ................................................. 8-21
Batterij van Smart-sleutel, vervangen .... 3-6
Bereik van het Smart-sleutelsysteem ..... 3-2
Bougie, controleren .............................. 8-10
Brandstof .............................................. 5-16
Brandstofniveaumeter ............................ 5-4
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 7-4CClaxonschakelaar ................................... 5-9
Contactslot ............................................. 3-7
Controlelampje grootlicht ....................... 5-1
Controlelampje parkeerrem .................... 5-1
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 5-1
Controlelampje Smart-sleutelsysteem ... 5-3
Controlelampjes richtingaanwijzers........ 5-1
Controlelampje stahulp .......................... 5-2
Controlelampje tractieregeling ............... 5-2DDe motor starten..................................... 7-2
Diagnosestekker ................................... 11-2
Dimlichtschakelaar/ lichtsignaalschakelaar .......................... 5-9EEindoverbrengingsolie .......................... 8-14
FFilterbus ............................................... 8-11GGasgreep en gaskabel, controleren en smeren .......................................... 8-28
Gelijkstroom aansluitcontact voor
accessoires ........................................ 5-20
Gereedschapsset ................................... 8-2
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen .......................................... 8-35
Gloeilamp van kentekenverlichting, vervangen .......................................... 8-35IIdentificatienummers............................ 11-1
Inrijperiode ............................................. 7-1KKabels, controleren en smeren ............ 8-27
Klepspeling .......................................... 8-21
Klok ........................................................ 5-5
Koelvloeistof......................................... 8-15LLuchtfilter en luchtfilterelementen in de V-snaarbehuizing .......................... 8-17MMatkleur, let op ...................................... 9-1
Middenbok en zijstandaard,
controleren en smeren ....................... 8-29
Modelinformatiesticker......................... 11-1
Motorolie en oliefilterelement ............... 8-12
Motor raakt oververhit .......................... 8-39
Multifunctioneel display ......................... 5-5
Multifunctionele meter ........................... 5-3NNoodmodus ......................................... 8-40
OOnderhoud.............................................. 9-1
Onderhoud en smering, periodiek .......... 8-4
Onderhoud, uitstootcontrolesysteem ..... 8-3
Opbergcompartiment ........................... 5-18PPaneel, verwijderen en aanbrengen ....... 8-9
Parkeerrem, controleren ....................... 8-24
Parkeerremhendel ................................ 5-12
Parkeren ................................................. 7-4
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................. 8-36RRegistratie van gegeve ns, voertuig ...... 11-2
Remhendel, achter ............................... 5-11
Remhendels, smeren ............................ 8-28
Remmen ................................................. 7-3
Rempedaal............................................ 5-11
Rempedaal, controleren en smeren ..... 8-29
Remvloeistofniveau, controleren .......... 8-25
Remvloeistof, verversen ....................... 8-27
Richtingaanwijzerschakelaar .................. 5-9SSchakelaar alarmverlichting.................. 5-10
Schakelaar SEL/RES ............................ 5-10
Schokdemperunits, afstellen ................ 5-20
Serienummer motorblok ....................... 11-1
Sleutel, Smart- en mechanische sleutels gebruiken ................................ 3-3
Smart-sleutel .......................................... 3-4
Smart-sleutelsysteem ............................. 3-1
Smart-sleutelsysteem, probleemoplossing ............................. 8-37
Snelheidsmeter ....................................... 5-4
UBEDD0D0.book Page 1 Monday, October 12, 2020 8:10 AM