ESP YAMAHA XT1200Z 2019 Instructieboekje (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2019, Model line: XT1200Z, Model: YAMAHA XT1200Z 2019Pages: 118, PDF Size: 3.78 MB
Page 33 of 118
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-19
3
6. Druk op de menuschakelaar “MENU”
om terug te keren naar het hoofd-
scherm van de instelmodus.
Alle weergave-items terugstellen
1. Gebruik de selectieschakelaar om “All Reset” te markeren.
2. Druk op de menuschakelaar “MENU”.
3. Gebruik de selectieschakelaar om “YES” te markeren en druk vervolgens
op de menuschakelaar “MENU”.
OPMERKING
De kilometerteller en de klok worden niet
teruggesteld.
DAU49433
D-mo de (rijmo dus)
D-mode is een elektronisch geregeld mo-
torprestatiesysteem met twee modusse-
lecties (toermodus “T” en sportmodus “S”).
Druk de rijmodusschakelaar “MODE” in om
te wisselen tussen de modi. (Zie pagina
3-21 voor uitleg over de rijmodusschake-
laar.)
OPMERKING
Maak uzelf vertrouwd met de werking van
D-mode en de rijmodusschakelaar MODE
alvorens het systeem te gebruiken.
Toermo dus “T”
De toermodus “T” is geschikt voor verschil-
lende rijsituaties.
Deze modus biedt een soepel rijgedrag van
het lage- tot het hogetoerenbereik.
Sportmo dus “S”
Vergeleken met de toermodus biedt deze
modus een sportievere motorrespons in
het lage- en middelhogetoerenbereik.
MENU
Maintenance
Time Trip
Unit
Display
Brightness
Clock
All Reset
All Reset
YES
NO
1. Rijmodusschakelaar “MODE”
M ODE
STOP
RUNSTA R
T
1
UBP8D1D0.book Page 19 Wedne sday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 42 of 118
Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-28
3OPMERKING
Deze markering geeft de aanbevolen
brandstof voor dit voertuig aan zoals
gespecificeerd in de Europese voor-
schriften (EN228).
Controleer bij het tanken of het vulpi-
stool dezelfde markering draagt.
Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het
gebruik van loodvrije superbenzine met een
octaangetal van RON 95 of hoger. Als de
motor gaat detoneren (pingelen), gebruik
dan benzine van een ander merk. Door
loodvrije benzine te gebruiken gaan bou-
gies langer mee en blijven de onderhouds-
kosten beperkt.
Gasohol
Er bestaan twee typen gasohol: gasohol
met ethanol en gasohol met methanol.
Gasohol met ethanol kan worden gebruikt,
mits het ethanolgehalte niet hoger is dan
10% (E10). Gasohol met methanol wordt
niet aangeraden door Yamaha aangezien
deze schade kan toebrengen aan het
brandstofsysteem of problemen kan ople-
veren met de voertuigprestaties.
DAU79161
Overloopslan g b ran dstoftank
OPMERKING
Zie pagina 6-11 voor informatie over de be-
luchtingsslang.
Alvorens de motorfiets te gebruiken:
Controleer de aansluiting van de over-
loopslang van de brandstoftank.
Controleer de overloopslang van de
brandstoftank op scheuren of bescha-
diging en vervang deze indien nodig.
Controleer of het uiteinde van de over-
loopslang van de brandstoftank niet
verstopt is en reinig indien nodig.
Zorg dat de overloopslang van de
brandstoftank buiten het stroomlijn-
paneel is geplaatst.
E5E10
1. Overloopslang brandstoftank
1
UBP8D1D0.book Page 28 Wedne sday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 46 of 118
Functies van instrumenten en bed iening selementen
3-32
3
DAU58982
Kuipruit
Al naar gelang de voorkeur van de bestuur-
der kan de kuipruit in vier verschillende
standen worden gezet.
De kuipruithoo gte aanpassen
1. Draai de stelknop van de kuipruit- hoogte aan beide zijden van de kuip-
ruit terug totdat weerstand voelbaar
is. LET OP: Draai de knop niet voor-
b ij het punt waarop weerstan d voel-
b aar wor dt. Hier door kan d e knop
b eschad igd raken.
[DCA20211]
2. Trek de schuifplaathouders naar bui-
ten en stel dan de kuipruithoogte af.
3. Lijn de schuifplaathouders op de ge- wenste positie uit met de merktekens.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de schuifplaathou-
ders aan beide zijden van de kuipruit
zijn uitgelijnd met de merktekens op
dezelfde hoogte.
Zorg ervoor dat het uitsteeksel op elke
schuifplaathouder in het correspon-
derende gat in de schuifplaat valt.
4. Draai de stelknoppen vast.
1. Stelknop kuipruithoogte
1. Schuifplaathouder
1
1
1. Referentiemerkteken
2. Schuifplaat
2
1
UBP8D1D0.book Page 32 Wedne sday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 55 of 118
Voor uw veilighei d – controles voor het rij den
4-1
4
DAU63441
Inspecteer uw machine voor elk gebruik om te waarborgen dat deze in een veilige werken-
de staat is. Volg altijd de schema’s en procedures voor inspectie en onderhoud in de ge-
bruikershandleiding.
WAARSCHUWING
DWA11152
Onvol doen de inspectie of on derhou d van de machine ver groot het risico op on geval
of scha de. Rij d niet met de machine als u een pro bleem he bt g evon den. Als een pro-
b leem niet kan wor den op gelost via d e procedures in d eze handleid ing, laat de ma-
chine dan nazien d oor een Yamaha dealer.
Controleer voor het gebruik van deze machine de volgende punten:
ITEM CONTROLESPAGINA
Bran dstof • Controleer het brandstofniv
eau in de brandstoftank.
• Vul indien nodig brandstof bij.
• Controleer de brandstofleiding op lekkage.
• Controleer de tankoverloopslang op obstakels, scheu- ren of beschadiging en controleer de slangaansluiting. 3-27,
3-28
Motorolie • Controleer het olieniveau in de motor.
• Vul indien nodig het aanbevolen type olie bij tot aan het
voorgeschreven niveau.
• Controleer de machine op olielekkage. 6-11
Car danolie • Controleer de machine op olielekkage. 6-15
Koelvloeistof • Controleer het koelvloeistofniveau in het reservoir.
• Vul indien nodig de aanbevolen koelvloeistof bij tot aan
het voorgeschreven niveau.
• Controleer het koelsysteem op lekkage. 6-16
Voorrem • Controleer de werking.
• Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan
een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluch-
ten.
• Controleer de remblokken op slijtage.
• Vervang indien nodig.
• Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
• Vul indien nodig het voorgeschreven type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven niveau.
• Controleer het hydraulisch systeem op lekkage. 6-24,
6-25
Achterrem • Controleer de werking.
• Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan
een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluch-
ten.
• Controleer de remblokken op slijtage.
• Vervang indien nodig.
• Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
• Vul indien nodig het voorgeschreven type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven niveau.
• Controleer het hydraulisch systeem op lekkage. 6-24,
6-25
UBP8D1D0.book Page 1 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 63 of 118
Periodiek on derhou d en afstellin g
6-2
6
DAU17303
Emissiecontroles zorgen niet alleen voor
een betere luchtkwaliteit, maar zijn ook zeer
belangrijk voor een juiste werking van de
motor en om maximale prestaties te beha-
len. In de volgende periodieke onderhouds-
schema’s is het emissiecontrole-
onderhoud apart gegroepeerd. Dit onder-
houd vereist gespecialiseerde gegevens,
kennis en gereedschap. Onderhoud, ver-
vanging, of reparatie van emissiecontrole-
apparatuur en -systemen kan door elke
gecertificeerde reparateur worden uitge-
voerd (indien van toepassing). Yamaha
dealers beschikken over de training en het
gereedschap om dit onderhoud uit te voe-
ren.
DAU85230
Gereedschapsset
De gereedschapsset bevindt zich op de
aangegeven plaats.
De informatie in deze handleiding en het
gereedschap in de gereedschapsset zijn
bedoeld om u te ondersteunen bij het uit-
voeren van preventief onderhoud en kleine-
re reparaties. Voor de correcte uitvoering
van bepaalde onderhoudswerkzaamheden
is echter het gebruik van een momentsleu-
tel en ander gereedschap vereist.
OPMERKING
Laat werkzaamheden uitvoeren door een
Yamaha dealer als u niet beschikt over de
daarvoor vereiste gereedschappen of erva-
ring.
1. Gereedschapsset
1. Zeskantsleutel
1
1
UBP8D1D0.book Page 2 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 72 of 118
Periodiek on derhou d en afstelling
6-11
6
DAU79401
Filter bus
Dit model is voorzien van een filterbus die
voorkomt dat brandstofdampen naar de at-
mosfeer ontsnappen. Controleer alvorens
met deze machine te rijden het volgende:
Controleer alle slangaansluitingen.
Controleer de slangen en de filterbus
op barsten of beschadiging. Vervang
indien beschadigd.
Controleer de ontluchtingsslang van
de filterbus op verstopping en reinig
deze indien nodig.
Controleer of de ontluchtingsslang
van de filterbus buiten het stroomlijn-
paneel is geplaatst.
DAU58603
Motorolie
Het motorolieniveau moet regelmatig wor-
den gecontroleerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon
worden vervangen volgens de intervalperi-
oden vermeld in het periodieke onder-
houdsschema.
LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppelin g te
voorkomen ( de motorolie smeert
immers ook de koppelin g) mo gen
g een chemische additieven wor den
toe gevoe gd. Ge bruik geen oliën
met een “CD” dieselspecificatie of
oliën met een ho gere kwaliteit dan
g especificeer d. Ge bruik ook g een
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of ho gere aan dui din g.
Zor g d at er geen verontreini gin gen
in het carter terecht komen.
Om het motorolieniveau te controleren 1. Zet de machine op een horizontale on-
dergrond en houd deze rechtop voor
een correcte aflezing.
2. Start de motor en laat deze tien minu-
ten opwarmen totdat de motorolie een
normale temperatuur van 60 °C (140
°F) heeft bereikt. Zet vervolgens de
motor uit.
1. Filterbus
2. Ontluchtingsslang filterbus
2
1
Aan bevolen motorolie:
Zie pagina 8-1.
Oliehoeveelheid :
Olieverversing:
3.10 L (3.28 US qt, 2.73 Imp.qt)
Met verwijderen van oliefilterele-
ment:
3.40 L (3.59 US qt, 2.99 Imp.qt)
UBP8D1D0.book Page 11 Wedne sday, September 12, 2018 9:20 AM
Page 106 of 118
Verzorgin g en stallin g van de motorfiets
7-3
7
thermische verkleuringen op roestvrij-
stalen uitlaatsystemen verwijderen
door deze op te poetsen.
4. Breng een corrosiewerende spray aan op alle metalen onderdelen, inclusief
verchroomde en vernikkelde opper-
vlakken. WAARSCHUWING! Bren g
g een siliconen- of oliespray aan op
za dels, han dgrepen, ru bber voet-
steunen of ban dprofielen. An ders
wor den deze on der delen gla d,
waar door u de controle over de ma-
chine kunt verliezen. Reini g d e op-
pervlakken van deze on der delen
g ron dig voor dat u met d e machine
g aat rijd en.
[DWA20650]
5. Behandel rubber, vinyl en ongelakte
kunststof onderdelen met een daar-
voor geschikt verzorgingsmiddel.
6. Werk kleine lakbeschadigingen door
steenslag en dergelijke bij.
7. Behandel alle gelakte oppervlakken met een niet-schurende was of ge-
bruik een detailspray voor motorfiet-
sen.
8. Start na de reinigingsbeurt de motor
en laat deze enkele minuten stationair
draaien om eventueel resterend vocht
op te laten drogen.
9. Bij condensatievorming in de kop- lamplens start u de motor en zet u de
koplamp aan om het vocht te verwij-
deren.
10. Laat de machine volledig drogen voordat u deze stalt of afdekt.
LET OP
DCA26320
Bren g g een was aan op ru bber of
on gelakte kunststof on der delen.
Gebruik geen schuren de poetsmi d-
d elen omd at deze de lak aantasten.
Gebruik sprays en was altij d spaar-
zaam. Vee g restanten na geb ruik
weg .
WAARSCHUWING
DWA20660
Verontreini gin g van d e remmen of ban-
d en kan lei den tot verlies van de controle
over de machine.
Zor g d at er geen smeermi ddel of
was op de remmen en b anden is
achter geb leven.
Was de ban den in dien no dig met
warm water en een mil d reini gin gs-
mi ddel.
Reini g d e remschijven en - blokken
zo no dig met een remmenreini ger
of aceton.
Test de remwerkin g en het wegge-
d ra g van d e machine in b ochten
voor dat u met ho ge snelhe den
gaat
rij den.
UBP8D1D0.book Page 3 Wednesday, September 12, 2018 9:20 AM