BMW X7 2019 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 261 of 464

Hetsysteemhoudtdeingesteldeafstandtotde
voorliggeraan.
Zodrahetherkendevoertuigisweggereden,bej weegthetvoertuigsymboolindeafstandsindicaj
tiezichweg.
Omteaccelereren,ACCactiverenbijvoorbeeld
doorkortgastegevenofdetuimelschakelaarin
tedrukken.
Controle-enwaarschuwingslampjesSymboolBeschrijvingControlelampjegroen:hetsysj
teemisactief.
Geencontrolelampje:hetsysj
teemisuitgeschakeld.Voertuigsymboolknippert:
Aandevoorwaardenvoorhet
gebruikvanhetsysteemwordt
nietmeervoldaan.
Hetsysteemisgedeactiveerd,
maarremttotdeactieveoverj
namedoorhetindrukkenvande
remofhetgaspedaal.Voertuigsymboolenafstandsj
balkknipperenroodenerklinkt
eensignaal:
Remmenenevt.uitwijken.
WeergaveninhetHead-Up
Display
Gewenstesnelheid
Eendeelvandeinformatieoverhetsysteemkan ookwordenweergegevenophetHead-UpDisjplay.
Hetsymboolwordtweergegevenalsde
ingesteldesnelheidbereiktis.
Afstandsinformatie
Hetsymboolwordtweergegeven,alsdeafstandtotdeautodievoorurijdttegejringis.
Deafstandsinformatieisindevolgendegevallen
actief:'xActievesnelheidsregelinguitgeschakeld.'xWeergaveinhetHead-UpDisplaygeselecj teerd,ziepagina 186.'xAfstandtekort.'xSnelheidbovencirca70km/h.
Grenzenvanhetsysteem
Detectiegebied
Hetdetectievermogenvanhetsysteemenhet
automatischeremvermogenzijnbeperkt.
Tweewielerswordenbijvoorbeeldmogelijkniet
waargenomen.
Vertraging Hetsysteemvertraagtnietindevolgendesituj
aties:
'xBijvoetgangersofdergelijkelangzameverj
keersdeelnemers.'xBijrodeverkeerslichten.'xBijkruisendverkeer.'xBijtegemoetkomendverkeer.Seite261RijhulpsystemenBEDIENING261
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 262 of 464

Invoegendevoertuigen
Eenvoorliggerwordtpasherkend,alsdezezichvolledigopdeeigenstrookbevindt.
Bijhetplotselinguitwijkenvaneenvoorliggerop
uwrijstrookkanhetsysteemdeingesteldeafj standsomsnietmeerzelfstandigherstellen.De
gekozenafstandkanonderomstandighedenook
bijgrotesnelheidsverschillentenopzichtevan
voorurijdendeauto'sniethersteldworden,bijj
voorbeeldbijhetsnelnaderenvaneenvrachtj
auto.Hetsysteemverzoektuombijeenmetzej kerheidgedetecteerdevoorliggerintegrijpendoorafteremmeneneventueeluittewijken.
Rijdeninbochten
Alsdeingesteldesnelheidtehoogisvooreen
bocht,wordtdesnelheidindebochtietsverminj
derd,maarbochtenwordennietvantevoren
herkend.Daarommetaangepastesnelheideen bochtinrijden.
Hetsysteemheefteenbeperktdetectiegebied.
Inscherpebochtenkunnensituatiesoptreden
waarbijeenvoorliggernietoftelaatwordtherj
kend.
Bijhetnaderenvaneenbochtkanhetsysteem inverbandmetdekrommingvandebochtkortj
stondigreagerenopvoertuigendiezichopde
andererijstrookbevinden.Eeneventuelevertraj gingvandeautodoorhetsysteemkanworden
verholpendoorkortteaccelereren.Nahetloslaj
tenvanhetgaspedaalishetsysteemweeractief enwordtdesnelheidweerautomatischgerejgeld.
Wegrijden Deautokanbijvoorbeeldinvolgendesituatiesnietautomatischwegrijden:
'xBijsteilehellingen.'xVoorverhogingeninhetwegdek.'xMeteenzwareaanhangwagen.
Indezegevallenhetgaspedaalbedienen.
Weersomstandigheden Bijongunstigeweers-oflichtomstandigheden
kunnendevolgendebeperkingenoptreden:
'xSlechtereherkenningvanvoertuigen.'xKortstondigeonderbrekingbijreedsherj kendevoertuigen.
Voorbeeldenvoorweers-oflichtomstandighej
den:
'xNatweer.'xSneeuwval.'xSmeltendesneeuw.'xMist.'xTegenlicht.Seite262BEDIENINGRijhulpsystemen262
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 263 of 464

Oplettendrijdenenzelfreagerenopdeheerjsendeverkeerssituatie.Evt.actiefingrijpen,bijj
voorbeelddoorremmen,sturenofuitwijken.
Motorvermogen
Deingesteldesnelheidwordtookbijafdalingen
aangehouden.Ophellingenkandegewenste
snelheidmogelijknietaangehoudenworden wanneerhetmotorvermogenniettoereikendis.
InderijmodusECOPROkanhetinsommige gevallenbovenofonderdeingesteldesnelheid
komen,bijvoorbeeldophellingen.
Storing
Radarsensor
Hetsysteemkannietwordengeactiveerdalsde
radarsensornietcorrectisgericht,veroorzaakt
bijvoorbeelddooreenparkeerschade.
ErwordteenCheck-Control-meldingweergegej
venalshetsysteemisuitgevallen.
HetsysteemdooreenServicePartnervandefaj brikantofeenanderegekwalificeerdeServicePartnerofspecialistlatencontroleren.
Hetsysteemkanwordenbeperktwanneerhetherkenningsbereikvandewielsensorgedeeltelijk
wordtbedekt,bijv.doordenummerplaathouder.
Camera Defunctievoorhetherkennenenreagerenbij
hetnaarstilstaandevoertuigentoerijdenkanin devolgendesituatiesbeperktzijn:'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.'xBijuitvalofverontreinigingvandecamera.Er
wordteenCheck-Control-meldingweergej geven.SpeedLimitAssist
Principe
Alsdesystemenindeauto,bijv.SpeedLimitInfo,tijdenshetrijdeneenwijzigingvandesneljheidslimietherkennen,kandenieuwesnelheidsjlimietwordenovergenomenvoordevolgendesystemen:
'xHandmatigesnelheidsbegrenzer.'xSnelheidsregeling.'xActievesnelheidsregelingmetStop&Go-functie.
Desnelheidswaardewordtalsnieuwegewenstesnelheidvoorgesteld.Omdesnelheidswaarde overtenemen,moethetbetreffendesysteem
geactiveerdzijn.
Afhankelijkvandeuitrusting,hetdoelsysteemen delanduitvoeringkandewaardeevt.automaj
tischwordenovergenomen.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Wegenssysteembeperkingen
kanhetsysteemnietinalleverkeerssituaties
zelfstandigopgepastewijzereageren.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverj
keerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieobj
serverenenindebetreffendesituatiesactief ingrijpen.
WAARSCHUWING
Deingesteldesnelheidkanabusievelijkverj
keerdingesteldofopgeroepenworden.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Ingesteldesnelj
heidaandeverkeerssituatieaanpassen.
Verkeerssituatieobserverenenindebetrefj
fendesituatiesactiefingrijpen.
Seite263RijhulpsystemenBEDIENING263
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 264 of 464

OverzichtToetsenopstuurwielToetsFunctieVoorgesteldesnelheidmanueeloverj
nemen.Tuimelschakelaar:
Snelheidinstellen,ziesnelheidsregej
ling.
In-/uitschakeleneninstellen
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Rijden5.Snelheidsassistent6.Aanwijzingenmetbetrekkingtot
snelheidslimieten
Gewensteinstellingselecteren:'xAutomatischovernemen:herkende
snelheidslimietwordtautomatischoverj
genomen.'xHandmatigovernemen:herkendesnelj heidslimietkanmanueelovergenomenworden.'xAnticiperendrijdenweergeven:herj
kendesnelheidslimietenwordenzonder
overtenemenophetinstrumentenpaneel weergegeven.'xuit:SpeedLimitAssistwordtuitgeschaj
keld.
Evt.wordenandereanticiperendecomj
fortfunctiesuitgeschakeld,bijv.deAnticij peerhulp.Weergaveninhet
instrumentenpaneel
Inhetinstrumentenpaneelverschijnteenmelj
ding,alshetsysteemendesnelheidsregeling
geactiveerdzijn.SymboolFunctieControlelampjebrandtgroen,saj
menmethetsymboolvooreen
snelheidsregelingsysteem:
SpeedLimitAssistisactiefenherj
kendesnelheidslimietenkunnen
manueelvoorhetweergegeven
systeemovergenomenworden.Controlelampjebrandtgroen,saj
menmethetsymboolvooreen
snelheidsregelingsysteem:
SpeedLimitAssistisactiefenherj
kendesnelheidslimietenworden
automatischvoorhetweergegej
vensysteemovergenomen.Onmiddellijketoepassingvan
nieuwherkendesnelheidslimiet.
Eenafstandsvermeldingachterhet
symboolsignaliseertevt.eente
verwachtenveranderingvande
snelheidsbegrenzing.Controlelampjebrandtgroen:de
herkendesnelheidslimietkanmet
deSET-knopovergenomenworj
den.
Zodradesnelheidslimietisovergej
nomen,verschijntereengroen
vinkje.
Herkendesnelheidslimiet
automatischovernemen
Inautomatischemoduswordteenherkende snelheidslimietautomatischingesteldvoordesnelheidsregeling.
Seite264BEDIENINGRijhulpsystemen264
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 265 of 464

Dooropdeknoptedrukken,kanterug
wordenovergeschakeldopdelaatstinj
gesteldewaarde.
Herkendesnelheidslimiet
automatischovernemen
Eenherkendesnelheidsbegrenzingkanhandmaj
tigvoordesnelheidsregelingwordenovergenoj men.
DrukopdeknopzodrahetSET-symj
boolbrandt.
Aanpassenaanhetrouteverloop PrincipeHetsysteemkanzodanigwordeningestelddat
hetvoertuigdesnelheidautomatischaanpast
aanhetrouteverloop.
Indevolgendesituatieswordtdesnelheidbijv.
evt.verminderd:'xVoorafslagen.'xVoorkruisendverkeer.'xVooreenbocht.
Corrigeren
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Rijden5.Snelheidsassistent6.Aanrouteverloopaanpassen
Snelheidsaanpassinginstellen
Erkanwordeningesteldofdesnelheidsbegrenj
zingexactovergenomenwordt,ofmeteentolej rantie.
ViaiDrive:1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Rijden5.Snelheidsassistent6.Snelheidslim.aanpassen7.Gewensteinstellingdoen.
Grenzenvanhetsysteem
SpeedLimitAssistopbasisvanhetsysteem
SpeedLimitInfo.
Houdrekeningmetdesysteembeperkingenvan SpeedLimitInfo,ziepagina 182.
Afhankelijkvanhetbetreffendelandkunnen snelheidsbegrenzingennietofslechtsbeperktovergenomenworden,bijvoorbeeldbijsneljheidsinformatievanhetnavigatiesysteem.
Snelheidsregelingzonderafstandsregeling:afj
hankelijkvanhetsysteemkunnensnelheidslij
mietennietautomatischwordenovergenomen.
Snelheidslimietenv

Page 266 of 464

Algemeen
Hetsysteembepaaltdepositievanderijbaanbej grenzingenendevoorliggermetbehulpvanvijf radarsensoreneneencamera.
Afhankelijkvandesnelheidori

Page 267 of 464

Camera
Decamerabevindtzichbijdebinnenspiegel.Voorruitvoordebinnenspiegelschoonenvrij
houden.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xSnelheidonder210km/h.'xVoldoendebreedtevanderijstrook.'xBoven70km/h:rijbaanbegrenzingenworden gedetecteerd.'xOnder70km/h:rijbaanbegrenzingenofeenvoorliggerwordtherkend.'xHandenaandestuurwielrand.'xVoldoendestraalvandebocht.'xRijdeninhetmiddenvanderijstrook.'xRichtingaanwijzersuitgeschakeld.'xKalibtatievandesensorenisafgesloten.'xSnelheidsregelingmetafstandsregelingisacj
tief.'xVeiligheidsgordelaanbestuurderszijdegesloj ten.
Bovendeinmoetendevolgendesystemenactief
zijn:
'xBotsingswaarschuwing.'xPersoonswaarschuwing.'xWAARSCHUWINGvooreenaanrijdingvan
opzij.In-/uitschakelen
AssistedDriving
Algemeen Metdeknopkandeingesteldefunctie
in-enuitgeschakeldworden.
Metdeknopkandeprioritairefunctiewordeningesteld.
Functieinstellen1.Drukalshetsysteemactiefiszo
vaakopdeknop,totindefunctielijstdegej
wenstefunctiegeselecteerdis.Defunctielijst voorAssistedDrivingwordtonderophetinjstrumentenpaneelweergegeven.'x
Snelheidsregelingmetafstandsrej
geling.
'x
Snelheidsregelingmetafstandsrej
gelingstuur-enrijstrookassistent.
Degeselecteerdefunctiewordtgroenweerj gegeven.
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmoj
menteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Inschakelen
1.Toetsophetstuurwielindrukken.2.Evt.stuur-enrijstrookassistentinj
stellen.
Stuurwielsymboolbrandtgrijs.
Hetsysteemisgebruiksklaarenvoert geenstuurbeweginguit.
Hetsysteemwordtautomatischgeactiveerdals
aanallefunctievoorwaardenisvoldaan,ziepaj
gina 267.
Seite267RijhulpsystemenBEDIENING267
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 268 of 464

Stuurwielsymboolbrandtgroen.
Hetsysteemisactief.
Bijingeschakeldsysteemzijndepersoonswaarj
schuwingmetCity-remfunctieendewaarschuj wingvooreenaanrijdingvanopzijactief.
Uitschakelen Toetsophetstuurwielindrukken.
Deweergavegaatuit.
Hetsysteemvoertondersteunendestuurbewej
gingenuit.
Automatischonderbreken Dewerkingvanhetsysteemwordtbijv.indevolj
gendesituatiesautomatischonderbroken:'xBijeensnelheidboven210km/h.'xBijhetloslatenvanhetstuurwiel.'xAlsdebestuurderremt.'xBijeenkrachtigestuuringreep.'xBijhetverlatenvandeeigenrijstrook.'xBijingeschakelderichtingaanwijzers.'xBijeentesmallerijstrook.'xWanneernaeenbepaaldetijdgeenrijbaanj begrenzingwordtherkendenerrijdtgeenvoertuigvooruit.'xAlsdeactievesnelheidsregelingonderbroken
wordt.'xAlsdeveiligheidsriemaanbestuurderszijde
geopendwordt.
Stuurwielsymboolbrandtgrijs.
Hetsysteemisgebruiksklaarenvoert geenstuurbeweginguit.
Hetsysteemwordtautomatischgeactiveerdals
aanallefunctievoorwaardenisvoldaan,ziepaj
gina 267.
Weergaveninhet
instrumentenpaneelSymboolBeschrijvingStuurwielsymboolgrijs.
Systeeminstand-by.Stuurwielsymboolgrijs:
Systeemgeactiveerd.Stuurwielsymboolgeelknippej
rend:
Rijstrookbegrenzingwerdoverj
schreden.
Evt.trilthetstuurwiel.Stuurwielsymboolgeelener
klinkteventueeleensignaal:
Systeemonderbreking.Stuurwielsymboolknippertrood,
erklinkteensignaal:
Systeemwordtuitgeschakeld.Stuurwielsymboolensymbool
voorrijbaanbegrenzinggroen:
Hetsysteemondersteuntdebej
stuurderomdeautobinnende
rijbaantehouden.Seite268BEDIENINGRijhulpsystemen268
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 269 of 464

SymboolBeschrijvingStuurwielsymboolgeel:
Handenbevindenzichnietom
hetstuurwiel.Hetsysteemis
nogsteedsactief.Stuurwielsymboolrood,erklinkt
eensignaal:
Handenbevindenzichnietom
hetstuurwiel.Systeemonderj
breking.
Hetsysteemvermindertindien
nodigdesnelheidtotstilstand.
Hetsysteemvoerteventueel
geenondersteunendestuurbej
wegingenuit.Controlej
lampjeBeschrijvingSnelheidsregelingmetafstandsj
regelingenstuur-enrijstrookasj
sistent:
Controlelampjegroen:hetsysj
teemisactief.
Geencontrolelampje:hetsysj teemisuitgeschakeld.
Weergavenophetstuur
Beideledsbovendeknoppenveldenbranden
analoogmetdeindicatiesophetinstrumentenj paneel:
'xGeel:systeemonderbreking.'xRood:systeemwordtgedeactiveerd.
Deweergavenophetstuurkunnenevt.wordenin-/uitgeschakeld.
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeldingenophetstuurwiel5.Lichtelementen6.Gewensteinstellingdoen.
WeergaveninhetHead-Up
Display
Alleinformatieoverhetsysteemkanookworden
weergegevenophetHead-UpDisplay.
Rijstrookwisselassistent PrincipeHetsysteemondersteuntdebestuurderbovenjdienbijveranderenvanrijbaanopmeerbaans
wegen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xAandefunctievoorwaardenvandestuur-en
rijstrookwisselhulpwordtvoldaan,ziepaj
gina 267.'xAfhankelijkvanlanduitvoering:rijdenopeen
straatzondervoetgangersoffietsersopde
baanenmeteenscheidinginhetmidden,
bijv.vangrails.'xRijbaanbegrenzingenherkend.'xSnelheidmax.180km/h.'xDeminimalesnelheidisspecifiekperland bepaald.
Functiein-/uitschakelen
Deondersteuningvoorrijstrookwisselskanin-/
uitgeschakeldworden.
Seite269RijhulpsystemenBEDIENING269
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page 270 of 464

ViaiDrive:1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Rijden5.Besturingsassistent6.Inhaalassistent
Veranderenvanrijstrook
1.Controleren,datdeverkeerssituatieeenverj
anderingvanrijstrooktoelaat.2.Derichtingaanwijzer,ziepagina 160,inde
gewensterichtingtothetdrukpuntvoorkortj
stondigknipperenindrukkenenvasthouden.
Nakortetijdisdestuurondersteuninginde
gewensterichtingvoelbaar.
Naveranderingvanrijbaanhelpthetsysteemde autoindenieuwerijstrooktehouden.
Veranderingvanrijstrookannuleren
Alsderichtingaanwijzertevroegwordtlosgelaj
ten,helpthetsysteemomdeoorspronkelijkerijj baantehandhaven.
Weergaveninhet
instrumentenpaneelSymboolBeschrijvingStuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijstrookbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Pijlsymboolvoorrijstrookwissel
groen.
Hetsysteemvoerteenrijstrookj
wisseluit.Stuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijstrookbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Geenpijlsymboolvoorrijstrookj
wisselindeweergave.
Intentieomvanrijstrookteverj
anderendoorsysteemherkend.
Rijstrookwisselopditmoment
nietmogelijk.Afhankelijkvandelanduitvoej
ring:
Stuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijstrookbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Pijlvoorspoorwisselgrijs.
Spoorwisselnietmogelijk,funcj
tievoorwaardennietvervuld.
AssistedDrivingPlus
Principe
AssistedDrivingPlushelptdebestuurdermetde
besturingvanhetvoertuigtijdensfilesituaties.
Destuurbekrachtigingvindtdaarbijookzonder actiefmeesturendoordebestuurderplaats.
Seite270BEDIENINGRijhulpsystemen270
OnlineEditionforPartno.01402720878-II/19

Page:   < prev 1-10 ... 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 ... 470 next >