display CITROEN C6 2012 Instructieboekjes (in Dutch)
Page 192 of 216
7.42
Autoradio
INHOUD
●
01 Basisfuncties blz. 7.43
●
02 Algemeen menu blz. 7.44
●
03 Audio blz. 7.45
●
04 Handsfree fucnctie blz. 7.48
●
05 USB-box blz. 7.49
●
06 Bluetooth functies blz. 7.51
●
07 Snelkeuzetoetsen blz. 7.53
●
08 Confi guratie blz. 7.54
●
09 Menustructuren displays blz. 7.55
●
Veelgestelde vragen blz. 7.57
Uw Autoradio is zodanig gecodeerd dat deze uitsluitendin uw auto functioneert. Raadpleeg het CITROËN-gg
netwerk als u het systeem voor gebruik in een andere auto wilt laten confi gureren.
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen die zijn volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoerenbij stilstaande auto.
Enkele minuten na het afzetten van de motor kan uwAutoradio automatisch worden uitgeschakeld om tevoorkomen dat de accu ontladen raakt.
Page 193 of 216
7.43
11
223344
55
6677
1010
111
1212131314141515
88
99
01 BASISFUNCTIES
1. Aan/uit en volumeregeling.
2. Selecteren van de weergave op het display van de functies AUDIO, boordcomputer (TRIP), airconditioning (CLIM) enhandsfree set (TEL). De toets TEL heeft geen functie als er geen handsfree set aanwezig is.
3. Selecteren van de geluidsbron: radio, CD-speler of CD-wisselaar.
4. Weergave van het algemene menu.
5. Annuleren van de bewerking/terugkeren naar het vorige scherm.
6. Bevestigen.
7. Automatisch zoeken naar zenders in afl opende/oplopende volgorde. Selecteren van het vorige/volgende nummer van de CD of de vorige/volgende MP3.
8. Functie TA (verkeersinformatie) AAN/UIT.Lang indrukken: toegang tot de PTY-functie (programmatypen radio).
9. Weergave van de lijst radiozenders, de nummers van de CDof de MP3-speellijsten.
10. Uitwerpen van de CD.
11 . Toetsen 1 t/m 6: Selecteren van een voorkeuzezender. Selecteren van een CD in de CD-wisselaar. Lang indrukken: opslaan van een zender.
12. Selecteren van het golfbereik FM1, FM2, FMast en AM.
13. Selecteren van een lagere/hogere radiofrequentie. Selecteren van de vorige/volgende CD. Selecteren van de vorige/volgende MP3-speellijst.
14. Instellen van de geluidsweergave: geluidsverdeling voor/achter, links/rechts, loudness, geluidssferen.
15. Met de toets DARK kan de weergave van het display worden gewijzigd voor extra rijcomfort 's nachts.1 keer indrukken: display onder de menubalk zwart maken.2 keer indrukken: display volledig uitschakelen. 3 keer indrukken: terugkeren naar de normale weergave.
Page 194 of 216
7.44
02ALGEMEEN MENU
GELUIDSBRON: radio, CD, externe apparatuur.
BOORDCOMPUTER: invoeren afstand, waarschuwingsmeldingen,status van functies.
TELEFOON:handsfree set, koppelingen,communicatie-instellingen.
PERSOONLIJKE INSTELLING - CONFIGURATIE: parameters van de auto, weergave, talen.
> KLEURENDISPLAY C
AIRCONDITIONING:aan/uit en gescheiden regeling (volgens uitvoering).
Raadpleeg voor een compleet overzicht van de beschikbare menu's het gedeelte "Menustructuren"van dit hoofdstuk over de Autoradio.
Page 195 of 216
7.45
11
22
33
44
22
44
33
11
03
AUDIO
Druk herhaalde malen op de toets SOURCE om de radiofunctie teselecteren.
Druk op de toets BAND AST om hetgolfbereik te selecteren: FM1, FM2, FMast of AM.
Druk kort op een van de toetsen omautomatisch naar zenders te zoeken.
Druk op een van de toetsen omhandmatig naar zenders te zoeken.
Druk op de toets LIST REFRESH voor een lijst van de beschikbarezenders in het gebied waar u zichbevindt (maximaal 30 zenders).
Druk langer dan 2 seconden op de toets om deze lijst bij te werken.
Selecteer RDS VOLGENACTIVEREN en druk op OK. Op het display verschijnt de aanduiding RDS.
Selecteer de functie VOORKEUZEFM en druk op OK.
Selecteer AUDIOFUNCTIES en drukop OK.
Druk op de toets MENU.
VOORKEUZE FM
RDS VOLGEN ACTIVEREN
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen,tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autoradio.
RDS
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar de sterkste frequentie van een zender, zodat u ernaar kunt blijvenluisteren. Sommige RDS-zenders zijn echter niet in het hele land teontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele landdekken. Dit verklaart dat de zender tijdens het rijden kan wegvallen.
RADIO
SELECTEREN VAN EEN ZENDER
Page 198 of 216
7.48
11
22
33
11
22
4411
04HANDSFREE SET
Autoradio mag om veiligheidsredenen en vanwege het feit dat dezehandeling volledige aandacht van de bestuurder vraagt, uitsluitendworden uitgevoerd bij stilstaande auto en met aangezet contact.
Selecteer het accessoire met de naam van uwauto. Op het multifunctionele display verschijnt eenbovenliggend venster voor de confi guratie.
Activeer de functie Bluetooth van uw telefoon enzoek met behulp van uw telefoon naar aanwezigeBluetooth-accessoires.
Selecteer met behulp van de toetsen de knop JA op het scherm en bevestig met OK.
Voer de toegangscode van uw auto (=1234) in met de telefoon. Bij bepaalde telefoons moet de toegangscode worden ingevoerd voordat het bovenliggende venster voor de confi guratie verschijnt.
JA
JA
De beschikbare functies van de handsfree set zijn afhankelijk van het netwerk, deSIM-kaart en de compatibiliteit met de gebruikte Bluetooth-apparatuur. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw telefoon en uw provider voor meer informatieover de beschikbare functies. Een overzicht van de meest geschikte telefoons isverkrijgbaar via het netwerk. Raadpleeg het CITROËN-netwerk.
GESPREK ONTVANGEN
Een inkomend gesprek wordt aangegeven door een beltoon en het verschijnen van een bovenliggend venster op het multifunctionele display.
Selecteer met behulp van de toetsende knop JA op het scherm enbevestig met OK.
Druk op het uiteinde van de stuurkolomschakelaar om het gesprek te accepteren.
Druk langer dan 2 seconden op het uiteinde van de stuurkolomschakelaar om uw index weer te geven.
Gebruik het toetsenbord van de telefoon om eennummer te kiezen.
EEN GESPREK DOORSCHAKELEN
DISPLAY C
KOPPELEN VAN EEN TELEFOON
Page 201 of 216
7.51
11
66
22
77
44
99
55
101
33
88
06
Saisir code authentification
01
OK Del23456789 _
BLUETOOTH FUNCTIES
Het koppelen van de Bluetooth-telefoon aan het Bluetooth-systeem van uw autoradio mag om veiligheidsredenen en vanwege het feit dat deze handeling volledige aandacht van de bestuurder vraagt, uitsluitend worden uitgevoerd bij stilstaande auto en met aangezetcontact.
Activeer de functie Bluetooth van uw telefoon.
Er wordt een venster weergegeven met de tekst "Bezig met zoeken...".
Druk op de toets MENU.
Kies in het menu:
- Bluetooth-telefoon - Audio
- Bluetooth confi guratie
- Zoeken via Bluetooth
De beschikbare functies zijn afhankelijk van het netwerk, de SIM-kaart en de compatibiliteit van de gebruikte Bluetooth-apparatuur.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw telefoon en uw provider voor meer informatie over de beschikbare functies. Een overzicht van de meest geschikte telefoons is verkrijgbaar via het netwerk. Raadpleeg het CITROËN-netwerk. BLUETOOTH-TELEFOON
DISPLAY C
Met het menu TELEFOON krijgt u onder andere toegang tot de volgendefuncties: Adresboek *
, Logboek gesprekken, Beheer van de koppelingen.
De eerste vier herkende telefoons worden in dit venster weergegeven.
Op het scherm wordt een toetsenbordweergegeven: voer een code van minimaal 4 cijfers in. Bevestig met OK.
Op het scherm verschijnt "Koppeling Naam_telefoon geslaagd".
Selecteer in de lijst de te koppelen telefoon. U kunt slechts één telefoon per keer koppelen.
Op het scherm van de geselecteerde telefoon wordt een bericht weergegeven: voer, om de koppeling te accepteren, in de telefoon dezelfde code in enbevestig vervolgens met OK. Mocht de koppeling niet gelukt zijn, dan kunt u hetnogmaals proberen. Dit kan een onbeperkt aantal keren.
De toegestane automatische verbinding wordt geactiveerd nadat detelefoon is geconfi gureerd.Het adresboek en het logboek gesprekken zijn na de synchronisatie beschikbaar.
OK
KOPPELEN VAN EEN TELEFOON
U kunt ook via de telefoon de koppeling tot stand brengen.
*
als uw telefoon volledig compatibel is.
Page 202 of 216
7.52
11
22
11
11
22
33
22
JA
EEN GESPREK ONTVANGEN
Een inkomend gesprek wordt aangegeven door een beltoon en het verschijnen van een venster op het multifunctionele display.Start de koppelingsprocedure tussen de telefoon en de auto. Deze procedure kan gestart worden via het telefoonmenu van de auto of via het toetsenbordvan de telefoon, zie hiervoor de eerder beschrevenstappen 1 t/m 10. Tijdens de koppeling moet deauto stilstaan en het contact aanstaan.
Selecteer in het telefoonmenu de te koppelen telefoon. Het audiosysteem wordt automatisch verbonden met de zojuistgekoppelde telefoon.
Selecteer met behulp van de toetsen de knop JA op het scherm en bevestig met OK.
Druk op de toets OK op het stuurwiel om hetgesprek te accepteren.
Selecteer in het menu Bluetooth-telefoon Audio, Beheer van het telefoongesprek en vervolgens Bellen, Logboek gesprekken of Index.
Druk gedurende meer dan twee seconden op het uiteinde van de hendel aan de stuurkolom omtoegang te krijgen tot uw adresboek. Of
Gebruik, als de auto stilstaat, het toetsenbord van uw telefoon om een nummer in te voeren.
BELLEN
STREAMING BLUETOOTH-AUDIO
(IN DE LOOP VAN HET JAAR BESCHIKBAAR)
Draadloze overdracht van muziekbestanden van de telefoon naar het audiosysteem van de auto. De telefoon moet de desbetreffende Bluetooth-profi elen (A2DP/AVRCP) kunnen ondersteunen.
*
In sommige gevallen moet het afspelen van audiobestanden via hettoetsenbord worden geactiveerd. **
Als de telefoon deze functie ondersteunt.
Activeer de bron Streaming door op de toets SOURCE *
te drukken. Via de toetsen op het bedieningspaneelvan de radio en de bediening op het stuurwiel kunt u op de gebruikelijke wijze de muziekstukken aansturen **
.De informatie over de muziekstukkenkan op het display wordenweergegeven.
Page 204 of 216
7.54
55
66
77
88
11
22
33
44
08
CONFIGURATIE
Druk op de toets MENU.
Selecteer met de pijltoetsen de functie PERSOONLIJKE INSTELLING - CONFIGURATIE.
Druk op de toets om de selectie tebevestigen.
Selecteer met de pijltoetsen de functie CONFIGURATIE BEELDSCHERM.
Druk op de toets om de selectie te bevestigen.
Druk op de toets om de selectie te bevestigen.
Selecteer met de pijltoetsen de functie DATUM EN TIJD INSTELLEN.
Stel de parameters één voor één indoor deze te bevestigen met de toetsOK. Selecteer vervolgens de knopOK op het scherm om de instellingen te bevestigen.
CONFIGURATIE BEELDSCHERM.
DATUM EN TIJD INSTELLEN
OK
PERSOONLIJKE INSTELLING - CONFIGURATIE
DATUM EN TIJD INSTELLEN
DISPLAY C
Page 205 of 216
7.55
123
23
1
2
3
4
3
4
3
4
2
3
4
3
4
3
3
3
2
1
2
2
1
2
3
2
3
4
4
4
4
4
4
09
3
3
3
2
3
3
3
3
3
datum en tijd instellen
dag/maand/jaar instellen
uren/minuten instellen
keuze cyclus 12u/24u
py
MENUSTRUCTUREN display C
BOORDCOMPUTER
BASISFUNCTIE
*
De parameters variëren afhankelijk van deauto (zie "Multifunctionele displays").
KEUZE A
keuze A1
keuze A2
KEUZE B...
RDM-functie (random)
inschakelen/uitschakelen
VOORKEUZE FM
RDS-functie
inschakelen/uitschakelen
REG-functie
inschakelen/uitschakelen
weergave radiotext (RDTXT)
inschakelen/uitschakelen
VOORKEUZE CD-AUDIO
RPT-functie (CD herhalen)
inschakelen/uitschakelen
VOER AFSTAND TOT BESTEMMING IN
afstand: ... km
LOGBOEK WAARSCHUWINGEN
diagnose
regeling weergave
normale weergave
omgekeerde weergave
regeling helderheid (- +)
STATUS VAN FUNCTIES *
functies ingeschakeld of uitgeschakeld
PERSOONLIJKE INSTELLING - CONFIGURATIE
PARAMETERS VAN DE AUTO DEFINIËREN *
CONFIGURATIE BEELDSCHERM
TAALKEUZE
deutsch
english
español
français
italiano
nederlands
portugais
portugais-brasil
Page 208 of 216
7.58
VRAAG OPLOSSING ANTWOORD
De voorkeuzezenderskunnen niet wordenontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordtweergegeven...).
Het verkeerde golfbereik is geselecteerd.
Druk op de toets BAND AST om het golfbereik (AM, FM1, FM2, FMAST) terug te vinden waarinde voorkeuzezenders zijn opgeslagen.
De functie TA (verkeersinformatie) is ingeschakeld, maar ik krijg geenverkeersinformatie te horen.
Stem af op een zender die wel verkeersinformatieuitzendt. De geselecteerde radiozender maakt geen deel uit van het regionale netwerk van zenders die verkeersinformatie uitzenden.
De ontvangstkwaliteitvan de beluisterde radiozender neemtgeleidelijk af of de voorkeuzezenders kunnen niet wordenontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordtweergegeven...).
De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde radiostation of er bevindt zich geen zender in het gebied waarin de auto zich bevindt.
De omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.) veroorzaakt storingen in de ontvangst, ook als de RDS-functie is ingeschakeld.
De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of ondergrondse parkeergarage).
Activeer de functie RDS om het systeem te latencontroleren of er een sterkere zender in hetgebied aanwezig is.
Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autoradio.
Laat de antenne controleren door het CITROËN-netwerk.
Het geluid van de radiovalt 1 tot 2 seconden weg.
Het RDS zoekt tijdens deze korte onderbreking van het geluid naar een eventuele sterkere zender voor een betere ontvangst van het station. Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde trajectvoordoet.
Na het afzetten van demotor wordt de radio naenkele minuten automatischuitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de laadtoestandvan de accu dat toestaat.Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco-modus van de autoradiois geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de auto ontladen raakt.
Start de motor om de accu op te laden.
De melding "hetaudiosysteem isoververhit" verschijnt op het display.
Schakel het audiosysteem enkele minuten uit om het systeem te laten afkoelen.Om het audiosysteem te beschermen tegen een te hoge omgevingstemperatuur, activeert de autoradio automatisch een thermische beveiliging die het geluidsvolume verlaagt of de CD-speler uitschakelt.