CITROEN DS3 2015 Instructieboekjes (in Dutch)
Page 11 of 384
9
DS3_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Bandenspanningscontrolesysteem
Dit systeem controleert automatisch de
bandenspanning tijdens het rijden en waarschuwt u
wanneer de spanning van een band te laag wordt.150
202
Bandenreparatieset
Met deze complete set, bestaande uit een
compressor en een flacon met afdichtmiddel,
kunt u een noodreparatie aan een band
uitvoeren.
buitenzijde
126
Parkeerhulp achter
Deze functie waarschuwt u tijdens het
achteruitrijden voor obstakels achter de auto.128
Achteruitrijcamera
Deze camera wordt automatisch geactiveerd
als de achteruitversnelling wordt ingeschakeld.
De beelden van de camera worden
weergegeven op het scherm.
Overzicht
Page 12 of 384
DS3_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Interieur
Sfeerverlichting
Het gedimde licht van de sfeerverlichting
verbetert bij weinig buitenlicht het zicht
in het interieur. De verlichting bestaat uit
verscheidene lampen die in de voetenruimte en
in het onderste opbergvak van het dashboard
zijn aangebracht.
Opschakelindicator
Afhankelijk van de rijomstandigheden en
uw rijstijl kan dit systeem u adviseren op
te schakelen om het brandstofverbruik te
verminderen.
Parfumeur
De in het ventilatiesysteem opgenomen
par fumeur zorgt voor de verspreiding van een
aangename geur (naar keuze) in het gehele
i n t e r i e u r.
Automatische airconditioning
Deze functie maakt het mogelijk de airconditioning op
een bepaald comfortniveau in te stellen. Aan de hand
van deze instelling en de weersomstandigheden wordt
de airconditioning vervolgens automatisch geregeld.
14 4 11794
90
335 281
Audio- en
communicatiesystemen
Deze systemen zijn voorzien van de
nieuwste technologie: Autoradio met MP3-
afspeelmogelijkheid,
u
Sb-
aansluiting, b
lu
etooth
handsfree kit, eMyWay met 16
x 9 kleurenscherm,
A
uX
-aansluitingen, hifi-audiosysteem.
eMyWay
Autoradio
Page 13 of 384
11
DS3_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Cockpit
1. Schakelaars snelheidsregelaar/-begrenzer.
2. koplampverstelling.
3.
H
endel stuurwielverstelling.
4.
S
chakelaar verlichting en
richtingaanwijzers.
5.
I
nstrumentenpaneel.
6.
A
irbag bestuurder.
Claxon.
7.
Versnellingspook.
8.
1
2V-aansluiting.
uSb-
/
ja
ck-aansluitingen.
9.
S
chakelaar stoelverwarming.
10.
H
endel motorkapontgrendeling.
11.
S
chakelaars buitenspiegels.
S
chakelaars ruitbediening.
12.
Zekeringkast.
13.
S
chakelaar Stop & Start-systeem.
S
chakelaar elektronisch
stabiliteitsprogramma (
eS
P/AS
r)
.
14.
Z
ijruitontwaseming.
15.
L
uidspreker (tweeter).
16.
Voorruitontwaseming.
Overzicht
Page 14 of 384
DS3_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Cockpit
1. Contact-/stuurslot.
2. St uurkolomschakelaar autoradio.
3.
S
chakelaar ruitenwissers/ruitensproeiers/
boordcomputer.
4.
Pa r f u m e u r.
5.
S
chakelaar centrale vergrendeling.
6.
M
ultifunctioneel display.
7.
S
chakelaar alarmknipperlichten.
8.
M
iddelste verstelbare en afsluitbare
ventilatieroosters.
9.
Zonnesensor.
M
iddelste luidspreker hifi-audiosysteem.
10.
A
irbag passagier.
11.
V
erstelbaar en afsluitbaar
zijventilatierooster.
12.
D
ashboardkastje / u
i
tschakeling
passagiersairbag.
13.
Handrem.
14.
M
iddenarmsteun met opbergvakken.
15.
b
o
venste en onderste opbergvakken.
16.
A
utoradio of eMyWay.
17.
b
e
dieningspaneel verwarming/
airconditioning.
Page 15 of 384
13
DS3_nl_Chap00b_vue-ensemble_ed01-2014
Overzicht
Page 16 of 384
DS3_nl_Chap00c_eco-conduite_ed01-2014
Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in de auto hoog is
opgelopen, open dan alle ruiten en de ventilatieroosters alvorens de
airconditioning in te schakelen.
Sluit vanaf een snelheid van 50 km/h de ruiten, maar laat de
ventilatieroosters geopend.
Gebruik de voorzieningen in het interieur die de temperatuurstijging
kunnen beperken (blinderingspaneel van het panoramadak,
zonneschermen, enz.).
Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste temperatuur is
bereikt (behalve bij auto's met een automatische airconditioning).
Schakel de achterruitver warming en de ontwaseming uit zodra deze
niet meer nodig zijn als deze niet automatisch worden aangestuurd.
Schakel de stoelver warming zo snel mogelijk uit.
Schakel de verlichting en de mistlampen uit als het zicht voldoende is.
Laat de motor vooral 's winters na het starten niet stationair
warmdraaien, maar rijd zo snel mogelijk weg: uw auto warmt sneller op
als u rijdt.
eco-rijden
Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen op te volgen kunt u het brandstofverbruik en de Co2-uitstoot van uw auto verminderen.
Maak optimaal gebruik van de
versnellingsbak
Als uw auto is voorzien van een handgeschakelde versnellingsbak, rijd dan
rustig weg, schakel zo snel mogelijk de tweede versnelling in en schakel bij
het accelereren bij voorkeur relatief snel over naar een hogere versnelling.
Als uw auto is voorzien van een automatische transmissie of een
elektronisch gestuurde versnellingsbak, gebruik dan bij voorkeur de
automatische stand en trap het gaspedaal niet bruusk of diep in.
De schakelindicator adviseert u de versnelling in te schakelen die
het best geschikt is voor de rijomstandigheden: volg het op het
instrumentenpaneel weergegeven schakeladvies zo snel mogelijk op.
bi
j auto's met een elektronisch gestuurde versnellingsbak of een
automatische transmissie wordt de opschakelindicator uitsluitend in de
handmatige stand weergegeven.
Kies voor een soepele rijstijl
Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af op de motor in
plaats van het rempedaal te gebruiken en trap het gaspedaal geleidelijk
in. Als u deze aanwijzingen naleeft, neemt het brandstofverbruik en de
C
o
2-uitstoot af en wordt de geluidsoverlast door het verkeer beperkt.
Gebruik op slimme wijze de elektrische
voorzieningen
Als het verkeer goed doorstroomt, gebruik dan vanaf een snelheid van
ongeveer 40 km/h de snelheidsregelaar (indien aanwezig). Sluit als passagier zo min mogelijk multimedia-apparatuur (DVD-
speler, MP3 -speler, spelcomputer, enz.) op de auto aan om het
elektriciteitsverbruik, en dus het brandstofverbruik, te beperken.ko
ppel externe apparatuur los als u de auto verlaat.
Page 17 of 384
15
DS3_nl_Chap00c_eco-conduite_ed01-2014
Beperk de oorzaken van een hoger
brandstofverbruik
Verdeel het gewicht evenwichtig over de auto: plaats de zwaarste
voor werpen in de bagageruimte, zo dicht mogelijk bij de achterbank.
be
perk de belading en de luchtweerstand (dakdragers, imperiaal,
fietsendrager, aanhanger, enz.) van uw auto. Gebruik liever een
dakkoffer.
Ver wijder na gebruik de dakdragers en het imperiaal.
Vervang na de winter zo snel mogelijk de winterbanden door
zomerbanden.
Houd u aan de onderhoudsvoorschriften
Controleer regelmatig de bandenspanning (bij koude banden), houd u
daarbij aan de bandenspanning die staat vermeld op de sticker op de
portiersponning aan bestuurderszijde.
Controleer de bandenspanning met name:
-
v
oor een lange rit,
-
b
ij de wisseling van de seizoenen,
-
a
ls de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.
Vergeet niet de bandenspanning van het reservewiel en van de wielen
van de aanhanger of de caravan te controleren.
Laat uw auto regelmatig onderhouden (olie verversen, oliefilter,
luchtfilter en interieur filter vervangen, enz.) en houd u daarbij aan het in
het garantie- en onderhoudsboekje voorgeschreven interval.
ui
tvoeringen met een b
l
ueHDi-dieselmotor: bij een storing in het SC
r-
s
ysteem stoot de auto schadelijke stoffen uit. Ga zo spoedig mogelijk naar
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats om de uitstoot
van stikstofoxiden terug te brengen tot onder de wettelijke normen.
Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan drie keer afslaan; zo
voorkomt u dat brandstof uit de tank stroomt.
u
zult bij een nieuwe auto merken dat pas na 3000 km het gemiddelde
brandstofverbruik zich stabiliseert.
Eco-rijden
Page 18 of 384
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Controle tijdens het rijden
om gebruik te kunnen maken van alle beschikbare rijinformatie,
geeft dit hoofdstuk u uitleg over de werking van de drie verlichte
dashboardinstrumenten, de exacte plaats en functie van de diverse
controlelampjes en signaleringen, en de informatie afkomstig van de
boordcomputer.
Page 19 of 384
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Page 20 of 384
DS3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Instrumentenpaneel benzine - diesel met handgeschakelde
versnellingsbak, e
G
S-versnellingsbak of automatische versnellingsbak
Het instrumentenpaneel is permanent verlicht en bevat alle instrumenten en signaleringen voor de werking van de auto.
1.
T
oerenteller .
G
eeft het motortoerental aan
(x 1000
t /min).
2.
Sn
elheidsmeter.
G
eeft de wagensnelheid aan
(km/h of mph).
3.
K
oelvloeistoftemperatuurmeter.
G
eeft de temperatuur van de koelvloeistof
van de motor aan.
Instrumenten
7. Dimmer dashboardverlichting. knop voor de instelling van de lichtsterkte van
de dashboardverlichting en de sfeerverlichting.4. Display.
5. Br andstofniveaumeter.
G
eeft de resterende hoeveelheid brandstof
in de tank aan.
6.
R
egelknop weergave display.
k
n
op voor de weergave van afwisselend
de actieradius en de dagteller.
k
n
op voor de weergave van de informatie
van de onderhoudsintervalindicator.
k
n
op voor de nulstelling van de
geselecteerde functie (dagteller of
onderhoudsintervalindicator).
ra
adpleeg voor meer informatie over
de werking en de weergave van een
bepaalde functie de desbetreffende
paragraaf.