CITROEN DS5 HYBRID 2012 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 211 of 358

Praktische informatie
Dimlicht
(uitvoering met halogeenlampen)
)
Trek aan de borglip om de plastic beschermkap te ver wijderen.







Grootlicht
(uitvoering met halogeenlampen)
)Trek aan de borglip om de plastic
beschermkap te ver wijderen.)Ver wijder de stekker met de lamp door opde pal aan de onderkant te drukken.)Trek aan de lamp om deze te ver vangen.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
) Duw op de bovenzijde van de stekker en
kantel het geheel vervolgens omlaag.) Verwijder de stekker met de lamp.)
Trek aan de lamp om deze te ver vangen.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde, maar begin bij het aanbrengen bij het
onderste deel van de lamp.

Page 212 of 358

Verlichting overdag / parkeerlicht
Neem voor het ver vangen van dit type lamp met LED’s en lichtgeleiders contact op methet CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Het
CITROËN-netwerk kan u voor de LED'seen vervangingsset leveren.
Richtingaanwijzers

Als een controlelampje (rechts of links) van de richtingaanwijzers sneller knippert, is een van de lampen aan dedesbetreffende zijde defect.

De lamp van de richtingaanwijzers bevindt zich
onder de koplamp. ) Draai de lamphouder een kwar tomwenteling links- of rechtsom en
ver wijder deze.) Ver vang de defecte lamp. Voer voor de monta
ge dezelfde handelingen in
omgekeerde volgorde uit.
U kunt voor het vervangen van deze
lampen ook het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats raadplegen.

Page 213 of 358

Praktische informatie
Mistlampen
) Verwijder de spatplaat aan de onderzijde
van de carrosserie. ) Neem de stekker van de lamp los.)
Draai de lamp een kwart omwenteling en
ver vang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
Voor het ver vangen van deze lampen
kunt u ook het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats raadplegen.
Geïntegreerde zijknipperlichten
Voor het ver vangen van deze lampen dient u het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats te raadplegen.

Instapverlichting in de
buitenspiegels
Voor het ver vangen van de LED dient u het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats te raadplegen.

Page 214 of 358

1.Parkeerlichten(LED).2.Richtingaanwijzers (PY21W amberkleurig).3. Achteruitrijlichten (P21W).4.Remlichten (P21W).5.Mistachterlichten (P21W).
Achterlichten
Richtingaanwijzers en remlichten(op de schermen)
) Open de achterklep en ver wijder
ver volgens het afdekplaatje. ) Neem de stekker van de lamp los. )
Draai de twee bevestigingsmoeren
van de lamp los.
)Verwijder de lamp voorzichtig via de buitenzijde van de auto. De
bevestigingsklemmen gaan automatisch
l
os.)Draai de lamphouder een kwar t
omwenteling en vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.

LED's vervangen

Neem voor het ver vangen van LED'scontact op met het CITROËN-netwerk of met een gekwalificeerde werkplaats.

Page 215 of 358

Praktische informatie

Achteruitrijlichten (achterklep)
)Open de achterklep. )Maak de achterlichtlijst los. )Ver wijder het deksel en draai debevestigingsmoer van de lamp los.
)
Verwijder de lamp voorzichtig viade buitenzijde van de auto. Debevestigingsklemmen worden automatisch losgemaakt. )
Draai de lamphouder een kwart
omwenteling en vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.

Mistlamp

De mistlamp is vanaf de onderzijde van de
bumper bereikbaar.
) Draai de fitting een kwart omwenteling en
ver wijder het geheel. ) Ver vang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde volgorde.
Voor het ver vangen van deze lampen
kunt u ook het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats raadplegen.

Page 216 of 358

Kentekenplaatverlichting
) Steek een kleine schroevendraaier in de spleet van het lampglas. )
Duw de schroevendraaier naar buiten om het lampglas los te maken. )
Verwijder het lampglas.)
Trek de lamp uit de lamphouder en
ver vang de lamp.


Derde remlicht (LED's)
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.

Page 217 of 358

215
Praktische informatie



















Zekeringen vervangen
In het geval van een storing in een bepaalde functie kunt u de desbetreffende defecte zekering ver vangen volgens de onderstaande procedure.

De tang voor het ver wijderen van zekeringen
bevindt aan de binnenzijde van de klep van het
zekerin
gkastje in het dashboard.
To egang:)ver wijder de klep, )trek de tang los.



To egang tot het gereedschap
Voordat u een zekering ver vangt, dient u de
oorzaak van de storing op te sporen en te(laten) verhelpen.) U kunt aan de draad van een zekering zienof deze defect is.
Vervangen van een zekering
GoedDefect
)
Gebruik de speciale tang om de zekering
uit de zekeringkast te verwijderen.)
Ver vang een defecte zekering altijd door een zekering met dezelfde stroomsterkte.)
Selecteer de zekering aan de hand vanhet nummer op de zekeringkast, de op de zekering aangegeven stroomsterkte en de
navolgende tabellen.


CITROËN is niet aansprakelijk voor kosten die voortvloeien uit storingen veroorzaakt door het monteren van extra accessoires die niet door aanbevolen en geleverd worden, en niet volgens de voorschriften van CITROËN zijn gemonteerd. Dit geldt met name als het gezamenlijke stroomverbruikvan de extra accessoires meer dan 10 milliampère bedraagt.



Montage van elektrischeaccessoires

Bij het ontwerp van het elektrischecircuit van uw auto is reeds rekeninggehouden met de montage van zowel destandaarduitrusting als eventuele opties.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats voordatu andere elektrische voorzieningen of accessoires in de auto monteert of laat monteren.

Page 218 of 358

Zekeringen
dashboard
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde
van het dashboard (linkerzijde).
Toegang tot de zekeringen
)Trek de klep los.
Zekering nr.Ampère(A)Functies
F6 A of
B15 Autoradio.
F8
3 Inbraakalarm.
F13
10 Aansteker vóór, 12V-aansluiting vóór.
F14
10 12V-aansluiting achter.
F1
63 Kaartleeslampen achter.
F173 Make-upspiegel.
F28 A of B
15 Autoradio.
F3
020
Ruitenwisser achter.
F32
10 Audioversterker.

Page 219 of 358

217Praktische informatie

Zekeringen
motorruimte
De zekeringkast bevindt zich onder demotorkap, naast de accu.

Toegang tot de zekeringen
)Maak het deksel los.)Ver vang de zekering (zie de
desbetreffende paragraaf).)Sluit na het ver vangen van de zekering
zorgvuldig het deksel voor een goede
afdichting van de zekeringkast.
ZekeringN°Ampère(A)Functies
F20 15
Ruitens
proeierpomp voor en achter.
F2120 Pomp koplampsproeiers.
F2215 Claxon.
F2
315 Grootlicht rechts.
F2
415 Grootlicht links.
F275
Afschermklep koplamp links.
F2
85
Afschermklep koplamp rechts.

Page 220 of 358










12V- ac c u Procedure voor het opladen van de accu en het gebruik van een hulpaccu voor het starten van de motor met behulp van startkabels.
Deze sticker geeft aan dat er een speciale 12V-loodaccu is gebruikt die alleen losgekoppeld en/of ver vangen mag worden bij het CITROËN-netwerkof bij een gekwalificeerde werkplaats.
Het negeren van deze aanwijzing kan er toe leiden dat de accu vroegtijdig aanver vanging toe is. D
e accu bevindt zich in de motorruimte.
To egang tot de accu: )
open de motorkap via hendel in het
interieur en gebruik vervolgens de
veiligheidshaak aan de buitenzijde,) ver wijder de kunststof afdekkap voor
toegang tot de twee accupolen,) maak indien nodig de zekeringkast los om
de accu te ver wijderen.

To egang tot de accu
)Trek de vergrendelingshendel zo ver mogelijk omhoog.




Accukabels loskoppelen

Weer aansluiten van de kabels
)Plaats de geopende accupoolklem 1
op de
pluspool (+) van de accu. )Druk ver ticaal op de accupoolklem 1omhem goed tegen de accu aan te drukken.)Zet de accupoolklem vast door de pasnok
opzij te bewegen en ver volgens de hendel2omlaag te duwen.

Forceer de hendel niet, aangeziende accupoolklem niet kan wordenvergrendeld als deze niet correct is geplaatst; herhaal de procedure.
Zet het contact altijd af (verklikkerlampje Ready
uit) als u werkzaamheden aande auto wilt uitvoeren, om letsel door het automatisch starten van de motor te
voorkomen.
Uw auto is naast de tractiebatterij van het hybridesysteem voorzien van eenconventionele 12V-accu. Deze accu bevindt
zich onder de motorkap.
In bepaalde omstandi
gheden, als de 12V-accu
te ver ontladen is om het hybridesysteem in te schakelen, kan de 12V-accu via een hulpaccu
worden opgeladen.
Laad de 12V-accu niet op als het
ver
klikkerlampje Readybrandt.

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 360 next >