cruise control JEEP GRAND CHEROKEE 2015 Instructieboek (in Dutch)

Page 126 of 480

OPMERKING:
Het schermBRAKE!(remmen!) in het DID
is een waarschuwing voor de bestuurder om
actie te ondernemen en betekent niet dat het
Forward Collision Warning systeem zelf-
standig de remmen bedient.InhaalhulpTijdens het rijden met ingeschakelde ACC en
het volgen van een doelauto, biedt het systeem
extra acceleratie om te helpen voorliggende
voertuigen in te halen. Deze extra acceleratie
wordt geactiveerd wanneer de bestuurder de
richtingaanwijzer naar links inschakelt. Op plaatsen waar het verkeer links rijdt, is de
inhaalhulp alleen actief bij het links inhalen van
de doelauto.
Wanneer een auto verandert van een plaats
waar het verkeer links rijdt naar een plaats waar
het verkeer rechts rijdt, detecteert de ACC
automatisch de rijrichting van het verkeer. In dat
geval is de inhaalhulp alleen actief bij het rechts
inhalen van de doelauto. Deze extra acceleratie
wordt geactiveerd wanneer de bestuurder de
richtingaanwijzer naar rechts inschakelt. In
deze situatie zorgt het ACC-systeem niet meer
voor inhaalhulp bij het links inhalen totdat het
vaststelt dat het voertuig weer is teruggekeerd
naar een plaats waar het verkeer links rijdt.
Werking van ACC bij stoppenAls het ACC-systeem uw auto tot stilstand
brengt bij het volgen van een doelvoertuig, gaat
uw auto automatisch weer rijden als het doel-
voertuig binnen twee seconden optrekt.
Als het doelvoertuig niet binnen twee seconden
optrekt nadat uw auto tot stilstand is gekomen,
wordt het ACC met stop-systeem geannuleerd
en worden de remmen gelost. Op dit moment
moet de bestuurder ingrijpen.
Terwijl de ACC met stop uw auto op zijn plaats
heeft gehouden, zal, als de veiligheidsgordel
van de bestuurder wordt losgemaakt of het
bestuurdersportier wordt geopend, het ACC
met stop-systeem worden geannuleerd en de
remmen worden gelost. Op dit moment moet de
bestuurder ingrijpen.
WAARSCHUWING!
Als het ACC-systeem de snelheid hervat,
moet de bestuurder ervoor zorgen dat zich
geen voetgangers, voertuigen of objecten in
het pad van het voertuig bevinden. Het ne-
geren van deze waarschuwingen kan een
aanrijding en ernstig of zelfs dodelijk letsel
tot gevolg hebben.Menu van de adaptieve
cruisecontrol (ACC)Het DID toont de huidige instellingen van het
ACC-systeem. Het DID bevindt zich in het mid-
den van de instrumentengroep. De getoonde
informatie is afhankelijk van de status van het
ACC-systeem.
Remwaarschuwing
122

Page 127 of 480

Druk op de toets AAN/UIT van de ADAPTIEVE
CRUISECONTROL (ACC) (op het stuur), totdat
een van de volgende meldingen wordt weerge-
geven in het DID:
Adaptive Cruise Control OFF (adaptieve
cruisecontroluitgeschakeld)
Als
ACC is uitgeschakeld, verschijnt op het
scherm de melding"Adaptive Cruise Control
OFF (adaptieve cruisecontrol uitgeschakeld).
Adaptive Cruise Control (ACC) Ready
(adaptieve cruisecontrol
gereed)
Als ACC is ingeschakeld, maar de rijsnelheid
niet is ingesteld, verschijnt op het scherm de
melding "Adaptive Cruise Control (ACC)
Ready" (adaptieve cruisecontrol gereed).
Druk op de toets SET + of SET - (op het stuur),
en de volgende meldingen worden weergege-
ven in het DID:
ACC ingesteld
Als ACC is ingesteld, wordt de ingestelde snel-
heid weergegeven
in de instrumentengroep. Het ACC-scherm wordt mogelijk opnieuw ge-
toond wanneer een ACC-activiteit plaatsvindt,
zoals bijvoorbeeld:

Wijzigen van de ingestelde volgafstand
 Annuleren van het systeem
 Ingreep door de bestuurder
 Uitschakelen van het systeem
 Naderingswaarschuwing van ACC
 Waarschuwing ACC niet beschikbaar
 Als het ACC-scherm langer dan vijf secon-
den niet actief is, toont het DID het laatst
gekozen scherm
Waarschuwingen en
onderhoudsaanwijzingen op het
schermWaarschuwing Wipe Front Radar Sensor
In Front Of Vehicle (veeg radarsensor aan
voorzijde af)
De waarschuwing "ACC/FCW Unavailable
Wipe Front Radar Sensor" (ACC/FCW niet be-
schikbaar Veeg radarsensor aan voorzijde af)
wordt weergegeven en ook een geluidssignaal geeft aan wanneer de functionaliteit van het
systeem tijdelijk door omstandigheden wordt
beperkt.
Dit komt vooral voor bij slecht zicht, zoals
tijdens sneeuwval of zware regenbuien. Het
ACC-systeem kan ook tijdelijk niet beschikbaar
zijn doordat de sensor is bedekt met modder,
vuil of ijs. In dergelijke gevallen wordt in het DID
"ACC/FCW Unavailable Wipe Front Radar Sen-
sor"
(ACC/FCW niet beschikbaar Veeg radar-
sensor aan voorzijde af) weergegeven en wordt
het systeem uitgeschakeld.
De melding "ACC/FCW Unavailable Wipe Front
Radar Sensor" (ACC/FCW niet beschikbaar
Veeg radarsensor aan voorzijde af) wordt soms
weergegeven als u rijdt in omgevingen met veel
reflectie (zoals in tunnels met reflecterende
tegels of op plaatsen met ijs en sneeuw). Het
ACC-systeem herstelt zich nadat de auto deze
omgevingen heeft verlaten. In zeldzame geval-
len, wanneer de radar geen voertuigen of ob-
jecten vóór zich detecteert, kan deze waarschu-
wing tijdelijk worden weergegeven.
123

Page 128 of 480

OPMERKING:
Als de waarschuwingACC/FCW Unavaila-
ble Wipe Front Radar Sensor (ACC/FCW
niet beschikbaar Veeg radarsensor aan
voorzijde af) actief is, is de normale cruise-
control (vaste snelheid) nog steeds beschik-
baar. Raadpleeg de paragraaf Modus Nor-
male cruisecontrol (vaste snelheid) in dit
hoofdstuk voor meer informatie hierover.
Als de weersomstandigheden geen oorzaak
kunnen zijn, dient u de sensor te controleren.
Het kan noodzakelijk zijn een obstakel van de
sensor te verwijderen of deze te reinigen. De
sensor bevindt zich in het midden van de auto,
achter de onderste grille.
Voor een juiste werking van het ACC-systeem
dient u de volgende onderhoudsaanwijzingen
op te volgen:
 Houd de sensor altijd schoon. Veeg de lens
voorzichtig schoon met een zachte doek.
Voorkom beschadiging van de sensorlens. 
Verwijder geen schroeven van de sensor.
Het verwijderen van schroeven kan een sto-
ring in het ACC-systeem tot gevolg hebben of
het opnieuw uitlijnen van de sensor noodza-
kelijk maken.
 Als de sensor of de voorkant van het voertuig
is beschadigd door een aanrijding, neemt u
contact op met uw erkende dealer voor
service.
 Monteer geen accessoires in de nabijheid
van de sensor, ook geen transparant materi-
aal of een andere grille. Dat kan een storing
of defect in het ACC-systeem veroorzaken.
Als de omstandigheid waardoor het systeem
werd uitgeschakeld niet langer aanwezig is,
keert het systeem terug naar de status "Adap-
tive Cruise Control OFF (adaptieve cruisecon-
trol uitgeschakeld). U kunt het systeem dan
opnieuw activeren, waarna de huidige instellin-
gen weer worden gebruikt. OPMERKING:

Als de melding ACC/FCW Unavailable
Wipe Front Radar Sensor (ACC/FCW niet
beschikbaar Veeg radarsensor aan de
voorzijde af) vaak wordt weergegeven
(bijvoorbeeld iedere rit meer dan één
keer) zonder enige sneeuw, regen, mod-
der of andere obstakels, laat dan de radar-
sensor opnieuw uitlijnen door uw erkende
dealer.
 Het monteren van een sneeuwploeg, be-
scherming of een andere grille of het
wijzigen van de grille wordt afgeraden.
Hierdoor kan de sensor worden geblok-
keerd en de werking van het ACC/FCW-
systeem worden belemmerd.
Waarschuwing Clean Front Windshield
(voorruit reinigen)
De waarschuwing "ACC/FCW Limited Functio-
nality Clean Front Windshield" (ACC/FCW be-
perkte functionaliteit Voorruit reinigen) wordt
weergegeven en ook een geluidssignaal geeft
aan wanneer de functionaliteit van het systeem
tijdelijk door omstandigheden wordt beperkt. Dit
komt vooral voor bij slecht zicht, zoals tijdens
124

Page 129 of 480

sneeuwval of zware regenbuien en bij mist. Het
ACC-systeem kan ook tijdelijk verblind zijn als
gevolg van obstakels, zoals modder, vuil of ijs
op de voorruit en mist aan de binnenkant van
het glas. In dergelijke gevallen wordt in het DID
"ACC/FCW Limited Functionality Clean Front
Windshield"(ACC/FCW beperkte functionaliteit
Voorruit reinigen) weergegeven en heeft het
systeem verminderde prestaties.
De melding "ACC/FCW Limited Functionality
Clean Front Windshield" (ACC/FCW beperkte
functionaliteit Voorruit reinigen) wordt soms
weergegeven als u rijdt bij slecht weer. Het
ACC/FCW-systeem herstelt zich nadat de auto
deze omgevingen heeft verlaten. In zeldzame
gevallen kan deze waarschuwing tijdelijk wor-
den weergegeven zonder dat de camera een
voertuig of object vóór zich detecteert.
Als de weersomstandigheden geen factor zijn,
dient de bestuurder de voorruit en de camera
aan de achterkant van de achteruitkijkspiegel te
controleren. Het kan noodzakelijk zijn een ob-
stakel van de sensor te verwijderen of deze te
reinigen.
Als de omstandigheid die de beperkte functiona-
liteit veroorzaakte niet meer aanwezig is, gaat het
systeem terug naar volledige functionaliteit.OPMERKING:
Als de melding ACC/FCW Limited Functio-
nality Clean Front Windshield (ACC/FCW
beperkte functionaliteit Voorruit reinigen)
vaak wordt weergegeven (bijv. meer dan
eenmaal per rit) zonder enige sneeuw, re-
gen, modder of andere obstakels, laat dan
de voorruit en de naar voren gerichte ca-
mera controleren door uw erkende dealer.
Waarschuwing onderhoud ACC/FCW
Als het systeem wordt uitgeschakeld en in het
DID de melding "ACC/FCW Unavailable Ser-
vice Required" (ACC/FCW niet beschikbaar,
onderhoud noodzakelijk) of "Cruise/FCW Una-
vailable Service Required" (cruisecontrol/FCW
niet beschikbaar, onderhoud noodzakelijk)
wordt weergegeven, kan er sprake zijn van een
interne systeemstoring of van een tijdelijke sto-
ring die de functionaliteit van ACC beperkt. Hoewel u nog steeds met de auto kunt rijden,
zal het ACC-systeem tijdelijk niet beschikbaar
zijn. Als dit gebeurt, kunt u proberen ACC later
opnieuw te activeren nadat u de contactscha-
kelaar uit- en weer ingeschakeld heeft. Als het
probleem aanhoudt, breng dan een bezoek aan
uw erkende dealer.
Voorzorg tijdens het rijden met ACCOnder sommige rijomstandigheden kan het
ACC-systeem moeite te hebben met de detec-
tie. In een dergelijk geval kan ACC laat of
onverwacht remmen. U dient als bestuurder
altijd alert te zijn om te kunnen ingrijpen.
Een aanhanger trekken
OPMERKING:
Een aanhanger trekken wordt niet aangera-
den tijdens gebruik van de adaptieve cruise
control (ACC).
125

Page 132 of 480

Algemene informatieDeze auto is voorzien van systemen die werken
op radiofrequentie en voldoen aan de voor-
schriften van deel 15 van de Federal Commu-
nications Commission (FCC) en aan de normen
RSS- GEN/ 210/220/310 van Industry Canada.
De apparatuur moet voldoen aan de volgende
twee voorwaarden:
1. De apparatuur mag geen schadelijke inter-ferentie veroorzaken.
2. De apparatuur moet eventuele ontvangen interferentie tolereren, ook interferentie die
mogelijk een ongewenste werking van de
apparatuur veroorzaakt.
Wijzigingen of aanpassingen aan deze syste-
men door andere dan een erkende service-
faciliteit kunnen ertoe leiden dat deze appara-
tuur niet meer mag worden gebruikt.
Modus Normale cruisecontrol (vaste
snelheid)Naast de adaptieve cruisecontrol is ook de
normale cruisecontrol (vaste snelheid) beschik-
baar voor het rijden met een constante snel-
heid. De normale cruisecontrol (vaste snelheid)
is bedoeld om een ingestelde snelheid aan te
houden, zonder dat het gaspedaal bediend
hoeft te worden. De cruisecontrol kan alleen
worden gebruikt als de auto een snelheid heeft
van meer dan 32 km/u (20 mph).
Om tussen de verschillende typen cruisecontrol
te wisselen, drukt u op de AAN/UIT-knop van de
adaptieve cruisecontrol (ACC) zodat de ACC en
de normale cruisecontrol (vaste snelheid) wor-
den uitgeschakeld. Op de AAN/UIT-knop voor
de normale cruisecontrol (vaste snelheid) druk-
ken, leidt tot het inschakelen van (omschakelen
naar) de normale cruisecontrol (vaste snelheid).WAARSCHUWING!In de modus Normale cruisecontrol zal het
systeem niet reageren op voertuigen die vóór
u rijden. Bovendien wordt de naderingswaar-
(Vervolgd)
WAARSCHUWING!
(Vervolgd)
schuwing niet geactiveerd en klinkt er zelfs als
u te dicht op het voertuig voor u rijdt geen
alarmsignaal, omdat het voor u rijdende voer-
tuig en de tussenafstand niet worden gedetec-
teerd. Houdt een veilige afstand aan tot het
voertuig dat vóór u rijdt. Zorg dat u zich altijd
bewust bent van de gekozen modus.De gewenste snelheid instellen
Schakel de normale cruisecontrol
(vaste snelheid) in. Wanneer de
auto de gewenste snelheid heeft
bereikt, drukt u kort op de knop
SET (+) of SET (-). Laat het gaspe-
daal los. De auto zal nu automa-
tisch de gekozen snelheid handhaven. Nadat
een snelheid is ingesteld, wordt een melding
CRUISE CONTROL SET TO MPH/KM (cruise-
control ingesteld op MPH/KM) weergegeven
waarin wordt aangegeven welke snelheid is
ingesteld. Dit lampje brandt wanneer de cruise-
control is ingesteld.
128

Page 133 of 480

Ingestelde snelheid aanpassen
De snelheid verhogen
Wanneer de normale cruisecontrol (vaste snel-
heid) is ingesteld, kunt u de snelheid verhogen
door op de knop SET+te drukken.
De verhoging van de snelheid wordt, afhankelijk
van de gekozen eenheid, in Amerikaanse (mph)
of metrische (km/u) eenheden weergegeven:
Snelheid in Amerikaanse eenheid (mph)
 Als
u eenmaal op de knop SET +drukt, wordt
de ingestelde snelheid verhoogd met 1 mph.
Telkens wanneer u opnieuw kort op de knop
drukt, wordt de snelheid met 1 mph ver-
hoogd.
 Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid toenemen in stappen
van 5 mph totdat u de knop loslaat. Het DID
toont de snelheidstoename. De snelheid verlagen
Wanneer de normale cruisecontrol (vaste snel-
heid) is ingesteld, kunt u de snelheid verhogen
door op de knop SET
-te drukken.
De verlaging van de snelheid wordt, afhankelijk
van de gekozen eenheid, in Amerikaanse (mph)
of metrische (km/u) eenheden weergegeven:
Snelheid in Amerikaanse eenheid (mph)
 Als
u eenmaal op de knop SET -drukt,
wordt
de ingestelde snelheid verlaagd met 1 mph.
Telkens wanneer u opnieuw kort op de knop
drukt, wordt de snelheid met 1 mph verlaagd.
 Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid afnemen in stappen van
5 mph totdat u de knop loslaat. Het DID toont
de snelheidsafname.
Snelheid in metrische eenheid (km/u)
 Als u eenmaal op de knop SET
-drukt, wordt
de ingestelde snelheid verlaagd met 1 km/u.
Met ieder volgend tikje op de toets verlaagt u
de snelheid met 1 km/u. 
Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid afnemen in stappen van
10 km/u totdat u de knop loslaat. Het DID
toont de snelheidsafname.
Annuleren
De volgende omstandigheden annuleren de
normale cruisecontrol (vaste snelheid) zonder
het geheugen te wissen:
 Het rempedaal wordt ingetrapt.
 De knop CANCEL wordt ingedrukt.
 Het elektronisch stabiliteitsregelsysteem/
tractieregelsysteem (ESP/ASR) wordt
geactiveerd.
 De handrem wordt aangetrokken.
 De temperatuur van de remmen wordt hoger
dan het normale bereik (oververhit).
 De schakelhendel wordt uit de stand Drive
gehaald.
129

Page 134 of 480

Snelheid hervatten
Als u een eerder ingestelde snelheid opnieuw
wilt aanhouden, drukt u kort op de knop RES.
Deze functie kan worden gebruikt bij snelheden
hoger dan 32 km/u (20 mph).
Uitschakelen
Het systeem wordt uitgeschakeld en wist de
ingestelde snelheid uit het geheugen als:
De AAN/UIT-knop van de normale cruisecon-
trol (vaste snelheid) wordt ingedrukt.
 Het contact wordt uitgeschakeld.
 U vierwielaandrijving Low inschakelt.
 De AAN/UIT-knop van de adaptieve cruise-
control (ACC) wordt ingedrukt.
FORWARD COLLISION
WARNING (FCW) MET
RISICOBEPERKING - INDIEN
AANWEZIG
Bediening Forward Collision
Warning (FCW) met risicobeperkingHet systeem Forward Collision Warning (FCW)
met risicobeperking geeft de bestuurder hoor-
bare en visuele waarschuwingen (in het DID),
en kan een remschok toepassen om de be-
stuurder te waarschuwen wanneer het een mo-
gelijke frontale botsing detecteert. De waar-
schuwingen en beperkte remwerking zijn
bedoeld om de bestuurder voldoende tijd te
geven om te reageren, een mogelijke botsing te
voorkomen of te beperken. OPMERKING:
FCW bewaakt de informatie vanaf de naar
voren gerichte sensoren en vanaf de elek-
tronische remregeling (EBC), om de waar-
schijnlijkheid te berekenen dat er zich een
frontale botsing voordoet. Wanneer het sys-
teem constateert dat een frontale botsing
waarschijnlijk is, zal de bestuurder geluids-
signalen en visuele waarschuwingen ont-
vangen, en kan het systeem een remschok
als waarschuwing toepassen. Als de be-
stuurder geen actie onderneemt op basis
van deze progressieve waarschuwingen, zal
het systeem in beperkte mate actief remmen
om te helpen het voertuig af te remmen en
een mogelijke frontale botsing te beperken.
Als de bestuurder reageert op de waarschu-
wingen door te remmen en het systeem
vaststelt dat de bestuurder probeert om de
botsing te voorkomen door te remmen, maar
niet voldoende remkracht heeft uitgeoefend,
zal het systeem compenseren en extra rem-
kracht leveren voor zover dat nodig is.
130

Page 136 of 480

Door de status van actief remmen te verande-
ren naar"Uit"voorkomt u dat het systeem
slechts beperkt autonoom remt, of extra remon-
dersteuning als de bestuurder niet voldoende
hard remt in het geval van een potentiële fron-
tale botsing.
OPMERKING:
De status van het FCW-systeem blijft in het
geheugen bewaard, ook wanneer de con-
tactschakelaar wordt uit- en weer ingescha-
keld. Als het systeem UIT wordt geschakeld,
blijft het uit nadat de auto weer is gestart.Status van FCW en actief remmen
veranderenDe instellingen van de FCW-gevoeligheid en
actief remmen zijn programmeerbaar via het
Uconnect® systeem. Raadpleeg "Uconnect®
instellingen" in het hoofdstuk "Het instrumen-
tenpaneel" voor meer informatie hierover.
De standaardinstelling van FCW is "Far"(veraf)
en van Actief remmen is "On"(aan). Hierdoor
kan het systeem u waarschuwen voor een
mogelijke aanrijding met het voertuig vóór u
wanneer u nog relatief veraf bent en remt het slechts beperkt. Dit geeft u de langste reactietijd
om een mogelijke botsing te voorkomen.
Door de FCW-status te wijzigen in
"Near"(dicht-
bij), kan het systeem u waarschuwen voor een
mogelijke aanrijding met het voertuig vóór u
wanneer de afstand tot dit voertuig veel korter
is. Met deze instelling heeft u minder reactietijd
dan bij de instelling "Far"(veraf). Hierdoor is
een meer dynamische rijervaring mogelijk.
OPMERKING:
 Het systeem onthoudt de instelling die
het laatst door de bestuurder is gekozen
nadat het contact werd uitgeschakeld.
 FCW reageert mogelijk niet op irrelevante
objecten, zoals objecten hoog boven de
weg, weerkaatsingen van de bodem, ob-
jecten welke zich niet in de rijweg van de
auto bevinden, stilstaande objecten op
grote afstand, tegemoetkomend verkeer,
of voorliggers met een dezelfde of een
hogere snelheid.
 Net als bij ACC, wordt met de schermen
aangegeven dat FCW is uitgeschakeld.
Waarschuwing FCW beperktAls het systeem wordt uitgeschakeld en in het
DID de melding "ACC/FCW Limited Functiona-
lity" (ACC/FCW beperkte functionaliteit) of
"ACC/FCW Limited Functionality Clean Front
Windshield" (ACC/FCW beperkte functionaliteit
Voorruit reinigen) wordt weergegeven, kan er
sprake zijn van een situatie waarin de werking
van FCW wordt beperkt. Hoewel nog steeds
met het voertuig kan worden gereden onder
normale omstandigheden, is actief remmen mo-
gelijk niet volledig beschikbaar. Zodra de situ-
atie die de prestaties van het systeem beperkte
niet meer aanwezig is, herwint het systeem zijn
volledige werking. Als het probleem aanhoudt,
breng dan een bezoek aan uw erkende dealer.Waarschuwing onderhoud FCWAls het systeem wordt uitgeschakeld en in het
DID wordt weergegeven:
 ACC/FCW Unavailable Service Required
(ACC/FCW niet beschikbaar, onderhoud
noodzakelijk)
 Cruise/FCW Unavailable Service Required
(cruisecontrol/FCW niet beschikbaar, onder-
houd noodzakelijk)
132

Page 185 of 480

Auto’s met Keyless Enter-N-Go™
1. Druk op de knop ENGINE START/STOP enzet de contactschakelaar in de stand ON/
RUN zonder het rempedaal in te trappen
(maar start de motor niet).
2. Trap binnen 10 seconden het gaspedaal, langzaam, drie keer volledig in.
3. Druk, zonder het rempedaal in te trappen, eenmaal op de knop ENGINE START/STOP
om de contactschakelaar terug te zetten in
de stand OFF/LOCK.
OPMERKING:
Als het indicatiebericht wordt weergegeven
wanneer u de motor start, is de indicator
voor olieverversing niet gereset. Herhaal
deze procedure indien nodig.DID-berichten Front Seatbelts Unbuckled (voorste veilig-
heidsgordels niet vastgegespt)
 Driver Seatbelt Unbuckled (bestuurdersgor-
del niet vastgegespt) 
Passenger Seatbelt Unbuckled (passagiers-
gordel niet vastgegespt)
 Service Airbag System (airbagsysteem ver-
eist onderhoud)
 Traction Control Off (traction control uit)
 Washer Fluid Low (ruitensproeiervloeistof
bijna op)
 Oil Pressure Low (oliedruk laag)
 Olieverversing vereist
 Fuel Low (brandstof laag)
 Service Antilock Brake System (antiblokkeer-
systeem vereist onderhoud)
 Service Electronic Throttle Control (elektroni-
sche gasklepregeling vereist onderhoud)
 Service Power Steering (stuurbekrachtiging
vereist onderhoud)
 Cruise Off (cruisecontrol uitgeschakeld)
 Cruise Ready (cruisecontrol gereed)
 ACC onderdrukken
 Cruise Set To XXX MPH (cruisecontrol inge-
steld op XXX mph) 
Tire Pressure Screen With Low Tire(s) “In-
flate Tire to XX” (bandenspanning-scherm
met te lage bandenspanning(en) "band op-
pompen tot XX")
 Service Tire Pressure System (bandenspan-
ningscontrolesysteem vereist onderhoud)
 Waarschuwing voor te hoge snelheid
instellen
 Waarschuwing voor te hoge snelheid
overschreden
 Parking Brake Engaged (handrem
ingeschakeld)
 Brake Fluid Low (remvloeistofpeil laag)
 Service Electronic Braking System (elektro-
nisch remsysteem vereist onderhoud)
 Engine Temperature Hot (motortemperatuur
hoog)
 Battery Voltage Low (accuspanning laag)
 Service Electronic Throttle Control (elektroni-
sche gasklepregeling vereist onderhoud)
 Lights On (verlichting aan)
181

Page 187 of 480

Washer Fluid Low (ruitensproeiervloeistof
bijna op)
 Service Air Suspension System (luchtve-
ringssysteem vereist onderhoud)
 Normal Ride Height Achieved (normale rij-
hoogte bereikt)
 Aerodynamic Ride Height Achieved (aërody-
namische rijhoogte bereikt)
 Off Road 1 Ride Height Achieved (rijhoogte
voor terreinrijden 1 bereikt)
 Off Road 2 Ride Height Achieved (rijhoogte
voor terreinrijden 2 bereikt)
 Entry/Exit Ride Height Achieved (rijhoogte
voor instappen/uitstappen bereikt)
 Selected Ride Height Not Permitted (gese-
lecteerde rijhoogte niet toegestaan)
 Service Air Suspension System Immediately
(luchtveringsysteem vereist onmiddellijk
onderhoud)
 Reduce Speed To Maintain Selected Ride
Height (verlaag snelheid om geselecteerde
rijhoogte te handhaven) 
Air Suspension System Cooling Down
Please Wait (luchtveringsysteem koelt af
Even wachten a.u.b.)
 Vehicle Cannot Be Lowered Door Open
(voertuig niet kan worden verlaagd Portier
open)
 Off Road 2 Watch For Clearance (terreinrij-
den 2 Let op bodemvrijheid)
 Entry/Exit Watch For Clearance (instappen/
uitstappen Let op bodemvrijheid)
 Air Suspension Temporarily Disabled For jac-
king And Tire Change (luchtvering tijdelijk
uitgeschakeld voor krikken en band
verwisselen)
 Battery Low Start Engine To Change Ride
Height (accu laag, start motor om de rij-
hoogte te wijzigen)
Het gedeelte met instelbare indicatoren bestaat
uit witte indicatoren aan de rechterzijde, oranje
indicatoren in het midden en rode indicatoren
aan de linkerzijde.
Witte indicatoren in DIDIn dit gedeelte worden instelbare witte indicato-
ren getoond. Voorbeelden van deze indicatoren
zijn:
 Cruise Ready (cruisecontrol gereed)
Dit lampje gaat branden om aan te
gevendat

het systeem voor de
cruisecontrol gereed is om te wor-
den geactiveerd.
 Regeling afdaling
Dit lampje gaat branden om aan te
gevendat
de HDC-systeem geac-
tiveerd is.
 Selec — snelheid
Dit lampje gaat branden om aan te
geven dat de Selec-Speed geacti-
veerd is.
183

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 next >