lock JEEP GRAND CHEROKEE 2015 Instructieboek (in Dutch)

Page 199 of 480

Toetsen op het frontDe toetsen op het front bevinden zich in het
midden van instrumentenpaneel onder het
Uconnect® systeem. Bovendien bevindt zich in
het midden van het instrumentenpaneel, rechts
van de toetsen van de klimaatregeling, een
Scroll/Enter-draaiknop. Draai aan de knop om
door de menu’s te bladeren of instellingen te
selecteren (bijv. 30, 60, 90). Druk een of meer-dere keren op het midden van de draaiknop om
een instelling te wijzigen (bijv. ON/OFF (aan/
uit)).
Uw Uconnect® systeem is mogelijk ook uitge-
rust met de toetsen Screen Off en Back op het
front onder het systeem.
Druk op de toets Screen Off op het front om het
Uconnect® scherm uit te schakelen. Druk nog-
maals op de toets Screen Off op het front om
het scherm in te schakelen.
Druk op de toets Back op het front om een
menu of een bepaalde optie op het Uconnect®
systeem te sluiten.
SchermtoetsenSchermtoetsen kunnen in het scherm van
Uconnect® worden bediend.Door de klant te programmeren
functies — Persoonlijke instellingen
Uconnect® 5.0Druk op de knop SETTINGS op het front om het
scherm menu-instelling weer te geven. In deze
modus geeft het Uconnect® systeem u toegang
tot programmeerbare functies waarmee de autokan zijn uitgerust, zoals Display (Scherm), Units
(Eenheden), Voice (Spraak), Clock (Klok),
Safety/Assistance (Veiligheid/hulp), Lights (Ver-
lichting), Doors & Locks (Portieren en sloten),
Auto-On Comfort (Comfort automatisch aan),
Engine Off Operation (Stroom bij uitgescha-
kelde motor), Compass Settings (Kompasin-
stellingen), Audio and Phone/Bluetooth®
(Audio- en telefoon/Bluetooth®).
OPMERKING:
Er kan telkens slechts één onderdeel van
het aanraakscherm tegelijk worden weerge-
geven.
Kies de schermtoets om de gewenste modus te
activeren . Zodra de gewenste modus actief is,
druk kort op de gewenste instelling om uw
keuze te maken. Nadat de instelling is voltooid,
kiest u de schermtoets met de pijl naar links of
de toets BACK (terug) om naar het vorige menu
terug te keren, of de schermtoets X om het
instellingenscherm te sluiten. Met behulp van
de schermtoetsen met de pijl Omhoog of Om-
laag aan de rechterkant van het scherm kunt u
omhoog en omlaag schakelen door de beschik-
bare instellingen.
Uconnect® 8.4 schermtoetsen en toetsen op
het front1 - Uconnect® schermtoetsen
2 - Uconnect® toetsen op het front
195

Page 201 of 480

Units (eenheden)In dit scherm kunt u de maateenheden van het
DID, kilometerteller en het navigatiesysteem (in-
dien aanwezig) van Amerikaanse in metrische
eenheden veranderen en omgekeerd. Kies "US"
of "Metric" (metrisch) om uw keuze te maken. Om
terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links. Voice Response Length (Lengte voor
reactie op spraakbediening)In dit scherm kunt u de instelling van de Voice
Response Length (lengte gesproken berichten)
wijzigen. Om de lengte van gesproken berichten
te wijzigen, kiest u de schermtoets "Brief"(kort) of
"Detailed" (uitgebreid) om uw keuze te maken.
Om terug te keren naar het vorige menu, kiest u
de schermtoets met de pijl naar links. Show Command List (lijst met opdrach-
ten weergeven)
In
dit scherm kunt u ervoor kiezen om Never
(nooit), w/Help
(met hulp) of Always (altijd) de
Teleprompter weer te geven met de mogelijke
opties tijdens een spraaksessie. Om de Show
Command List (lijst met opdrachten weerge- ven) te wijzigen, kiest u de schermtoets
"Never"
(nooit), "w/Help" (met hulp) of "Always"(altijd)
om uw keuze te maken. Om terug te keren naar
het vorige menu, kiest u de schermtoets met de
pijl naar links.
 Touch Screen Beep (pieptonen aanraak-
scherm)
In dit scherm kunt u het geluid in- of uitschake-
len wanneer

u de schermtoets kiest. Kies de
schermtoets "Touchscreen Beep" (pieptonen
aanraakscherm) om uw keuze te maken. Om
terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links.
Klok & datum
Nadat u de schermtoets "Clock"(klok) hebt
gekozen, zijn de volgende instellingen mogelijk:
 Tijd instellen
In dit scherm kunt u de tijd en de notatie
handmatig instellen. Kies de schermtoets "Set
Time" (tijd instellen) en kies vervolgens een
12-uurs of 24-uurs formaat. Kies de scherm-
toets pijl omhoog en omlaag om de tijd in te
stellen. Selecteer vervolgens AM of PM. Om
terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links. 
Datum instellen
In dit scherm kunt u de datum handmatig instel-
len. Kies

de schermtoets "Set Date"(datum
instellen) en vervolgens de betreffende toetsen
pijl omhoog en pijl omlaag om de huidige datum
in te stellen. Om terug te keren naar het vorige
menu, kiest u de schermtoets met de pijl naar
links.
Safety/Assistance (veiligheid/hulp)
Nadat u de schermtoets "Safety/Assistance"
(veiligheid/hulp) hebt gekozen, zijn de volgende
instellingen mogelijk:
 ParkSense®
De sensoren van het ParkSense® systeem
tasten het
gebied achter de auto af op obstakels
wanneer de schakelhendel in de stand RE-
VERSE staat en de snelheid lager is dan
18 km/u (11 mph). Het geeft een (hoorbare
en/of visuele) waarschuwing om de nabijheid
van andere voorwerpen aan te geven. Het
systeem kan worden geactiveerd met Sound
Only (Alleen geluid) of Sound and Display (Ge-
luid en weergave). Als u de status van Park-
Sense® wilt wijzigen, kiest u de schermtoets
Sound Only (alleen geluid) of Sound and Dis-
197

Page 203 of 480

VerlichtingNadat u de schermtoets"Lights"(verlichting) hebt
gekozen, zijn de volgende instellingen mogelijk. Uitschakelvertraging koplampenWanneer deze functie is geselecteerd, kan de tijd
dat de koplampen blijven branden nadat de motor
is uitgeschakeld worden ingesteld. Om de instel-
ling van de uitschakelvertraging voor de koplam-
pen te wijzigen, kiest u de schermtoets Headlights
Off Delay (uitschakelvertraging koplampen) en
vervolgens 0 sec, 30 sec, 60 sec of 90 seconden.
Om terug te keren naar het vorige menu, kiest u
de schermtoets met de pijl naar links.Headlight Illumination on Approach
(koplampen inschakelen bij nadering)
Als deze functie is geselecteerd, zullen de
koplampen worden ingeschakeld en gedurende
0, 30, 60, of 90 seconden blijven branden
wanneer de portieren worden ontgrendeld met
de afstandsbediening. Kies de schermtoets + of
- om de status van de verlichting bij nadering te
wijzigen en de gewenste tijd te selecteren. Om
terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links. 
Headlights With Wipers (koplampen in-
schakelen met

ruitenwissers) — indien
aanwezig
Als deze functie is ingeschakeld en de kop-
lampschakelaar in de stand AUTO is gezet,
gaan de koplampen na ongeveer 10 seconden
branden nadat de ruitenwissers zijn ingescha-
keld. Wanneer de koplampen via deze functie
zijn ingeschakeld, gaan ze uit wanneer u de
ruitenwissers uitschakelt. Kies de schermtoets
"Headlights With Wipers" (koplampen inschake-
len met ruitenwissers) en maak uw keuze. Om
terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links.
 Auto High Beams (automatisch groot-
licht) —
indien aanwezig
Wanneer u deze functie selecteert, zal het
grootlicht onder bepaalde omstandigheden au-
tomatisch ingeschakeld/uitgeschakeld worden.
Kies de schermtoets "Auto High Beams"(auto-
matisch grootlicht) en maak uw keuze. Om
terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links. Raadpleeg
de paragraaf "Verlichting/Auto High Beams (au- tomatisch grootlicht) — indien aanwezig"
in het
hoofdstuk "De functies van uw auto" voor meer
informatie hierover.
 Daglichtlampen — indien aanwezig
Wanneer deze functie is geselecteerd, worden
bij draaiende

motor de daglichtlampen inge-
schakeld. Kies de schermtoets "Daytime Run-
ning Lights" (daglichtlampen) en maak uw
keuze. Om terug te keren naar het vorige menu,
kiest u de schermtoets met de pijl naar links.
 Flash Headlights With Lock (knipperen
bij vergrendelen)
W
anneer deze functie is geselecteerd, zullen de
koplampen knipperen wanneer u de portieren
vergrendelt of ontgrendelt met de afstandsbe-
diening. Deze functie kan worden geselecteerd
met of zonder claxonsignaal bij vergrendelen.
Kies de schermtoets "Flash Headlights with
Lock" (lichten laten knipperen bij ontgrendelen/
vergrendelen) en maak uw keuze. Om terug te
keren naar het vorige menu, kiest u de scherm-
toets met de pijl naar links.
199

Page 204 of 480

Doors & Locks (portieren en sloten)
Nadat u de schermtoets"Doors & Locks"(por-
tieren en sloten) hebt gekozen, zijn de volgende
instellingen mogelijk.
 Auto Door Locks (Automatische portier-
vergrendeling)
Wanneer deze functie is geselecteerd, worden
alle portieren
automatisch vergrendeld wanneer
het voertuig een snelheid bereikt van 24 km/u
(15 mph). Om uw keuze te maken, kies de
schermtoets "Auto Door Locks" (automatische
portiervergrendeling) en selecteer vervolgens
"Off" (uit),"Remote Start" (op afstand starten) of
"All Starts" (iedere keer starten). Kies de
schermtoets met de pijl naar links om terug te
keren naar het vorige menu.
 Automatisch portieren ontgrendelen bij
uitstappen
Wanneer u deze functie selecteert, worden alle
portieren ontgrendeld wanneer de auto stilstaat,
de schakelhendel in de stand PARK of NEU-
TRAL staat en het bestuurdersportier wordt
geopend. Om uw keuze te maken, kies de
schermtoets "Auto Unlock On Exit" (automa-tisch ontgrendelen bij uitstappen) en selecteer
vervolgens
"On"(aan) of "Off"(uit). Kies de
schermtoets met de pijl naar links om terug te
keren naar het vorige menu.
 Lichten laten knipperen bij
ontgrendelen/vergrendelen
Wanneer deze functie is geselecteerd, zal de
buitenverlichting knipperen

wanneer u de por-
tieren vergrendelt of ontgrendelt met de af-
standsbediening of de Passive Entry-functie.
Om uw keuze te maken, kies de schermtoets
"Flash Lights With Lock" (knipperen bij vergren-
delen) en selecteer vervolgens "On"(aan) of
"Off" (uit). Kies de schermtoets met de pijl naar
links om terug te keren naar het vorige menu of
druk op de knop BACK op het front.
 Claxonsignaal bij vergrendelen
Wanneer deze functie is geselecteerd, wordt de
claxon geactiveerd wanneer op de knop Lock
op de sleutelhouder wordt gedrukt. Om uw
keuze te maken, kies de schermtoets "Sound
Horn With Lock" (claxonsignaal bij vergrende-
len) en selecteer vervolgens "On"(aan) of "Off"
(uit). Kies de schermtoets met de pijl naar links om terug te keren naar het vorige menu of druk
op de knop BACK op het front.

1st Press of Key Fob Unlocks (ontgren-
delen door
eenmaal te drukken op de sleu-
telhouder)
Wanneer de optie "1st Press Of Key Fob Un-
locks" (ontgrendelen met één druk op de ont-
grendelknop) is geselecteerd, wordt alleen het
bestuurdersportier ontgrendeld bij de eerste
druk op de knop UNLOCK van de afstandsbe-
diening. Wanneer de optie "1st Press Of Key
Fob Unlocks" (ontgrendelen met één druk op de
ontgrendelknop) is geselecteerd, moet u twee
keer op knop UNLOCK van de afstandsbedie-
ning drukken om de andere portieren te ont-
grendelen. Wanneer u "Unlock All Doors On 1st
Press" (alle portieren ontgrendelen met één
druk op de ontgrendelknop) selecteert, ontgren-
delen alle portieren bij de eerste keer drukken
op de knop UNLOCK op de afstandsbediening.
200

Page 205 of 480

OPMERKING:Als de instelling 1st Press Of Key Fob Unlocks
(ontgrendelen met één druk op de ontgrendel-
knop)Alle Doors (alle portieren) is gepro-
grammeerd, worden alle portieren ontgren-
deld, ongeacht welke portiergreep met
Passive Entry wordt vastgepakt. Als de instel-
ling 1st Press Of Key Fob Unlocks (ontgren-
delen met één druk op de ontgrendelknop)
Driver Door (bestuurdersportier) is gepro-
grammeerd, wordt alleen het bestuurderspor-
tier ontgrendeld wanneer de greep van dit
portier wordt vastgepakt. Wanneer de instel-
ling 1st Press Of Key Fob Unlocks (ontgren-
delen met één druk op de ontgrendelknop)
Driver Door) (bestuurdersportier) met Pas-
sive Entry is geprogrammeerd en de portier-
greep meer dan één keer wordt aangeraakt,
wordt alleen het bestuurdersportier geopend.
Als de optie Driver Door (bestuurdersportier)
wordt geselecteerd na het openen van het
bestuurdersportier, dan kunnen de overige
portieren ontgrendeld worden met behulp van
de ontgrendel-/vergrendelschakelaar in de
auto (of met de afstandsbediening).
 Passive Entry
Met deze functie kunt u portieren van uw auto
vergrendelen en ontgrendelen zonder dat u op
de vergrendel- en ontgrendelknoppen van de
afstandsbediening hoeft te drukken. Kies de
schermtoets "Passive Entry" en kies uit"on"
(aan) of "Off"(uit). Om terug te keren naar het
vorige menu, kiest u de schermtoets met de pijl
naar links. Raadpleeg voor meer informatie de
paragraaf "Keyless Enter-N-Go™" in het hoofd-
stuk "Uw auto" .
 Personal Settings Linked To Key Fob
(persoonlijke instellingen
koppelen aan
sleutelhouder) — indien aanwezig
Deze functie verstelt automatisch de bestuur-
dersstoel, zodat de bestuurder gemakkelijker
kan in- en uitstappen. Om uw keuze te maken,
kies de schermtoets "Personal Settings Linked
to Key Fob" (persoonlijke instellingen koppelen
aan sleutelhouder) en selecteer vervolgens
"On" (aan) of "Off"(uit). Kies de schermtoets
met de pijl naar links om terug te keren naar het
vorige menu. OPMERKING:
De stoel keert terug naar de geheugenstand
(als het oproepen van het geheugen met de
ontgrendelknop van de afstandsbediening
is ingeschakeld) zodra de afstandsbedie-
ning wordt gebruikt om het portier te ont-
grendelen. Raadpleeg de paragraaf
Geheu-
genstoel in het hoofdstuk De functies van
uw auto voor meer informatie hierover.
 Waarschuwing elektrisch bediende ach-
terklep —
indien aanwezig
Deze functie geeft een waarschuwing weer
wanneer de elektrisch bediende achterklep om-
hoog of omlaag gaat. Om uw keuze te maken,
kies de schermtoets "Power Lift Gate Alert"
(Waarschuwing elektrisch bediende achterklep)
en selecteer vervolgens "On"(aan) of "Off"(uit).
Kies de schermtoets met de pijl naar links om
terug te keren naar het vorige menu of druk op
de knop BACK op het front.
201

Page 209 of 480

Radio instellen — indien aanwezig
Na het kiezen van de schermtoets"Radio
Setup" (radio instellen) zijn de volgende instel-
lingen mogelijk.
 Regional (regionaal)
Als deze functie is geselecteerd, wordt het
volgen van regionale services geforceerd,
waardoor automatisch naar netwerkstations
wordt geschakeld. Als u de regionale instelling
wilt wijzigen, kiest u de schermtoets "Off"(uit) of
"On" (aan). Kies vervolgens de schermtoets
met de pijl naar links.
Instellingen herstellen
Na het kiezen van de schermtoets "Restore
Settings" (instellingen herstellen) zijn de vol-
gende instellingen mogelijk.
 Instellingen herstellen
Wanneer deze functie is geselecteerd, worden
de standaardinstellingen van het scherm, de
klok, het geluid en de radio hersteld. Om de
standaardinstellingen te herstellen kiest u de
schermtoets "Restore Settings" (instellingen
herstellen). Er verschijnt een dialoogvenster
waarin u wordt gevraagd "Weet u zeker dat ualle persoonlijke gegevens wilt wissen?"
en kies
"OK" om ze te wissen of "Cancel"(annuleren)
om af te sluiten. Nadat de standaardinstellingen
zijn hersteld, verschijnt een bericht met de tekst
"settings reset to default" (instellingen terugge-
steld naar standaardinstellingen). Kies de
schermtoets OK om af te sluiten.
Persoonlijke gegevens wissen
Nadat u de schermtoets "Clear Personal Data
Settings" (instellingen persoonlijke gegevens
wissen) hebt gekozen, zijn de volgende instel-
lingen mogelijk:
 Persoonlijke gegevens wissen
Wanneer deze functie wordt geselecteerd, wor-
den alle

persoonlijke gegevens verwijderd,
waaronder Bluetooth® apparaten en voorkeur-
zenders. Om persoonlijke informatie te verwij-
deren, kiest u de schermtoets "Clear Personal
Data" (persoonlijke gegevens wissen). Er ver-
schijnt een dialoogvenster waarin u wordt ge-
vraagd "Weet u zeker dat u alle persoonlijke
gegevens wilt wissen?" en kies"OK"om ze te
wissen of "Cancel"(annuleren) om af te sluiten.
Nadat de gegevens zijn gewist, verschijnt een
bericht met de tekst "Persoonlijke gegevens gewist". Om terug te keren naar het vorige
menu, kiest u de schermtoets met de pijl naar
links.
Customer Programmable Features
(door de klant te programmeren
functies) — Uconnect® 8.4 Settings
(instellingen Uconnect® 8.4)Kies de schermtoets
"Settings"(instellingen) om
het scherm menu-instelling weer te geven. In
deze modus geeft het Uconnect® systeem u
toegang tot programmeerbare functies waarmee
de auto kan zijn uitgerust, zoals Display
(Scherm), Clock (Klok), Safety/Assistance
(Veiligheid/hulp), Lights (Verlichting), Doors &
Locks (Portieren en sloten), Auto-On Comfort
(Comfort automatisch aan), Engine Off Operation
(Stroom bij uitgeschakelde motor), Compass Set-
tings (Kompasinstellingen), Audio and Phone/
Bluetooth (Audio- en telefoon/Bluetooth).OPMERKING:
Er kan telkens slechts één onderdeel van
het aanraakscherm tegelijk worden weerge-
geven.
205

Page 212 of 480

Thema instellen
Met deze functie kunt u een thema kiezen voor
het scherm. Het thema verandert de achter-
grondkleur, de markeerkleur en de kleur van de
schermtoets van het scherm.
Clock (klok)
Nadat u de schermtoets "Clock"(klok) hebt
gekozen, zijn de volgende instellingen mogelijk.
 Sync Time met GPS — indien aanwezig
In dit scherm kunt u de tijd automatisch door de
radio laten instellen. Kies, om de gesynchroni-
seerde tijdsinstelling te wijzigen de schermtoets
"Sync Time with GPS" (tijd synchroniseren met
GPS) tot een vinkje naast de instelling ver-
schijnt, wat aangeeft dat de instelling is geko-
zen. Om terug te keren naar het vorige menu,
kiest u de schermtoets met de pijl naar links.
 Uren instellen
In dit scherm kunt u de uren instellen. De
schermtoets "Sync T
ime with GPS"(tijd syn-
chroniseren met GPS) mag niet zijn geselec-
teerd. Kies de schermtoetsen + of - om het getal
van de uren te verhogen of te verlagen. Nadat de instelling is voltooid, kiest u de schermtoets
met de pijl naar links om naar het vorige menu
terug te keren of kiest u de schermtoets X om
het instellingenscherm te sluiten.

Minuten instellen
In dit scherm kunt u de minuten instellen. De
schermtoets "SyncT

ime with GPS"(tijd syn-
chroniseren met GPS) mag niet zijn geselec-
teerd. Kies de schermtoetsen + of - om het getal
van de minuten te verhogen of te verlagen.
Nadat de instelling is voltooid, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links om naar het
vorige menu terug te keren of kiest u de
schermtoets X om het instellingenscherm te
sluiten.
 Time Format (tijdindeling)
In dit scherm kunt u de notatie van de weerge-
geven tijd
veranderen. Kies de schermtoets
"Time Format" (tijdnotatie) tot een vinkje naast
de 12-uurs of 24-uurs notatie verschijnt, wat
aangeeft dat de instelling is gekozen. Om terug
te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links. Safety & Driving Assistance (veiligheid en
rijhulp)
Nadat u de schermtoets
"Safety & Driving As-
sistance" (veiligheid en rijhulp) hebt gekozen,
zijn de volgende instellingen mogelijk:
 Forward Collision Warning — indien
aanwezig
De functie Forward Collision Warning (FCW)
geeft een

hoorbare en/of visuele waarschuwing
voor potentiële frontale aanrijdingen. De functie
kan worden kan worden ingesteld op Far (veraf)
of Near (dichtbij). De standaardinstelling van
het FCW-systeem is Far (veraf). Hierbij waar-
schuwt het systeem u voor een mogelijke aan-
rijding met een voertuig vóór u terwijl u nog op
een relatief grote afstand van dit voertuig rijdt.
Dit geeft u de langste reactietijd. Voor een meer
dynamische rijervaring kiest u de instelling Near
(dichtbij). Het systeem waarschuwt u dan voor
een mogelijk aanrijding wanneer de afstand tot
uw voorligger veel kleiner. Om de FCW-status
te wijzigen kiest u de schermtoets Near (dicht-
bij) of Far (veraf). Kies vervolgens de scherm-
toets met de pijl naar links.
208

Page 216 of 480

len met ruitenwissers) tot een vinkje naast de
instelling verschijnt, dat aangeeft dat de instel-
ling is gekozen. Om terug te keren naar het
vorige menu, kiest u de schermtoets met de pijl
naar links.
Auto High Beams (automatisch groot-
licht) —
indien aanwezig
Wanneer u deze functie selecteert, zal het
grootlicht onder bepaalde omstandigheden au-
tomatisch ingeschakeld/uitgeschakeld worden.
Kies de schermtoets "Auto High Beams"(auto-
matisch grootlicht) tot een vinkje naast de in-
stelling verschijnt, dat aangeeft dat de instelling
geselecteerd is. Om terug te keren naar het
vorige menu, kiest u de schermtoets met de pijl
naar links. Raadpleeg de paragraaf "Verlichting/
Auto High Beams (automatisch grootlicht) —
indien aanwezig" in het hoofdstuk"De functies
van uw auto" voor meer informatie hierover.
 Daglichtlampen — indien aanwezig
Wanneer deze functie is geselecteerd, worden
bij draaiende
motor de daglichtlampen inge-
schakeld. Kies de schermtoets "Daytime Run-
ning Lights" (daglichtlampen) tot een vinkje naast de instelling verschijnt, dat aangeeft dat
de instelling is gekozen. Om terug te keren naar
het vorige menu, kiest u de schermtoets met de
pijl naar links.

Adaptieve verlichting vóór
Wanneer deze functie is geselecteerd, draaien
de koplampen

mee met het stuur. Kies de
schermtoets "Adaptive Front Lighting" (adap-
tieve verlichting vóór) tot een vinkje naast de
instelling verschijnt, dat aangeeft dat de instel-
ling is gekozen. Om terug te keren naar het
vorige menu, kiest u de schermtoets met de pijl
naar links.
 Headlight Dip
Kies deze functie wanneer u aan de andere
kant van
de weg rijd om de koplampen lager af
te stellen. Kies de schermtoets "Headlight Dip"
(koplampen lager instellen) tot een vinkje naast
de instelling verschijnt, dat aangeeft dat de
instelling is gekozen. Om terug te keren naar
het vorige menu, kiest u de schermtoets met de
pijl naar links. 
Flash Headlights With Lock (knipperen
bij vergrendelen)
W

anneer deze functie is geselecteerd, zullen de
koplampen knipperen wanneer u de portieren
vergrendelt of ontgrendelt met de afstandsbe-
diening. Deze functie kan worden geselecteerd
met of zonder claxonsignaal bij vergrendelen.
Kies de schermtoets "Flash Headlights with
Lock" (lichten laten knipperen bij ontgrendelen/
vergrendelen) tot een vinkje naast de instelling
verschijnt, dat aangeeft dat de instelling is ge-
kozen. Om terug te keren naar het vorige menu,
kiest u de schermtoets met de pijl naar links.
Doors & Locks (portieren en sloten)
Nadat u de schermtoets "Doors & Locks"(por-
tieren en sloten) hebt gekozen, zijn de volgende
instellingen mogelijk.
 Auto Door Locks (Automatische portier-
vergrendeling)
Wanneer deze functie is geselecteerd, worden
alle portieren
automatisch vergrendeld wanneer
het voertuig een snelheid bereikt van 24 km/u
(15 mph). Kies de schermtoets "Auto Door
Locks" (automatische portiervergrendeling) tot
212

Page 217 of 480

een vinkje naast de instelling verschijnt, dat
aangeeft dat de instelling is gekozen. Om terug
te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links.
Automatisch portieren ontgrendelen bij
uitstappen
Wanneer u deze functie selecteert, worden alle
portieren ontgrendeld
wanneer de auto stilstaat,
de schakelhendel in de stand PARK of NEU-
TRAL staat en het bestuurdersportier wordt
geopend. Kies de schermtoets "Auto Unlock On
Exit" (Automatisch portieren ontgrendelen bij
uitstappen) tot een vinkje naast de instelling
verschijnt, dat aangeeft dat de instelling is ge-
kozen. Om terug te keren naar het vorige menu,
kiest u de schermtoets met de pijl naar links. 
Lichten laten knipperen bij
ontgrendelen/vergrendelen
Wanneer deze functie is geselecteerd, zal de
buitenverlichting knipperen
wanneer u de por-
tieren vergrendelt of ontgrendelt met de af-
standsbediening of de Passive Entry-functie.
Kies de schermtoets "Flash Lights With Lock"
(knipperen bij vergrendelen) tot een vinkje
naast de instelling verschijnt, dat aangeeft dat
de instelling is gekozen. Druk op de scherm-
toets met de pijl naar links om terug te keren
naar het vorige menu, of druk op de knop Back
op het front.
 Claxonsignaal bij vergrendelen
Wanneer deze functie is geselecteerd, wordt de
claxon geactiveerd
wanneer op de knop Lock
op de sleutelhouder wordt gedrukt. Kies de
schermtoets "Sound Horn With Lock" (claxon-
signaal bij vergrendelen) tot een vinkje naast de
instelling verschijnt, dat aangeeft dat de instel-
ling is gekozen. Druk op de schermtoets met de
pijl naar links om terug te keren naar het vorige
menu, of druk op de knop Back op het front. 
1st Press of Key Fob Unlocks (ontgren-
delen door

eenmaal te drukken op de sleu-
telhouder)
Wanneer de optie "1st Press Of Key Fob Un-
locks" (ontgrendelen met één druk op de ont-
grendelknop) is geselecteerd, wordt alleen het
bestuurdersportier ontgrendeld bij de eerste
druk op de knop UNLOCK van de afstandsbe-
diening. Wanneer de optie "1st Press Of Key
Fob Unlocks" (ontgrendelen met één druk op de
ontgrendelknop) is geselecteerd, moet u twee
keer op knop UNLOCK van de afstandsbedie-
ning drukken om de andere portieren te ont-
grendelen. Wanneer u "Unlock All Doors On 1st
Press" (alle portieren ontgrendelen met één
druk op de ontgrendelknop) selecteert, ontgren-
delen alle portieren bij de eerste keer drukken
op de knop UNLOCK op de afstandsbediening.
213

Page 218 of 480

OPMERKING:
Als de instelling 1st Press Of Key Fob Un-
locks (ontgrendelen met één druk op de
ontgrendelknop)Alle Doors(alle portieren)
is geprogrammeerd, worden alle portieren
ontgrendeld, ongeacht welke portiergreep
met Passive Entry wordt vastgepakt. Als de
instelling 1st Press Of Key Fob Unlocks
(ontgrendelen met één druk op de ontgren-
delknop) Driver Door (bestuurdersportier)
is geprogrammeerd, wordt alleen het be-
stuurdersportier ontgrendeld wanneer de
greep van dit portier wordt vastgepakt. Wan-
neer de instelling 1st Press Of Key Fob
Unlocks (ontgrendelen met één druk op de
ontgrendelknop) Driver Door) (bestuur-
dersportier) met Passive Entry is gepro-
grammeerd en de portiergreep meer dan één
keer wordt aangeraakt, wordt alleen het be-
stuurdersportier geopend. Als de optie Dri-
ver Door (bestuurdersportier) wordt gese-
lecteerd na het openen van het
bestuurdersportier, dan kunnen de overige
portieren ontgrendeld worden met behulp van de ontgrendel-/vergrendelschakelaar in
de auto (of met de afstandsbediening).

Passive Entry
Met deze functie kunt u portieren van uw auto
vergrendelen en

ontgrendelen zonder dat u op
de vergrendel- en ontgrendelknoppen van de
afstandsbediening hoeft te drukken. Kies de
schermtoets "Passive Entry" tot een vinkje
naast de instelling verschijnt, dat aangeeft dat
de instelling is gekozen. Om terug te keren naar
het vorige menu, kiest u de schermtoets met de
pijl naar links. Raadpleeg voor meer informatie
de paragraaf "Keyless Enter-N-Go™" in het
hoofdstuk "Uw auto" .
 Personal Settings Linked To Key Fob
(persoonlijke instellingen
koppelen aan
sleutelhouder) — indien aanwezig
Deze functie verstelt automatisch de bestuur-
dersstoel, zodat de bestuurder gemakkelijker
kan in- en uitstappen. Kies de schermtoets
"Personal Settings Linked to Key Fob" (per-
soonlijke instellingen koppelen aan sleutelhou-
der) tot een vinkje naast de instelling verschijnt,
dat aangeeft dat de instelling is gekozen. Om terug te keren naar het vorige menu, kiest u de
schermtoets met de pijl naar links.
OPMERKING:
De stoel keert terug naar de geheugenstand
(als het oproepen van het geheugen met de
ontgrendelknop van de afstandsbediening
is ingeschakeld) zodra de afstandsbedie-
ning wordt gebruikt om het portier te ont-
grendelen. Raadpleeg de paragraaf
Geheu-
genstoel in het hoofdstuk De functies van
uw auto voor meer informatie hierover.
 Waarschuwing elektrisch bediende ach-
terklep —

indien aanwezig
Deze functie geeft een waarschuwing weer
wanneer de elektrisch bediende achterklep om-
hoog of omlaag gaat. Kies de schermtoets
"Power Lift Gate Alert" (waarschuwing elek-
trisch bediende achterklep) tot een vinkje naast
de instelling verschijnt, dat aangeeft dat de
instelling is gekozen. Druk op de schermtoets
met de pijl naar links om terug te keren naar het
vorige menu, of druk op de knop Back op het
front.
214

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 next >