ABS MAZDA MODEL 2 2019 Handleiding (in Dutch)

Page 146 of 827

'RRUZDGHQYDQZDWHU
:$$56&+8:,1*
Droog remmen die nat geworden zijn door
langzaam te rijden, het gaspedaal los te
laten en het rempedaal enkele malen licht
in te trappen totdat de remwerking weer
normaal wordt:
Rijden met natte remmen is gevaarlijk. De
grotere remafstand of het naar één kant
trekken van de auto tijdens het remmen
kan een ernstig ongeluk veroorzaken. Licht
afremmen geeft aan of het remvermogen
verminderd is.
23*(/(7
Rijd niet met de auto op wegen die
overstroomd zijn, aangezien dit
kortsluiting in de elektrische/elektronische
onderdelen kan veroorzaken, of
beschadiging of afslaan van de motor als
gevolg van waterabsorptie. Neem contact
op met een deskundige reparateur (bij
voorkeur een officiële Mazda-reparateur)
indien met de auto door diep water is
gereden.
$OYRUHQVWHJDDQULMGHQ
5LMWLSV


Page 243 of 827

▼5HPEHNUDFKWLJLQJ
:DQQHHUKHWELMKHWDIUHPPHQLQ
QRRGVLWXDWLHVQRGLJLVKHWUHPSHGDDOPHW
HHQJURWHUHNUDFKWGDQQRUPDDOLQWH
GUXNNHQELHGWKHW
UHPEHNUDFKWLJLQJV\VWHHPUHPDVVLVWHQWLH
YRRUHHQYHUEHWHULQJYDQKHW
UHPYHUPRJHQ

:DQQHHUKHWUHPSHGDDONUDFKWLJZRUGW
LQJHGUXNWRIVQHOOHUZRUGWLQJHGUXNW
]XOOHQGHUHPPHQNUDFKWLJHULQZHUNLQJ
WUHGHQ
OPMERKING
xWanneer het rempedaal krachtig wordt
ingedrukt of sneller wordt ingedrukt, zal
het pedaal zachter aanvoelen, echter de
remmen zullen krachtiger in werking
treden. Dit is een normaal verschijnsel
bij het in werking treden van de
rembekrachtigingsfunctie en duidt niet
op een defect.
xWanneer het rempedaal krachtig wordt
ingedrukt of sneller wordt ingedrukt, is
er mogelijk een motor/
pomp-werkingsgeluid hoorbaar. Dit is
een normaal verschijnsel bij het in
werking treden van de rembekrachtiging
en duidt niet op een defect.
xHet rembekrachtigingsysteem is
ondergeschikt aan de werking van het
hoofdremsysteem van de auto.
1RRGVWRSVLJQDDOV\VWHHP
:DQQHHUXLQHHQVKHWUHPSHGDDOLQWUDSWELM
HHQVQHOKHLGYDQRQJHYHHUNPKRI
KRJHUZRUGWKHWQRRGVWRSVLJQDDOV\VWHHP
JHDFWLYHHUGHQJDDQGHULFKWLQJDDQZLM]HUV
DXWRPDWLVFKVQHONQLSSHUHQRPGH
EHVWXXUGHUVDFKWHUXWHZDDUVFKXZHQYRRU
KHWSORWVHOLQJUHPPHQ
OPMERKING
xKnippert
Wanneer u uw auto volledig tot stilstand
brengt terwijl alle richtingaanwijzers
snel knipperen, verandert het snel
knipperen van alle richtingaanwijzers
weer terug naar het normale
knipperpatroon. Wanneer de knop van
de waarschuwingsknipperlichten wordt
ingedrukt, worden alle
richtingaanwijzers uitgeschakeld.
xWe r k i n g
xWanneer het ABS actief is, is de kans
dat het noodstopsignaalsysteem in
werking treedt groter. Als het
rempedaal wordt ingetrapt op een
gladde weg, is het hierdoor mogelijk
dat alle richtingaanwijzers gaan
knipperen.
xHet noodstopsignaalsysteem wordt
niet geactiveerd wanneer op de knop
van de waarschuwingsknipperlichten
wordt gedrukt.
7LMGHQVKHWULMGHQ
5HPPHQ


Page 261 of 827

'ULYHVHOHFWLH
'ULYHVHOHFWLHLVHHQV\VWHHPGDWGHGULYHVWDQGYDQGHDXWRRYHUVFKDNHOW:DQQHHUGH
VSRUWVWDQGLVJHVHOHFWHHUGJHHIWGHDXWRELMGHEHGLHQLQJYDQKHWJDVSHGDDOHHQNUDFKWLJHUH
UHVSRQV*HEUXLNGHVSRUWVWDQGZDQQHHUHHQNUDFKWLJHUHUHVSRQVYDQGHDXWRYHUHLVWLV]RDOV
ELMKHWLQYRHJHQRSHHQVQHOZHJRIKHWDFFHOHUHUHQELMLQKDOHQ
23*(/(7
Gebruik de sportstand niet bij het rijden op gladde wegen zoals natte of met sneeuw bedekte
wegen. Dit kan slippen van de banden veroorzaken.
OPMERKING
xWanneer de sportstand wordt geselecteerd, wordt er met hogere motortoerentallen
gereden wat kan leiden tot een hoger brandstofverbruik. Mazda raadt aan om bij normaal
rijden de sportstand uit te schakelen.
xOnder de volgende omstandigheden kan de drive-stand niet worden overgeschakeld:
xABS/TCS/DSC is in bedrijf
xHet stuurwiel wordt abrupt gedraaid.
▼'ULYHVHOHFWLHVFKDNHODDU
'UXNYRRUKHWVHOHFWHUHQYDQGHVSRUWVWDQG
GHGULYHVHOHFWLHVFKDNHODDUQDDUYRUHQ
³
´ 
7UHNYRRUKHWDQQXOHUHQYDQGHVSRUWVWDQG
GHGULYHVHOHFWLHVFKDNHODDUQDDUDFKWHUHQ
³
´ 

OPMERKING
xDe drive-selectie wordt in de volgende
gevallen geannuleerd.
xHet contact is op OFF gezet.
xMazda Radar Cruise Control (MRCC)
systeem/kruissnelheidsregelaar is
ingeschakeld.
xAfhankelijk van de rijomstandigheden is
het mogelijk dat wanneer de sportstand
is geselecteerd de auto terugschakelt of
een weinig accelereert.
7LMGHQVKHWULMGHQ
'ULYHVHOHFWLH

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 395 of 827

%DQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP
+HWEDQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP 7306 FRQWUROHHUWGHEDQGHQVSDQQLQJYDQDOOHYLHU
EDQGHQ$OVGHEDQGHQVSDQQLQJYDQppQRIPHHUGHUHEDQGHQWHODDJLVZDDUVFKXZWKHW
V\VWHHPGHEHVWXXUGHUGRRUPLGGHOYDQKHWZDDUVFKXZLQJVODPSMHYDQKHW
EDQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHPLQGHLQVWUXPHQWHQJURHSHQHHQSLHSWRRQ+HWV\VWHHP
FRQWUROHHUWGHEDQGHQVSDQQLQJLQGLUHFWRSEDVLVYDQGHJHJHYHQVGLHGRRUGH$%6
ZLHOVQHOKHLGVVHQVRUHQZRUGHQYHU]RQGHQ
2PKHWV\VWHHPFRUUHFWWHNXQQHQODWHQZHUNHQGLHQWKHWV\VWHHPPHWGHYRRUJHVFKUHYHQ
EDQGHQVSDQQLQJ ZDDUGHRSEDQGHQVSDQQLQJVODEHO JHwQLWLDOLVHHUGWHZRUGHQ9ROJGH
SURFHGXUHHQYRHUGHLQLWLDOLVDWLHXLW
=LH,QLWLDOLVHUHQYDQKHWEDQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHPRSSDJLQD
+HWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDWNQLSSHUHQDOVKHWV\VWHHPGHIHFWLV
=LH:DDUVFKXZLQJVODPSMHVRSSDJLQD

ABS wielsnelheidssensor
23*(/(7
¾Elke band, inclusief het reservewiel (indien voorzien), dient maandelijks in koude toestand
gecontroleerd te worden en op de bandenspanning gebracht te worden welke wordt
aanbevolen door de autofabrikant op het voertuiginformatieplaatje of
bandenspanningslabel. (Als uw auto banden van een verschillende maat heeft dan de
maat die op het voertuiginformatieplaatje of bandenspanningslabel staat aangegeven,
dient u de juiste bandenspanning voor deze banden te bepalen.)
7LMGHQVKHWULMGHQ
%DQGHQVSDQQLQJVFRQWUROHV\VWHHP

%HSDDOGHPRGHOOHQ

Page 410 of 827

xWanneer de sensor met een hand wordt afgedekt.
xWanneer de sensor aan een krachtige schok is blootgesteld.
xWanneer de auto buitengewoon scheef staat.
xOnder buitengewoon hete of koude weersomstandigheden.
xWanneer er met de auto over oneffenheden, op hellingen of op onverharde of met gras
bedekte wegen wordt gereden.
xAlles dat in de buurt van de auto ultrageluid voortbrengt, zoals de claxon van een
andere auto, het motorgeluid van een motorfiets, het luchtremgeluid van een
vrachtwagen of de sensoren van een andere auto.
xWanneer met de auto bij zware regenval wordt gereden of bij rijomstandigheden die
opspattend water veroorzaken.
xWanneer een in de handel verkrijgbare staafantenne of een antenne voor
zendapparatuur in de auto is geïnstalleerd.
xWanneer de auto in de richting gaat van een hoge of vierkante stoeprand.
xWanneer de hindernis zich te dicht bij de sensor bevindt.
xHindernissen onder de bumper worden mogelijk niet opgespoord. Obstakels die lager zijn
dan de bumper of smal zijn worden mogelijk in eerste instantie wel gedetecteerd maar
worden naarmate de auto deze dichter nadert niet meer gedetecteerd.
xHet is mogelijk dat de volgende soorten hindernissen niet worden gedetecteerd:
xDunne voorwerpen zoals kabel of touw
xMaterialen die geluidsgolven gemakkelijk absorberen zoals katoen of sneeuw
xHoekvormige voorwerpen
xBijzonder lange voorwerpen, en die welke breed zijn aan de bovenzijde
xKleine, korte voorwerpen
xLaat het systeem altijd inspecteren door een deskundige reparateur (bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur) als de bumpers een schok of stoot hebben gekregen, ook bij
een klein ongeluk. Als de sensoren een afwijking hebben, kunnen ze hindernissen niet
opsporen.
x(Met voorste sensor en voorste hoeksensor)
Het is mogelijk dat er een storing is in het systeem als de zoemtoon niet werkt of als het
indicatielampje niet brandt wanneer de parkeerhulpsensorsschakelaar wordt
ingeschakeld. Raadpleeg een deskundige reparateur (bij voorkeur een officiële
Mazda-reparateur).
x(Zonder voorste sensor en voorste hoeksensor)
Als er geen zoemtoon wordt gegeven is er mogelijk een defect in het systeem. Raadpleeg
een deskundige reparateur (bij voorkeur een officiële Mazda-reparateur).
x(Met voorste sensor en voorste hoeksensor)
Het is mogelijk dat er een storing is in het systeem als de zoemtoon die een systeemstoring
aangeeft gehoord wordt en als het indicatielampje knippert. Raadpleeg een deskundige
reparateur (bij voorkeur een officiële Mazda-reparateur).
7LMGHQVKHWULMGHQ
3DUNHHUVHQVRUV\VWHHP


Page 719 of 827

6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
5HPZDDUVFKXZLQJV(
ODPSMH'LWZDDUVFKXZLQJVODPSMHKHHIWGHYROJHQGHIXQFWLHV
:DDUVFKXZLQJYRRUDDQJHWURNNHQKDQGUHPZDDUVFKXZLQJVODPSMHLQVSHFWHUHQ
+HWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDWEUDQGHQZDQQHHUGHKDQGUHPLVDDQJHWURNNHQHQKHW
FRQWDFWRS67$57RI21JH]HWZRUGW+HWZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDWXLW]RGUDGH
KDQGUHPYROOHGLJRQWVSDQQHQZRUGW
:DDUVFKXZLQJYRRUODDJUHPYORHLVWRISHLO
$OVKHWUHPZDDUVFKXZLQJVODPSMHEOLMIWEUDQGHQDOKRHZHOGHKDQGUHPLVYULMJH]HWLV
KHWQLYHDXYDQGHUHPYORHLVWRIPRJHOLMNODDJRILVHUHHQSUREOHHPLQKHWUHPV\VWHHP
%UHQJGHDXWRRQPLGGHOOLMNRSHHQYHLOLJHSODDWVWRWVWLOVWDQGHQQHHPFRQWDFWRSPHW
HHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXU ELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXU 
:$$56&+8:,1*
Niet rijden wanneer het remwaarschuwingslampje brandt. Neem contact op met een
deskundige reparateur (bij voorkeur een officiële Mazda-reparateur) om de remmen zo
spoedig mogelijk te laten inspecteren:
Rijden terwijl het remwaarschuwingslampje brandt is gevaarlijk. Het geeft aan dat de
remmen wellicht totaal niet functioneren of dat ze op elk moment volledig buiten be‐
drijf kunnen raken. Laat de remmen onmiddellijk inspecteren indien dit lampje blijft
branden nadat u gecontroleerd heeft of de handrem volledig ontspannen is.
23*(/(7
Ook is het mogelijk dat het
effectieve remvermogen vermindert, zodat u het rempedaal
krachtiger moet intrappen dan normaal om de auto tot stilstand te brengen.
:DDUVFKXZLQJYDQHOHN(
WURQLVFKUHPNUDFKWYHU(
GHOLQJVV\VWHHP$OVGHVWXXUHHQKHLGYDQKHWHOHNWURQLVFKUHPNUDFKWYHUGHOLQJVV\VWHHPYDVWVWHOWGDWEH(
SDDOGHRQGHUGHOHQQLHWJRHGIXQFWLRQHUHQLVKHWPRJHOLMNGDWGHVWXXUHHQKHLGKHW
UHPZDDUVFKXZLQJVODPSMHHQKHW$%6ZDDUVFKXZLQJVODPSMHWHJHOLMNHUWLMGODDWEUDQ(
GHQ(ULVYHUPRHGHOLMNHHQSUREOHHPLQKHWHOHNWURQLVFKUHPNUDFKWYHUGHOLQJVV\V(
WHHP
:$$56&+8:,1*
Rijd niet wanneer zowel het ABS waarschuwingslampje als het remwaarschuwings‐
lampje beide branden. Laat de auto naar een deskundige reparateur (bij voorkeur een
officiële Mazda-reparateur) slepen om de remmen zo spoedig mogelijk te laten contro‐
leren:
Rijden terwijl het ABS waarschuwingslampje en het remwaarschuwingslampje tegelij‐
kertijd branden is gevaarlijk.
Wanneer beide lampjes branden, kunnen de achterwielen tijdens een noodstop sneller
gaan blokkeren dan onder normale omstandigheden.
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV


Page 722 of 827

▼&RQWDFWRSQHPHQPHWHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXUHQGHDXWRODWHQLQVSHFWHUHQ
$OVHHQYDQGHYROJHQGHZDDUVFKXZLQJVODPSMHVJDDWEUDQGHQNQLSSHUHQLVHUPRJHOLMNHHQ
GHIHFWLQKHWV\VWHHP5DDGSOHHJHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXU ELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH
0D]GDUHSDUDWHXU RPXZDXWRWHODWHQFRQWUROHUHQ
6LJQDDO :DDUVFKXZLQJ
$%6ZDDUVFKX(
ZLQJVODPSMH:DQQHHUKHW$%6ZDDUVFKXZLQJVODPSMHWLMGHQVKHWULMGHQEOLMIWEUDQGHQJHHIWGLWDDQGDW
GHEHVWXULQJVHHQKHLGYDQKHW$%6V\VWHHPHHQGHIHFWLQKHWV\VWHHPYDVWJHVWHOGKHHIW,Q
GDWJHYDO]DOKHWUHPV\VWHHPRSGH]HOIGHZLM]HZHUNHQDOVELMHHQDXWR]RQGHU$%6
$OVGLWJHEHXUWGLHQWX]RVSRHGLJPRJHOLMNHHQGHVNXQGLJHUHSDUDWHXU ELMYRRUNHXUHHQ
RIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXU WHUDDGSOHJHQ
OPMERKING
xWanneer de motor met behulp van een hulpaccu gestart wordt, is het toerental ongelijk 
matig en is het mogelijk dat het ABS waarschuwingslampje gaat branden. In dit geval
is dit het gevolg van een nagenoeg uitgeputte accu en duidt dit niet op een defect in het
ABS systeem.
x(Modellen met DSC)
Wanneer het ABS waarschuwingslampje brandt, werkt het rembekrachtigingssysteem
niet.
+RRIGZDDUVFKX(
ZLQJVODPSMH9RHUWXLJHQPHWW\SH%DXGLR
x+HWODPSMHJDDWEUDQGHQZDQQHHUHUHHQGHIHFWLVLQKHWV\VWHHP
%HGLHQGHPLGGHQGLVSOD\HQFRQWUROHHUGHJHJHYHQV
=LH$OVHHQZDDUVFKXZLQJVODPSMHJDDWEUDQGHQRINQLSSHUHQRSSDJLQD
9RHUWXLJHQPHWW\SH$DXGLR
+HWODPSMHJDDWLQGHYROJHQGHJHYDOOHQFRQWLQXEUDQGHQ5DDGSOHHJHHQGHVNXQGLJHUH(
SDUDWHXU ELMYRRUNHXUHHQRIILFLsOH0D]GDUHSDUDWHXU 
x(ULVHHQGHIHFWLQKHWDFFXEHKHHUV\VWHHPx(ULVHHQGHIHFWLQGHUHPVFKDNHODDUx 6.<$&7,9'
x(ULVHHQGHIHFWLQGHK\GUDXOLVFKHUHJHOLQJYDQGHPRWRUx(ULVHHQGHIHFWLQGHGLVWULEXWLHNHWWLQJYDQGHPRWRUx(ULVHHQGHIHFWLQGHYRRUYHUZDUPLQJx(ULVHHQGHIHFWLQGHROLHSHLOVHQVRU
$OVHU]LFKHHQSUREOHHPYRRUGRHW
:DDUVFKXZLQJVLQGLFDWLHODPSMHVHQZDDUVFKXZLQJV]RHPHUV