stop start MAZDA MODEL 3 HATCHBACK 2015 Handleiding (in Dutch)

Page 168 of 741

4–4
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Contactschakelaar
Startdrukknop-posities
Het systeem werkt uitsluitend wanneer de
bestuurder zich in de auto of binnen het
werkingsbereik bevindt en de sleutel bij
zich heeft.
Telkens wanneer de startdrukknop wordt
ingedrukt, schakelt het contact over in
de volgorde van uit, ACC en ON. Door
vanuit ON de startdrukknop opnieuw in te
drukken wordt het contact uit gezet.
Indikatielampje
Startdrukknop
OPMERKING
  De motor start door het indrukken
van de startdrukknop en daarbij het
koppelingspedaal (handgeschakelde
versnellingsbak) of het rempedaal
(automatische transmissie)
ingetrapt te houden. Druk voor het
overschakelen van de contactstand de
startdrukknop in zonder het pedaal in
te trappen.
  Laat het contact niet op ON staan
wanneer de motor niet draait. Dit
kan tot gevolg hebben dat de accu
uitgeput raakt. Als het contact
op ACC is blijven staan (bij een
automatische transmissie staat de
keuzehendel in de stand P en het
contact op ACC), wordt het contact
na ongeveer 25 minuten automatisch
uitgeschakeld.
Uit
De stroomvoorziening naar de elektrische
apparatuur wordt uitgeschakeld en het
startdrukknopindikatielampje (oranje) gaat
eveneens uit.
In deze stand is het stuurwiel vergrendeld.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 169 of 741

4–5
Tijdens het rijden
Motor start/stop
WAARSCHUWING
Alvorens de bestuurdersstoel te
verlaten, altijd het contact uitzetten,
de handrem aantrekken en er op
letten dat de keuzehendel in stand P
staat (automatische transmissie) of
in de 1ste of R versnelling gezet is
(handgeschakelde versnellingsbak):
Het verlaten van de bestuurdersstoel
zonder het contact uit te zetten,
de handrem aan te trekken en de
keuzehendel in stand P te zetten
(automatische transmissie) of in
de 1ste of R versnelling te zetten
(handgeschakelde versnellingsbak), is
gevaarlijk. De kans bestaat dat de auto
onvoorzien in beweging komt en een
ongeluk veroorzaakt.
Ook als het uw bedoeling is om de auto
slechts voor een kort ogenblik achter
te laten, is het belangrijk het contact
uit te zetten, aangezien bepaalde
beveiligingssystemen van uw auto niet
geactiveerd zijn en de accu uitgeput
kan raken wanneer u het contact in een
andere stand laat staan.
OPMERKING
(Vergrendeld stuurwiel)
Als het startdrukknopindikatielampje
(groen) knippert en de pieptoon gegeven
wordt, geeft dit aan dat het stuurwiel
niet ontgrendeld is. Om het stuurwiel
te ontgrendelen, op de startdrukknop
drukken en het stuurwiel naar links en
naar rechts bewegen. ACC (Accessoire)
Bepaalde elektrische accessoires
functioneren en het indikatielampje
(oranje) gaat branden.
In deze stand is het stuurwiel ontgrendeld.
OPMERKING
Het afstandbediende
portiervergrendelingssysteem
functioneert niet wanneer de
startdrukknop op ACC is gezet en de
portieren zullen niet vergrendelen/
ontgrendelen, ook niet als deze met de
hand vergrendeld zijn.
O N
Dit is de normale stand waarbij de
motor draait nadat deze gestart is. Het
indikatielampje (oranje) gaat uit. (Het
indikatielampje (oranje) gaat branden
wanneer het contact op ON gezet wordt en
de motor niet draait.)
Bepaalde indikatie-/
waarschuwingslampjes dienen
gecontroleerd te worden alvorens de motor
gestart wordt (pagina 4-46 ).
OPMERKING
(SKYACTIV-G 1.5, MZR 1.6,
SKYACTIV-G 2.0)
Wanneer de startdrukknop op ON wordt
gedrukt, is het werkingsgeluid van de
brandstofpompmotor in de nabijheid
van de brandstoftank hoorbaar. Dit duidt
echter niet op een afwijking.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 170 of 741

4–6
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Starten van de motor
WAARSCHUWING
Radiogolven van de sleutel kunnen van
invloed zijn op medische apparatuur
zoals pacemakers:
Alvorens de sleutel te gebruiken in de
nabijheid van personen die medische
apparatuur gebruiken, de fabrikant van
de apparatuur of uw arts vragen of de
radiogolven van de sleutel van invloed
zijn op de apparatuur.
OPMERKING
  U dient de sleutel met u mee
te dragen omdat in de sleutel
een start-blokkeerchip is
ingebouwd die op korte afstand
met het motorstuursysteem moet
communiceren.
  De motor kan gestart worden
wanneer de startdrukknop vanuit uit,
ACC of ON wordt ingedrukt.
OPMERKING
  De functies van het
startdrukknopsysteem (functie
waarmee de motor gestart kan
worden door enkel het meedragen
van de sleutel) kunnen buiten
werking gesteld worden om
mogelijke nadelige invloeden op
een gebruiker die een pacemaker of
andere medische apparatuur draagt te
voorkomen. Als het systeem buiten
werking is gesteld, zult u de motor
niet kunnen starten wanneer u de
sleutel bij u draagt. Raadpleeg een
deskundige reparateur, bij voorkeur
een offi ciële Mazda reparateur voor
bijzonderheden. Als de functies van
het startdrukknopsysteem buiten
werking zijn gesteld, kunt u de
motor starten door het volgen van de
procedure die wordt aangegeven voor
wanneer de sleutelbatterij uitgeput is.
 Zie Motorstartfunctie wanneer
sleutelbatterij uitgeput is op pagina
4-11 .
  Na het starten van een koude motor,
neemt het motortoerental toe en
wordt een gierend geluid vanuit de
motorruimte hoorbaar.
 Dit is om de uitlaatgasreiniging te
verbeteren en duidt niet op een defect
in de onderdelen.
1. Zorg ervoor dat u de sleutel bij u
draagt.
2. De inzittenden dienen hun
veiligheidsgordels vast te maken.
3. Zorg er voor dat de handrem
aangetrokken is.
4. Blijf het rempedaal stevig intrappen
totdat de motor volledig gestart is.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 171 of 741

4–7
Tijdens het rijden
Motor start/stop
5. (Handgeschakelde versnellingsbak)
Blijf het koppelingspedaal stevig
intrappen totdat de motor volledig
gestart is.
(Automatische transmissie)
Zet de keuzehendel in stand P
(parkeren). Als u de motor moet starten
wanneer de auto in beweging is, dient u
de keuzehendel in stand N (neutraal) te
zetten.
OPMERKING
(Handgeschakelde versnellingsbak)
De startmotor zal niet werken als het
koppelingspedaal niet voldoende wordt
ingetrapt.
(Automatische transmissie)
De startmotor zal niet werken als de
keuzehendel niet in stand P of N staat
en het rempedaal niet voldoende wordt
ingetrapt. 6. Kijk of het KEY indikatielampje
(groen) in de instrumentengroep en het
indikatielampje van de startdrukknop
(groen) branden.
Indikatielampje
Startdrukknop
KEY indikatielampje
(groen)/KEY
waarschuwingslampje
(rood)
OPMERKING
  Als het startdrukknopindikatielampje
(groen) knippert, er op letten dat u de
sleutel bij u draagt.
  Als het startdrukknopindikatielampje
(groen) knippert terwijl u de sleutel
bij u draagt, de startdrukknop met de
sleutel aanraken en de motor starten.
Zie Motorstartfunctie wanneer
sleutelbatterij uitgeput is op pagina
4-11 .
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 172 of 741

4–8
Tijdens het rijden
Motor start/stop
OPGELET
Als het KEY waarschuwingslampje
(rood) brandt of het
startdrukknopindikatielampje (oranje)
knippert, kan dit duiden op een
probleem in het motorstartsysteem en
dat de motor niet gestart kan worden
of dat het contact niet op ACC of ON
gezet kan worden. Laat uw auto zo
spoedig mogelijk door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een offi ciële
Mazda reparateur inspecteren.
OPMERKING
  In de volgende gevallen gaat het
KEY waarschuwingslampje (rood)
knipperen nadat de startdrukknop
is ingedrukt om de bestuurder te
informeren dat de startdrukknop niet
op ACC gezet kan worden als deze
vanuit de uit-stand wordt ingedrukt.
 


 De sleutelbatterij is uitgeput.



 De sleutel bevindt zich buiten het
werkingsbereik.
 


 De sleutel bevindt zich op plaatsen
waar het moeilijk is voor het
systeem het signaal te ontvangen
(pagina 3-9 ).




 Er bevindt zich een sleutel van
een andere fabrikant in het
werkingsbereik die op de sleutel
lijkt.
OPMERKING
 (Methode van geforceerd starten
van de motor)
 Als het KEY waarschuwingslampje
(rood) brandt of het
startdrukknopindikatielampje
(oranje) knippert, kan dit erop duiden
dat de motor niet start met gebruik
van de normale startmethode.
Laat uw auto zo spoedig mogelijk
door een deskundige reparateur,
bij voorkeur een offi ciële Mazda
reparateur inspecteren. In dit geval
kan de motor geforceerd gestart
worden. Houd de startdrukknop
ingedrukt totdat de motor start. Voor
het starten van de motor zijn overige
procedures zoals het aanwezig zijn
van de sleutel in de cabine en het
intrappen van het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak)
of het rempedaal (automatische
transmissie) vereist.
  Wanneer de motor geforceerd
gestart wordt, blijft het
KEY waarschuwingslampje
(rood) branden en blijft het
startdrukknopindikatielampje
(oranje) knipperen.
 (Automatische transmissie) Wanneer de keuzehendel in de
neutraalstand (N) staat, branden het
KEY indikatielampje (groen) en het
startdrukknopindikatielampje (groen)
niet.
7. Druk op de startdrukknop nadat zowel
het KEY indikatielampje (groen)
in de instrumentengroep als het
indikatielampje van de startdrukknop
(groen) zijn gaan branden.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 173 of 741

4–9
Tijdens het rijden
Motor start/stop
OPMERKING
  Na het starten van de motor, gaat
het startdrukknopindikatielampje
(oranje) uit en schakelt het contact
over naar de stand ON.
 (SKYACTIV-G 1.5, MZR 1.6,
SKYACTIV-G 2.0)
 Na het indrukken van de
startdrukknop en voordat de motor
start is het werkingsgeluid van de
brandstofpompmotor van nabij de
brandstoftank hoorbaar, echter dit
duidt niet op een defect.
OPMERKING
 (SKYACTIV-D 2.2)




 Laat bij het starten van de
motor het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak)
of het rempedaal (automatische
transmissie) niet los totdat het
voorgloei-indikatielampje in de
instrumentengroep uitgaat, na het
indrukken van de startdrukknop.
 


 Als voor het starten van de
motor het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak)
of het rempedaal (automatische
transmissie) wordt losgelaten,
het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak)
of het rempedaal (automatische
transmissie) nogmaals intrappen en
de startdrukknop indrukken om de
motor te starten.
 


 Als u nadat de gloeibougies zijn
opgewarmd het contact gedurende
langere tijd in de stand ON laat
staan zonder dat de motor draait,
worden de gloeibougies mogelijk
opnieuw opgewarmd en gaat het
voorgloei-indikatielampje branden.
 


 De startmotor draait niet
rond totdat het voorgloei-
indikatielampje is uitgegaan.
8. Laat de motor na het starten ongeveer
gedurende tien seconden stationair
draaien (in Duitsland verboden).
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 174 of 741

4–10
Tijdens het rijden
Motor start/stop
OPMERKING
 (Duitsland) Ga na het starten van de motor
onmiddellijk rijden. Gebruik
echter geen hoge motortoerentallen
totdat de motor de normale
bedrijfstemperatuur heeft bereikt.
 
(SKYACTIV-G 1.5, MZR 1.6,
SKYACTIV-G 2.0)
 


 Ongeacht of de motor warm of
koud is, dient deze zonder gebruik
van het gaspedaal gestart te
worden.
 


 Zie Starten van een verzopen
motor onder Starten in
noodgevallen als de motor de
eerste keer niet start. Laat uw auto
inspecteren door een offi ciële
Mazda reparateur als de motor nog
niet start (pagina 7-28 ).
OPMERKING

(SKYACTIV-D 2.2) Als de buitentemperatuur lager is dan
ongeveer - 10 °C, kan het maximale
motortoerental na het starten van
de motor gedurende ongeveer drie
minuten niet worden bereikt om de
motor te beschermen.
 (Voertuig met handgeschakelde
versnellingsbak met i-stop functie)
 Als de motor als gevolg van afslaan
is gestopt, kan deze opnieuw worden
gestart door het koppelingspedaal in
te trappen binnen 3 seconden nadat
de motor is gestopt.
 De motor kan onder de volgende
omstandigheden ook als het
koppelingspedaal wordt ingetrapt
niet opnieuw worden gestart:
 


 Het bestuurdersportier geopend is. 


 De veiligheidsgordel van de
bestuurder is niet vastgemaakt.
 

 Na het afslaan van de motor is het
koppelingspedaal niet volledig
losgelaten.
 

 Het koppelingspedaal wordt
ingetrapt terwijl de motor niet
volledig is stopgezet.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 175 of 741

4–11
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Motorstartfunctie wanneer
sleutelbatterij uitgeput is
OPGELET
Wanneer de motor gestart wordt door
de zender boven de startdrukknop te
houden als gevolg van een uitgeputte
sleutelbatterij of een defecte sleutel, er
voor zorgen het volgende te voorkomen,
omdat anders het signaal van de sleutel
niet correct wordt ontvangen en de kans
bestaat dat de motor niet start.
 
 Metalen delen van andere sleutels
of metalen voorwerpen komen in
aanraking met de sleutel.

  Reservesleutels of sleutels voor
andere voertuigen die uitgerust
zijn met een start-blokkeersysteem
komen in aanraking met of in de
buurt van de sleutel.

  Elektronische betaalpassen of
doorlaatpassen komen in aanraking
met of in de buurt van de sleutel. Als de motor niet gestart kan worden
omdat de batterij van de sleutel is uitgeput,
kan de motor met behulp van onderstaande
procedure gestart worden:
1. Blijf het rempedaal stevig intrappen
totdat de motor volledig gestart is.
2. (Handgeschakelde versnellingsbak)
Blijf het koppelingspedaal stevig
intrappen totdat de motor volledig
gestart is.
3. Kijk of het
startdrukknopindikatielampje (groen)
gaat knipperen.
OPMERKING
Het startdrukknopindikatielampje
(groen) gaat knipperen als de
startdrukknop wordt ingedrukt
alvorens het rempedaal (automatische
transmissie) of koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak)
in te trappen. Als onder deze conditie
het koppelingspedaal wordt ingetrapt
(handgeschakelde versnellingsbak)
of het rempedaal wordt ingetrapt
(automatische transmissie), kan
de motor gestart worden door de
onderstaande procedure te volgen.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 176 of 741

4–12
Tijdens het rijden
Motor start/stop
4. Raak de startdrukknop aan met
behulp van de achterzijde van de
sleutel (zoals getoond) terwijl het
startdrukknopindikatielampje (groen)
knippert.
Startdrukknop
ZenderIndikatielampje
OPMERKING
Bij het aanraken van de startdrukknop
met behulp van de achterkant van de
sleutel zoals getoond in de afbeelding,
de startdrukknop aanraken met de zijde
met de vergrendelschakelaar van de
sleutel omhoog gericht.
5. Kijk of het
startdrukknopindikatielampje (groen)
gaat branden.
6. Druk op de startdrukknop om de motor
te starten.
OPMERKING
  De motor kan niet gestart worden
tenzij het koppelingspedaal volledig
is ingetrapt (handgeschakelde
versnellingsbak) of het rempedaal
volledig is ingetrapt (automatische
transmissie).
  Als de functie van de
startdrukknop defect is, gaat het
startdrukknopindikatielampje
(oranje) knipperen. In dit geval is het
mogelijk dat de motor start, echter
laat de auto zo spoedig mogelijk
door een deskundige reparateur,
bij voorkeur een offi ciële Mazda
reparateur controleren.
  Als het startdrukknopindikatielampje
(groen) niet brandt, de procedure
opnieuw vanaf het begin uitvoeren.
Laat de auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een offi ciële
Mazda reparateur controleren als het
indikatielampje niet brandt.
  Voer voor het overschakelen
van de stand van het contact
zonder de motor te starten de
volgende handelingen uit nadat het
startdrukknopindikatielampje (groen)
is gaan branden.
1. Laat het koppelingspedaal
(handgeschakelde
versnellingsbak) of het rempedaal
(automatische transmissie) los.
2. Druk de startdrukknop in om over
te schakelen naar de contactstand.
Het contact schakelt over in de
volgorde van ACC, ON en uit
telkens wanneer de startdrukknop
wordt ingedrukt. Voor het
opnieuw overschakelen naar de
contactstand, de procedure vanaf
het begin uitvoeren.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page 177 of 741

4–13
Tijdens het rijden
Motor start/stop
Noodbediening voor het starten
van de motor
Als het KEY waarschuwingslampje (rood)
brandt of het startdrukknopindikatielampje
(oranje) knippert, kan dit erop duiden dat
de motor niet start met gebruik van de
normale startmethode. Laat uw auto zo
spoedig mogelijk door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een offi ciële
Mazda reparateur inspecteren. In dit geval
kan de motor geforceerd gestart worden.
Houd de startdrukknop ingedrukt totdat
de motor start. Voor het starten van de
motor zijn overige procedures zoals het
aanwezig zijn van de sleutel in de cabine
en het intrappen van het koppelingspedaal
(handgeschakelde versnellingsbak) of het
rempedaal (automatische transmissie)
vereist.
Stopzetten van de motor
WAARSCHUWING
De motor niet tijdens het rijden
stopzetten:
Het tijdens het rijden stopzetten van
de motor om een andere reden dan in
een noodgeval is gevaarlijk. Wanneer
de motor tijdens het rijden wordt
stopgezet heeft dit door het verlies van
de rembekrachtiging een vermindering
van remvermogen tot gevolg wat
een ongeluk en ernstig letsel kan
veroorzaken.
1. Breng de auto volledig tot stilstand.
2. (Handgeschakelde versnellingsbak)
Schakel over naar de neutraalstand en
trek de handremhendel aan.
(Automatische transmissie)
Zet de keuzehendel in de stand P en
trek de handremhendel aan.
3. Druk op de startdrukknop om de motor
stop te zetten. De contactstand is uit.
OPGELET
Zorg er voor dat wanneer u de auto
verlaat de startdrukknop is uitgezet.
/C\FCA'(&0#A'FKVKQPKPFD

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 ... 60 next >