OPEL KARL 2016.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)

Page 21 of 85

Radio21RadioGebruik........................................ 21
Zender zoeken ............................. 21
Favorietenlijst ............................... 23
Radio Data System (RDS) ...........24
Digital Audio Broadcasting ..........25Gebruik
Radio activeren
Druk op ; en selecteer vervolgens
AUDIO . Het laatst geselecteerde
hoofdmenu audio verschijnt.
Selecteer Bron op de onderste regel
van het actieve radiohoofdmenu om
de interactieve selectiebalk te ope‐
nen.
Selecteer het gewenste frequentiebe‐
reik.
De laatst ten gehore gebrachte zen‐
der van het geselecteerde frequentie‐
bereik wordt ontvangen.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken
Druk kort op t of v op het bedie‐
ningspaneel of op het scherm om
naar de vorige of volgende zender in
het zendergeheugen te gaan.
Handmatig zender zoeken
Druk op t of v op het bedienings‐
paneel. Loslaten wanneer de gewen‐ ste frequentie bijna bereikt is.
De volgende ontvangbare zender wordt opgezocht en automatisch af‐
gespeeld.

Page 22 of 85

22RadioLet op
Frequentiebereik FM: Als de RDS-
functie is ingeschakeld, wordt er al‐
leen naar RDS-zenders 3 24 ge‐
zocht en als verkeersinformatie TP is ingeschakeld, wordt er alleen naar
zenders met verkeersinformatie
3 24 gezocht.
Afstemmen op zender
Druk op B op het scherm. Het dis‐
play Direct afstemmen verschijnt.
Voer de gewenste frequentie in. Ge‐
bruik r om de ingevoerde cijfers te
verwijderen. Druk zo nodig op d of
c om vervolgens de invoer te wijzi‐
gen.
Bevestig de invoer om de zender te
beluisteren.
Zenderlijsten
Druk op Menu op de onderste regel
van het actieve radiohoofdmenu om
het bijbehorende submenu voor de
specifieke golfband te openen.
Selecteer de specifieke golfband
Zenderlijst . Alle zenders van de be‐
treffende golfband met ontvangst in
het huidige ontvangstgebied worden
weergegeven.
Selecteer de gewenste zender.
Let op
De momenteel beluisterde radiozen‐ der wordt aangeduid door het sym‐
bool l naast de naam van de zen‐
der.
Categorielijsten
Tal van radiozenders zenden een
PTY-code uit die het uitgezonden
programmatype aangeeft (bijv.
nieuws). Sommige zenders wijzigen
afhankelijk van de inhoud die op dat
moment wordt uitgezonden ook de
PTY-code.
Het infotainmentsysteem slaat deze
zenders op in de desbetreffende ca‐
tegorielijst, gesorteerd op program‐
matype.
Let op
De lijstoptie Categorieën is alleen
beschikbaar voor de FM- en DAB- golfband.
Selecteer Categorieën om een pro‐
grammatype te zoeken dat door de zenders wordt aangeboden.
Er verschijnt een lijst met momenteel beschikbare programmatypes.

Page 23 of 85

Radio23Selecteer het gewenste programma‐
type. Er verschijnt een lijst met zen‐
ders die een programma van het ge‐
selecteerde type uitzenden.
Selecteer de gewenste zender.
Let op
De momenteel beluisterde radiozen‐
der wordt aangeduid door het sym‐
bool l naast de naam van de zen‐
der.
Zenderlijsten bijwerken
Als de opgeslagen zenders van een
zenderlijst met specifieke golfband
niet meer kunnen worden ontvangen, moet u Menu selecteren op de onder‐
ste regel van het actieve radiohoofd‐
menu, gevolgd door de desbetref‐
fende menuoptie om de zenderlijst bij
te werken, bijv. Zenderlijst bijwerken .
Let op
Bij het bijwerken van een lijst van
een zender op een specifiek fre‐ quentiebereik wordt de overeen‐
komstige categorielijst ook bijge‐
werkt.Het toestel zoekt naar zenders en er
verschijnt een bijbehorend bericht.
Na het zoeken verschijnt de betref‐
fende zenderlijst.
Let op
De momenteel beluisterde radiozen‐ der wordt aangeduid door het sym‐
bool l naast de naam van de zen‐
der.
Favorietenlijst
Zenders van alle frequentiebereiken
kunnen handmatig in de favorieten‐
lijsten worden opgeslagen.Er zijn vijf favorietenlijsten beschik‐
baar, waarin elk 5 zenders kunnen
worden opgeslagen.
Let op
Het huidige station wordt gemar‐ keerd.
Een zender opslaan
Druk indien nodig op < of > om door
de favorietenpagina&#39;s te bladeren.
Momenteel actieve radiozender op‐
slaan onder een voorkeuzetoets op
het scherm: houd de gewenste
schermtoets gedurende enkele se‐
conden ingedrukt. De bijbehorende
frequentie of zendernaam verschijnt
op de knop op het scherm.
Zenders ophalen
Druk indien nodig op < of > om naar
de gewenste favorietenpagina te bla‐
deren.
Selecteer op het scherm de voorkeu‐ zeknop waaronder de gewenste radi‐ozender opgeslagen is.

Page 24 of 85

24RadioHet aantal beschikbare
favorietenpagina&#39;s instellen
Druk op HOME en selecteer vervol‐
gens INSTELLINGEN op het scherm
om het aantal favorietenpagina&#39;s vast te stellen waaruit kan worden geko‐
zen.
Selecteer Radio en dan Favorieten
beheren om het betreffende submenu
weer te geven.
Activeer of deactiveer de pagina&#39;s, af‐
hankelijk van de favorietenpagina&#39;s
die u wilt zien.
Radio Data System (RDS)
Is een dienst voor FM-zenders die er‐ voor zorgt dat de gewenste zender
aanzienlijk sneller wordt gevonden en
zonder problemen wordt ontvangen.
Voordelen van RDS ● Op het display verschijnt de pro‐ grammanaam van de zender in
plaats van de frequentie.
● Tijdens het zoeken naar zenders
stemt het infotainmentsysteem
alleen af op RDS-zenders.● Het infotainmentsysteem stemt altijd af op de zendfrequentie vande ingestelde zender met de
beste ontvangst via AF (alterna‐
tieve frequentie).
● Afhankelijk van de ontvangen zender geeft het infotainment‐
systeem radioteksten weer met
bv. informatie over het actuele
programma.
RDS-configuratie
Druk op Menu op de onderste regel
van het FM-radiohoofdmenu om het
bijbehorende submenu voor de spe‐
cifieke golfband te openen.
Blader naar RDS.
Activeer of deactiveer RDS.
Verkeersinformatie
Verkeersinformatiezenders zijn RDS- zenders die verkeersinformatie uit‐zenden. Als verkeersinformatie is in‐geschakeld, wordt de actieve audio‐
bron voor de duur van het verkeers‐
bericht onderbroken.Verkeersinformatiefunctie activeren
Druk op Menu op de onderste regel
van het FM-radiohoofdmenu om het
bijbehorende submenu voor de spe‐
cifieke golfband te openen.
Druk op de schermtoets naast Ver‐
keersberichten om de functie te acti‐
veren of deactiveren.
Let op
In de zenderlijst verschijnt TP naast
de zenders die verkeersinformatie
verschaffen.
Als de verkeersinformatie geacti‐
veerd is, verschijnt [TP] op de boven‐
ste regel van alle menu&#39;s. Als de ac‐
tuele zender geen verkeersinforma‐
tiezender is, wordt TP grijs weerge‐
geven en wordt er automatisch naar
de volgende verkeersinformatiezen‐
der gezocht. Zodra er een verkeers‐
informatiezender wordt gevonden,
wordt TP gemarkeerd. Als er geen
verkeersinformatiezender wordt ge‐
vonden, blijft TP grijs.
Als er een verkeersbericht op de be‐
treffende zender wordt uitgezonden,
verschijnt er een bericht.

Page 25 of 85

Radio25Druk op het scherm of druk op m om
de melding te onderbreken en naar de laatst geactiveerde functie te
gaan.
Regio-instelling
Soms zenden RDS-zenders regio‐
naal verschillende programma&#39;s op
verschillende frequenties uit.
Druk op Menu op de onderste regel
van het FM-radiohoofdmenu om het
bijbehorende submenu voor de spe‐ cifieke golfband te openen en blader
naar Regio .
Activeer of deactiveer Regio.
Als de regio-instelling geactiveerd is,
worden er zo nodig andere frequen‐
ties met dezelfde regionale program‐
ma&#39;s geselecteerd. Is de regio-instel‐
ling uitgeschakeld, worden alterna‐ tieve frequenties voor de zenders ge‐ selecteerd zonder rekening te hou‐
den met regionale programma&#39;s.
Digital Audio BroadcastingDAB zendt radiozenders digitaal uit.DAB-zenders worden aangeduid met
de programmanaam i.p.v. met de
zendfrequentie.
Algemene informatie ● Met DAB kunnen verschillende programma&#39;s (diensten) op de‐
zelfde frequentie worden uitge‐
zonden (ensemble).
● Naast hoogwaardige diensten voor digitale audio is DAB ook in
staat om programmagerela‐
teerde gegevens en een veelheid aan andere dataservices uit te
zenden, inclusief reis - en ver‐
keersinformatie.
● Zolang een bepaalde DAB-ont‐ vanger een signaal van een zen‐
der op kan vangen (ook al is het
signaal erg zwak), is de geluids‐
weergave gewaarborgd.
● Bij een slechte ontvangst wordt het volume automatisch lager ge‐
zet om onaangename geluiden te
voorkomen.
Als het DAB-signaal te zwak is
om door de radio te worden op‐
gevangen, wordt de weergave
geheel onderbroken. Dit pro‐bleem kan worden vermeden
door in het DAB-menu Koppeling
DAB-DAB en/of Koppeling DAB-
FM te activeren (zie onder‐
staand).
● Interferentie door zenders op na‐
burige frequenties (een ver‐
schijnsel dat typisch is voor AM-
en FM-ontvangst) doet zich bij
DAB niet voor.
● Als het DAB-signaal door natuur‐
lijke obstakels of door gebouwen
wordt weerkaatst, verbetert dit de ontvangstkwaliteit van DAB, ter‐
wijl AM- en FM-ontvangst in die
gevallen juist aanmerkelijk ver‐
zwakt.
● Als DAB-ontvangst is ingescha‐ keld, blijft de FM-tuner van het in‐fotainmentsysteem op de achter‐
grond actief en zoekt dan continu naar FM-zenders met de beste
ontvangst. Als TP 3 24 geacti‐
veerd is, worden er verkeersbe‐
richten doorgegeven van de FM-
zender die de beste ontvangst

Page 26 of 85

26Radioheeft. Deactiveer TP als DAB-
ontvangst niet door FM-verkeers‐ berichten moet worden
onderbroken.
DAB-meldingen
Naast hun muziekprogramma&#39;s zen‐
den veel DAB-zenders ook diverse
categorieën berichten uit. Als u som‐ mige of alle categorieën activeert,
wordt de momenteel ontvangen DAB-
service bij een bericht uit deze cate‐
gorieën onderbroken.
Druk op Menu op de onderste regel
van het actieve DAB-radiohoofdmenu om het bijbehorende submenu voorde specifieke golfband te openen.
Blader door de lijst en selecteer DAB-
aankondigingen om een lijst met de
beschikbare categorieën weer te ge‐
ven.
Activeer alle of alleen de gewenste
berichtcategorieën. Er kunnen ver‐
schillende berichtcategorieën tegelijk
worden geselecteerd.Koppeling DAB-DAB
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op dezelfde ser‐
vice van een ander DAB-ensemble
(indien beschikbaar) als het DAB-sig‐
naal te zwak is om door de radio te
worden opgevangen.
Druk op Menu op de onderste regel
van het actieve DAB-radiohoofdmenu om het bijbehorende submenu voorde specifieke golfband te openen.
Blader door de lijst en activeer of
deactiveer Koppeling DAB-DAB .
Koppeling DAB-FM
Als deze functie geactiveerd is, scha‐
kelt het systeem over op eenzelfde
FM-zender van de actieve DAB-ser‐
vice (indien beschikbaar) als het
DAB-signaal te zwak is om door de
radio te worden opgevangen.
Blader door de lijst en activeer of
deactiveer Koppeling DAB-FM .L-band
Via deze functie kunt u definiëren welke DAB-frequentiebereiken door
het infotainmentsysteem moeten
worden ontvangen.
De L-band (normale en satellietradio) is een andere radiofrequentie die u
daarnaast kunt ontvangen.
Druk op Menu op de onderste regel
van het actieve DAB-radiohoofdmenu
om het bijbehorende submenu voor de specifieke golfband te openen.
Blader door de lijst en activeer of
deactiveer L-band.
Intellitext
Met de functie Intellitext kunt u extra
informatie ontvangen, zoals financi‐ ele informatie, sport en nieuws.
Let op
De beschikbare content is afhanke‐
lijk van de zender en regio.
Druk op Menu op de onderste regel
van het actieve DAB-radiohoofdmenu
om het bijbehorende submenu voor de specifieke golfband te openen.

Page 27 of 85

Radio27Blader door de lijst en selecteer
Intellitext .
Selecteer één van de categorieën en kies een specifieke optie om gedetail‐
leerde informatie weer te geven.
EPG De elektronische programmagidsverschaft informatie over het huidige
en komende programma van de des‐
betreffende DAB-zender.
Druk op Menu op de onderste regel
van het DAB-radiohoofdmenu en se‐ lecteer vervolgens Zenderlijst.
Druk op het pictogram naast de zen‐
der om het programma van de ge‐
wenste zender weer te geven.

Page 28 of 85

28Externe apparatenExterne apparatenAlgemene informatie....................28
Audio afspelen ............................. 30
Afbeeldingen weergeven .............32
Films afspelen .............................. 33
Smartphone-applicaties
gebruiken ..................................... 34Algemene informatie
De AUX- en USB-aansluiting voor ex‐ terne apparaten bevindt zich op de
middenconsole.
Let op
Houd de aansluitingen altijd schoon en droog.
AUX-ingang
U kunt bijvoorbeeld een iPod of een
ander randapparaat met een 3,5 mm
stekker op de AUX-ingang aanslui‐ ten.
Na het aansluiten op de AUX-ingang
wordt het audiosignaal van het rand‐
apparaat via de luidsprekers van het
infotainmentsysteem verzonden.
Het volume en de geluidsinstellingen kunnen via het infotainmentsysteem
worden aangepast. Alle andere be‐ dieningsfuncties werken via het rand‐
apparaat zelf.Een apparaat aansluiten
Gebruik een 3-polige connector voor
audio en een 4-polige connector voor video om het randapparaat op de
AUX-ingang van het infotainmentsys‐ teem aan te sluiten.
Sluit het AUX-apparaat aan op de
AUX-poort.
USB-poort Op de USB-poort kunt u een mp3-
speler, USB-drive, SD Card (via USB-
aansluiting/adapter), iPod of smart‐
phone aansluiten.
Het infotainmentsysteem kan audio‐
bestanden afspelen, afbeeldingsbe‐
standen weergegeven of filmbestan‐
den afspelen vanaf USB-opslagappa‐ raten.
Na het aansluiten op de USB-poort
werken diverse functies van het bo‐ venvermelde apparaat via de knop‐
pen en menu&#39;s van het infotainment‐
systeem.

Page 29 of 85

Externe apparaten29Let op
Niet alle modellen mp3-spelers, USB-drives, iPods of smartphones
worden door het infotainmentsys‐
teem ondersteund. In de lijst op onze
website kunt u controleren welke
modellen geschikt zijn.
Een apparaat aansluiten/loskoppelen
Sluit een van bovenstaande appara‐ ten aan op de USB-poort. Gebruik zo
nodig de daartoe bestemde aansluit‐
kabel. De muziekfunctie start auto‐
matisch.
Let op
Bij het verbinden van een niet-lees‐
baar USB-apparaat of een iPod ver‐ schijnt er een bijbehorende foutmel‐ ding en schakelt het Infotainment‐
systeem automatisch terug naar de
vorige functie.
Ontkoppel het USB-apparaat of de
IPod door een andere functie te se‐
lecteren en daarna het USB-opslag‐
medium te verwijderen.Voorzichtig
Koppel het toestel tijdens het af‐
spelen niet los. Hierdoor kan het
toestel of het Infotainmentsysteem beschadigd raken.
USB automatisch starten
Standaard verschijnt het USB-audio‐ menu automatisch zodra een USB-
apparaat is aangesloten.
Indien gewenst kunt u deze functie
deactiveren.
Druk op ; en selecteer vervolgens
Instellingen om het instellingenmenu
te openen.
Selecteer Radio, blader naar USB
automatisch starten en druk op de
schermtoets naast de functie.
Druk nogmaals op de schermtoets
om de functie weer te activeren.
Bluetooth
Bluetooth-compatibele audiobronnen
(bijv. mobiele telefoons voor muziek,
mp3-spelers met Bluetooth enz.) die
de Bluetooth-muziekprofielen A2DP
en AVRCP ondersteunen, werken
draadloos op het infotainmentsys‐
teem.
Het infotainmentsysteem kan mu‐
ziekbestanden op Bluetooth-appara‐
ten afspelen, bijv. smartphones of
iPod/iPhone producten.
Een apparaat aansluiten
Voor een gedetailleerde beschrijving
van het tot stand brengen van een
Bluetooth-verbinding 3 38.
Bestandsindelingen en mappen Dit product ondersteunt USB-opslag‐
apparaten met een opslagcapaciteit
van 5000 bestanden (muziek, foto en
video) en een mappenstructuur met
15 niveaus. Een normaal gebruik kan niet worden gegarandeerd bij opslag‐
apparatuur die deze limieten over‐ schrijdt. De iPod/iPhone kan alle on‐
dersteunde muziekbestanden afspe‐
len. De muziekbestandslijsten ver‐
schijnen echter in alfabetische volg‐
orde met maximaal 5000 bestanden
op het scherm.

Page 30 of 85

30Externe apparatenLet op
Sommige bestanden worden wel‐
licht niet goed afgespeeld. Dit wordt
wellicht veroorzaakt door een ander
opnameformaat of de staat van het
bestand.
Bestanden van online-winkels met digitaal rechtenbeheer (DRM) kun‐
nen niet worden afgespeeld.
Het infotainmentsysteem kan de vol‐
gende audio-, afbeeldings- en filmbe‐ standen op externe apparaten afspe‐len/weergeven.
Audiobestanden
MP3 (MPEG-1 laag 3, MPEG-2 laag
3)
Constante bitsnelheid (CBR) tussen 8
en 320 kbps
Variabele bitsnelheid (VBR)
Berichtfrequentie van 8, 11,025, 12,
16, 22,05, 24, 32, 44,1 en 48 kHz.
Windows Media Audio
Windows Media Audio 10
CBR tussen 32 en 768 kbpsVBR (standaard), Professional, zon‐
der kwaliteitsverlies of hoger volgens
Microsoft-specificaties
Berichtfrequentie van 8, 12, 16, 22,
32, 44,1 en 48 kHz
AAC (MPEG-4 AAC, Low Complexity
Profile) en AAC+
CBR tussen 8 en 320 kbps.
OGG Vorbis
Golfvorm (WAV - PCM Windows-in‐
deling)
Audio Interchange File Format (AIFF) 3GPP (meestal gebruikt voor mobieleapparaten)
Audioboeken (MP3, WMA, AAC, AA)
Afbeeldingsbestanden
Alleen de volgende bestandsexten‐
sies worden ondersteund: &#39;*.jpg&#39;,
&#39;*.bmp&#39;, &#39;*.png&#39;, &#39;*.gif&#39; (GIF-animatie
wordt niet ondersteund). Sommige
bestanden werken wellicht niet van‐
wege een andere indeling of toestand van het bestand.
Filmbestanden
De afspeelbare videobestandsinde‐ lingen zijn AVI en MP4.De maximale resolutie is 1280 x
720 pixels. De herhalingsfrequentie
moet minder dan 30 fps zijn.
De bruikbare codec is H.264/MPEG-4
AVC.
De afspeelbare audio-indelingen zijn
MP3, AC3, AAC en WMA.
De weergeefbare ondertitelingsinde‐
ling is SMI.
Audio afspelen
Muziekfunctie activeren Als het apparaat nog niet met het in‐fotainmentsysteem verbonden is,verbind het apparaat dan 3 28.
Doorgaans wordt het desbetreffende
audiohoofdmenu automatisch weer‐
gegeven.
Als het afspelen niet automatisch
wordt gestart, bijvoorbeeld omdat
USB automatisch starten is gedeacti‐
veerd 3 28 , moet u de volgende stap‐
pen ondernemen:
Druk op ; en selecteer vervolgens
AUDIO om het laatst geselecteerde
audiohoofdmenu te openen.

Page:   < prev 1-10 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 ... 90 next >