PEUGEOT 5008 2016 Instructieboekje (in Dutch)

Page 241 of 364

239
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Toegang tot de zekeringen
F Zie de paragraaf "Toegang tot het gereedschap". Zekering

N r. Ampère

(A) Functies
F8 20Autoradio, autoradio/telefoon, CD-wisselaar, multifunctioneel
display, detectie te lage bandenspanning, sirene alarm,
elektronische eenheid alarm, telematica-eenheid.
F9 3012V-aansluiting vóór, aansteker, 12V-aansluiting achter.
F10 15Stuurkolomschakelaars.
F11 15Contactslot met circuit lage stroomsterkte.
F12 15Aanwezigheid aanhanger, regen-/lichtsterktesensor, voeding
zekeringen F32, F34, F35.
F13 5Servicecentrale motor, elektronische eenheid airbags.
F14 15
Instrumentenpaneel, display van het instrumentenpaneel, voeding zekering F33.
F1530Vergrendeling en supervergrendeling.
F17 40Achterruitverwarming, voeding zekering F30.
10
Praktische informatie

Page 242 of 364

240
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
ZekeringN r. Ampère
(A) Functies
F30 5Verwarming buitenspiegels.
F31 3012V-aansluiting bagageruimte.
F32 5Selectiehendel (elektronisch gestuurde versnellingsbak).
F33 10Head-up display, handsfree set, airconditioning.
F34 5Display waarschuwingslampjes veiligheidsgordels.
F35 10Parkeerhulp, toestemming hifi-versterker.
F36 10Elektronische eenheid servicecentrale trekhaakaansluiting,
paneel bestuurdersportier.
F37 20Hifi-versterker.
F38 30Elektrisch verstelbare bestuurdersstoel.
F39 20Zonnescherm panoramadak.
Praktische informatie

Page 243 of 364

241
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Zekeringen
motorruimte
De zekeringkast bevindt zich onder de
motorkap, naast de accu.Zekering

N r. Ampère

(A) Functies
F2 15Claxon.
F3 10Ruitensproeiers voor en achter.
F4 10Verlichting overdag.
F5 15Elektrokleppen absorptievat, wastegate en drukregeling
turbocompressor (1.6


THP), verwarmingselement oliedampen
(1.6
THP), voorver warming brandstof (1.6 HDi).
F6 10Diagnoseaansluiting, bochtverlichting, pomp roetfilter (diesel),
Distance alert, schakelaar bediening buitenspiegels.
F7 10Elektronische eenheid stuurbekrachtiging, automatische
transmissie, motor hoogteregeling bochtverlichting.
F8 20Bediening startmotor.
F9 10Schakelaars koppelings- en rempedaal.
F11 40Aanjager airconditioning.
Toegang tot de zekeringen
F Maak het deksel los.
F
V ervang de zekering (zie de
desbetreffende paragraaf).
F

S
luit na het vervangen van de zekering
zorgvuldig het deksel voor een goede
afdichting van de zekeringkast.
Overzicht zekeringen
10
Praktische informatie

Page 244 of 364

242
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Zekering
N r. Ampère

(A) Functies
F12 30Lage/hoge snelheid ruitenwissers vóór.
F14 30Luchtpomp.
F15 10Grootlicht rechts.
F16 10Grootlicht links.
F17 15Dimlicht links.
F18 15Dimlicht rechts.
Praktische informatie

Page 245 of 364

243
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Zekering
N r. Ampère

(A) Functies
F2 5Rempedaalschakelaar met twee functies.
F3 5Eenheid laadtoestand accu.
F4 25Elektrokleppen ABS/ESP.
F6 15Elektronisch gestuurde versnellingsbak/automatische transmissie.
Overzicht zekeringen boven de accu
10
Praktische informatie

Page 246 of 364

244
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
12V- ac c u
Toegang tot de accu
De accu bevindt zich in de motorruimte.
Toegang tot de accu:
F
o
pen de motorkap via hendel in het
interieur en gebruik vervolgens de
veiligheidshaak aan de buitenzijde,
F

b
evestig de motorkapsteun,
F

v
erwijder de kunststof afdekkap voor
toegang tot de pluspool.
Loskoppelen van de pluspool (+)
F Trek de hendel D zo ver mogelijk omhoog om de accupoolklem E te ontgrendelen.
Weer aansluiten van de pluspool (+)
F Plaats de geopende accupoolklem E op de pluspool (+) van de accu.
F

D
ruk verticaal op de accupoolklem E om
hem goed tegen de accu aan te drukken.
F

Z
et de accupoolklem vast door de pasnok
opzij te bewegen en vervolgens de hendel D
omlaag te duwen.
Deze sticker hoort bij het Stop & Start-systeem
en geeft aan dat er een speciale 12V-loodaccu
is gebruikt die alleen losgekoppeld en/of
vervangen mag worden door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Na het monteren van de accu duurt het even voordat
het Stop & Start-systeem weer zal werken, hoe
lang dit duurt is afhankelijk van klimatologische
omstandigheden en de laadtoestand van de accu
(kan tot ongeveer 8
uur duren).
Bij auto's met het Stop & Start-systeem
hoeven de accukabels tijdens het opladen niet
losgenomen te worden. Procedure voor het gebruik van een hulpaccu
voor het starten van de motor met behulp van
startkabels en voor het laden van een lege accu.
Forceer de hendel niet bij het
omlaagduwen, aangezien de
accupoolklem niet kan worden
vergrendeld als deze niet correct is
geplaatst; herhaal de procedure.
Praktische informatie

Page 247 of 364

245
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Starten van de motor met
een hulpaccu en startkabels
Als de accu van uw auto ontladen is, kan
de motor worden gestart met een hulpaccu
(externe accu of een accu van een andere
auto) en startkabels.F

V
er wijder, indien uw auto hiermee is
uitgerust, het kunststof kapje van de
pluspool (+).
F

S
luit de rode kabel aan op de pluspool (+)
van de ontladen accu A en vervolgens op
de pluspool (+) van de hulpaccu B .
F

S
luit de groene of zwarte kabel aan op de
minpool (-) van de hulpaccu B (of op het
massapunt van de auto met de hulpaccu). F

S
luit het andere uiteinde van de groene
of zwarte kabel aan op het massapunt C
van de auto met de lege accu (of op de
motorsteun).
F

S
tart de motor van de auto met de
hulpaccu en laat deze gedurende enkele
minuten draaien.
F

S
tel de startmotor in werking van de auto
met de lege accu en laat de motor draaien.
Als de motor niet direct start, zet dan het
contact af en wacht even alvorens een nieuwe
poging te doen.
Start de motor niet door een acculader
aan te sluiten.
Koppel de pluspool (+) van de accu niet
los ter wijl de motor draait. Controleer eerst of de nominale
spanning van de hulpaccu 12
V
bedraagt en of de capaciteit van de
hulpaccu minimaal gelijk is aan die van
de ontladen accu.
F

W
acht tot de motor stationair draait en
neem dan de kabels in omgekeerde
volgorde los.
F

B
reng, indien uw auto hiermee is uitgerust,
het kunststof kapje aan op de pluspool (+).
10
Praktische informatie

Page 248 of 364

246
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Laden met behulp van een
acculader
F Maak de accupoolklemmen los.
F V olg de aanwijzingen van de fabrikant van
de acculader.
F

S
luit de accukabels weer aan, te beginnen
met de (-) kabel.
F

C
ontroleer of de accupolen en de klemmen
schoon zijn. Indien ze bedekt zijn met een
(witte of groene) oxidatielaag, neem dan
de accukabels los en reinig de polen en
klemmen.
Accu's bevatten schadelijke stoffen,
zoals zwavelzuur en lood.
Accu's moeten volgens de wettelijke
voorschriften worden afgevoerd en
mogen in geen geval bij het huisvuil
terechtkomen.
Lever lege batterijen en accu's in bij een
speciaal afvalstoffendepot.
H

et is raadzaam de accu los te
koppelen als uw auto langer dan een
maand buiten gebruik is.
Vóór het loskoppelen van de accukabels
Wacht 2 minuten na het afzetten van het
c ontact.
Sluit de ruiten en de voorportieren voordat u de
accukabels loskoppelt.
Na het weer aansluiten van de accukabels
Zet het contact aan en wacht 1 minuut alvorens
d e motor te starten, zodat de elektronische
systemen geïnitialiseerd kunnen worden.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als er zich na deze
handeling toch nog problemen voordoen.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor het
zelf opnieuw initialiseren van de elektronische
systemen (afhankelijk van de uitvoering):
-

d
e sleutel met afstandsbediening,
-

h
et elektrische zonnescherm / de
elektrische zonneschermen,
-


...
Bescherm uw ogen en gezicht voordat u
handelingen aan de accu uitvoert.
Voer ingrepen aan de accu uitsluitend uit in een
goed geventileerde ruimte, ver van open vuur of
vonken veroorzakende bronnen, om elk risico
van brand- of explosiegevaar uit te sluiten.
Probeer niet een bevroren accu op te laden:
de accu moet eerst worden ontdooid om
explosiegevaar uit te sluiten. Als de accu
bevroren is geweest, laat deze dan eerst
controleren, voordat u hem laat opladen door
het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats. Zij controleren of de inwendige
componenten zijn beschadigd en of de
behuizing scheuren vertoont, waardoor giftige
en corrosie-veroorzakende accuzuren zouden
kunnen weglekken.
Keer de polariteiten niet om en gebruik
uitluitend een 12-volt accu.
Maak de accupoolklemmen niet los bij
draaiende motor.
Laad de accu niet op zonder de
accupoolklemmen los te nemen.
Was uw handen als de werkzaamheden
beëindigd zijn.
Het aanduwen om de motor te starten is bij
een auto met een elektronisch gestuurde
versnellingsbak of een automatische
versnellingsbak niet toegestaan. Een aantal functies is niet beschikbaar
als de laadtoestand van de accu
onvoldoende is.
Praktische informatie

Page 249 of 364

247
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Uitschakelen van de eco-
mode
De functies worden automatisch weer
ingeschakeld als de motor gestart wordt.
Start om de functies direct weer te kunnen
gebruiken de motor en laat deze vijf minuten
draaien.
SpaarfaseEco-mode
Inschakelen van de eco-mode
Na deze periode geeft een melding op het
display aan dat de eco-mode is ingeschakeld
en de actieve functies worden in de ruststand
gezet.
De spaar fase stuurt de elektrische functies van
de auto aan om het ontladen van de accu te
voorkomen.
Tijdens het rijden kunnen in verband met de
laadtoestand van de accu enkele functies
(airconditioning, achterruitverwarming,


...)
tijdelijk worden uitgeschakeld.
Deze functies worden automatisch
ingeschakeld zodra de laadtoestand van de
accu dit toelaat. De eco-mode bepaalt de maximale gebruiksduur van een aantal functies om te voorkomen dat de
accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een aantal elektrische functies zoals het audio- en
telematicasysteem, de ruitenwissers, dimlichten, plafonniers, ... nog in totaal maximaal 30
minuten
gebruiken.
Deze periode kan, afhankelijk van de laadtoestand van de accu, veel korter zijn.
Als u op het moment dat de eco-mode
wordt ingeschakeld aan het telefoneren
bent, kan het gesprek nog 5 minuten
worden voortgezet via de handsfree set
van uw Peugeot Connect Sound of uw
Peugeot Connect Nav. Neem de tijd die nodig is voor het
starten van de motor in acht om een
juiste lading van de accu te garanderen.
Vermijd het herhaaldelijk en continu
starten van de motor om de accu bij te
laden.
Als de accu ontladen is, kan de motor
niet gestart worden (zie de paragraaf
"Ac cu").
10
Praktische informatie

Page 250 of 364

248
5008_nl_Chap10_infos-pratiques_ed01-2015
Wisserbladen vervangen
Demonteren
F Til de desbetreffende ruitenwisserarm op.
F M aak het wisserblad los en verwijder het.
Monteren
F Breng het nieuwe wisserblad aan en klik het vast.
F

Z
et de ruitenwisserarm voorzichtig terug.
Voordat u een wisserblad
demonteert
F Bedien de ruitenwisserschakelaar binnen één minuut na het afzetten van het contact
om de ruitenwissers naar het midden van
de voorruit te verplaatsen.
Na het monteren van een
wisserblad vóór
F Zet het contact aan.
F B edien nogmaals de
ruitenwisserschakelaar om de
ruitenwissers in de ruststand te zetten.
Slepen van de auto
Toegang tot het gereedschap
Het sleepoog bevindt zich onder het linker
harmonicagedeelte van de vloerplaat, in de
bekleding van de bagageruimte:
F

o
pen de achterklep,
F

t
il het harmonicagedeelte van de
vloerplaat


op,
F

n
eem het sleepoog uit de steun.
U kunt uw auto laten slepen door een andere
auto of een andere auto slepen met behulp
van het sleepoog dat deel uitmaakt van het
boordgereedschap.
Praktische informatie

Page:   < prev 1-10 ... 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 ... 370 next >