TOYOTA C_HR HYBRID 2017 Instructieboekje (in Dutch)

Page 251 of 712

2514-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Dimlicht inschakelen
Trek de hendel naar u toe,
zodat deze in de oorspronke-
lijke stand terugkomt.
Het controlelampje van het
Automatic High Beam-systeem
dooft.
Duw de hendel van u af om het
Automatic High Beam-systeem
weer in te schakelen.

Grootlicht inschakelen
Druk de schakelaar van het Aut omatic High Beam-systeem in.
Het controlelampje van het Automatic High Beam-systeem dooft en het
controlelampje van het grootlicht gaat branden.
Druk de schakelaar in om het Automatic High Beam-systeem weer in te
schakelen.
Handmatig in- en uitschakelen van het grootlicht
Auto's met linkse besturingAuto's met rechtse besturing
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 251 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 252 of 712

2524-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
■Voorwaarden voor het automatisch in- of uitschakelen van het grootlicht
● Als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het gro otlicht
automatisch ingeschakeld (na ongeveer 1 seconde):
• De rijsnelheid is hoger dan ongeveer 40 km/h.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde kop lampen of
achterlichten.
• Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
● Als aan een van onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het grootlicht
automatisch uitgeschakeld:
• De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer 30 km/h.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Tegenliggers of voorliggers hebben de koplampen of achterlicht en inge-
schakeld.
• Er bevinden zich veel straatlantaarns op de weg voor u.
■ Informatie werking camerasensor
●In de volgende situaties wordt het grootlicht mogelijk niet aut omatisch uitge-
schakeld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan het zicht zijn onttrokken als gevolg
van een reeks bochten, wegafscheidingen of bomen langs de weg
• Wanneer tegenliggers opdoemen uit de rechter tegemoetkomende r ij-
strook op een brede weg
• Wanneer er tegenliggers of voorliggers met uitgeschakelde verl ichting
zijn
● Het grootlicht wordt mogelijk uitgeschakeld als een tegenligger wordt gesig-
naleerd die zijn mistlampen aan heeft terwijl zijn koplampen ui t zijn.
● Door de aanwezigheid van huisverlichting, straatverlichting, ve rkeerslichten
of verlichte billboards of verkeersborden wordt mogelijk gescha keld van
grootlicht naar dimlicht of blijft het dimlicht mogelijk ingesc hakeld.
● De volgende factoren kunnen van invloed zijn op de reactietijd voor het in-
of uitschakelen van het grootlicht:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van t egenlig-
gers en voorliggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voertuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercentage, bochten, toestand van het
wegdek, enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage
● Het grootlicht kan op voor de bestuurder onverwachte momenten worden
in- en uitgeschakeld.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 252 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 253 of 712

2534-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E●
Fietsen of vergelijkbare objecten worden mogelijk niet gesignal eerd.
● In de onderstaande situaties kan het systeem de helderheid van het omge-
vingslicht mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blijven de dimlichten moge-
lijk branden of zorgt het grootlicht mogelijk voor problemen bij voetgangers,
tegenliggers of voorliggers of anderen. In dergelijke gevallen moet handma-
tig worden geschakeld tussen grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door damp, wasem, i js, vuil,
enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De camerasensor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de camerasensor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplam-
pen, achterlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen niet ingeschakeld of de kopla mpen
zijn vuil, hebben een andere kleur of zijn niet correct afgeste ld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt
gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinker-
wegen, grindpaden, enz.).
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gereden.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spieg el, voor
de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een contai-
ner op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke ba nd of ligt
aan de achterzijde wat lager doordat een aanhangwagen is aangek op-
peld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnormale manier geschakeld t ussen
dimlicht en grootlicht.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben
van het grootlicht.
■ Als “Headlight System Malfunction. Visit Your Dealer” (Storing in kop-
lampsysteem. Ga naar uw dealer) op het multi-informatiedisplay wordt
weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de aut o nakijken
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 253 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 254 of 712

2544-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Schakelaar mistlampen
Schakelaar mistachterlichtenSchakelt het mistachter-
licht uit
Schakelt het mistachter-
licht in
Als de schakelaarring wordt losge-
laten, keert de ring terug naar de
stand .
Door de schakelaarring nogmaals
te draaien, wordt het mistachter-
licht uitgeschakeld.
De mistlampen zorgen voor uitstekend zicht bij ongunstige
rijomstandigheden, zoal s bij regen of mist.
Bedieningsinstructies
1
2
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 254 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 255 of 712

2554-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Schakelaar mistlampen voor/mistachterlicht
Schakelt de mistlam-
pen voor en de mistach-
terlichten uit
Schakelt de mistlam-
pen voor in
Schakelt de mistlam-
pen voor en het mist-
achterlicht in
Als de schakelaarring wordt losge-
laten, keert de ring terug naar de
stand .
Door de schakelaarring nogmaals
te draaien, wordt alleen het mist-
achterlicht uitgeschakeld.
■Mistlampen kunnen worden gebruikt als
Auto's met schakelaar mistachterlicht
De koplampen worden ingeschakeld.
Auto's met schakelaar mistlampen voor en mistachterlicht
Mistlampen voor: De koplampen of parkeerlichten voor zijn ingeschakeld.
Mistachterlicht: De mistlampen voor zijn ingeschakeld.
1
2
3
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 255 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 256 of 712

2564-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Ruitenwissers en -sproeiers
In de stand AUTO werken de ruit enwissers automatisch wanneer de
sensor signaleert dat het regent. De wissnel heid wordt automatisch
afgestemd op de hoe veelheid neerslag en de rijsnelheid.
Stand AUTO
Lage snelheid ruitenwis-
sers
Hoge snelheid ruiten-
wissers
Enkele slag
In de stand AUTO kan de gevoeligheid van de sensor als volgt wo r-
den ingesteld door de schakelaarring te draaien.
Verhoogt de gevoeligheid van
de ruitenwisser met regensen-
sor
Verlaagt de gevoeligheid van
de ruitenwisser met regensen-
sor
Bedienen van de ruitenwisserhendel
1
2
3
4
6
5
6
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 256 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 257 of 712

2574-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeiers en ruitenwissers
De ruitenwissers maken automa-
tisch een aantal wisbewegingen
nadat de sproeier in werking
treedt.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn en u de
hendel naar u toe getrokken houdt,
werken de koplampsproeiers één
keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de
hendel naar u toe trekt.
■De ruitenwissers en ruitensproe iers kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■ Effecten van de rijsnelheid op de ruitenwisserwerking
Ook voor de andere standen zal, net als voor de stand AUTO, de tijd tot de
enkele slag om de laatste druppels te verwijderen na het gebruik van de rui-
tensproeier veranderen afhankelijk van de rijsnelheid.
■ Regensensor
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand AUTO wordt gezet terwijl het con-
tact AAN is, maken de ruitenwissers één wisbeweging om aan te geven dat
de stand AUTO is ingeschakeld.
● Als de temperatuur van de regensensor 90 °C of hoger is, of -15 °C of lager
is, werkt de automatische functie mogelijk niet. Zet de ruitenw isserschake-
laar in dat geval in een andere stand dan AUTO.
■ Als er geen ruitensproeiervloeist of op de voorruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwe zig is en contro-
leer als dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zi jn.
7
●De regensensor registreert de hoeveel-
heid neerslag.
De auto is voorzien van een optische
sensor. Deze werkt mogelijk niet goed
als zonlicht van de opkomende of
ondergaande zon af en toe op de voor-
ruit valt of als er insecten o.i.d. op de
voorruit zitten.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 257 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 258 of 712

2584-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot h et gebruik van ruitensproeiervloei-
stof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeiervloeistof pas wanneer de voorruit
warm is. De vloeistof kan anders op de voorruit bevriezen en zo het zicht
belemmeren. Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig lets el kan ont-
staan.
■ Waarschuwing met betrekking tot h et gebruik van de ruitenwissers in
de AUTO-modus
De ruitenwissers voor kunnen onverwacht in werking treden als d e sensor
wordt aangeraakt of als de voorruit aan trillingen wordt blootg esteld terwijl
de ruitenwissers in de stand AUTO staan. Let erop dat u zich niet kunt
bezeren als de ruitenwissers in werking treden.
OPMERKING
■ Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voorruit droog is omdat hierdoor de
voorruit beschadigd kan worden.
■ Als er geen ruitensproeiervloeistof uit de sproeierkoppen komt
Als u de hendel gedurende langere tijd naar u toe getrokken hou dt, kan de
sproeierpomp beschadigd raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dit geval contact op met een erkende Toyota-dealer of h ersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitger uste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 258 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 259 of 712

259
4
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Achterruitenwisser en -sproeier∗
De werking van de ruitenwisser wordt geselecteerd door de hende l
als volgt te bewegen:
Intervalstand
Normale stand ruitenwis-
sers
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeiers en ruitenwissers
De ruitenwisser maakt automatisch
een aantal wisbewegingen nadat
de sproeier in werking is getreden.
∗: Indien aanwezig
Bedienen van de ruitenwisserhendel
1
2
3
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 259 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 260 of 712

2604-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
■De achterruitenwisser en -sproe ier kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■ Als er geen ruitensproeiervloei stof op de ruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwe zig is en contro-
leer als dat het geval is of de sproeierkop niet verstopt is.
OPMERKING
■ Als de achterruit droog is
Gebruik de ruitenwisser niet als de achterruit droog is omdat de achterruit
hierdoor beschadigd kan raken.
■ Als het sproeierreservoir leeg is
Druk niet constant op de schakelaar, aangezien de sproeierpomp oververhit
kan raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dit geval contact op met een erkende Toyota-dealer of h ersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitger uste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 260 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page:   < prev 1-10 ... 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 ... 720 next >