TOYOTA C_HR HYBRID 2017 Instructieboekje (in Dutch)

Page 341 of 712

3414-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
De BSM-functie maakt gebruik van radarsensoren om de volgende
soorten auto's te signaleren d ie op een aangrenzende rijstrook rijden
en brengt de bestuurder hiervan op de hoogte via de indicatoren in de
buitenspiegels.
Auto's die in het gebied rijden dat niet in de buitenspiegels t e zien in
(de dode hoek)
Auto's die snel van achteren naderen in het gebied dat niet in de
buitenspiegels te zien in (de dode hoek)
BSM-functie
1
2
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 341 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 342 of 712

3424-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Hieronder staan de gebieden aangegeven waarin auto's kunnen wor-
den gesignaleerd.
Het detectiegebied reikt tot:
Ongeveer 0,5 m - 3,5 m vanaf de zijkanten van de auto
*
*
: Het gebied tussen de zijkanten van de auto en 0,5 m vanaf de z ijkant
van de auto kan niet worden gesignaleerd.
Ongeveer 1 m vóór de achterbumper
Ongeveer 3 m achter de achterbumper
Ongeveer 3 m - 60 m ac hter de achterbumper
*
*
: Hoe groter het snelheidsverschil is tussen uw auto en de gesig naleerde
auto, hoe verder weg de auto wordt gesignaleerd, waardoor de indicator in
de buitenspiegel gaat branden of knipperen.
Detectiegebieden BSM-functie
1
2
3
4
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 342 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 343 of 712

3434-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
■De BSM-functie werkt wanneer
De BSM-functie werkt wanneer aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
● Het BSM-systeem is ingeschakeld ( →Blz. 132)
● De selectiehendel staat in een andere stand dan R.
● De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 16 km/h
■ De BSM-functie signa leert een auto wanneer
De BSM-functie signaleert in de volgende situaties een auto in het detectie-
gebied:
● Een auto in een aangrenzende rijstrook uw auto inhaalt.
● Een andere auto binnen het detectiegebied komt wanneer deze van rij-
strook wisselt.
■ Omstandigheden waaronder de BSM-f unctie een auto niet signaleert
De BSM-functie is niet ontworpen om de volgende typen voertuige n en/of
objecten te signaleren:
● Kleine motorfietsen, fietsen, voetgangers, enz.
*
●Tegemoetkomende auto's
● Vangrails, muren, bebording, geparkeerde auto's en vergelijkbar e stil-
staande objecten
*
● Auto's achter u die op dezelfde rijstrook rijden*
●Auto's die 2 rijstroken van uw auto verwijderd zijn*
*
: Afhankelijk van de omstandigheden wordt er mogelijk een auto e n/of object
gesignaleerd.
WAARSCHUWING
■ Waarschuwingen met betrekking tot het gebruik van het systeem
De bestuurder is volledig verantwoordelijk voor een veilig rijgedrag. Rijd
altijd veilig en houd rekening met de omgeving.
De Blind Spot Monitor-functie is een aanvullend systeem dat de bestuurder
waarschuwt voor een auto in de dode hoek. Vertrouw niet blindel ings op de
Blind Spot Monitor-functie. De functie kan niet beoordelen of u veilig van rij-
strook kunt wisselen. Wanneer u alleen op de functie vertrouwt, kunnen
zich ongevallen voordoen die tot ernstig letsel kunnen leiden.
Afhankelijk van de omstandigheden werkt het systeem mogelijk ni et goed.
Daarom dient de bestuurder altijd zelf visueel de veiligheid te controleren.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.book Page 343 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 344 of 712

3444-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Omstandigheden waaronder de BSM-f unctie mogelijk niet goed werkt
● Onder de volgende omstandigheden signaleert de BSM-functie auto 's
mogelijk niet correct:
• Als de sensor niet goed is uitgelijnd doordat de sensor of de omgeving ervan is blootgesteld aan hevige schokken
• Wanneer de sensor of de omgeving ervan op de achterbumper is b edekt
door modder, sneeuw of ijs of wanneer er een sticker op is geplakt
• Bij het rijden op een nat wegdek als gevolg van slecht weer, zoals zware regenval, sneeuw, of mist
• Wanneer meerdere auto's naderen met slechts weinig ruimte tuss en elke
auto
• Wanneer er slechts weinig ruimte zit tussen uw auto en een aut o achter u
• Bij een duidelijk verschil in snelheid tussen uw auto en de au to die binnen
het detectiegebied komt
• Wanneer het snelheidsverschil tussen uw auto en een andere aut o ver-
andert
• Wanneer een auto het detectiegebied binnenkomt met ongeveer
dezelfde snelheid als uw auto
• Wanneer uw auto vanuit stilstand wegrijdt, blijft een auto in het detectie-
gebied
• Bij het op- en afrijden van opeenvolgende steile hellingen, zo als heuvels,
dalingen in de weg, enz.
• Bij het rijden op wegen met scherpe bochten, opeenvolgende boc hten of
oneffenheden
• Wanneer de rijstroken breed zijn of wanneer op de rand van een rijstrook
wordt gereden en de auto op een aangrenzende rijstrook ver van uw auto
vandaan is
• Wanneer een fietsendrager of een andere accessoire op de achte rzijde
van de auto is gemonteerd
• Bij een duidelijk verschil in hoogte tussen uw auto en de auto die binnen het detectiegebied komt
• Direct nadat het BSM-systeem is ingeschakeld
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 344 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 345 of 712

3454-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E●
Onder de volgende omstandigheden is de kans dat de BSM-functie onnodig
een auto en/of object signaleert groter:
• Als de sensor niet goed is uitgelijnd doordat de sensor of de omgeving
ervan is blootgesteld aan hevige schokken
• Wanneer de afstand tussen uw auto en een vangrail, muur, enz. die het detectiegebied binnenkomt kort is
• Bij het op- en afrijden van opeenvolgende steile hellingen, zo als heuvels,
dalingen in de weg, enz.
• Wanneer de rijstroken smal zijn of wanneer op de rand van een rijstrook
wordt gereden en een auto die op een andere dan de aangrenzende rij-
stroken rijdt het detectiegebied binnenkomt
• Bij het rijden op wegen met scherpe bochten, opeenvolgende boc hten of
oneffenheden
• Als de banden slippen of spinnen
• Wanneer er slechts weinig ruimte zit tussen uw auto en een aut o achter u
• Wanneer een fietsendrager of een andere accessoire op de achte rzijde
van de auto is gemonteerd
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 345 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 346 of 712

3464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
De RCTA werkt wanneer de achteruitversnelling is ingeschakeld. Hij
kan andere auto's signaleren die van rechts of links achter nad eren.
Hij maakt gebruik van radarsensoren om de bestuurder te waarsch u-
wen voor de aanwezigheid van andere auto's: de indicatoren in d e
buitenspiegels gaan knipper en en er klinkt een zoemer.
RCTA-functie
Naderende auto's Detectiegebieden
WAARSCHUWING
■Waarschuwingen met betrekking tot het gebruik van de functie
De bestuurder is volledig verantwoordelijk voor een veilig rijgedrag. Rijd
altijd veilig en houd rekening met de omgeving.
De RCTA-functie is slechts een aanvullende functie die de bestu urder
waarschuwt wanneer er een auto van rechts of links achter de au to nadert.
Aangezien de RCTA-functie onder bepaalde omstandigheden mogelij k niet
goed werkt, dient de bestuurder altijd zelf visueel de veilighe id te controle-
ren. Wanneer u te veel op deze functie vertrouwt, kan dit leide n tot een
ongeval met ernstig letsel tot gevolg.
12
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 346 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 347 of 712

3474-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Hieronder staan de gebieden aangegeven waarin auto's kunnen wor-
den gesignaleerd.
Om ervoor te zorgen dat de bestu urder een consistente reactietijd
heeft, kan de zoemer een waarschuwing geven voor snellere auto' s
die verder weg zijn.
Bijvoorbeeld:
Detectiegebieden RCTA-functie
Naderende autoSnelheidAfstand waar-
schuwing (bij
benadering)
Snel28 km/h20 m
Langzaam8 km/h5,5 m
1
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 347 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 348 of 712

3484-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
■De RCTA-functie werkt wanneer
De RCTA-functie werkt wanneer aan alle onderstaande voorwaarden wordt
voldaan:
● Het BSM-systeem is ingeschakeld. ( →Blz. 336)
● De selectiehendel in stand R staat.
● De rijsnelheid lager is dan ongeveer 8 km/h.
● De rijsnelheid van de naderende auto tussen ongeveer 8 km/h en 28 km/h ligt.
■ Omstandigheden waaronder de RCTA -functie een auto niet signaleert
De RCTA-functie is niet ontworpen om de volgende typen voertuig en en/of
objecten te signaleren:
● Voertuigen die van direct achter de auto naderen
● Voertuigen die achteruit inparkeren in een parkeerruimte naast uw auto
● Vangrails, muren, bebording, geparkeerde auto's en vergelijkbar e stil-
staande objecten
*
● Kleine motorfietsen, fietsen, voetgangers, enz.*
●Voertuigen die van de auto af bewegen
● Voertuigen die naderen vanuit parkeerruimtes naast uw auto
*
*
: Afhankelijk van de omstandigheden wordt er mogelijk een auto e n/of object
gesignaleerd.

Voertuigen die niet kunnen worden
gesignaleerd door de sensoren als
gevolg van obstakels
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 348 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 349 of 712

3494-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Omstandigheden waaronder de RCTA -functie mogelijk niet goed werkt
● Onder de volgende omstandigheden signaleert de RCTA-functie aut o's
mogelijk niet correct:
• Als de sensor niet goed is uitgelijnd doordat de sensor of de omgeving ervan is blootgesteld aan hevige schokken
• Wanneer de sensor of de omgeving ervan op de achterbumper is b edekt
door modder, sneeuw of ijs of wanneer er een sticker op is geplakt
• Bij het rijden op een nat wegdek als gevolg van slecht weer, zoals zware regenval, sneeuw, of mist
• Wanneer meerdere auto's naderen met slechts weinig ruimte tuss en elke
auto
• Wanneer een auto met hoge snelheid nadert
• Bij het achteruitrijden op een helling met een grote verandering in het hel-
lingspercentage
• Bij het onder een kleine hoek achter- uit uitrijden van een parkeerplaats
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 349 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page 350 of 712

3504-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E• Direct nadat de RCTA is ingeschakeld
• Direct nadat het hybridesysteem is gestart terwijl de RCTA is
ingescha-
keld
● Onder de volgende omstandigheden is de kans dat de RCTA-functie onno-
dig een auto en/of object signaleert groter:
• Wanneer een voertuig uw auto van opzij passeert
• Wanneer de afstand tussen uw auto en metalen objecten, zoals een vangrail, muur, verkeersbord of geparkeerde auto, die mogelijk elektri-
sche golven richting de achterzijde van de auto reflecteren, ko rt is
• Als de sensoren een voertuig niet
kunnen signaleren als gevolg van
obstakels
• Wanneer de parkeerplaats uitkijkt op een straat en er auto's over die straat
rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 350 Friday, September 9, 2016 12:21 PM

Page:   < prev 1-10 ... 301-310 311-320 321-330 331-340 341-350 351-360 361-370 371-380 381-390 ... 720 next >