YAMAHA XVS650 2002 Instructieboekje (in Dutch)
Page 81 of 108
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-34
6
4. Monteer de lamplens door de schroe-
ven aan te brengen.
DC000108
LET OP:_ Zet de schroeven niet overdreven strak
vast, anders kan de lamplens breken. _
DAU01579
Ondersteunen van de motorfiets Dit model is niet voorzien van een midden-
bok, neem daarom de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht bij het verwijderen van
het voor- en achterwiel of bij het uitvoeren
van ander onderhoud waarbij de motorfiets
rechtop moet staan. Controleer of de mo-
torfiets stabiel en horizontaal staat alvorens
onderhoud te verrichten. Onder het motor-
blok kan een stevige houten kist gezet wor-
den voor extra stabiliteit.
Onderhoud aan het voorwiel
1. Stabiliseer de achterzijde van de mo-
torfiets met een motorstandaard of, als
geen andere standaard voorhanden
is, door een krik te plaatsen onder het
frame aan de voorzijde van het achter-
wiel.
2. Breng het voorwiel los van de grond
met gebruik van een motorfietsstan-
daard.Verwijderen van het achterwiel
Breng het achterwiel los van de grond met
een motorfietsstandaard of, als deze niet
voorhanden is, door een krik te plaatsen
onder beide zijden van het frame aan de
voorzijde van het achterwiel, of onder beide
uiteinden van de swingarm.
1. Schroef (× 3)XVS650A
U5SCD0.book Page 34 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 82 of 108
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-35
6
DAU03737
Voorwiel Verwijderen van het voorwiel
DW000122
WAARSCHUWING
_
Het is aan te bevelen om onder-
houd aan het wiel uit te laten voe-
ren door een Yamaha dealer.
Zorg dat de motorfiets veilig wordt
ondersteund, zodat er geen risico
is op omvallen.
_1. Maak de snelheidsmeterkabel los van
het voorwiel.2. Draai de klembout op de voorwielas
los.
3. Verwijder de rubber dop en haal dan
de wielas los.
4. Licht het voorwiel van de grond vol-
gens de werkwijze op pagina 6-34.
5. Trek de wielas uit en verwijder dan het
wiel.
DCA00048
LET OP:_ Bekrachtig de rem niet terwijl het wiel
samen met de remschijf is verwijderd,
anders worden de remblokken tegen el-
kaar vastgeklemd. _
DAU03885
Aanbrengen van het voorwiel
1. Monteer de wielnaaf en het de tand-
wieloverbrenging voor de snelheids-
meter zodanig aan elkaar dat de
nokjes in de sleuven vallen.
2. Breng het wiel omhoog tussen de
vorkpoten.OPMERKING:_ Controleer of er voldoende afstand bestaat
tussen de remblokken alvorens de rem-
schijf ertussen te schuiven; de sleuf in de
tandwieloverbrenging voor de snelheids-
meter moet over de aanslag op de vorkpoot
vallen. _3. Steek de wielas naar binnen.
1. Snelheidsmeterkabel
1. Rubber dop
2. Wielas
3. Klembout voorwielas
1. Snelheidsmeterunit
2. Snelheidsmeterkabel
U5SCD0.book Page 35 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 83 of 108
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-36
6
4. Laat het voorwiel zakken zodat dit op
de grond rust.
5. Duw het stuur enkele malen stevig op
en neer om te controleren of de voor-
vork correct werkt.
6. Zet de wielas vast met het voorge-
schreven aanhaalmoment en breng
dan de rubber dop aan.
7. Draai de voorwielasklembout vast met
het voorgeschreven aanhaalmoment.
8. Sluit de snelheidsmeterkabel aan.
DAU01350
Achterwiel Verwijderen van het achterwiel
DW000122
WAARSCHUWING
_
Het is aan te bevelen om onder-
houd aan het wiel uit te laten voe-
ren door een Yamaha dealer.
Zorg dat de motorfiets veilig wordt
ondersteund, zodat er geen risico
is op omvallen.
_1. Draai de wielasmoer los.2. Haal de remankerstang los van de re-
mankerplaat door de bout te verwijde-
ren.
3. Draai de bout van de remankerstang
los bij de swingarm.
4. Verwijder de stelmoer waarmee de
vrije slag van het rempedaal wordt af-
gesteld en haal dan de rempedaal-
stang los van de remnokhefboom.
5. Verwijder het paneel A. (Zie pagina
6-6 voor het verwijderen en aanbren-
gen van het paneel. Aanhaalmoment:
Wielas:
59 Nm (5,9 m·kgf)
Aanhaalmoment:
Klembout voorwielas:
20 Nm (2,0 m·kgf)1. Wielasmoer
1. Stelmoer vrije slag rempedaal
2. Remnokhefboom
3. Rempedaalstang
4. Bout (remankerplaat)
5. Remankerstang
6. Bout (swingarm)
U5SCD0.book Page 36 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 84 of 108
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-37
6
6. Verwijder de bouten waarmee het car-
danhuis aan de swingarm is beves-
tigd.
7. Licht het achterwiel van de grond vol-
gens de werkwijze op pagina 6-34.
8. Ondersteun de cardanas en trek tege-
lijkertijd het achterwiel naar achteren
om de volgende onderdelen als com-
plete unit te verwijderen: wiel, wielas,
cardanhuis en de cardanas.OPMERKING:_ Ondersteun de cardanas terwijl deze naar
buiten wordt getrokken. _
DAU04191
Aanbrengen van het achterwiel
1. Breng het achterwiel, de wielas, het
cardanhuis en de cardanas aan door
het wiel naar voren te drukken en de
cardanas te geleiden in de kruiskop-
peling van de uitgaande versnellings-
bakas.
2. Breng de bouten in het cardanhuis
aan en zet ze dan vast met het voor-
geschreven aanhaalmoment.3. Monteer de rempedaalstang aan de
remnokhefboom en breng dan de stel-
moer voor vrije rempedaalslag aan op
de rempedaalstang.
4. Monteer de remankerstangbout aan
de remankerplaat en zet beide bouten
dan vast met het voorgeschreven aan-
haalmoment.
5. Monteer het paneel.
6. Laat het achterwiel zakken zodat dit
op de grond rust.
7. Draai de wielasmoer vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.
8. Stel de vrije slag van het rempedaal
af. (Zie pagina 6-21 voor afstelproce-
dures voor de vrije slag van het rem-
pedaal.)
1. Bout (× 4)
2. Cardanhuis
1. Kruiskoppeling uitgaande versnellingsbakas
2. Cardanas
Aanhaalmoment:
Bout cardanhuis:
74 Nm (7,4 m·kgf)
Aanhaalmoment:
Bout remankerstang:
20 Nm (2,0 m·kgf)
Aanhaalmoment:
Wielasmoer:
92 Nm (9,2 m·kgf)
U5SCD0.book Page 37 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 85 of 108
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-38
6
DW000103
WAARSCHUWING
_ Controleer de werking van het remlicht
na het afstellen van de vrije rempedaal-
slag. _
DAU01008
Storingzoeken Yamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen toch storingen optreden. Proble-
men in de brandstof-, compressie- of ont-
stekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een afna-
me in motorvermogen.
In het volgende storingzoekschema is een
snelle en gemakkelijke werkwijze weerge-
geven om deze vitale systemen zelf te kun-
nen controleren. Ga met uw motorfiets
echter wel naar een Yamaha dealer als re-
paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige
monteurs aanwezig die beschikken over
het benodigde gereedschap en de ervaring
en vakkennis om het nodige onderhoud
aan de machine correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele onder-
delen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van minde-
re kwaliteit en hebben een kortere levens-
duur, zodat dan later mogelijk toch dure
reparaties nodig zijn.
U5SCD0.book Page 38 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 86 of 108
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-39
6
DAU01297
Storingzoekschema
DW000125
WAARSCHUWING
_ Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt. _
2. Compressie
3. Ontsteking
4. Accu1. BenzineControleer het brandstofpeil
in de benzinetank.Voldoende benzine.
Te weinig benzine.Controleer de compressie.
Benzine bijvullen. De motor start niet: Controleer de compressie.
Laat de motor ronddraaien
met de startmotor.Er is compressie.
Er is geen compressie.Controleer de ontsteking.
Verzoek een Yamaha dealer om inspectie.
Verwijder de bougies en
controleer de elektroden.Nat
DroogVeeg de bougies schoon met een droge doek en stel
de elektrodenafstand bij of vervang de bougies.
Verzoek een Yamaha dealer om inspectie.Draai de gasgreep half open en
start de motor.
De motor start niet:
Controleer de accu.
Laat de motor ronddraaien
met de startmotor.De motor draait snel rond.
De motor draait
langzaam rond.De accu is in orde.
Controleer de accuklemmen en laad
indien nodig de accu op.
De motor start niet:
Verzoek een Yamaha
dealer om inspectie.
U5SCD0.book Page 39 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 87 of 108
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7
Verzorging ......................................................................................... 7-1
Stalling .............................................................................................. 7-4
U5SCD0.book Page 1 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 88 of 108
7-1
7
DAU03412
7-VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETSVerzorging De open constructie van een motorfiets
maakt de fraaie techniek beter zichtbaar,
maar de machine is hierdoor ook meer
kwetsbaar. Er kan sprake zijn van roestvor-
ming en corrosie, ook al zijn hoogwaardige
componenten gebruikt. Een roestige uit-
laatpijp valt bij een auto niet zo op, bij een
motorfiets is dit echter nadelig voor de alge-
hele aanblik. Regelmatige en correcte ver-
zorging is niet alleen vereist volgens de
garantiebepalingen, maar verzekert ook
een fraai uiterlijk van de machine, verlengt
de levensduur en verbetert de prestaties.Alvorens te reinigen
1. Dek de openingen van de uitlaatdem-
pers af met plastic zakken nadat de
motor is afgekoeld.
2. Controleer of alle doppen en afdek-
pluggen, ook de bougiedoppen, en
alle elektrische stekkers en aansluitin-
gen stevig zijn bevestigd.
3. Verwijder hardnekkige vervuiling, zo-
als verbrande olie op het carter, met
een ontvetter en een borstel, maar ge-
bruik dergelijke producten nooit op af-
dichtingen, pakkingen en wielassen.
Spoel vuil en ontvetter altijd af met wa-
ter.Reinigen
DCA00010
LET OP:_
Vermijd het gebruik van sterke en
bijtende wielreinigingsmiddelen,
vooral bij spaakwielen. Als dergelij-
ke producten toch worden gebruikt
om hardnekkig vuil los te maken,
laat het reinigingsmiddel dan niet
langer inwerken dan is vermeld in
de gebruiksinstructies. Spoel ook
de directe omgeving schoon met
water, laat direct drogen en breng
daarna een corrosiewerende spray
aan.
Bij verkeerd reinigen kunnen de
kuipruit, de kuip, framepanelen en
andere kunststof delen worden be-
schadigd. Gebruik alleen een zach-
te, schone doek of een spons met
zachte zeep en water om kunststof
delen te reinigen.
U5SCD0.book Page 1 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 89 of 108
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-2
7
Gebruik geen bijtende chemische
reinigingsmiddelen op kunststof
delen. Vermijd het gebruik van doe-
ken of sponzen die in contact zijn
geweest met bijtende of schurende
reinigingsmiddelen, oplosmiddelen
of thinner, brandstof (benzine),
roestverwijderingsmiddelen of cor-
rosieremmers, remvloeistof, anti-
vries of elektrolyt.
Gebruik geen hogedrukreinigers of
stoomreinigers, omdat dan op de
volgende plaatsen water kan door-
dringen en zo schade kan ontstaan:
afdichtingen (van wiel- en
swingarmlagers, voorvork en rem-
men), elektrische componenten
(kabelstekkers, messtekkers, in-
strumenten, schakelaars en ver-
lichting), beluchtings- en
ontluchtingsslangen.
Bij motorfietsen met een kuipruit:
gebruik geen bijtende reinigings-
middelen of harde sponzen, deze
veroorzaken dofheid en laten kras-
jes achter. Sommige reinigingsmid-
delen voor kunststof laten
eveneens krasjes achter op de
kuipruit. Test het product op een
klein, niet-zichtbaar gedeelte van
de kuipruit om zeker te zijn dat
geen sporen achterblijven op de
kuipruit. Als de kuipruit krasjes ver-
toont, breng dan na wassen een
hoogwaardige polish voor gebruik
op kunststof aan.
_Na normaal gebruikVerwijder vuil met warm water, zachte zeep
en een zachte, schone spons en spoel dan
grondig met schoon water. Gebruik een
tandenborstel op moeilijk bereikbare plek-
ken. Hardnekkig vastzittend vuil en insec-
tenresten laten gemakkelijker los als de
bewuste plek alvorens te reinigen een paar
minuten met een vochtige doek wordt be-
dekt.Na rijden in regen, aan de kust of op bepe-
kelde wegenZeelucht en wegenzout waarmee wegen ’s
winters worden bestrooid hebben in combi-
natie met water een zeer corrosieve wer-
king; handel daarom als volgt na een rit in
een regenbui, nabij de kust of op bepekelde
wegen.OPMERKING:_ ’s Winters gestrooid wegenzout kan nog tot
in de lente aanwezig blijven. _
U5SCD0.book Page 2 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM
Page 90 of 108
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-3
7
1. Reinig de motorfiets met koud water
en zachte zeep nadat de machine is
afgekoeld.
DCA00012
LET OP:_ Gebruik geen heet water, dit versterkt de
corrosieve werking van het zout. _2. Laat de motorfiets drogen en breng
dan met een spuitbus een corrosiewe-
rend middel aan op alle metalen de-
len, ook op verchroomde en
vernikkelde componenten, om zo cor-
rosie te voorkomen.
Na reinigen
1. Droog de motorfiets met een zeemle-
ren lap of een vochtabsorberende
doek.
2. Gebruik een chroompolish om ver-
chroomde, aluminium en roestvrijsta-
len delen te doen glanzen, ook het
uitlaatsysteem. (Zelfs thermische ver-
kleuringen op roestvrijstalen uitlaat-
systemen kunnen door oppoetsen
worden verwijderd.)3. Het is aan te bevelen om met een
spuitbus een corrosiewerend middel
aan te brengen op alle metalen delen,
ook op verchroomde en vernikkelde
componenten, om zo corrosie te voor-
komen.
4. Gebruik een reinigingsspray als uni-
verseel schoonmaakmiddel om even-
tueel nog achtergebleven vuil te
verwijderen.
5. Werk kleine lakbeschadigingen bij ver-
oorzaakt door steenslag e.d.
6. Zet alle gelakte oppervlakken in de
was.
7. Laat de motorfiets volledig drogen al-
vorens te stallen of af te dekken.
DWA00031
WAARSCHUWING
_
Controleer of er geen olie of was
aanwezig is op de wielen of de rem-
men.
Reinig de remschijven en remvoe-
ringen zo nodig met een normale
remschijfreiniger of aceton en
spoel de banden schoon met lauw
water en een zachte zeep. Test de
remwerking en het weggedrag van
de motorfiets voordat u besluit har-
der te gaan rijden.
_
DCA00013
LET OP:_
Breng een geringe hoeveelheid
oliespray en was aan en verwijder
overtollige hoeveelheden.
Breng oliespray of was nooit aan
op rubber of kunststof delen, be-
handel deze met een daartoe be-
stemd verzorgingsmiddel.
Vermijd het gebruik van schurende
poetsmiddelen, deze tasten de lak
aan.
_OPMERKING:_ Vraag een Yamaha dealer om advies over
de te gebruiken producten. _
U5SCD0.book Page 3 Thursday, June 7, 2001 11:34 AM