alarm YAMAHA YZF-R1 2001 Instructieboekje (in Dutch)
Page 15 of 116
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3
Contactslot/stuurslot-unit ..................................... 3-1
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........ 3-2
Snelheidsmeterunit .............................................. 3-6
Toerenteller .......................................................... 3-7
Zelfdiagnosesystemen ......................................... 3-7
Antidiefstal-alarm (optie) ...................................... 3-8
Stuurschakelaars ................................................. 3-9
Koppelingshendel .............................................. 3-10
Schakelpedaal ................................................... 3-10
Remhendel ........................................................ 3-11
Rempedaal ........................................................ 3-11
Vuldop brandstoftank ......................................... 3-11
Brandstof ........................................................... 3-12Tankbeluchtingsslang ........................................ 3-13
Chokehendel ..................................................... 3-13
Zadels ............................................................... 3-14
Helmbevestigingen ............................................ 3-15
Opbergcompar timent ........................................ 3-16
Afstellen van de voorvork .................................. 3-16
Afstellen van de schokdemperunit .................... 3-18
Afstemmen van afstellingen voor voor- en
achtervering .................................................... 3-21
Bagageriembevestiging ..................................... 3-22
EXUP-systeem .................................................. 3-22
Zijstandaard ...................................................... 3-23
Startspersysteem .............................................. 3-23
D_5jj.book Page 1 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 23 of 116
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-8
3
Gebruik het schema hierna om het defecte
elektrisch circuit te identificeren.CB-26DAls de toerenteller een dergelijke foutcode
weergeeft, noteer dan de circuitnumme-
raanduiding aangegeven in tpm en vraag
een Yamaha dealer de motor te controle-
ren.
DC000004
LET OP:@ Wanneer de toerenteller een foutcode
aangeeft, moet de motorfiets zo spoedig
mogelijk worden gecontroleerd om mo-
torschade te voorkomen. @
Dit model is bovendien uitgerust met een
zelfdiagnosesysteem voor het circuit van
het waarschuwingslampje brandstofniveau.
Als het waarschuwingslampje brandstofni-
veau defect is, wordt de volgende cyclus
herhaald totdat de storing is opgeheven:
Het waarschuwingslampje knippert acht
keer en dooft dan gedurende drie secon-
den. Vraag in dat geval een Yamaha dealer
de motorfiets te controleren.
DAU00109
Antidiefstal-alarm (optie) Deze motor kan door een Yamaha dealer
worden uitgerust met een optioneel anti-
diefstal-alarmsysteem. Neem contact op
met een Yamaha dealer voor nadere infor-
matie.
Diagnose-
toerental
Defect circuit
3.000 tpm
Gasklepsensor
4.000 tpm
Rijsnelheidssensor
7.000 tpm
EXUP-systeem
D_5jj.book Page 8 Friday, September 8, 2000 3:29 PM
Page 112 of 116
10-INDEXAAandrijfketting, smeren .......................... 6-28
Accu ...................................................... 6-33
Antidiefstal-alarm .....................................3-8BBagageriembevestiging ......................... 3-22
Banden .................................................. 6-19
Boordgereedschapsset ............................6-1
Bougies, controleren ................................6-7
Brandstof ............................................... 3-12
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig..... 5-4CCarburateurs, afstellen ........................... 6-17
Chokehendel.......................................... 3-13
Claxonschakelaar ....................................3-9
Contactslot/stuurslot-unit..........................3-1
Controlelampje brandstofniveau...............3-2
Controlelampje grootlicht .........................3-2
Controlelampje
koelvloeistoftemperatuur ........................3-3
Controlelampje richtingaanwijzers ............3-2
Controlelampjes en
waarschuwingslampjes ..........................3-2
Controlelampje vrijstand...........................3-2
Controlelijst voor gebruik..........................4-1DDimlichtschakelaar ...................................3-9
Doorbuiging aandrijfketting .................... 6-27
Afstellen ........................................... 6-27
Controleren....................................... 6-27
EEXUP-systeem ...................................... 3-22GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren ................................................ 6-29
Gaskabel, afstellen van vrije slag........... 6-18
Gloeilamp remlicht/achterlicht,
vervangen ........................................... 6-37
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-37HHelmbevestigingen ................................ 3-15IIdentificatienummers ............................... 9-1
Identificatienummer sleutel ...................... 9-1
Inrijperiode............................................... 5-4
Instellingen voor voor- en achtervering .. 3-21KKabels, controleren en smeren .............. 6-29
Klepspeling, afstellen............................. 6-19
Koelvloeistof .......................................... 6-12
Controleren ...................................... 6-12
Verversen ........................................ 6-13
Koplampgloeilamp, vervangen .............. 6-35
Koppelingshendel .................................. 3-10
Koppelingshendel, vrije slag afstellen .... 6-22LLichtschakelaar ....................................... 3-9
Lichtsignaalschakelaar ............................ 3-9
Locaties van onderdelen.......................... 2-1
Luchtfilterelement, reinigen ....................6-15MModelinformatiesticker .............................9-2
Motorolie en oliefilterpatroon ....................6-9
Motor, starten van een warme..................5-3NNoodstopschakelaar ................................3-9OOndersteunen van de motorfiets ............6-38
Opbergcompartiment .............................3-16PParkeren ..................................................5-5
Periodiek smeer- en
onderhoudsschema ...............................6-2RRemblokken, controleren .......................6-24
Rem- en koppelingshendel,
controleren en smeren .........................6-30
Remhendel ............................................3-11
Remlichtschakelaar, afstellen.................6-24
Rempedaal ............................................3-11
Rempedaal, smeren...............................6-30
Rempedaalstand, afstellen .....................6-23
Remvloeistofniveau, controleren ............6-25
Remvloeistof, verversen.........................6-26
Richtingaanwijzerschakelaar ....................3-9SSchakelen van versnellingen....................5-3
Schakelpedaal .......................................3-10
D_5jj.book Page 1 Friday, September 8, 2000 3:29 PM