sensor BMW MOTORRAD K 1200 GT 2006 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: BMW MOTORRAD, Model Year: 2006, Model line: K 1200 GT, Model: BMW MOTORRAD K 1200 GT 2006Pages: 174, PDF Size: 1.97 MB
Page 20 of 174
Instrumentenpaneel1Snelheidsmeter
2 Waarschuwings- en con-
trolelampen ( 24)
3 Multifunctioneel display
4 Toerenteller
5 Controlelamp diefstalbe-
veiligingsinstallatie (SU)
6 Instelling klok ( 49),
Display dimmen ( 49)
7 Bediening kilometerteller
( 48)
8 Sensor verlichting instru-
mentenpaneel
De verlichting van het
instrumentenpaneel
is met een automatische
dag-/nachtomschakeling
uitgerust.
218zOverzichten
Page 32 of 174
schijnt niet verder rijden, ook
bij een correct motoroliepeil.Niet verder rijden.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Motoroliepeil te laag Wordt met waarschu-
wing
Oil
weergegeven
De elektronische oliepeilsen-
sor heeft een te laag motor-
oliepeil geconstateerd.
Het juiste motoroliepeil kan
alleen worden vastgesteld
door een controle met de
oliepeilstaaf. Bij de volgende
tankstop:
Motoroliepeil controleren
( 105)
Als het oliepeil te laag is: Motorolie bijvullen ( 107) Als op het display de melding
"Oliepeil controleren" ver-
schijnt, hoewel met de olie-
peilstaaf een correct oliepeil
wordt gemeten, is mogelijker-
wijs de oliepeilsensor defect.
Neem contact op met een
specialist, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Acculaadstroom
onvoldoende Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt rood.
Symbool accu-
laadstroom wordt
weergegeven
Een ontladen accu kan
het onverwacht afslaan
van de motor en daarmee ge-
vaarlijke rijsituaties tot gevolg
hebben.
Storingen zo snel mogelijk
laten verhelpen. Als de accu niet meer
wordt opgeladen, kan
doorrijden tot het volledig ont-
laden en daardoor onherstel-
baar beschadigen van de ac-
cu leiden.
Indien mogelijk niet
doorrijden.
De accu wordt niet opgela-
den.
Verder rijden mogelijk tot de
accu leeg is. De motor kan
echter onverwacht afslaan
en de accu kan volledig ont-
laden en daardoor defect
raken.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
Slijtagelimiet remblokken
bereikt Waarschuwingslamp
remblokslijtage brandt
330zAanduidingen
Page 36 of 174
Overzicht waarschuwingsindicaties
Weergave Betekenis
Brandt geelDe kritieke ban-
denspanning
knippert Bandenspanning in het grensgebied
van de toelaatbare tolerantie ( 35)
Knippert rood De kritieke ban-
denspanning
knippert Bandenspanning buiten de toelaat-
bare tolerantie ( 35)
--
of-- --
wordt weerge-
geven.Overdrachtsstoring ( 35)
Brandt geel Wordt met
--
of
-- --
weerge-
geven Sensor defect of systeemstoring
( 36)
Brandt geel Wordt met aanwijzing
RDC
weergegeven.Batterij van druksensor bandenspan-
ning zwak ( 36)
334zAanduidingen
Page 38 of 174
De rijsnelheid heeft nog
niet de grens van circa
30 km/h overschreden. De
RDC-sensoren versturen
hun signaal pas vanaf een
snelheid boven deze grens
( 87).RDC-weergave bij hogere
snelheid observeren. Pas
als ook de algemene waar-
schuwingslamp brandt, gaat
het om een langdurige sto-
ring. In dit geval:
De storing bij een specialist
laten controleren, bij voor-
keur een BMW Motorrad
dealer.
De radiografische verbinding
met de RDC-sensoren
is verstoord. Mogelijke
oorzaak is radiografische
apparatuur in de omgeving
die de verbinding tussen
de RDC-regeleenheid en de
sensoren stoort. RDC-weergave in en andere
omgeving observeren. Pas
als ook de algemene waar-
schuwingslamp brandt, gaat
het om een langdurige sto-
ring. In dit geval:
De storing bij een specialist
laten controleren, bij voor-
keur een BMW Motorrad
dealer.
Sensor defect of
systeemstoring Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt geel.
Wordt met
--
of
-- --
weergegeven.
Er zijn banden zonder RDC-
sensoren gemonteerd. De set wielen laten voorzien
van RDC-sensoren.
Een of twee RDC-sensoren
zijn uitgevallen. De storing bij een specialist
laten controleren, bij voor-
keur een BMW Motorrad
dealer.
Er is een systeemstoring aan-
wezig. De storing bij een specialist
laten controleren, bij voor-
keur een BMW Motorrad
dealer.
Batterij van druksensor
bandenspanning zwak Waarschuwingslamp al-
gemeen brandt geel.
Wordt met aanwijzing
RDC
weergegeven.
Deze storingsmelding
wordt gedurende korte
tijd alleen in aansluiting
op de Pre-Ride-Check
weergegeven.
336zAanduidingen
Page 60 of 174
ABedrijfsstand
B Motor uitgeschakeld
De motor kan alleen in
de bedrijfsstand worden
gestart.
Handvatverwarming
SU
1 Schakelaar handvatver-
warming
De handvatten kunnen
in twee standen worden
verwarmd. Handvatverwar-
ming is alleen bij draaiende
motor mogelijk. Met de
SU boordcomputer wordt
de verwarmingscapaciteit
in de eerste stand aan-
gepast aan de door de
temperatuursensor gemeten
buitentemperatuur. Het door de handgreep-
verwarming veroorzaakte
hogere stroomverbruik kan bij
ritten met lage toerentallen tot
ontlading van de accu leiden.
Bij een te lage accuspan-
ning wordt ter behoud van de
startcapaciteit de handgreep-
verwarming uitgeschakeld.
2 Verwarming uit
3 50 % verwarming, met
de SU boordcomputer
temperatuurafhankelijk
geregeld (één stip zicht-
baar).
458zBediening
Page 84 of 174
functiestoringen niet worden
weergegeven.
Letten op het algemene waar-
schuwingslampje in rood en
geel.Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.ABS-zelfdiagnoseDe juiste werking van het
BMW Motorrad Integral ABS
wordt door de zelfdiagnose
gecontroleerd. De zelfdiagno-
se vindt automatisch plaats
na het inschakelen van het
contact. Voor het controleren
van de wielsensoren moet de
motorfiets sneller rijden dan
5 km/h.
Fase 1:Controle van de systeem-
componenten bij stilstand. Waarschuwingslamp
ABS knippert
Mogelijke landvarianten
van de waarschuwings-
lamp ABS.
Fase 2:
Controle van de wielsenso-
ren bij het wegrijden. Waarschuwingslamp
ABS knippert
Mogelijke landvarianten
van de waarschuwings-
lamp ABS.
ABS-zelfdiagnose
afgesloten.
De ABS-waarschuwingslamp
dooft.
Indien na het afsluiten van de
ABS-zelfdiagnose een ABS-
storing wordt weergegeven:
Verder rijden mogelijk.
Houd er rekening mee dat geen ABS- of Integralfunctie
ter beschikking staat.
Storingen zo snel mogelijk
door een specialist laten
verhelpen, bij voorkeur een
BMW Motorrad dealer.
ASC-zelfdiagnose
SU
De juiste werking van
het BMW Motorrad ASC
wordt door de zelfdiagnose
gecontroleerd. De zelfdia-
gnose vindt automatisch
plaats na het inschakelen
van het contact. Om de
ASC-zelfdiagnose te kunnen
afsluiten moet de motor
draaien en de motorfiets
minstens 5 km/h rijden.
Fase 1:
Controle van de systeem-
componenten bij stilstand. Waarschuwingslamp
ASC knippert langzaam.
582zRijden
Page 89 of 174
Bandenspanningscon-
trole RDC
SU
WerkingIn elke band bevindt zich een
sensor die de temperatuur en
de spanning in de band meet
en deze informatie naar de
regeleenheid stuurt.
De sensoren zijn voorzien van
een centrifugaalkrachtregelaar
die het overbrengen van de
meetwaarden pas vanaf een
snelheid van circa 30 km/h
vrijgeeft. Voordat voor het
eerst de bandenspanning
wordt ontvangen, wordt op
het display voor elke band
--
weergegeven. Nadat de mo-
torfiets stilstaat worden de
meetwaarden nog geduren-
de circa 15 minuten door de
sensoren doorgegeven.
De regeleenheid kan vier
sensoren verwerken,
daardoor kunnen twee setswielen met RDC-sensoren
worden gebruikt. Als
een RDC-regeleenheid is
gemonteerd zonder dat
de wielen zijn voorzien
van sensoren, wordt een
storingsmelding gegeven.
Temperatuurcompensa-
tieDe bandenspanningen wor-
den op het multifunctioneel
display gecompenseerd voor
de temperatuur weergegeven,
ze gelden voor een banden-
temperatuur van 20 °C. Om-
dat de bandenspanningsme-
ters op het tankstations een
temperatuurafhankelijke ban-
denspanning weergeven, zal
deze in de meeste gevallen
niet overeenkomen met de op
het multifunctioneel display
weergegeven waarde.
BandenspanningsbereikDe RDC-regeleenheid maakt
onderscheidt tussen drie op
de motorfiets afgestemde
bandenspanningsbereiken:
Bandenspanning binnen de
toelaatbare tolerantie.
Bandenspanning in het
grensgebied van de
toelaatbare tolerantie.
Bandenspanning buiten de
toelaatbare tolerantie.Remsysteem
algemeenPasafdalingen
Indien bij pasafdalingen
uitsluitend achter wordt
geremd, bestaat het gevaar
van remkrachtverlies. Onder
extreme omstandigheden kan
dit tot onherstelbare schade
aan de remmen door overver-
hitting leiden.
Voor- en achterwielrem be-
587zRijden
Page 115 of 174
RDC-sticker
SU
De RDC-sensoren kun-
nen bij ondeskundige
banddemontage worden be-
schadigd.
De BMW Motorrad dealer of
de specialist melden dat het
wiel van een RDC-sensor is
voorzien.
Bij motorfietsen met RDC be-
vindt zich op de velg op de
plaats van de RDC-sensor
een overeenkomstige stic-
ker. Bij vervanging van de
band ervoor zorgen dat de
RDC-sensor niet wordt be- schadigd. De BMW Motor-
rad dealer of de specialist op
de RDC-sensor opmerkzaam
maken.
Voorwiel uitbouwenOp de middenstandaard
zetten ( 85)
De bouten
1, links en
rechts, losdraaien.
Voorspatbord naar voren
lostrekken. In uitgebouwde toestand
kunnen de remblokken
zo ver naar elkaar toe worden
gedrukt, dat ze bij de mon-
tage niet over de remschijf
passen.
De remhendel bij uitge-
bouwde remklauwen niet
bedienen.
Bevestigingsbouten 2van
de remklauwen links en
rechts verwijderen.
7113zOnderhoud
Page 116 of 174
Remblokken in remklauw3
door draaiende bewegin-
gen Ategen de remschijf 4
iets uit elkaar drukken.
De gedeelten van de velg
afplakken die bij het verwij-
deren van de remklauwen
kunnen worden beschadigd.
De remklauwen voorzich-
tig naar achteren en naar
buiten van de remschijven
trekken.
Bij het verwijderen van de
linker remklauw erop letten
dat de ABS-sensorkabel
niet wordt beschadigd. Bij het verwijderen van de
rechter remklauw erop
letten dat de ligging van
de sensorkabel van de
remblokslijtage-aanduiding
niet wordt gewijzigd.
De motorfiets aan de voor-
zijde optillen, tot het voor-
wiel vrij kan ronddraaien.
Voor het omhoog bren-
gen van de motorfiets ad-
viseert BMW Motorrad de
BMW Motorrad voorwiel-
standaard.
Voorwielstandaard monte-
ren ( 120)
Rechter asklembout
5los-
draaien.
De linker asklembout
klemt de draadbus vast
in de voorwielgeleiding. Een
slecht uitgelijnde draadbus
heeft een onjuiste afstand
tussen ABS-sensorring en
ABS-sensor tot gevolg en
leidt daardoor tot functiesto-
ringen van het ABS-systeem
of tot onherstelbare beschadi-
ging van de ABS-sensor.
Om de correcte uitlijning van
de draadbus te garanderen,
moet de linker asklembout
7114zOnderhoud
Page 117 of 174
niet worden losgedraaid of
uitgebouwd.Steekas 6uitbouwen, hierbij
het wiel ondersteunen.
Voorwiel in de voorwielgelei-
ding op de grond zetten.
Bij het wegrollen van het
voorwiel kan de ABS-
sensor worden beschadigd.
Bij het wegrollen van het
voorwiel op de ABS-sensor
letten.
Voorwiel naar voren rollen
en verwijderen.Voorwiel inbouwen
ABS-functiestoringen
door een onjuist toeren-
talsignaal.
Er zijn verschillende geseg-
menteerde sensorringen, die
niet mogen worden verwis-
seld. Alleen de voor het be-
treffende model bestemde
sensorring monteren. Boutbevestigingen die
met een onjuist aantrek-
koppel zijn vastgezet kunnen
losraken of de boutbevesti-
gingen kunnen beschadigd
raken.
Aanhaalmomenten altijd laten
controleren door een speci-
alist, bij voorkeur een BMW
Motorrad dealer.
Het voorwiel moet in
draairichting worden in-
gebouwd.
Op de draairichtingspijlen op
de band of de velg letten.
Bij de volgende werk-
zaamheden kunnen on-
derdelen van de voorwielrem,
vooral het BMW Motorrad In-
tegral ABS worden bescha-
digd.
Erop letten dat geen onder-
delen van het remsysteem
worden beschadigd, vooral de ABS-sensor met draad en
de ABS-sensorring.
Bij het terugrollen
van het voorwiel kan
de ABS-sensor worden
beschadigd.
Bij het terugrollen van het
voorwiel op de ABS-sensor
letten.
Voorwiel in de voorwielgelei-
ding rollen.
Voorwiel optillen, steekas 6
aanbrengen en met
het voorgeschreven
aantrekkoppel vastzetten.
7115zOnderhoud