ABS CITROEN C4 AIRCROSS 2014 Instructieboekjes (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2014, Model line: C4 AIRCROSS, Model: CITROEN C4 AIRCROSS 2014Pages: 368, PDF Size: 20.41 MB
Page 29 of 368

1
27
Controle tijdens het rijden
Controlelampje
brandt
Oorzaak
Acties / Opmerkingen
Laadstroom
accu
*
permanent. Er is een storing in het
laadstroomcircuit van de accu
(vervuilde of losgeraakte
accuklemmen, aandrijfriem dynamo
niet correct gespannen of gebroken...). Het lampje moet bij het starten van de motor uitgaan.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
Antiblokkeersysteem
(ABS)
permanent. Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Veiligheidsgordel
vóór losgemaakt/
niet vastgemaakt Permanent, en
knippert vervolgens
in combinatie met een
geluidssignaal. De bestuurder heeft zijn
veiligheidsgordel losgemaakt of niet
vastgemaakt. Doe de gordel om en steek de gesp in de
gordelsluiting.
*
Volgens land van bestemming.
Airbags en
gordelspanners
tijdelijk. Als u het contact aanzet, gaat dit
lampje een paar seconden branden
en gaat ver volgens uit. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als het lampje blijft
branden.
permanent. Er is een storing in een van de
airbags of de pyrotechnische
gordelspanners. Laat dit controleren door het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Page 38 of 368

36
Controle tijdens het rijden
Display 1
Display 2
Oorzaak
Oplossing - Actie
Opmerkingen
Het remvloeistofniveau in het
remcircuit is onvoldoende. Laat remvloeistof met een
onderdeelnummer van CITROËN
bijvullen. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats als
het probleem zich blijft voordoen.
Storing in het remsysteem. Zet de auto zo snel mogelijk op een
veilige plaats stil. Laat het systeem controleren door
het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Storing in het antiblokkeersysteem
(ABS). Raadpleeg het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats. De remmen werken nog, zonder
bekrachtiging, maar wij raden u aan
om te stoppen.
Een van de portieren is niet goed
gesloten. Sluit het portier of de achterklep. Het desbetreffende carrosseriedeel
wordt aangegeven op het scherm.
De motorkap is niet goed gesloten. Sluit de motorkap.
Storing in de elektronische
startblokkering. Zet het contact af en start de motor
opnieuw. Raadpleeg het CITROËN-netwerk
als het probleem zich blijft
voordoen.
Het bestuurdersportier is geopend
en het contact is niet afgezet. Zet het contact af alvorens de auto
te verlaten.
Page 119 of 368

117
4
Rijden
Stilstaan/wegrijden op een
helling
Gebruik om de auto op een helling stil te
laten staan absoluut niet het gaspedaal,
maar de parkeerrem.
Geef bij het wegrijden geleidelijk gas ter wijl u
de parkeerrem loszet.
Handmatige stand
)
Selecteer de stand +/-
.
)
Gebruik de flippers of de selectiehendel
om van versnelling te veranderen.
De ingeschakelde versnellingen verschijnen
achtereenvolgens op het display van het
instrumentenpaneel.
Het schakelen naar een andere versnelling is
alleen mogelijk als de snelheid van de auto en
het motortoerental dit toestaan.
U kunt schakelen zonder uw voet van het
gaspedaal te halen.
Bij het minderen van snelheid schakelt de auto
automatisch terug.
Als de auto stilstaat, wordt de eerste
versnelling ingeschakeld.
Automatische stand
)
Selecteer de stand D
.
Op het display van het instrumentenpaneel
verschijnt de aanduiding "D"
.
De versnellingsbak functioneert in de auto-
actieve stand, zonder tussenkomst van de
bestuurder.
De versnellingsbak kiest voortdurend de meest
geschikte versnelling aan de hand van de
volgende parameters:
- rijstijl,
- het profiel van de weg,
- de belading van de auto.
Voor een maximaal comfort en een optimale
versnelling is het raadzaam om het bruusk
intrappen en loslaten van het gaspedaal te
vermijden.
Om optimaal te kunnen accelereren,
bijvoorbeeld bij het inhalen van een
andere auto, trapt u het gaspedaal
krachtig in, door de weerstand heen.
Page 150 of 368

148
Veiligheid
Uw auto is voorzien van de volgende systemen,
die u helpen om de auto in een noodsituatie
veilig tot stilstand te brengen:
- het antiblokkeersysteem (ABS),
- de elektronische remdrukregelaar (REF).
Hulpsystemen bij het remmen
Antiblokkeersysteem
(ABS) en elektronische
remdrukregelaar (REF)
Deze systemen zorgen tijdens het remmen
voor een betere stabiliteit en bestuurbaarheid
van uw auto en voor een betere controle in
scherpe bochten, vooral op een slecht of glad
wegdek.
Inschakelen
Het ABS-systeem werkt alleen wanneer de
snelheid van de auto hoger is dan 10 km/h.
Zodra de snelheid lager wordt dan 5 km/h,
wordt het systeem uitgeschakeld.
Het ABS-systeem treedt automatisch in
werking, wanneer de kans bestaat dat een wiel
blokkeert.
De normale werking van het
antiblokkeersysteem kan merkbaar zijn door
het trillen van het rempedaal.
Storing
Bij stilstaande auto
Wanneer dit verklikkerlampje gaat branden, in
combinatie met een melding op het display van
het instrumentenpaneel, is er een storing in het
ABS-systeem waardoor u tijdens het remmen
de controle over de auto zou kunnen verliezen.
De auto kan normaal worden afgeremd.
Rijd voorzichtig en met aangepaste snelheid en
raadpleeg onmiddellijk het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Trap het rempedaal bij een noodstop
krachtig en volledig in en laat het niet
los. Het verklikkerlampje brandt gedurende
enkele seconden na het aanzetten van
het contact (stand ON). Raadpleeg
het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als het
lampje niet uitgaat of niet gaat branden.
Page 151 of 368

149
6
Veiligheid
Tijdens het rijden
Als het verklikkerlampje permanent
brandt, is er een storing in het ABS-
systeem, waardoor u tijdens het
remmen de controle over de auto zou
kunnen verliezen.
De twee verklikkerlampjes gaan
tegelijkertijd branden en de twee
waarschuwingsmeldingen verschijnen
afwisselend op het display van het
instrumentenpaneel.
Zorg er bij ver vanging van de wielen
(banden en velgen) voor, dat deze voldoen
aan de voorschriften van de constructeur.
De auto kan normaal worden afgeremd.
Rijd voorzichtig en met aangepaste snelheid en
raadpleeg onmiddellijk het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats. Wanneer deze twee verklikkerlampjes branden
in combinatie met de meldingen op het display
van het instrumentenpaneel, is er een storing
in de elektronische remdrukregelaar, waardoor
u tijdens het remmen de controle over de auto
zou kunnen verliezen.
Stop zo snel mogelijk op een veilige plaats.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Page 339 of 368

.
337 Tr e f w o o r d e n r e g i s t e r
Aanhangergewichten .............226 -231, 233-238
Aansluiting 12V .............................100, 102, 103
Aansteker ...................................................... 102
ABS ............................................................... 148
ABS met elektronische remdrukregelaar ..... 148
Accessoires................................................... 210
Accu ..................................................... 200, 222
Accu laden ....................................................200
Achterbank ......................................................85
Achterlichten ................................................. 192
Achterruitver warming .....................................99
Achteruitrijcamera ......................................... 132
Achteruitrijlicht .............................................. 192
Actieradius ................................................43, 46
Afmetingen ....................................................239
Afstandsbediening .................. 62, 64, 66, 67, 71
Afstandsbediening, batterij ....................... 70, 71
Afstandsbediening, batterij vervangen ........... 70
Airbags vóór ..........................................156, 160
Airconditioning ................................................22
Airconditioning, automatische .................. 91, 94
Airconditioning, bedieningspaneel .................94
Airconditioning (handbediend) ................. 91, 92
Alarmknipperlichten ...................................... 147
Alarmsysteem ................................................. 75
Allesdragers ..................................................209
Antiblokkeersysteem (ABS) .......................... 148
Antislipregeling (ASR)................................... 150
Apple
®-speler ....................................... 284, 308
Armleuning achter ...........................................86
Armleuning vóór ..............................84, 10 0, 103
Asbak (uitneembaar) .............................100, 102
Audio-aansluitingen ............. 104, 282, 329, 330
Audio-
CD systeem ........313, 319, 321, 325, 334, 335
Audio- CD-systeem met touchscreen ...........293
Audio-telematicasysteem
met touchscreen .........................................255
Audio-video ...................................................305Automatische ruitenwissers .......................... 142
Automatisch inschakelen
alarmknipperlichten .................................... 147
Automatisch inschakelen verlichting .... 134, 13 6
Autoradio, bedieningen aan
stuurkolom .................................. 257, 295, 316
Autoradio's .......... 244, 256, 259, 260, 270, 271,
274, 278, 280, 286, 288, 290, 294, 305,
317, 319, 321, 325, 327, 334, 335
AUX-aansluiting ............................................ 104
Aux-aansluitingen ........................ 282, 329, 330
Aux-ingang ........................... 282, 284, 329,
330
A
C
Brandstofniveau ............................................ 216
Brandstofniveaumeter ................................... 216
Brandstofreser velampje ............................... 216
Brandstofsysteem ontluchten ....................... 218
Brandstoftank ................................................ 216
Brandstoftankdop .......................................... 216
Brandstof tanken ................................... 216, 217
Brandstoftank (inhoud) ................................. 216
Brandstoftankklep ......................................... 216
Brandstoftank leeg (diesel) ........................... 218
Brandstoftanklep openen ............................. 216
Brandstofverbruik ...........................................22
Buitenspiegels................................................. 87
Buitenspiegels, in- en uitklappen ...................88
Bagageruimte .................................................. 73
Bagageruimte, indeling .................................106
Bagageruimte openen ....................... 62, 66, 73
Bagageruimteverlichting ............................... 146
Banden ............................................................22
Banden, noodreparatie ................................. 177
Bandenreparatieset ...................................... 177
Bandenspanning ..................................... 22, 241
Bandenspanningscontrole (met set) ............. 177
Bekerhouder ................................................. 100
Beladen ...........................................................22
Benzinemotor ......................... 214, 217, 225-231
Binnenspiegel .................................................89
Blokkering ruitbediening
passagierszijde en achter ............................ 78
Bluetooth (telefoon) ................247, 249 -253, 310
Bluetooth-telefoon met
spraakherkenning ............................... 243 -254
Brandstof ......................................... 22, 216, 217
Brandstofaddititiefniveau .............................. 221
B
CD-/MP3 -speler ...........307, 325, 331, 334, 335
CD-wisselaar ....................................... 334, 335
Centrale vergrendeling .............................64, 67
Claxon ........................................................... 147
Controlelampjes ................................. 25, 28, 30
Controles ...............................214, 215, 222, 224