CITROEN DS3 2015 Instructieboekjes (in Dutch)
Manufacturer: CITROEN, Model Year: 2015, Model line: DS3, Model: CITROEN DS3 2015Pages: 384, PDF Size: 12.29 MB
Page 221 of 384

219
DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
LED van dagrijverlichting
vervangen
neem voor het vervangen van dit type lamp
met LeD’s contact op met het CIt roËn-
n
etwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Praktische informatie
Page 222 of 384

DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
1. Remlicht/parkeerlicht (P21/5W).
2. Parkeerlichten (P5W).
3.
R
ichtingaanwijzers (PY21W,
amberkleurig) .
4.
Mi
stachterlicht links (PR21W, rood)
A
chteruitrijlicht rechts (P21W).
Achterlichten
rode of amberkleurige lampen,
zoals de richtingaanwijzers of het
mistachterlicht, moeten vervangen
worden door lampen met dezelfde
specificaties en kleur.
Lampen vervangen
F open de achterklep.
F V er wijder het luikje in de bekleding aan de
desbetreffende zijkant.
F
D
raai de vlindermoer voor de bevestiging
van de lampunit los.
F
n
e
em de stekker van de lampunit los.
F
V
er wijder voorzichtig de lampunit door er in
een rechte beweging aan te trekken. F
M aak de vier borglippen los en ver wijder
de lamphouder.
F
D
raai de lamp een kwart omwenteling en
vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
Zorg ervoor dat de lampunit in de geleiders
komt door de lampunit goed in de lengteas van
de auto te houden.
Page 223 of 384

221
DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Vervangen van de lamp van de
richtingaanwijzers (4) en van het
mistachterlicht of achteruitrijlicht (5)
F Draai de lamp een kwart omwenteling om hem te verwijderen en vervang de lamp.
Vervangen van de parkeerlichten
en remlichten met leds
raadpleeg als deze ledverlichting moet worden
vervangen het CIt roËn- netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
3D achterlichten
Toegang tot de lampen
F open het kofferdeksel.
F V er wijder het luikje in de bekleding aan de
desbetreffende zijkant.
F
D
raai de vlindermoer voor de bevestiging
van de lampunit los.
F
n
e
em de stekker van de lampunit los.
F
V
er wijder voorzichtig de lampunit door
hem in een rechte beweging naar buiten te
trekken.
Voer het monteren uit in de omgekeerde volgorde.
Zorg ervoor dat de lampunit in de geleiders
komt door de lampunit goed in de lengteas van
de auto te houden.
1.
3
D parkeerlicht met leds.
2. R
emlicht/parkeerlicht met leds.
3. C
ontourlicht met leds.
4.
R
ichtingaanwijzer (PY21W,
amberkleurig) .
5.
Mi
stachterlicht links (H21W, rood)
A
chteruitrijlicht rechts (H21W).
ro
de of amberkleurige lampen,
zoals de richtingaanwijzers of het
mistachterlicht, moeten vervangen
worden door lampen met dezelfde
specificaties en kleur.
Praktische informatie
Page 224 of 384

DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Lamp derde remlicht vervangen
(4 lampen W5W)
F open de achterklep.
F
V erwijder de twee afsluitdoppen A op het
binnenpaneel van de achterklep.
F
D
ruk in een rechte beweging
tegen de lampunit en gebruik twee
schroevendraaiers als hefboom om de unit
via de buitenzijde te verwijderen.
F
n
e
em de stekker van de lampunit en indien
nodig de slang van de ruitensproeier los.
F
D
raai de lamphouder van de defecte lamp
een kwart omwenteling.
F
t
r
ek aan de lamp en vervang deze.
Voer het monteren uit in de omgekeerde volgorde.
Lamp derde remlicht vervangen
(LED's)
raadpleeg het CIt roËn- netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om dit type
L
eD
-verlichting te vervangen.
Lampen kentekenplaatverlichting
vervangen (W5W)
F Steek een kleine schroevendraaier in een van de buitenste gaten van het lampglas.
F
D
uw de schroevendraaier naar buiten om
het lampglas los te maken.
F
V
erwijder het lampglas.
F
t
r
ek de lamp uit de houder en vervang de
lamp.
Page 225 of 384

223
DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Binnenverlichting
Plafondverlichting (1 / W5W)
Maak de kap van de plafondverlichting 1 met
e en dunne schroevendraaier los, aan de zijde
van de schakelaar, om de defecte gloeilamp te
kunnen bereiken.
Kaartleeslampjes (2 / W5W)
Maak de kap van de plafondverlichting 1 los.
M aak het schot van het desbetreffende
kaartleeslampje 2
los, om de defecte gloeilamp
te kunnen bereiken.
Bagageruimteverlichting (W5W)
trek de verlichtingsunit los door van achter
tegen de voet te drukken.
Verlichting voetenruimte en
opbergvak middenconsole (W5W)
trek de verlichtingsunit los om de lamp te kunnen bereiken.
Verlichting dashboardkastje (W5W)
trek de verlichtingsunit los om de lamp te
kunnen bereiken.
Praktische informatie
Page 226 of 384

DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Zekeringen vervangen
Montage van elektrische
accessoires
bij het ontwerp van het elektrische circuit van
uw auto is reeds rekening gehouden met de
montage van zowel de standaarduitrusting
als eventuele opties.
ra
adpleeg het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats voordat u andere
elektrische voorzieningen of accessoires in
de auto monteert of laat monteren.
CItroËn i s niet aansprakelijk voor
kosten die voortvloeien uit storingen
veroorzaakt door het monteren
van extra accessoires die niet door
CI
t
ro
Ën
aanbevolen en geleverd
worden, en die niet volgens haar
voorschriften zijn gemonteerd. Dit
geldt met name als het gezamenlijke
stroomverbruik van de extra
accessoires meer dan 10
milliampère
bedraagt.
De tang voor het verwijderen van zekeringen
evenals de reservezekeringhouders bevinden
zich aan de binnenzijde van het deksel van de
zekeringkast in het dashboard:
F
t
rek aan de zijkant van het deksel om het
los te maken,
F
v
erwijder het deksel volledig,
F
m
aak de tang los.
Toegang tot het gereedschap
Voordat u een zekering vervangt, dient u de
oorzaak van de storing op te sporen en te
(laten) verhelpen.
F u kunt aan de draad van een zekering zien
of deze defect is.
Vervangen van een zekering
Goed Defect
F
G
ebruik de speciale tang om de zekering
uit de zekeringkast te verwijderen.
F
V
ervang een defecte zekering altijd door
een zekering met dezelfde stroomsterkte.
F
S
electeer de zekering aan de hand van
het nummer op de zekeringkast, de op de
zekering aangegeven stroomsterkte en het
onderstaande overzicht.
Page 227 of 384

225
DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Zekeringen dashboard
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde
van het dashboard (linkerzijde).
Toegang tot de zekeringen
F Zie de paragraaf "toegang tot het gereedschap".
Overzicht zekeringen
Zekering Ampère Functies
FH36 5
A
tr
ekhaakmodule.
FH37 -
nie
t gebruikt.
FH38 20
AHifi-versterker.
FH39 20
AStoelverwarming.
FH40 40
A
tr
ekhaakmodule.
Zekering Ampère Functies
F1 15
A
ru
itenwisser achter.
F2 -
nie
t gebruikt.
F3 5
AComputer airbags en pyrotechnische gordelspanners.
F4 10
AAirconditioning, koppelingscontact, elektrochromatische
spiegel, roetfilterpomp (Diesel), diagnose-aansluiting,
luchtdebietmeter (Diesel).
F5 30
A
ruitbedieningspaneel, ruitbediening passagier, motor ruitbediening voor.
F630 AMotor bediening ruit bestuurdersportier.
F7 5
APlafonnier, verlichting dashboardkastje.
Praktische informatie
Page 228 of 384

DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Zekering AmpèreFuncties
F8 20
AMultifunctioneel display, autoradio, autoradio/
navigatiesysteem, alarmcomputer, sirene inbraakalarm.
F9 30
A12V-aansluiting, voeding steun portable navigatiesysteem.
F10 15
AStuurkolomschakelaars.
F11 15
AContactslot, diagnose-aansluiting, computer automatische
versnellingsbak.
F12 15
A
re
gen-/lichtsensor, trekhaakmodule.
F13 5
AHoofdremlichtschakelaar, servicecentrale motor.
F14 15
AComputer parkeerhulp, airbagcomputer,
instrumentenpaneel, automatische airconditioning,
u
Sb bo
x, hifi-versterker.
F15 30
AVergrendeling.
F16 -
nie
t gebruikt.
F17 40
AAchterruit- en buitenspiegelverwarming.
SH -Shunt tijdens opslag.
Page 229 of 384

227
DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Zekeringen motorruimte
De zekeringkast bevindt zich onder de
motorkap, naast de accu (links).Toegang tot de zekeringen
F Maak het deksel los.
F V ervang de zekering (zie de
desbetreffende paragraaf).
F
S
luit na het vervangen van de zekering
zorgvuldig het deksel voor een goede
afdichting van de zekeringkast.
Alle werkzaamheden aan de
zekeringen in de zekeringkast op de
accu dienen te worden uitgevoerd door
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Praktische informatie
Page 230 of 384

DS3_nl_Chap10_info-pratiques_ed01-2014
Overzicht zekeringen
Zekering AmpèreFuncties
F1 20
AVoeding motormanagementcomputer, bedieningsrelais koelventilator, multifunctioneel hoofdrelais
motormanagement, brandstofpomp (Diesel).
F2 15
AClaxon.
F3 10
A
ru
itensproeiers voor en achter.
F4 20
ADagrijverlichting.
F5 15
AVoorverwarming brandstof (Diesel), brandstofadditiefpomp (Diesel), luchtdebietmeter (Diesel),
e
Gr-
elektroklep
(Diesel), voorverwarming blow-by en elektrokleppen (V
ti
).
F6 10
AA
bS
-/
eS
P-computer, secundaire remlichtschakelaar.
F7 10
A
el
ektrische stuurbekrachtiging, automatische versnellingsbak.
F8 25
A
b
ediening startmotor.
F9 10
ASchakel- en beveiligingsmodule (Diesel).
F10 30
AVoorverwarming brandstof (Diesel), voorverwarming blow-by (Diesel), brandstofpomp (V
ti
), verstuivers en
bobines (
b
e
nzine).
F11 40
AAanjager airconditioning.