sensor FIAT DOBLO PANORAMA 2018 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: FIAT, Model Year: 2018, Model line: DOBLO PANORAMA, Model: FIAT DOBLO PANORAMA 2018Pages: 284, PDF Size: 23.89 MB
Page 164 of 284

km x 1000 30 60 90 120 150 180
Jaren 2 4 6 8 10 12
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van carrosserie,
bodemplaatbescherming, slangen en leidingen (uitlaat, brandstof-
en remsysteem en rubber elementen (hoezen, balgen, bussen
enz.)●●●●●●
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/achter
controleren (waar voorzien)●●●●●●
Werking van de ruitenwisser/ruitensproeier controleren en
sproeiers afstellen●●●●●●
Slot van motorkap op aanwezigheid van vuil controleren,
schoonmaken en mechanismen smeren●●●●●●
Controleren of de onderste rails van de zijschuifdeuren schoon zijn
(of elke 6 maanden)●●●●●●
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen●●●●●●
Koppelingspedaal controleren en indien nodig afstellen●●●●●●
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor
controleren en de werking van remblokslijtagesensor controleren●●●●●●
Remvoeringen van trommelremmen achter op conditie en slijtage
controleren●●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel controleren●●
Spanning van aandrijfriem hulporganen controleren (versies
zonder automatische riemspanner) (of elke 2 jaar)●●
De getande distributieriem visueel controleren●●
162
ONDERHOUD EN ZORG
Page 168 of 284

km x 1000 30 60 90 120 150 180
Jaren 2 4 6 8 10 12
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/achter
(waar voorzien) controleren●●●●●●
Werking van de ruitenwisser/ruitensproeier controleren en
sproeiers afstellen●●●●●●
Slot van motorkap op aanwezigheid van vuil controleren,
schoonmaken en mechanismen smeren●●●●●●
Controleren of de onderste rails van de zijschuifdeuren schoon zijn
(of elke 6 maanden)●●●●●●
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen●●●●●●
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor
controleren en de werking van remblokslijtagesensor controleren●●●●●●
Remvoeringen van trommelremmen achter op conditie en slijtage
controleren●●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel controleren●●
De spanning controleren van aandrijfriem van hulporganen
(uitvoeringen zonder automatische riemspanner)●●
Ververs de motorolie en vervang het oliefilter (of elke 24 maanden)●●●●●●
Getande distributieriem vervangen (1.6 MultiJet-versie) (2)●
Aandrijfriem(en) hulporganen vervangen●
(2) Ongeacht de kilometerstand moet de distributieriem bij zware bedrijfsomstandigheden (koud klimaat, gebruik in de stad, langdurig stationair draaien) iedere 4
jaar worden vervangen of in elk geval iedere 5 jaar.
166
ONDERHOUD EN ZORG
Page 171 of 284

km x 1000 35 70 105 140 175
Jaren246810
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van carrosserie,
bodemplaatbescherming, slangen en leidingen (uitlaat, brandstof-
en remsysteem en rubber elementen (hoezen, balgen, bussen
enz.)●●●●●
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers voor/achter
(waar voorzien) controleren●●●●●
Werking van de ruitenwisser/ruitensproeier controleren en
sproeiers afstellen●●●●●
Slot van motorkap op aanwezigheid van vuil controleren,
schoonmaken en mechanismen smeren●●●●●
Controleren of de onderste rails van de zijschuifdeuren schoon zijn
(of elke 6 maanden)●●●●●
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen●●●●●
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor
controleren en de werking van remblokslijtagesensor controleren●●●●●
Remvoeringen van trommelremmen achter op conditie en slijtage
controleren●●
Conditie van aandrijfriem(en) hulporganen visueel controleren●●
De spanning controleren van aandrijfriem van hulporganen
(uitvoeringen zonder automatische riemspanner)●●
Olie handgeschakelde versnellingsbak controleren (versie 1.3
Multijet)●
169
Page 186 of 284

sluit de klem weer op de minpool
van de accu aan.
MET START&STOP
SYSTEEM
Versies met "dummy-pool" fig. 199
maak de snelkoppeling van de
minklem A los van de dummy-minklem
B; dit is noodzakelijk omdat de
bewakingssensor van de accustatus D
gemonteerd is op de minklem C van
de accu en deze mag nooit
losgekoppeld worden behalve als de
accu daadwerkelijk wordt vervangen;
sluit de pluskabel van de acculader
op de pluspool van de accu en de
minkabel op de dummy minklem B;
schakel de acculader in;
schakel na het opladen eerst de
acculader uit alvorens deze van de
accu los te koppelen;
na het loskoppelen van de
acculader, de snelkoppeling van de
minklem A weer aansluiten op de
dummypool B.
Versies zonder "dummy-pool" fig.
200
Ga als volgt te werk om de accu op te
laden, wees uiterst voorzichtig:
druk op knop A om stekker B van
de bewakingssensor accustatus C
os te maken (deze bevindt zich op de
minpool van de accu zelf);
sluit de pluskabel (+) van de
acculader aan op de pluspool (+) van
de accu;
sluit de minkabel (-) van de
acculader aan op de D-klem van de
minpool (-) van de accu;
schakel de acculader in;
schakel na het opladen eerst de
acculader uit alvorens de accu los te
koppelen;
sluit de stekker B weer aan op de
sensor C van de accu.
139) 140)
BELANGRIJK
139)Accuvloeistof is giftig en corrosief:
vermijd contact met huid en ogen. Het
opladen van de accu moet worden
uitgevoerd in een goed geventileerde
ruimte, ver van open vuur en vonken:
brand- en ontploffingsgevaar.
140)Probeer nooit een bevroren accu op
te laden: ontdooi eerst de accu om
ontploffing ervan te voorkomen. Bij
bevriezing moet de accu door een
deskundig monteur gecontroleerd worden
op beschadiging van de interne elementen
en scheuren in de behuizing, waardoor
giftig en corrosief zuur kan gaan lekken.
199F0V0381200F0V0380
184
ONDERHOUD EN ZORG
Page 280 of 284

Kinderzitjes (geschikt voor
gebruik)..........................97
Koplampen.........................49
Koplampsproeiers...................35
Koplampunits......................138
Krachtbegrenzers...................93
Lamp buitenverlichting
vervangen.......................138
Lampjes en berichten................62
Markering cilinder.................189
Mistachterlichten....................31
Mistlampen........................139
Mistvoorlichten......................31
Montage universeel
Isofix-kinderzitje.................101
Motor
technische gegevens...........190
Motorcode.........................189
Motorkap...........................44
Motorkoelvloeistof..................181
Motorolie..........................181
Motorruimte.......................172
MSR-systeem.......................88
Multifunctioneel display..............58
Bedieningsknoppen.............58
Multifunctioneel display
Setup menu.....................59
Noodstart....................116-155
Officiële typegoedkeuringen........267Onderhoud van de
veiligheidsgordels.................94
Onderhoudsschema...............161
Parkeersensoren..................128
Plafondverlichting voorin............141
Portieren............................14
Prestaties..........................212
Procedure voor benzineversies......115
Regelmatige controles.............171
Remvloeistof.......................182
Richtingaanwijzers..............31-138
Richtlijnen voor de behandeling
van het voertuig aan het einde
van de levensduur..............240
Rollend starten.....................155
Ruitensproeier.......................34
Ruitenwisser........................34
Ruitenwisser / achterruitwisser
(vervangen)......................185
SBR-systeem......................91
Scheidingswanden..................25
Slepen van het voertuig............157
Sleutels.............................10
Mechanische sleutel.............10
Sleutel met
afstandsbediening...............10
Sneeuwkettingen..................186
Snelle bandenreparatiekit
Fix&Go Automatic...............152Speed block.......................125
Stadslicht...........................30
Stadslichten.......................138
Start&Stop-systeem................121
Starten met hulpaccu..............155
Startinrichting.......................12
Stoelen.............................18
Achterbank.....................20
Bestuurdersstoel................18
Passagiersstoel.................19
Stuurbekrachtigingsvloeistof........182
Stuurwiel............................28
Symbolen............................5
Tanken.......................130-206
Tips, bediening en algemene
informatie.......................242
TPMS.............................123
Traction Plus systeem..............128
Trip Computer.......................60
Typen lampen......................136
Uconnect 5” LIVE –
Uconnect 5” Nav LIVE...........254
Uconnect Radio....................244
Veiligheidsgordels..................89
Velgen en banden..................193
Versie met aardgassysteem
(Natural Power)...................50
Verwarming en ventilatie.............37
VIN-plaatje.........................188
ALFABETISCH REGISTER