FIAT DUCATO BASE CAMPER 2014 Instructieboek (in Dutch)
Manufacturer: FIAT, Model Year: 2014, Model line: DUCATO BASE CAMPER, Model: FIAT DUCATO BASE CAMPER 2014Pages: 367, PDF Size: 19.45 MB
Page 251 of 367

BELANGRIJK
4) Accu’s bevatten stoffen die zeer
gevaarlijk zijn voor het milieu.
Laat de accu vervangen door een
dealer van het Fiat
Servicenetwerk, waar deze op
milieuvriendelijke wijze en
overeenkomstig de wettelijke
voorschriften verwerkt wordt.
WIELEN EN BANDENControleer voor een lange reis en elke
twee weken de bandenspanning van
de banden en het ruimtebesparend
reservewiel. Deze controle moet bij
koude banden worden uitgevoerd.
Het is normaal dat de spanning tijdens
het rijden toeneemt. Zie voor de
correcte bandenspanning de paragraaf
“Wielen” in het hoofdstuk “Technische
gegevens”.
Onjuiste bandenspanning leidt tot
abnormale slijtage van de banden fig.
242:Anormale spanning: gelijkmatige
slijtage van het loopvlak;Bte lage spanning: overmatige slijtage
aan de zijkanten van het loopvlak;Cte hoge spanning: overmatige slijtage
in het midden van het loopvlak;
Banden moeten vervangen worden
wanneer de profieldiepte van het
loopvlak minder dan 1,6 mm bedraagt.
Houd u in ieder geval aan de wettelijke
voorschriften van het land waarin wordt
gereden.188) 189) 190) 191)
BELANGRIJKE
INFORMATIE
❒Voorkom indien mogelijk bruusk
remmen en optrekken met piepende
banden. Vermijd botsingen tegen
stoepranden, kuilen of andere
hindernissen. Lang rijden op een
slecht wegdek kan de banden
beschadigen;
❒controleer de banden regelmatig op
scheuren in de wangen,
oneffenheden of onregelmatige
slijtage op het loopvlak. Neem zo
nodig contact op met het Fiat
Servicenetwerk;
❒rijd nooit met een te zwaar beladen
auto: dit kan ernstige beschadiging
van banden en velgen veroorzaken;242
F1A0240
247
11-3-2014 16:50 Pagina 247
Page 252 of 367

❒stop onmiddellijk bij een lekke band
en verwissel het wiel om
beschadiging van de band, de velg,
de wielophanging en de
stuurinrichting te voorkomen;
❒banden verouderen, ook als ze
weinig gebruikt zijn. Scheurtjes in het
loopvlak en op de wangen betekenen
dat de band verouderd is. Laat de
banden door gespecialiseerd
personeel controleren als ze langer
dan 6 jaar onder de auto zijn
gemonteerd. Vergeet ook niet het
reservewiel zorgvuldig te laten
controleren;
❒monteer in geval van vervanging altijd
nieuwe banden en vermijd banden
waarvan de herkomst dubieus is;
❒bij de montage van een nieuwe band
moet ook het ventiel worden
vervangen;
❒om een gelijkmatige slijtage van voor-
en achterbanden te garanderen,
wordt geadviseerd ze elke 10-15
duizend kilometer van as te
verwisselen; houd de banden aan
dezelfde zijde van het voertuig
gemonteerd zodat de draairichting
niet wordt omgekeerd.BELANGRIJK Controleer bij het
vervangen van een band of de
TPMS-sensor voor
bandenspanningcontrole ook van de
vorige velg is afgenomen, samen met
het ventiel.
BELANGRIJK
188) Onthoud dat de wegligging van
het voertuig in grote mate van een
juiste bandenspanning afhankelijk
is.
189) Als de spanning te laag is, raakt
de band oververhit, met mogelijke
ernstige beschadiging als gevolg.
190) Verwissel de banden niet
kruiselings, door ze van de
rechterzijde naar de linkerzijde en
omgekeerd te verplaatsen.
191) Voer bij lichtmetalen velgen
nooit spuitwerkzaamheden uit die
een temperatuur vereisen boven
150°C. Dit kan de mechanische
eigenschappen van de wielen
in gevaar brengen.
RUBBER SLANGENHoud voor wat betreft de rubber
slangen van het rem- en
brandstoftoevoersysteem zorgvuldig
het “Geprogrammeerd
Onderhoudsschema” in dit hoofdstuk
aan.
Ozon, hoge temperaturen en een
langdurig gebrek aan vloeistof in het
systeem zorgen ervoor dat de slangen
uitdrogen en scheuren, met mogelijke
lekkage als gevolg. Daarom zijn
zorgvuldige controles noodzakelijk.
248
ONDERHOUD EN ZORG
11-3-2014 16:50 Pagina 248
Page 253 of 367

RUITENWISSERWISSERBLADEN
Maak de wisserbladen regelmatig met
speciale producten schoon; wij raden
TUTELA PROFESSIONAL SC 35 aan.
Vervang de wisserbladen wanneer
het rubber vervormd of versleten is. Het
is in elk geval raadzaam de
wisserbladen ongeveer jaarlijks te
vervangen.
Met enkele eenvoudige
voorzorgsmaatregelen kan de
beschadiging van het wisserblad
worden gereduceerd:
❒bij temperaturen onder het vriespunt
moet men controleren of het
wisserblad niet aan de ruit
vastgevroren is. Gebruik zo nodig
een antivriesmiddel om de wissers vrij
te maken;
❒verwijder sneeuw van de ruit: dit
voorkomt schade aan de
wisserbladen en beschermt de
ruitenwissermotor tegen
oververhitting;
❒gebruik de ruitenwissers/
achterruitwisser nooit op een droge
ruit.
192)
Wisserbladen voorruit
vervangen
53)
Ga als volgt te werk:
❒hef de wisserarm op, druk op het
lipje A fig. 243 van de springveer
en verwijder het wisserblad van de
arm;
❒monteer het nieuwe wisserblad door
het lipje in de speciale zitting op de
wisserarm te blokkeren;
❒breng de wisserarm voorzichtig tegen
de ruit.RUITENSPROEIERS
Ruitensproeier fig. 244
Als de ruitensproeiers niet goed
werken, controleer dan eerst of er
ruitensproeiervloeistof in het reservoir zit
(zie “Niveaus controleren” in dit
hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de
sproeigaatjes niet verstopt zijn. Gebruik
zo nodig een naald om ze te
ontstoppen.
De sproeistralen kunnen gericht worden
door de sproeiers met een platte
schroevendraaier af te stellen.
De sproeistralen moeten op circa een
derde van de bovenrand van de ruit
worden gericht.243
F1A0241
244
F1A0242
249
11-3-2014 16:50 Pagina 249
Page 254 of 367

KOPLAMPSPROEIERS
Controleer regelmatig de conditie en de
aanwezigheid van vuil in de
koplampsproeiers.
De koplampsproeiers worden
automatisch geactiveerd wanneer, bij
ingeschakeld dimlicht, de
ruitensproeiers worden bediend.
BELANGRIJK
192) Rijden met versleten
wisserbladen is bijzonder
gevaarlijk, aangezien dit het zicht
onder slechte
weersomstandigheden beperkt.
BELANGRIJK
53) Schakel de ruitenwissers niet
met van de ruit opgeheven
wisserbladen in.
CARROSSERIEBESCHERMING TEGEN
ATMOSFERISCHE
INVLOEDEN
De belangrijkste oorzaken van roest
zijn:
❒luchtverontreiniging;
❒zoutgehalte in de lucht en
vochtigheid (kustgebieden, warm en
vochtig klimaat);
❒seizoensgebonden
omgevingsomstandigheden.
Ook de schurende werking van
opwaaiend stof en zand en van modder
en steentjes die door andere voertuigen
worden opgetild mag niet onderschat
worden.
Fiat heeft de beste technologische
oplossingen toegepast om de
carrosserie tegen roest te beschermen.
De belangrijkste oplossingen zijn:
❒lakproducten en lakspuitsystemen
die het voertuig de benodigde
weerstand tegen roest en schurende
elementen verschaffen;
❒toepassing van verzinkte (of
voorbehandelde) plaatdelen met een
hoge corrosiebestendigheid;❒het aanbrengen van gespoten
wasproducten met een hoog
beschermend vermogen op de
onderzijde, in de motorruimte, in de
wielkuipen en andere elementen;
❒het aanbrengen van
kunststofmaterialen met een
beschermende functie op de meest
blootgestelde delen: onderzijde
portieren, binnenzijde spatborden,
randen enz.;
❒toepassing van "open" holle ruimtes
om te voorkomen dat
condensvorming en vochtophoping
roest van binnenuit bevorderen.
CARROSSERIEGARANTIE
Uw voertuig wordt gedekt door een
garantie tegen doorroesten,
veroorzaakt door corrosie, van alle
originele structuur- of carrosseriedelen.
Voor de algemene voorwaarden van
deze garantie wordt verwezen naar het
garantieboekje.
TIPS VOOR HET BEHOUD
VAN DE CARROSSERIE
250
ONDERHOUD EN ZORG
11-3-2014 16:50 Pagina 250
Lakwerk
De lak heeft behalve een esthetische
functie ook een beschermende functie
van het plaatwerk.
Page 255 of 367

Werk beschadigingen van de laklaag,
zoals krassen en schuurplekken,
onmiddellijk bij om roestvorming te
voorkomen. Voor het bijwerken mogen
uitsluitend originele lakproducten
worden gebruikt (zie “Plaatje met
informatie over de carrosserielak” in het
hoofdstuk “Technische gegevens”).
Het normale onderhoud van de lak
beperkt zich tot het wassen van de
auto: de frequentie is afhankelijk van
het gebruik van de auto en van de
omgeving.
Zo is het bijvoorbeeld raadzaam de
auto vaker te wassen in gebieden met
sterke luchtverontreiniging of bij het
rijden over wegen met strooizout.
Ga als volgt te werk om het voertuig
correct te wassen:
❒maak de carrosserie eerst nat met
een waterstraal onder lage druk;
❒was de carrosserie met een zachte
spons met een lichte zeepoplossing
en spoel de spons regelmatig uit;
❒spoel goed af met schoon water en
droog met een luchtstraal of een
zeemleren lap.Ga als volgt te werk om het voertuig
correct te wassen in een wastunnel:
❒verwijder de antenne van het dak om
beschadiging ervan te voorkomen;
❒het voertuig moet gewassen worden
met water toegevoegd aan een
reinigingsoplossing;
❒spoel goed af met schoon water om
zeepresten op de carrosserie en de
minder zichtbare delen te
verwijderen.
54)
Droog de minder zichtbare delen (bijv.
randen van portieren, motorkap,
koplampranden) zorgvuldig, aangezien
in deze zones water makkelijker kan
stagneren. Laat het voertuig na het
wassen een tijdje buiten staan zodat
waterresten kunnen verdampen.
Was het voertuig nooit als het in de zon
heeft gestaan of als de motorkap nog
warm is: de glans van de lak kan
afnemen.
De kunststof carrosseriedelen moeten
op dezelfde wijze als de rest van het
voertuig gewassen worden. Parkeer het
voertuig zo min mogelijk onder bomen:
de hars die uit de bomen druppelt,
maakt de lak mat en vergroot de kans
op roestvorming.BELANGRIJK Vogelpoep moet zo snel
en zo goed mogelijk verwijderd worden,
omdat hierin bijzonder agressieve
zuren aanwezig zijn.
5)
Ruiten
Gebruik specifieke
schoonmaakmiddelen voor ruiten.
Gebruik tevens schone doeken om
krassen en beschadigingen te
voorkomen.
BELANGRIJK Veeg het
binnenoppervlak van de achterruit
voorzichtig met een doek af, en volg
hierbij de richting van de elektrische
weerstandsdraden om de
achterruitverwarming niet te
beschadigen.
Motorruimte
Spuit de motorruimte na het
winterseizoen zorgvuldig uit: hierbij mag
de waterstraal niet rechtstreeks op de
elektronische regeleenheden en het
kastje met zekeringen en relais aan de
linkerzijde van de motorruimte
(rijrichting) worden gericht. Laat deze
werkzaamheden uitvoeren door een
gespecialiseerd bedrijf.
251
11-3-2014 16:50 Pagina 251
Page 256 of 367

BELANGRIJK Voor het uitspuiten van
de motorruimte moet de contactsleutel
in de stand STOP staan en de motor
koud zijn. Controleer na het reinigen of
de verschillende beschermingen (bijv.
rubberen doppen en kappen) niet
verwijderd of beschadigd zijn.
Koplampen
BELANGRIJK Gebruik nooit
aromatische stoffen (bijv. benzine) of
ketonen (bijv. aceton) om de plastic
lampglazen van de koplampen te
reinigen.
BELANGRIJK
54) Sommige wastunnels met
borstels van de oude generatie
en/of in slechte toestand kunnen
het lakwerk beschadigen,
waardoor strepen kunnen
ontstaan die de lak dof/mat
kunnen maken, vooral bij donkere
kleuren. Als dit mocht gebeuren,
is een lichte poetsbeurt met
speciale producten voldoende.
BELANGRIJK
5) Schoonmaakmiddelen
veroorzaken waterverontreiniging.
Om die reden mag het voertuig
alleen gewassen worden op
plaatsen waar het afvalwater
opgevangen en gezuiverd wordt.
INTERIEURControleer af en toe of er geen water
onder de matten is blijven staan
(wegens water dat van schoenen,
paraplu's, enz.. druppelt), waardoor het
plaatwerk kan gaan roesten.
193) 194)
STOELEN EN STOFFEN
BEKLEDING
Verwijder stof met een zachte borstel of
een stofzuiger. Gebruik een vochtige
borstel voor velours bekleding.
Reinig de stoelen met een spons
bevochtigd met een oplossing van
water en neutrale zeep.
KUNSTSTOF
INTERIEURDELEN
Reinig kunststof interieurdelen met een
vochtige doek en een oplossing van
water en een neutraal niet-schurend
reinigingsmiddel. Gebruik voor het
verwijderen van olieachtige of
hardnekkige vlekken speciale
producten zonder oplosmiddelen die
het originele voorkomen en de kleur van
de kunststof interieurdelen niet
veranderen.
252
ONDERHOUD EN ZORG
11-3-2014 16:50 Pagina 252
Page 257 of 367

BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol,
benzine of afgeleide producten om het
glas van het instrumentenpaneel te
reinigen.
LEDEREN STUURWIEL/
POOKKNOP/HANDREM
(voor bepaalde versies/markten)
Reinig deze interieurdelen uitsluitend
met neutrale zeep en water. Gebruik
nooit alcohol of producten op basis van
alcohol.
Controleer alvorens een specifiek
product voor interieurreiniging te
gebruiken, of het geen alcohol en/of
stoffen op basis van alcohol bevat.
Wanneer bij het schoonmaken van de
voorruit met speciale producten, het
schoonmaakmiddel voor de ruiten per
ongeluk op het leder van het
stuurwiel/pookknop/handrem
terechtkomt, moeten dit onmiddellijk
worden verwijderd en moet het
betreffende gebied met water en
neutrale zeep worden gewassen.
BELANGRIJK Wees uiterst voorzichtig
bij het gebruik van een
stuurwielblokkering (indien aanwezig)
om beschadiging van de leren
bekleding te voorkomen.
BELANGRIJK
193) Gebruik nooit ontvlambare
producten zoals petroleum of
wasbenzine voor het reinigen van
het interieur van het voertuig.
De elektrostatische lading die
door het wrijven tijdens het
reinigen ontstaat, kan brand
veroorzaken.
194) Bewaar geen spuitbussen in het
voertuig: ontploffingsgevaar.
Spuitbussen mogen niet
blootgesteld worden aan
temperaturen boven 50°C.
Wanneer het voertuig in de zon
staat, kan de binnentemperatuur
deze waarde ruim overschrijden.
253
11-3-2014 16:50 Pagina 253
Page 258 of 367

254
Deze pagina is opzettelijk blanco gelaten
11-3-2014 16:50 Pagina 254
Page 259 of 367

TECHNISCHE GEGEVENS
Alles dat u nuttig kunt vinden om te
begrijpen hoe uw voertuig is gemaakt
en hoe het werkt is in dit hoofdstuk
vermeld en wordt toegelicht met
gegevens, tabellen en grafieken. Voor
de liefhebbers en de monteurs, maar
ook gewoon voor degenen die elk detail
van hun voertuig willen kennen.IDENTIFICATIEGEGEVENS..............256
MOTORCODES -
CARROSSERIEVERSIES .................258
MOTOR ..........................................260
BRANDSTOFTOEVOER ..................261
TRANSMISSIE ................................262
WIELOPHANGING ..........................263
REMMEN ........................................264
STUURINRICHTING ........................265
WIELEN ..........................................266
AFMETINGEN .................................270
PRESTATIES ...................................280
GEWICHTEN...................................282
VULINHOUDEN...............................323
VLOEISTOFFEN EN
SMEERMIDDELEN ..........................325
BRANDSTOFVERBRUIK .................328
CO2-EMISSIE .................................339
OFFICIAL TYPE APPROVALS .........349
RICHTLIJNEN VOOR DE
BEHANDELING VAN HET
VOERTUIG AAN HET EINDE VAN
DE LEVENSDUUR...........................353
255
11-3-2014 16:50 Pagina 255
Page 260 of 367

IDENTIFICATIEGEGEVENSNeem nota van de identificatiecodes.
De identificatiegegevens die op de
plaatjes zijn vermeld, met inbegrip van
hun plaats, zijn als volgt:
❒Typeplaatje met
identificatiegegevens.
❒Chassisnummer.
❒Identificatieplaatje carrosserielak.
❒Motorcode.
TYPEPLAATJE MET
IDENTIFICATIEGEGEVENS
Dit plaatje is aangebracht in de
motorruimte, op de voorste traverse en
bevat de volgende gegevens fig. 245:BNummer typegoedkeuring.CIdentificatiecode autotype.DChassisnummer.
EMax. toelaatbaar gewicht van
volgeladen auto.FMax. toelaatbaar gewicht van
volgeladen auto met aanhangwagen.GMax. toelaatbaar gewicht op eerste
(voor)as.HMax. toelaatbaar gewicht op tweede
(achter)as.IMotortype.LCode van carrosserieversie.M
Nummer vervangingsonderdeel.
NCorrecte waarde van de
absorptiecoëfficiënt van de
rookgassen (voor dieselmotoren)
CHASSISNUMMER
Deze bevinden zich respectievelijk: één
op de binnenzijde van de wielkuip
aan passagierszijde, A fig. 246, en de
ander op het onderste deel van de
voorruit fig. 247.Dit nummer bevat de volgende
gegevens:
❒type auto;
❒chassisnummer.
245
F1A0243
246
F1A0244
247
F1A0365
256
TECHNISCHE GEGEVENS
11-3-2014 16:50 Pagina 256