ESP JEEP CHEROKEE 2020 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: JEEP, Model Year: 2020, Model line: CHEROKEE, Model: JEEP CHEROKEE 2020Pages: 356, PDF Size: 9.18 MB
Page 3 of 356

1
WELKOM VAN FCA
Gefeliciteerd met de keuze van uw nieuwe
FCA-voertuig. U kunt er zeker van zijn dat uw
voertuig staat voor nauwkeurig vakman-
schap, exclusieve styling en hoogwaardige
kwaliteit.
Rijd ALTIJD veilig en let op de weg. Rijd
ALTIJD veilig met beide handen aan het
stuur. U bent volledig verantwoordelijk voor
en draagt alle risico's met betrekking tot het
gebruik van de functies en toepassingen in
deze auto. Gebruik de functies en toepas-
singen alleen wanneer dat veilig is. Anders
bestaat er een risico op een ongeval en
ernstig of zelfs dodelijk letsel.Deze handleiding illustreert en beschrijft de
werking van functies en uitrustingen
waarmee uw voertuig standaard of optioneel
is uitgerust. In de handleiding kunnen ook
functies en uitrustingen worden beschreven
die niet langer leverbaar zijn of niet voor dit
voertuig zijn gespecificeerd. Beschrijvingen
van functies en uitrustingen die niet op dit
voertuig leverbaar zijn, kunt u negeren. FCA
behoudt zich het recht voor wijzigingen in
het ontwerp en de specificaties aan te
brengen, en/of toevoegingen of verbeteringen
in zijn producten aan te brengen, zonder zich
op enige wijze te verplichten deze aanpas-
singen tevens in eerder gefabriceerde
producten aan te brengen.Deze handleiding is bedoeld om u snel
vertrouwd te maken met belangrijke voorzie-
ningen in uw voertuig. U vindt in deze hand-
leiding het meeste wat u nodig hebt om uw
voertuig te bedienen en te onderhouden,
inclusief noodinformatie.
Bedenk dat met betrekking tot het onder-
houd van uw auto, een erkende dealer uw
Jeep® het beste kent, deze over door de
fabriek getrainde monteurs en originele
MOPAR® onderdelen beschikt en ervoor
zorgt dat u tevreden over uw auto blijft.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 1
Page 4 of 356

WELKOM VAN FCA
2
HOE U UW
INSTRUCTIEBOEKJE
ONLINE KUNT
TERUGVINDEN
Deze handleiding werd samengesteld als
referentie om u snel vertrouwd te maken met
de belangrijkste kenmerken en processen
van uw auto. U vindt er het meeste wat u
nodig hebt om uw voertuig te bedienen en te
onderhouden, inclusief noodinformatie en
-procedures.
Deze gebruikershandleiding is geen vervanging
voor het volledige instructieboekje, en behan-
delt niet volledig alle handelingen en proce -
dures die mogelijk zijn met uw voertuig. Voor een meer gedetailleerde beschrijving
van de onderwerpen in deze handleiding, en
informatie over de functies en processen die
niet in deze gebruikershandleiding zijn opge-
nomen, kunt u het volledige instructieboekje
gratis online raadplegen in een printvriende-
lijk PDF-formaat.
Voor het volledige instructieboekje of de
bijlage die van toepassing is voor uw voertuig,
gaat u naar het desbetreffende internetadres
hieronder:
www.mopar.eu/owner
of om toegang tot deze
informatie te krijgen, kunt u ook naar de
website http://aftersales.fiat.com/elum/ gaan.
FCA wil een bijdrage leveren aan de bescher-
ming van het milieu en besparing van
natuurlijke hulpbronnen. Door de meeste
gebruikersinformatie over uw auto elektro-
nisch in plaats van op papier te verstrekken,
dragen we samen bij aan vermindering van
de vraag naar producten die bomen als
grondstof gebruiken en verlagen we de belas-
ting van het milieu.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 2
Page 11 of 356

9
Trekgewichten (maximale
aanhangergewichten) ....................... 196
DE AUTO SLEPEN ACHTER EEN
CAMPER ........................................... 197
Slepen van deze auto achter een ander
voertuig ............................................. 197 Slepen achter een camper — modellen met
voorwielaandrijving (FWD) ................... 197 Slepen achter een camper – 4x4 modellen .......................................... 198
IN GEVAL VAN NOOD/PECH
WAARSCHUWINGSKNIPPERLICHTEN ..... 199GLOEILAMPEN VERVANGEN ................ 199
Vervangingslampen ............................. 199
Gloeilampen buitenverlichting
vervangen .......................................... 200
ZEKERINGEN........................................ 201
Algemene informatie........................... 201
Zekeringen onder de motorkap ............. 202
Interieur, zekeringen ........................... 209
WIELEN VERWISSELEN EN GEBRUIK
VAN DE KRIK ................................. 210
Plaats van krik en reservewiel .............. 210
Voorbereidingen voor het opkrikken ...... 211
Instructies bij opkrikken...................... 212
Origineel wiel monteren ...................... 215
Verklaring van conformiteit .................. 216
Voorzorgsmaatregelen voor
gebruik van de krik ............................. 218
BANDENSERVICEKIT — INDIEN
AANWEZIG .........................................219
Opslagplaats van bandenservicekit ....... 219
Onderdelen en gebruik van de
bandenservicekit ................................ 219 Voorzorgsmaatregelen voor gebruik van
bandenservicekit ............................... 220 Een band repareren met de
bandenservicekit ................................ 221
STARTEN MET STARTKABELS ...............225
Voorbereiding voor het starten met
startkabels ......................................... 226 Starten met startkabels ....................... 226
TANKEN IN NOODGEVALLEN — INDIEN
AANWEZIG ..........................................227
OVERVERHITTING VAN DE MOTOR ........228
SCHAKELHENDEL ONTGRENDELEN ........229
EEN VASTZITTENDE AUTO WEER VRIJ
KRIJGEN .............................................229SLEPEN VAN EEN AUTO MET PECH ......231
Zonder sleutelhouder .......................... 232
Modellen met voorwielaandrijving
(FWD) ............................................... 232 4X4-Modellen .................................... 232
Bergingskabel — indien aanwezig ........ 232
UITGEBREID
ONGELUKKENRESPONSSYSTEEM
(EARS) ...............................................233
EVENT DATA RECORDER (EDR) ..............233 SERVICE EN ONDERHOUD
GEPLAND ONDERHOUD .........................234
Gepland onderhoud — benzinemotor ... 234
Gepland onderhoud — dieselmotor....... 244
MOTORCOMPARTIMENT ......................250
2.0-liter motor .................................. 250
2.4-liter motor .................................. 251
3.2-liter motor .................................. 252
2.2-liter dieselmotor .......................... 253
Oliepeil controleren ............................ 254
Koelsysteem ...................................... 255
Vloeistof voor ruitenwisser bijvullen ..... 255
Remsysteem ..................................... 256
Handgeschakelde versnellingsbak — indien
aanwezig ........................................... 257 Automatische versnellingsbak ............. 257
Onderhoudsvrije accu ....................... 257
Wassen met hogedrukspuit .................. 258
DEALERSERVICE ..................................258
Ruitenwisserbladen ........................... 258
HET VOERTUIG OMHOOG TE
BRENGEN .........................................262
BANDEN .............................................262
Banden — Algemene informatie ......... 262
Type banden ...................................... 267
Reservewielen — indien aanwezig ....... 268
Verzorging van velgen en wieldoppen ... 270
Sneeuwkettingen
en tractiehulpmiddelen ...................... 271
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 9
Page 12 of 356

10
Aanbevelingen over
'rouleren' van banden ......................... 272
HET VOERTUIG STALLEN....................... 273 CAROSSERIE ....................................... 274
Behoud van de carosserie .................... 274
INTERIEUR ......................................... 276
Stoelen en bekleding .......................... 276
Kunststof- en gelakte onderdelen ......... 276
Lederen onderdelen ............................ 277
Ruitoppervlakken .............................. 277
TECHNISCHE SPECIFICATIES
CHASSISNUMMER (VIN)....................... 278AANHAALMOMENTEN VOOR VELGEN EN
BANDEN ............................................ 278
Voorgeschreven aanhaalmomenten ....... 278
WIELEN ............................................... 279
GEWICHTEN ........................................ 279
BRANDSTOFVEREISTEN —
BENZINEMOTOREN ............................... 279
2,0-liter motor ................................... 279
2,0-liter en 3,2-liter motoren............... 280
Brandstofadditieven .......................... 280
Brandstoflabel voldoet aan EN16942 ... 280
BRANDSTOFVEREISTEN —
DIESELMOTOR ..................................... 281
Brandstoflabel voldoet aan EN16942 ... 282
VLOEISTOFINHOUD ............................ 283VLOEISTOFFEN EN SMEERMIDDELEN ..... 284
Motor ............................................. 284
Chassis ........................................... 287
BRANDSTOFVERBRUIK EN
CO
2-EMISSIES ....................................287
MOPAR ACCESSOIRES .........................288
Originele accessoires van Mopar........... 288
MULTIMEDIA
UCONNECT SYSTEMEN ........................290
CYBERVEILIGHEID ...............................290
UCONNECT 3 SYSTEEM MET 5-INCH
DISPLAY — INDIEN AANWEZIG ...........291
Overzicht Uconnect 3 met 5-inch
display .............................................. 291 Klok instellen .................................... 291
Audio-instelling .................................. 291
Bediening van de radio ...................... 292
Gesproken tekstberichten beantwoorden
(niet compatibel met iPhone®) ........... 293
UCONNECT 4 MET 7-INCH DISPLAY .....294
Overzicht Uconnect 4 met 7-inch
display ............................................. 294 Menubalk slepen en neerzetten ........... 296
Radio ............................................... 296
Android Auto™ — indien aanwezig ...... 297
Integratie Apple CarPlay® — indien
aanwezig ........................................... 298 Apps — indien aanwezig ..................... 299
UCONNECT 4/4 NAV MET 8,4-INCH
DISPLAY ............................................299
Overzicht Uconnect 4C/4C NAV .......... 299
Menubalk slepen en neerzetten ........... 301
Radio ............................................... 301
Android Auto™ — indien aanwezig ...... 302
Integratie Apple CarPlay® — indien
aanwezig ........................................... 305 Apps — indien aanwezig ..................... 308
UCONNECT INSTELLINGEN ...................308
AUDIOBEDIENINGSELEMENTEN OP HET
STUURWIEL — INDIEN AANWEZIG .......309
Bediening van de radio ....................... 309
Media-modus ..................................... 309
BEDIENING AUX/USB/MP3 — INDIEN
AANWEZIG .......................................309NAVIGATIESYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG ..........................................310
Volume van gesproken aanwijzingen van het
navigatiesysteem wijzigen.................... 310 Nuttige plaatsen vinden ...................... 311
Een locatie vinden door de naam in te
voeren ............................................... 311 Gesproken bestemming invoeren
in één stap......................................... 311 Uw thuisadres instellen ....................... 311
Home ................................................ 312
Een tussenstop invoegen ..................... 312
Een omleiding volgen .......................... 312
Kaartupdate ....................................... 313
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 10
Page 13 of 356

11
UCONNECT PHONE ............................. 313
Uconnect Phone (Handsfree bellen met
Bluetooth®) ....................................... 313 Uw mobiele telefoon koppelen (draadloos
verbinden) met het
Uconnect-systeem ............................. 314 Algemene telefoonopdrachten
(voorbeelden) ................................... 319 Microfoon uitschakelen (of inschakelen)
tijdens gesprek ................................... 319 Actieve gesprekken doorverbinden tussen
handset en voertuig ............................ 319 Telefoonboek .................................... 319
Tips voor spraakbediening ................. 320
Het volume wijzigen ........................... 320
Do Not Disturb (niet storen) gebruiken.. 320
Binnenkomende SMS-berichten .......... 321
Handige tips en veelgestelde vragen voor het
verbeteren van de Bluetooth®-prestaties met
uw Uconnect systeem ......................... 322
SNELLE TIPS VOOR SPRAAKHERKENNING
UCONNECT ........................................323
Introductie van Uconnect .................... 323
Aan de slag ........................................ 324
Basisspraakcommando's...................... 324
Radio ................................................ 324
Media................................................ 325
Phone (telefoon) ................................. 326
Beantwoording gesproken tekstberichten —
indien aanwezig ................................. 327 Klimaatregeling .................................. 328
Siri® Eyes Free — indien aanwezig ..... 329
Do Not Disturb (niet storen) gebruiken ..... 329
Android Auto™ — indien aanwezig ..... 330
Apple CarPlay® — indien aanwezig...... 331
Meer informatie .................................. 331
KLANTENSERVICE
WANNEER U ASSISTENTIE NODIG HEBT 332
ARGENTINIË ..................................... 333
AUSTRALIË ....................................... 333
OOSTENRIJK ..................................... 333
BALANCE OF THE CARIBBEAN ........... 333
BELGIË ............................................. 334
BOLIVIA ............................................ 334
BRAZILIË .......................................... 334
BULGARIJE ....................................... 334
CHILI ................................................ 334
CHINA............................................... 334
COLOMBIA ........................................ 335
COSTA RICA ...................................... 335
KROATIË ........................................... 335
TSJECHIË.......................................... 335
DENEMARKEN .................................. 335
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 11
Page 26 of 356

UW VOERTUIG LEREN KENNEN
24
Bestuurdersstoel met geheugenfunctie —
indien aanwezig
Met de geheugenfunctie voor de stoel kunt u
twee verschillende standen voor de bestuur-
dersstoel, de buitenspiegel aan de bestuur-
derszijde en voorkeurzenders van de radioopslaan. De knoppen voor het stoelgeheugen
bevinden zich op het bestuurdersportier.
Schakelaar geheugenfunctie bestuurder
Geheugenfunctie programmeren
Een nieuw geheugenprofiel maken:
OPMERKING:
Als u een nieuw geheugenprofiel opslaat
wordt het bestaande profiel uit het geheugen
gewist.
1. Zet het contact van de auto in de stand ON/RUN.
2. Zet alle instellingen van het geheugen- profiel op de gewenste voorkeuren (bijv.
stoel, buitenspiegels en voorkeurzenders
van radio).
3. Druk kort op de insteltoets (S) op de geheu-
genschakelaar en druk vervolgens binnen vijf
seconden op geheugentoets (1). Het display
in de instrumentengroep geeft aan welke
geheugenpositie wordt ingesteld.
Sleutelhouder met afstandsbediening aan
geheugen koppelen en ontkoppelen
U kunt uw sleutelhouder met afstandsbedie-
ning zodanig programmeren, dat één van de
twee vooraf ingestelde geheugenprofielen
wordt opgeroepen als op de ontgrendeltoets
van de sleutelhouder wordt gedrukt.
OPMERKING:
Voordat u uw sleutelhouder programmeert, dient u
de functie "Personal Settings Linked To Key Fob"
(persoonlijke instellingen koppelen aan sleutel-
houder) te selecteren via het scherm van het
Uconnect systeem.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.
Ga als volgt te werk om uw sleutelhouder te
programmeren:
1. Zet het contact in de stand OFF.
2. Selecteer het gewenste geheugenprofiel:1 of 2.
WAARSCHUWING!
Het verstellen van een stoel tijdens het
rijden kan gevaarlijk zijn. Het verstellen
van een stoel tijdens het rijden kan ertoe
leiden dat u de macht over het stuur
verliest en een aanrijding met ernstig of
zelfs dodelijk letsel veroorzaakt.
Het verstellen van de stoelen moet
plaatsvinden voordat de veiligheidsgor-
dels zijn vastgegespt en terwijl de auto is
geparkeerd. Een slecht afgestelde veilig-
heidsgordel kan ernstig of dodelijk letsel
tot gevolg hebben.
Rijd nooit met de rugleuning zo schuin
ingesteld dat de schoudergordel niet
meer tegen uw borstkas rust. Tijdens een
botsing bestaat het gevaar dat u onder de
veiligheidsgordel door schuift, waardoor
ernstig of zelfs dodelijk letsel kan
ontstaan.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 24
Page 37 of 356

35
RUITENWISSERS EN
-SPROEIERS
De bedieningselementen voor de ruiten-
wisser/-sproeier bevinden zich op de hendel
voor de ruitenwisser/-sproeier aan de rechter-
zijde van de stuurkolom. De voorruitenwis-
sers worden bediend door een schakelaar te
bedienen op het uiteinde van de hendel.
Raadpleeg "Ruitenwisser/-sproeier achter-
ruit" in deze paragraaf voor informatie over
de achterruitwisser/-sproeier.Bedieningshendel ruitenwissers/-sproeier
Bediening van de ruitenwissers
Draai het uiteinde van de hendel naar een
van de eerste vier klikstanden voor interval-
wissen, de vijfde klikstand voor een lage wissnelheid en de zesde klikstand voor een
hoge wissnelheid.
Bediening van de ruitenwissers
OPMERKING:
Bedien de ruitenwissers niet wanneer de
bladen van de voorruit zijn opgeheven. Werking van de ruitensproeier
Trek de hendel naar achteren naar u toe en
houd deze in die stand zolang u de ruiten-
sproeiers wilt inschakelen.
Wasem
Gebruik de tipfunctie als het weer vereist dat
de ruitenwissers af en toe gebruikt worden.
Duw de hendel omhoog naar de stand MIST
en laat hem los voor één wisbeweging.
OPMERKING:
De MIST-functie schakelt de sproeierpomp
niet in. Er wordt daarom geen ruitensproeier-
vloeistof op de voorruit gesproeid. De
wisfunctie moet worden gebruikt om ruiten-
sproeiervloeistof op de voorruit te sproeien.
LET OP!
Verwijder altijd achtergebleven sneeuw als
die verhindert dat de wisserbladen
terugkeren naar de ruststand. Wanneer de
ruitenwisserschakelaar is uitgezet en de
wisserbladen niet kunnen terugkeren naar
de ruststand, kan dat schade toebrengen
aan de ruitenwissermotor.
WAARSCHUWING!
Een plotselinge verslechtering van het
zicht door de voorruit kan tot aanrijdingen
leiden. Mogelijk ziet u andere voertuigen
of obstakels over het hoofd. Voorkom
plotselinge ijsvorming op de voorruit door
de voorruit eerst te verwarmen met de
ontdooi-inrichting voordat u de
ruitensproeier gebruikt.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 35
Page 70 of 356

UW INSTRUMENTENPANEEL LEREN KENNEN
68
WAARSCHUWINGS-
LAMPJES EN MELDINGEN
De waarschuwings-/controlelampjes in het
instrumentenpaneel worden indien van
toepassing samen met een speciale melding
en/of geluidssignaal weergegeven. Deze indi-
caties zijn slechts indicatief en waarschu-
wend en mogen als zodanig niet als
uitputtend beschouwd worden. Raadpleeg
altijd de informatie in dit hoofdstuk in het
geval van een storingsaanduiding. Alle
actieve verklikkerlampjes worden indien van
toepassing eerst weergegeven. Het systeem-
controlemenu kan er anders uitzien op basis
van uitrusting en opties en de huidige status
van het voertuig. Sommige verklikkerlampjes
zijn optioneel en worden mogelijk niet weer-
gegeven.
Rode waarschuwingslampjes
— Waarschuwingslampje voor de
veiligheidsgordels
Dit waarschuwingslampje geeft aan dat de
veiligheidsgordel van de bestuurder of passa-
gier niet is vastgemaakt. Wanneer het
contact de eerste keer in de stand ON/RUN
of ACC/ON/RUN wordt gezet en als de veilig- heidsgordel van de bestuurder is losgegespt,
klinkt er een geluidssignaal en gaat het
lampje aan. Als tijdens het rijden de veilig-
heidsgordel van de bestuurder of de voorpas-
sagier niet is vastgegespt, gaat het
waarschuwingslampje voor de veiligheidsgor-
dels branden of knipperen en klinkt er een
geluidssignaal.
Raadpleeg de paragraaf "Beveiligingssy-
stemen voor inzittenden" in het hoofdstuk
"Veiligheid" voor meer informatie.
— Waarschuwingslampje voor het
airbagsysteem
Dit waarschuwingslampje gaat branden bij
een storing in de airbag. Het lampje gaat ter
controle vier tot acht seconden branden als
de contactschakelaar in de stand ON/RUN of
ACC/ON/RUN wordt gezet. Dit lampje gaat
branden met één geluidssignaal wanneer er
een storing in de airbag is gedetecteerd en
blijft branden totdat de storing is verholpen.
Wanneer het lampje niet brandt tijdens het
starten, blijft branden of gaat branden
tijdens het rijden, moet het systeem zo snel
mogelijk door een erkende dealer worden
nagekeken.
- Waarschuwingslampje remsysteem
Dit waarschuwingslampje geeft verschillende
functies van het remsysteem aan, zoals het
remvloeistofpeil en het aantrekken van de
handrem. Als het waarschuwingslampje voor
het remsysteem gaat branden, is het moge-
lijk dat de handrem is aangetrokken, het
vloeistofpeil in het remvloeistofreservoir te
laag is of dat zich een probleem voordoet met
het ABS-systeem.
Als het lampje blijft branden wanneer de
handrem niet is aangetrokken en het
remvloeistofpeil in het reservoir van de
hoofdremcilinder zich ter hoogte van het
Full-merkteken bevindt, kan er sprake zijn
van een storing in het hydraulische remcir-
cuit of is er een probleem met de rembe-
krachtiging gedetecteerd door het
ABS-systeem / elektronisch stabiliteitsregel-
systeem (ESC). In dat geval blijft het lampje
branden tot de oorzaak is verholpen. Als het
probleem verband houdt met de rembekrach-
tiging, zal de ABS-pomp actief zijn tijdens
het remmen en voelt u mogelijk een trilling
in het rempedaal.
De dubbel uitgevoerde remcircuits zorgen
voor reserve-remvermogen als ergens een
storing optreedt in het hydraulisch systeem.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 68
Page 81 of 356

79
— Controlelampje LaneSense
(rijstrookdetectie) — indien aanwezig
Wanneer de rijstrookdetectie is ingeschakeld
(ON), maar niet is geactiveerd, brandt het
controlelampje van de rijstrookdetectie
continu wit. Dit gebeurt wanneer alleen de
linker, rechter of geen van beide rijstrook-
markeringen wordt gedetecteerd. Wanneer
slechts één rijstrookmarkering wordt gede-
tecteerd, is het systeem gereed voor het
geven van visuele waarschuwingen wanneer
onbedoeld de rijstrook wordt verlaten.
Raadpleeg de paragraaf "Rijstrookdetectie —
indien aanwezig" in het hoofdstuk "Starten
en rijden" voor meer informatie.
— Waarschuwingscontrolelampje
snelheid
Het witte controlelampje gaat branden,
samen met een tekstbericht (Snelheidswaar-
schuwing ingesteld op xx gevolgd door
eenheid), zodra de functie is ingeschakeld.
Wanneer de ingestelde snelheid wordt over-
schreden, klinkt er een aanhoudend geluids-
signaal (tot 10 seconden of totdat de
snelheid niet meer wordt overschreden)
samen met een pop-upbericht Waarschuwing snelheid overtreden en het controlelampje
gaat geel knipperen.
OPMERKING:
De waarde “31” is slechts een voorbeeld van
een snelheid die kan worden geselecteerd.
— Controlelampje Selec Speed Control
— indien aanwezig
Dit lampje brandt wanneer Selec Speed
Control is ingeschakeld.
Om "Selec Speed Control" te activeren dient
de vierwielaandrijving (4WD) in de stand Low
te staan en drukt u op de knop op het instru-
mentenpaneel.
OPMERKING:
Als het voertuig niet in 4WD Low staat, wordt
de melding "To Enter Selec-Speed Shift to
4WD Low" (schakel naar 4WD Low om
Selec-Speed te activeren) op het display in
de instrumentengroep weergegeven.
— Controlelampje cruisecontrol gereed
Dit lampje gaat branden wanneer de cruis-
econtrol is ingeschakeld, maar niet is inge-
steld. Raadpleeg de paragraaf "cruisecontrol
— indien aanwezig" in het hoofdstuk
"Starten en rijden" voor meer informatie.
Blauwe controlelampjes
— Controlelampje grootlicht
Dit controlelampje gaat branden om aan te
geven dat het grootlicht is ingeschakeld. Als
het dimlicht is ingeschakeld, duwt u de
multifunctionele hendel naar voren (naar de
voorkant van het voertuig) om het grootlicht
in te schakelen. Trek de multifunctionele
hendel naar achteren (naar de achterkant
van het voertuig) om het grootlicht uit te
schakelen. Wanneer het grootlicht is uitge-
schakeld, trekt u de hendel naar u toe om het
grootlicht tijdelijk in te schakelen, of te
"knipperen".
BOORDDIAGNOSESYSTEEM —
OBD II
Uw auto is uitgerust met een geavanceerd
diagnosesysteem genaamd OBD II (On-Board
Diagnostic II). Dit systeem bewaakt de pres-
taties van de regelsystemen voor uitlaatgase-
missie, de motor en de versnellingsbak. Als
deze systemen correct werken, zal uw auto
uitstekende prestaties leveren, brandstof
besparen en lage emissiewaarden hebben
die aan de strengste eisen voldoen.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 79
Page 85 of 356

83
Dynamic Steering Torque (DST)
Dynamic Steering Torque (DTS) is een
functie van het elektronisch stabiliteitsregel-
systeem (ESC) en de elektrische stuurbe-
krachtiging (EPS) die een voelbare
waarschuwing op het stuurwiel geeft onder
bepaalde rijomstandigheden waarbij de
ESC-module instabiliteit van het voertuig
detecteert. De voelbare waarschuwing op het
stuurwiel is alleen bedoeld om de bestuurder
te wijzen op optimaal stuurgedrag voor het
bereiken/handhaven van voertuigstabiliteit.
De bestuurder merkt alleen dat de functie isingeschakeld als de voelbare waarschuwing
op het stuurwiel wordt gegeven.
OPMERKING:
De DST-functie is alleen bedoeld om de
bestuurder te wijzen op de juiste hande-
lingen via rukjes aan het stuurwiel. Dit bete-
kent dat de effectiviteit van de DST-functie
in hoge mate afhankelijk is van de oplettend-
heid en de reactie op de voelbare waarschu-
wing van de bestuurder. Het is van groot
belang te beseffen dat deze functie het voer-
tuig niet bestuurt, hetgeen betekent dat de
bestuurder nog steeds verantwoordelijk is
voor de besturing van het voertuig.
Elektronische remkrachtverdeling (EBD)
De elektronische remkrachtverdeling (EBD)
regelt de verdeling van het remkoppel over
de voor- en achteras door de remdruk op de
achteras te begrenzen. Dit wordt gedaan om
overmatige wielslip van de achterwielen en
instabiliteit van het voertuig te voorkomen,
en om te voorkomen dat ABS eerder ingrijpt
op de achteras dan op de vooras.
Electronic Roll Mitigation (ERM)
Door bewaking van de stuurbewegingen en
de snelheid van de auto anticipeert Elec-
tronic Roll Mitigation (ERM) op de mogelijk-
heid dat een wiel loskomt van het wegdek.
Wanneer het ERM-systeem vaststelt dat de
mate waarin de hoek van het stuur verandert,
en de snelheid van het voertuig voldoende
zijn om het wiel op te tillen, wordt er bijge-
remd en kan het motorvermogen worden
verminderd. Zo wordt de kans kleiner dat het
wiel wordt opgetild. ERM kan de kans op het
optillen van een wiel alleen verminderen
tijdens zeer ernstige of ontwijkende rijma-
noeuvres. Het systeem kan niet voorkomen
dat het wiel wordt opgetild als gevolg van
andere factoren, zoals de staat van de weg,
het verlaten van de rijbaan of het raken van
objecten of andere voertuigen.
OPMERKING:
Het ERM-systeem is uitgeschakeld wanneer
ESP in de stand "Full Off" (volledig uitge-
schakeld) staat (indien aanwezig). Raad-
pleeg het hoofdstuk "Elektronisch
stabiliteitsregelsysteem (ESP) voor een
uitgebreide uitleg over de beschikbare
ESP-modi.
WAARSCHUWING!
Met het BAS-systeem wordt niet
voorkomen dat de auto onderworpen blijft
aan de wetten van de natuur en het
systeem zorgt evenmin voor meer grip op
het wegdek. BAS kan geen ongevallen
voorkomen, zeker geen ongevallen die
worden veroorzaakt door te hoge snelheden
in bochten, het rijden op zeer glad
wegdek, of aquaplaning. Gebruik de
mogelijkheden van een auto met BAS
nooit op een roekeloze of risicovolle wijze
die de veiligheid van uzelf of anderen in
gevaar brengt.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 83