sin Lancia Voyager 2012 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: LANCIA, Model Year: 2012, Model line: Voyager, Model: Lancia Voyager 2012Pages: 376, PDF Size: 4.31 MB
Page 334 of 376

lingsbak worden gespoeld; uitsluitend
het goedgekeurde smeermiddel mag
worden gebruikt.LET OP!
Wanneer u een andere versnellings-
bakvloeistof gebruikt dan aanbevo-
len door de fabrikant, kan daardoor
de schakelwerking van de versnel-
lingsbak achteruitgaan en/of grijpt
de koppelomvormer schokkend aan.
Als u een transmissievloeistof ge-
bruikt die niet wordt aanbevolen
door de fabrikant, zullen de vloeistof
en het filter vaker moeten worden
vervangen. Zie "Vloeistoffen,
Smeermiddelen en Originele Onder-
delen" in "Onderhoud van uw voer-
tuig" voor meer informatie.
Speciale additieven
Automatische transmissievloeistof
(ATF) is een hoogwaardig product
waarvan de prestaties door additieven
nadelig kunnen worden beïnvloed.
Daarom raden we u aan geen additie-
ven aan de transmissievloeistof toe te
voegen. De enige uitzondering op deze
regel vormt het toevoegen van speci-
ale kleurstof om lekkage op te sporen. Gebruik ook geen vloeibare afdicht-
middelen omdat die juist schade aan
afdichtingen kunnen toebrengen.
LET OP!
Spoel uw versnellingsbak niet met
chemicaliën, omdat die de versnel-
lingsbak kunnen beschadigen. Der-
gelijke schade wordt niet gedekt
door de beperkte garantie van een
nieuw voertuig.
Vloeistofpeil controleren
De automatische transmissie met zes
versnellingen is een afgesloten ver-
snellingsbak zonder peilstok.
Het vloeistofpeil hoeft niet regelmatig
te worden gecontroleerd. Als u echter
merkt dat er sprake is van vloeistof-
lekkage of een defect in de versnel-
lingsbak, neemt u onmiddellijk con-
tact op met een erkende dealer om het
vloeistofpeil te laten controleren.
Wanneer u rijdt met een te laag vloei-
stofpeil, kan de levensduur van de
versnellingsbak sterk afnemen. Uw
dealer kan het vloeistofpeil controle-
ren met een speciale peilstok. Vraag uw dealer bij iedere onder-
houdsbeurt ook het peil van de trans-
missievloeistof te controleren.
Vloeistof verversen en filter vervangen
Raadpleeg "Onderhoudsschema"
voor de juiste onderhoudsintervallen.
Wanneer de versnellingsbak uit el-
kaar wordt genomen, moet de vloei-
stof en de filter worden vervangen.
VERZORGING VAN DE
AUTO EN BESCHERMING
TEGEN ROEST
Carrosserie en lak beschermen
tegen roest
De aandacht die aan de carrosserie
moet worden besteed is sterk afhan-
kelijk van de weersinvloeden en het
gebruik van de auto. Strooizout in de
winter en chemische producten die in
andere seizoenen op bomen en in weg-
bermen gespoten worden, hebben een
sterk corrosieve invloed op de carros-
serie. Buiten parkeren en blootstelling
aan schadelijke stoffen in de atmo-
sfeer en op de wegen, extreem warm
of koud weer en andere uitersten kun-
nen de lak, de sierlijsten en de be-
328
Page 335 of 376

schermende laag aan de onderzijde
van de auto beschadigen.
De onderstaande onderhoudsadvie-
zen helpen om de carrosserie van uw
auto gedurende lange tijd in optimale
conditie te houden.
Oorzaken van corrosie
Corrosie ontstaat door blootstelling
van het metaal aan weersinvloeden,
doordat de lak en beschermende coa-
tings op uw auto werden beschadigd
of loslieten.
De meest voorkomende oorzaken zijn:
strooizout, vuil en achterblijvenvan vocht
steenslag
insecten, teer en boomvocht
zilte lucht in kuststreken
zure regen en industriële vervuiling
Wassen
Was uw auto regelmatig. Was de auto steeds in de schaduw en ge-
bruik een mild reinigingsmiddel
dat geschikt is voor auto's. Spoel de
auto zorgvuldig af met schoon wa-
ter. Gebruik een hoogwaardige was om
olieaanslag en vlekken te verwijde-
ren en uw lakwerk te beschermen.
Zorg dat u geen krassen maakt op
de lak.
Gebruik geen bijtende producten en polijstmiddelen die de glans of
de dikte van het lakwerk kunnenaantasten.
LET OP!
Gebruik nooit schurende of sterke
reinigingsmiddelen zoals staalwol of
schuurpoeder, deze veroorzaken
krassen op het metaal en de lak.
Speciale verzorging
Spuit de onderzijde van de auto regelmatig schoon (minstens één
keer per maand) wanneer u op be-
pekelde of stoffige wegen rijdt.
Het is belangrijk dat de wateraf- voeropeningen onder in de portie-
ren en in de dorpellijsten vrij zijn en
open worden gehouden.
Als u steenslag of krassen in de lak ontdekt, werk dergelijke plekjes
dan meteen bij. Voor de kosten van dergelijke reparaties is de eigenaar
van de auto verantwoordelijk.
Wanneer de auto door bijvoorbeeld een ongeval schade heeft opgelopen
aan de lak en de beschermende coa-
ting, moet u deze zo spoedig moge-
lijk laten repareren. Voor de kosten
van dergelijke reparaties is de eige-
naar van de auto verantwoordelijk.
Wanneer u speciale ladingen met chemicaliën, kunstmest, zout, enz.,
vervoert, let dan goed op of alles
goed is verpakt en afgesloten.
Wanneer u vaak op grindwegen rijdt, adviseren wij om bij uw dealer
spatlappen te laten monteren.
Gebruik Touch Up Paint of een ge- lijkwaardig product om krassen zo
snel mogelijk bij te werken. Uw er-
kende dealer heeft de lakstift die
past bij uw lakkleur.
Verzorging van velgen enwieldoppen
Alle velgen en wieldoppen moeten re-
gelmatig worden gereinigd met een
milde zeep en water om corrosie tegen
329
Page 336 of 376

te gaan. Dit geldt vooral wanneer een
coating van aluminium of chroom isaangebracht.LET OP!
Gebruik geen schuurblokjes, staal-
wol, een harde borstel of metaal-
poets. Gebruik geen ovenreiniger.
Deze producten kunnen de be-
schermlaag van de velgen beschadi-
gen. Maak geen gebruik van auto-
matische wasinstallaties waarin
bijtende reinigingsproducten of
harde borstels worden gebruikt.
Deze beschadigen de beschermende
coating van de velgen. Gebruik uit-
sluitend goedgekeurde velgenreini-
gers of gelijkwaardige producten.
Reinigingsprocedure voor
vlekwerende stof (voor bepaaldeuitvoeringen/markten)
Vlekwerende stoelen kunnen op de
volgende wijze worden gereinigd:
Verwijder de vlek zo goed mogelijk door te deppen met een schone,
droge doek.
Dep de vlek vervolgens met een schone, vochtige doek. Voor hardnekkige vlekken brengt u
een milde zeepoplossing aan op een
schone, vochtige doek en verwijdert
u de vlek. Verwijder zeepresten met
een andere vochtige doek.
Verwijder vetvlekken met een reini- gingsmiddel van hoge kwaliteit en
een schone, vochtige doek. Verwij-
der zeepresten met een andere
vochtige doek.
Gebruik geen bijtende oplosmidde- len of enige andere vorm van be-
scherming op vlekwerende produc-ten.
Verzorging van het interieur
Oppervlakken van het instrumentenpaneel
De dashboardbekleding heeft een spe-
ciale antireflectielaag, zodat er geen
hinderlijke weerspiegelingen in de
voorruit ontstaan. Gebruik geen be-
schermproducten of andere middelen
die een hinderlijke weerspiegeling
veroorzaken. Gebruik zeepsop en
warm water om de antireflectielaag teherstellen. Reiniging van ledereninterieurbekleding
De kwaliteit van lederen bekleding
blijft het best behouden door te reini-
gen met een zachte doek die iets voch-
tig is. Stofdeeltjes of vuil kunnen een
schurend effect hebben en de lederen
bekleding beschadigen; verwijder
daarom direct met een vochtige doek.
Voorkom dat lederen bekleding wordt
doordrenkt met welke vloeistof dan
ook. Reinig uw lederen bekleding
nooit met polish, olie, reinigingsvloei-
stoffen, oplosmiddelen, afwasmidde-
len of schoonmaakmiddelen op am-
moniakbasis. Het gebruik van
speciale onderhoudsmiddelen voor le-
der is niet vereist om de originele kwa-
liteit te behouden.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit vluchtige oplosmid-
delen om te reinigen. Dergelijke stof-
fen zijn vaak gemakkelijk ontvlam-
baar en kunnen bij gebruik in
afgesloten ruimten ademhalingspro-
blemen veroorzaken.
330
Page 352 of 376

ONDERHOUDSSCHEMA
ONDERHOUDSSCHEMA — BENZINEMOTOR
De geplande onderhoudsbeurten in
dit instructieboekje moeten op de
aangeduide tijdstippen of kilometer-
standen worden uitgevoerd om u zo-
veel mogelijk voordeel, maximale be-
trouwbaarheid en prestaties te
bieden. Maar door vaak op het terrein
rijden, vele korte trips of andere
zware rijomstandigheden, kan een ex-
tra onderhoudsbeurt noodzakelijk
zijn om de auto in goede conditie te
houden. Inspectie en onderhoud kunt
u ook best laten uitvoeren iedere keer
u een defect vermoedt.
Het indicatiesysteem "Olie verversen"
herinnert u eraan dat uw auto een
onderhoudsbeurt nodig heeft.
Op voertuigen uitgerust met het elek-
tronische voertuigeninformatiecen-
trum (EVIC) wordt "Olie verversen"
weergegeven op het EVIC en er klinkt
een geluidssignaal om aan te geven
dat de olie ververst moet worden.
Het bericht "Olie verversen" licht op
bij ongeveer 11.200 km nadat de laat-ste oliebeurt werd uitgevoerd. Laat
het onderhoud zo snel mogelijk, bin-
nen 800 km, uitvoeren. OPMERKING:
Het bericht "Olie verversen"
weet niet wanneer de laatste
oliebeurt heeft plaatsgehad.
Ververs de olie van uw auto als
de laatste verversingsbeurt lan-
ger dan zes maanden geleden is,
ook wanneer het bericht "Olie
verversen" NIET oplicht.
Ververs de olie van uw auto va- ker als u de auto gedurende lan-
gere tijd gebruikt als terreinwa-gen.
Onder geen beding mogen de in- tervaltermijnen voor olieverver-
sing groter zijn dan 12.000 km of
6 maanden, afhankelijk van wat
eerst komt.
De erkende dealer stelt het bericht
"Olie verversen" opnieuw in nadat de
oliebeurt heeft plaats gehad. Als deze
geplande oliebeurt wordt verricht
door iemand anders dan uw erkende
dealer, kan het bericht worden terug-
gesteld door de stappen te volgen uit "Elektronisch voertuiginformatiecen-
trum" onder "de functies op uw dash-
board".
LET OP!
Als het vereiste onderhoud achter-
wege wordt gelaten, kan uw auto
hierdoor schade oplopen.
346
Page 355 of 376

werking van ruitenwissers/-sproeiers, stand en slijtage van
voor- en achterwisserbladen.
Na elke 3.000 km het motoroliepeil
controleren en indien nodig bijvullen.
Gebruik van auto onder zware omstandigheden
Als de auto hoofdzakelijk onder een
van de volgende omstandigheden
wordt gebruikt:
trekken van aanhangwagen of ca- ravan;
stoffige wegen;
herhaaldelijke korte ritten (minder dan 7-8 km) bij temperaturen on-
der het vriespunt;
motor draait vaak stationair, rijden van lange afstanden met lage snel-
heden of langere perioden zondergebruik.
U dient de volgende inspecties vaker
uit te voeren dan is aangegeven in hetonderhoudsschema:
remblokken vóór op conditie en slijtage contoleren; controleren of sloten van motorkap
en scharnieren schoon en vol-
doende gesmeerd zijn;
visuele controle uitvoeren van con- ditie van: motor, versnellingsbak,
pijpen en leidingen (uitlaat -
brandstofsysteem - remmen) en
rubberdelen (hoezen - manchetten
- bussen - enz.);
accustatus en het accuvloeistofni- veau (elektrolyt) controleren;
visuele controle uitvoeren van de conditie van de hulpaandrijfrie-men;
motorolie controleren en indien no- dig verversen en oliefilter vervan-gen;
pollenfilter controleren en indien nodig vervangen;
luchtfilter controleren en indien no- dig vervangen.
Onderhoudsschema — dieselmotoren
Om u de beste rijervaring te geven
heeft de fabrikant een specifiek on-
derhoudsschema opgesteld aan de hand waarvan u kunt zorgen dat uw
auto goed en veilig blijft rijden.
De fabrikant raadt aan deze onder-
houdsbeurten te laten uitvoeren bij de
dealer waar u de auto heeft gekocht.
De monteurs bij de dealer kennen uw
auto het beste en hebben toegang tot
informatie van fabrieksgetrainde spe-
cialisten, oorspronkelijke onderdelen
van Lancia en speciaal ontworpen
elektronische en mechanische instru-
menten waarmee kostbare reparaties
in de toekomst kunnen worden voor-komen.
De onderhoudsbeurten moeten wor-
den uitgevoerd zoals aangegeven in
dit hoofdstuk. OPMERKING:
Onder geen beding mogen de inter-
valtermijnen voor olieverversing
groter zijn dan 25.000 km of 12
maanden, afhankelijk van wat
eerst komt.
LET OP!
Als het vereiste onderhoud achter-
wege wordt gelaten, kan uw auto
hierdoor schade oplopen.
349
Page 356 of 376

Verplichte onderhoudsbeurten
Raadpleeg de onderhoudsschema's op de volgende pagina's voor de vereiste onderhoudsintervallen.
In duizenden kilometers20 40 60 80 100 120 140 160 180 200
Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120
Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof verversen
(of na 60 maanden)
Accustatus controleren en zo nodig bijladen.
Banden op conditie/slijtage controleren en banden-
spanning indien nodig corrigeren.
Werking van verlichting (koplampen, richtingaan-
wijzers, waarschuwingsknipperlichten, bagage-
ruimte, interieur, handschoenenkastje, waarschu-
wingslampjes instrumentenpaneel enz.)
controleren.
Controleer de werking van het ruitensproeiersys-
teem en stel, indien nodig, de sproeiers af.
Stand van wisserbladen voor/achter controleren en
wisserbladen op slijtage controleren.
Controleren of sloten van motorkap en kofferbak
schoon zijn en scharnieren schoon en voldoende
gesmeerd zijn.
Visuele controle uitvoeren van: carrosserie, bodem-
plaatbescherming, pijpen en leidingen (uitlaat -
brandstof - remmen), rubberdelen (hoezen, bussen,
manchetten enz.).
350
Page 358 of 376

In duizenden kilometers20 40 60 80 100 120 140 160 180 200
Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96 108 120
Remvloeistof verversen (of elke 24 maanden).
Pollenfilter vervangen.
* Ongeacht het aantal gereden kilo-
meters moet de distributieriem bij ge-
bruik onder bijzonder zware omstan-
digheden (koud klimaat,
stadsverkeer, langdurig stationair
draaien) om de 4 jaar worden vervan-
gen, en in alle overige gevallen ten
minste om de 5 jaar.
(**) Het feitelijke interval voor ver-
versing van de motorolie en vervan-
ging van het oliefilter is afhankelijk
van de gebruiksomstandigheden van
de auto. Dit interval wordt aangege-
ven door een waarschuwingslampje of
via een bericht op het instrumenten-
paneel, en mag maximaal 12 maan-
den bedragen. Periodieke controles
Na elke
1.000 km of voorafgaand aan
lange ritten het volgende controleren
en eventueel bijvullen:
koelvloeistof;
remvloeistof;
ruitensproeiervloeistof;
bandenspanning en staat van de banden;
werking van verlichting (koplam- pen, richtingaanwijzers, waarschu-
wingsknipperlichten, enz.);
werking van ruitenwissers/- sproeiers, stand en slijtage van
voor- en achterwisserbladen.
Na elke 3.000 km het motoroliepeil
controleren en indien nodig bijvullen. Gebruik van auto onder zwareomstandigheden
Als de auto hoofdzakelijk onder een
van de volgende omstandigheden
wordt gebruikt:
trekken van aanhangwagen of ca-
ravan;
stoffige wegen;
herhaaldelijke korte ritten (minder dan 7-8 km) bij temperaturen on-
der het vriespunt;
motor draait vaak stationair, rijden van lange afstanden met lage snel-
heden of langere perioden zondergebruik.
U dient de volgende inspecties vaker
uit te voeren dan is aangegeven in hetonderhoudsschema:
remblokken vóór op conditie en slijtage contoleren;
352
Page 360 of 376

WANNEER HET VOERTUIG HET
EINDE VAN DE LEVENSDUUR
HEEFT BEREIKT
LANCIA spant zich al vele jaren in
voor de bescherming van het milieu
door voortdurend de productiepro-
cessen te verbeteren en producten te
vervaardigen die het milieu steeds
minder belasten.
LANCIA wil zijn klanten de best mo-
gelijke service geven bij het naleven
van de milieuwetgeving en het vol-
doen aan de Europese richtlijn 2000/
53/EC inzake voertuigen aan het
einde van de levensduur. Daarom
biedt FIAT klanten de mogelijkheid
de auto* aan het einde van de levens-
duur bij FIAT in te leveren zonder
bijkomende kosten.
De Europese richtlijn bepaalt dat
wanneer het voertuig overgedragen
wordt, de laatste houder of eigenaar
geen kosten hoeft te betalen omdat de
marktwaarde nul of lager is.In alle landen van de Europese Unie
werden tot 1 januari 2007 alleen voer-
tuigen zonder kosten ingenomen die
waren geregistreerd na 1 juli 2002.
Sinds 1 januari 2007 is de inname
gratis voor alle voertuigen, onafhan-
kelijk van het jaar van registratie, zo-
lang het voertuig nog beschikt over de
basisonderdelen (met name de motor
en de carrosserie) en geen additionele
vervuiling heeft.
Als uw auto aan het einde van de
levensduur is en u wilt hem zonder
extra kosten inleveren, gaat u naar
een LANCIA-dealer of een door LAN-
CIA erkend inzamelings- en sloopbe-drijf.
Deze bedrijven zijn zorgvuldig gese-
lecteerd op de hoge kwaliteit van de
service bij het inzamelen, behandelen
en terugwinnen en hergebruiken van
ongebruikte auto's met inachtneming
van het milieu.
Meer informatie over deze
inzamelings- en sloopbedrijven is ver-
krijgbaar bij een LANCIA-dealer, via
het gratis telefoonnummer 00800
526242 00, of op de website vanLANCIA.
(*) Voertuig geschikt voor het vervoer
van maximaal negen personen en een
totaal toegelaten gewicht van 3,5t
354
Page 368 of 376

Dimschakelaar, koplamp . . . 130
Elektronisch
Stabiliteitsprogramma
(ESP) . . . . . . . . . . . . . . . . 266
Gevaarknipperlichten . . . . . 295
Grootlicht/dimmer . . . . . . . 133
Indicatielampje grootlicht . . 178
Instapverlichting . . . . . . . . . 18
Interieur . . . . . . . . . . . 129,130
Kaartleeslampjes . . . . . . . . 148
Knipperlichten . . . . . . . . . . 133
Koplampschakelaar . . . . . . 130
Koplampverstelling . . . . . . . 134
Licentie . . . . . . . . . . . . . . . 340
Mistlampen . . . . . . 132,178,339
Onderhoud . . . . . . . . . 337,338
Parkeerlichten . . . . . . . 130,338
Reserve . . . . . . . . . . . . . . . 339
Richtingaanwijzer . . 70,338,339
Service Engine Soon
(storingslampje) . . . . . . . . . 180
SmartBeams . . . . . . . . . . . 133Storingslampje
(motorcontrole) . . . . . . . . . 180
Tractiecontrole . . . . . . . . . . 266
Vervangen . . . . . . . . . . 337,338
Waarschuwing (Beschrijving
instrumentenpaneel) . . . . . . 178Waarschuwing aan
koplampen . . . . . . . . . . . . 132
Waarschuwing
brandstofniveau . . . . . . . . . 190
Waarschuwing lichten aan . . 132
Waarschuwing
rembekrachtiging . . . . . . . . 266
Waarschuwing remmen . . . . 182
Waarschuwing
veiligheidsgordel . . . . . . . . 183
Wachten om te starten . . . . 191
Zijknipperlichten . . . . . . . . 338
Lampjes vervangen . . . . . . . . 338
Lampjes, vervanging . . . . . 70,337
Lane Change Assist . . . . . . . . 133
LATCH-systeem (Onderste
bevestigingspunten en -banden
voor kinderzitjes) . . . . . . . . . . . 62
Lekke band vervangen . . . . . . 296
Lekken, vloeistof . . . . . . . . . . . 70
Levensduur van de banden . . . 271
Luchtfilter, motor
(luchtreinigingsfilter motor) . . 317
Make-upspiegeltjes . . . . . . . . . 82
Maximaal voertuiggewicht . . . 283
Maximale asbelasting . . . . . . . 284Meters Brandstof . . . . . . . . . . . . . 181 Snelheidsmeter . . . . . . . . . . 181
Temperatuur koelvloeistof . . 183
Toerenteller . . . . . . . . . . . . 178
Methanol . . . . . . . . . . . . . . . 280
Methanolbrandstof . . . . . . . . . 280
Mini-Trip Computer . . . . 184,194
Mistlamp bedienen . . . . . . . . . 339
Mistlampen . . . . . . . 132,178,339
Mobiele telefoon . . . . . . . . 88,226
Motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . 314 Aanbevelingen voor
inrijden . . . . . . . . . . . . . . . . 67
Brandstofvereisten . . . . . . . 341
Chassisnummer . . . . . . . . . 313
Interval olieverversing . . . . . 316
Keuze van de
motorolie . . . . . . . . . . 316,341
Koeling . . . . . . . . . . . . . . . 322
Koelvloeistof (antivries) . . . 342
Luchtfilter . . . . . . . . . . . . . 317
Motorruimte . . . . . . . . . . . 313
Olie . . . . . . . . . . . 316,341,342
Olie afvoeren . . . . . . . . . . . 317
Oliefilter afvoeren . . . . . . . . 317
Oliepeil controleren . . . . . . 316
Olievuldop . . . . . . . . . . . . . 314
Oververhitting . . . . . . . . . . 295
Starten . . . . . . . . . . . . . . . 245
Synthetische olie . . . . . . . . 316
362
Page 369 of 376

Temperatuurmeter . . . . . . . 183
Verdronken motor starten . . 247
Waarschuwing
uitlaatgassen . . . . . . . . . . 35,68
Wil niet starten . . . . . . . . . . 247
Motorkapontgrendeling . . . . . 128Multifunctionele
bedieningshendel . . . . . . . . . . 132
Muntenhouder . . . . . . . . . . . . 161 Navigatiesysteem
(uconnect™ gps) . . . . . . . 146,202
Noodgevallen, wat te doen Opkrikken . . . . . . . . . 296,300
Oververhitting van
de motor . . . . . . . . . . . . . . 295
Starten met startkabels . . . . 305
Waarschuwingsknipperlich-
ten . . . . . . . . . . . . . . . . . . 295
Octaangehalte van benzine
(brandstof) . . . . . . . . . . . 280,342
Olie, motor . . . . . . . . . . . 316,342 Aanbevolen . . . . . . . . . 316,341
Additieven . . . . . . . . . . . . . 316
Controleren . . . . . . . . . . . . 316
Filter . . . . . . . . . . . . . 317,342
Filter verwijderen . . . . . . . . 317
Interval olieverversing . . . . . 316 Synthetische . . . . . . . . . . . 316
Verwijderen . . . . . . . . . . . . 317
Viscositeit . . . . . . . . . . . . . 341
Vulhoeveelheid . . . . . . . . . . 341
Onderhoud van de auto . . . . . 328
Onderhoud van de
bekleding . . . . . . . . . . . . . . . 330
Onderhoud van de wielen en
wielversiering . . . . . . . . . . . . 329
Onderhoud, schuifdak . . . . . . 152
Onderhoud, werkwijze . . . . . . 315
Onderhoudsschema . . . . . 346,349
Onderhoudsvrije accu . . . . . . . 319
Onderste bevestigingspunten
en -banden voor kinderzitjes
(LATCH-systeem) . . . . . . . . . . 62
Opbergruimte . . . . . . . . . . . . 157
Opname, gebeurtenisgegevens . . 56
Opnieuw instellen
controlelampje olie
verversen . . . . . . . . . . . . 178,193
Opslag van het voertuig . . 239,336
Oververhitting van
de motor . . . . . . . . . . . . 184,295
Paraplurek . . . . . . . . . . . . . . 158
Parkeerhulp achter . . . . . . . . 140
Parkeerrem, handrem . . . . . . 260
Passeersignaal . . . . . . . . . . . . 133 Pedalen, verstelbaar . . . . . . . . 137Peilstokken
Automatische
versnellingsbak . . . . . . . . . 328
Motorolie . . . . . . . . . . . . . . 316
Stuurbekrachtiging . . . . . . . 259
Persoonlijke instellingen . . . . . 197
Plafondlamp . . . . . . . . . . . . . 130
Portierontgrendeling met
afstandsbediening . . . . . . . . . . 18
Portiersloten . . . . . . . . . . . . . . 22
Portiersloten, automatisch . . . . 24
Programmeerbare
elektronische onderdelen . . . . 197
Radiaalbanden . . . . . . . . . . . 268 Radiatorvuldop
(koelvloeistofdop) . . . . . . 323,324
Radio (geluidssystemen) . . . . . 202
Radio, afstandsbediening . . . . 225
Radio, bediening . . . . . . . . . . 226Reinigen Wielen . . . . . . . . . . . . . . . . 329
Reinigen van
glasoppervlakken . . . . . . . . . . 331Rem/versnellingsbak
vergrendeling . . . . . . . . . . . . 251
Remhulpsysteem . . . . . . . . . . 263
Remmen . . . . . . . . . . . . . . . . 326
363