display OPEL ASTRA K 2020 Gebruikershandleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2020, Model line: ASTRA K, Model: OPEL ASTRA K 2020Pages: 319, PDF Size: 27.37 MB
Page 113 of 319

Instrumenten en bedieningsorganen111Snel knipperen: richtingaanwijzer
kapot of bijbehorende zekering door‐ gebrand of richtingaanwijzers op
aanhangwagen kapot.
Vervangen van lampen 3 241.
Zekeringen 3 251.
Richtingaanwijzers 3 140.
Gordelverklikker
Gordelverklikker op de
voorstoelen
X van de bestuurdersstoel brandt of
knippert rood op de instrumenten‐
groep.
k van de passagiersstoel voorin
brandt of knippert rood op de dakcon‐ sole wanneer de stoel bezet is.
Brandt
Na het inschakelen van de ontste‐
king, totdat de veiligheidsgordel is
omgedaan.
Knippert
Na het starten van de motor gedu‐ rende maximaal 100 seconden totdat
de gordel is vastgemaakt.
Status veiligheidsgordel op
zitplaatsen achterin (auto's met
Midlevel-display)
X brandt of knippert wit of grijs op het
Driver Information Center, na het star‐ ten van de motor.
Brandt wit
De veiligheidsgordel is losgemaakt.
Brandt grijs
De veiligheidsgordel is vastgemaakt.
Knippert wit of grijs
Vastgemaakte veiligheidsgordel is
losgemaakt.
Veiligheidsgordel omdoen 3 60.Status veiligheidsgordel op
zitplaatsen achterin (auto's met
Uplevel-display)
X brandt groen of grijs of knippert
geel op het Driver Information Center, na het starten van de motor.
Brandt grijs
De veiligheidsgordel is losgemaakt.
Brandt groen
De veiligheidsgordel is vastgemaakt.
Knippert geel
Vastgemaakte veiligheidsgordel is
losgemaakt.
Veiligheidsgordel omdoen 3 60.
Airbag en gordelspanners v brandt rood.
Bij het inschakelen van het contact
brandt het controlelampje ca.
4 seconden. Brandt deze niet, dooft
deze niet na vier seconden of licht
deze tijdens het rijden op, dan is er een storing in het airbagsysteem. De
hulp van een werkplaats inroepen. De
Page 119 of 319

Instrumenten en bedieningsorganen117m brandt blauw
Adaptieve cruise control wordt gene‐
geerd wanneer het gaspedaal wordt
ingetrapt.
Bij het wegrijden met de auto door het gaspedaal in te trappen.
Voorligger gedetecteerd A brandt groen of geel.
Brandt groen Er is een voertuig in dezelfde rijstrook
gedetecteerd.
Brandt geelDe afstand tot een voorligger wordt te
kort of wanneer u een ander voertuig
te snel nadert.
Adaptieve cruisecontrol 3 186.
Frontaanrijdingswaarschuwing 3 195.
Voetgangersdetectie 7 brandt geel.
Het systeem detecteert een voetgan‐
ger vóór de auto.Snelheidsbegrenzer
L brandt wit of groen.
Brandt wit
Het systeem is ingeschakeld.
Brandt groen Snelheidsbegrenzer is actief. Inge‐
stelde snelheid wordt aangegeven bij
symbool L.
Snelheidsbegrenzer 3 185.
Verkeersbordherkenning
L geeft gedetecteerde verkeersbor‐
den als controlelampje weer.
Verkeersbordherkenning 3 215.
Portier open
h brandt rood.
Een portier of de achterklep is
geopend.Displays
Driver Information Center Het Driver Information Center is
ondergebracht in de instrumenten‐
groep.
Afhankelijk van de versie en de instru‐
mentengroep is het Driver Informa‐
tion Center verkrijgbaar als Basele‐
vel-display of Uplevel-display.
De indicatie op het Driver Information Center is afhankelijk van de uitrus‐
ting:
● kilometerteller en dagteller
● voertuiginformatie
● reis- / brandstofinformatie
● informatie over zuinig rijden
● boord- en waarschuwingsinfor‐ matie
● audio- en Infotainmentinformatie
● telefooninformatie
● navigatie-informatie
● auto-instellingen
Page 120 of 319

118Instrumenten en bedieningsorganenBaselevel-display
Menu’s en functies selecteren
U selecteert de menu’s en functies
met de knoppen op de richtingaanwij‐ zerhendel.
Druk op MENU om tussen de hoofd‐
menu's te schakelen of om vanuit een
submenu één niveau terug te gaan.
Draai aan het stelwiel om een
submenu van het hoofdmenu te
selecteren of om een numerieke
waarde in te stellen.
Druk op SET/CLR om een functie te
selecteren en te bevestigen.
Eventueel verschijnt er boord- en onderhoudsinformatie op het DriverInformation Center. Bevestig berich‐
ten door op SET/CLR te drukken.
Boordinformatie 3 126.
Hoofdmenu
Hoofdmenu's zijn:
● Rit- / brandstofinformatie, weer‐ gegeven door ;, zie onder‐
staande beschrijving.
● Voertuiginformatie, weergege‐ ven door ?, zie beschrijving
hieronder.
● Eco-informatie, weergegeven door @, zie beschrijving hier‐
onder.
Enkele van de weergegeven functies
zijn verschillend bij een rijdende of
stilstaande auto en bepaalde functies
zijn alleen actief als met de auto wordt gereden.
Page 121 of 319

Instrumenten en bedieningsorganen119Uplevel-display
Menu’s en functies selecteren
De menu's en functies kunnen
worden geselecteerd met de knoppen
rechts in het stuurwiel.
Druk op è om de hoofdmenupagina
te openen.
Blader door het hoofdmenu door op
è of é te drukken.
Bevestig een hoofdmenupagina met
Å .
Druk op å of ä om door submenupa‐
gina's van de momenteel geselec‐
teerde hoofdmenuoptie te bladeren.
Gebruik deze toetsen ook voor het
wijzigen van een numerieke waarde.
Druk op Å om een functie te selec‐
teren of een vakje in een dialoogven‐ ster aan te vinken.
Eventueel verschijnt er boord- en
onderhoudsinformatie op het Driver Information Center. Bevestig berich‐
ten door op Å te drukken.
Boordinformatie 3 126.
Hoofdmenu
Hoofdmenu's zijn:
● Dagteller-/brandstofinformatie, weergegeven door Info.
● Audio-informatie, weergegeven door Audio .
● Navigatie-informatie, weergege‐ ven door Navigatie.
● Telefoon-informatie, weergege‐ ven door Telefoon.
● Voertuiginformatie, weergege‐ ven door Opties.
Enkele van de weergegeven functies zijn verschillend bij een rijdende of
stilstaande auto en bepaalde functies
zijn alleen actief als met de auto wordt gereden.
Instrumentengroep Uplevel kan
worden weergegeven als Sportmo‐
dus of Tourmodus. Zie het menu
Opties , Weergave .
Page 122 of 319

120Instrumenten en bedieningsorganenMenu Info, ; of "
De onderstaande lijst bevat alle
mogelijke pagina's van het menu Info. Sommige zijn voor uw specifieke auto
wellicht niet beschikbaar. Afhankelijk
van het display zijn sommige functies weergegeven als symbool.
● Snelheid
● Rit 1 /Rit A , met daarin:
Afstand
Brandstofverbruik / Gemiddeld
brandstofverbruik
Gemiddelde snelheid
● Rit 2 /Rit B , met daarin:
Afstand
Brandstofverbruik / Gemiddeld
brandstofverbruik
Gemiddelde snelheid
● Brandstof /Brandstof informatie ,
met daarin:
Rijbereik
Huidig brandstofverbruik
● Resterende levensduur van de
olie
● Bandenspanning●Timer
● Verkeerstekengeheugen
● Volgafstand
● Rijhulp
● Topverbruikers
● Economy trend
● ECO index
● AdBlue niveau
Op het Baselevel-display verschijnen de pagina's Resterende levensduur
van de olie , Bandenspanning ,
Volgafstand , Verkeerstekengeheu‐
gen , AdBlue niveau , Draagvermogen
banden en Snelheidswaarschuwing
in het menu Voertuiginformatie,
selecteer ?.
Snelheid
Digitale weergave van de huidige snelheid.
Dagteller 1/A of 2/B
Op twee onafhankelijke pagina's 1/A en 2/B verschijnen de huidige
afstand, het gemiddelde brandstof‐
verbruik en de gemiddelde snelheid
sinds een bepaalde reset.De dagteller telt op tot een afstand
van 9.999 km en begint dan weer bij
0.
Druk voor terugzetten op Baselevel
op Å en bevestig het terugzetten.
Druk op een Uplevel-display op é en
bevestig met Å. Hiermee worden
alleen de waarden op de momenteel weergegeven pagina teruggezet. De
andere dagtellerpagina blijft buiten
beschouwing.
Brandstof /Brandstof informatieRijbereik
De actieradius wordt op basis van het aanwezige tankpeil en het momen‐
tane verbruik berekend. Op het
display verschijnen gemiddelde
waarden.
Na het tanken wordt de nieuwe actie‐ radius na korte tijd automatisch bijge‐
werkt.
Wanneer het brandstofpeil in de tank
laag is, verschijnt er een bericht op
het display en controlelampje Y op de
brandstofmeter gaat branden.
Page 123 of 319

Instrumenten en bedieningsorganen121Wanneer er onmiddellijk moet
worden bijgetankt, verschijnt er een
waarschuwingsbericht dat op het
display blijft staan. Daarbij gaat
controlelampje Y op de brandstofme‐
ter knipperen 3 115.Huidig brandstofverbruik
Weergave van het actuele verbruik.
Resterende levensduur van de olie
Geeft een schatting van de levens‐
duur van de olie. Het getal in % staat
voor de resterende levensduur van
de olie 3 109.
Bandenspanning
Controleert de bandenspanning van
alle banden onderweg 3 261.
Timer
Baselevel-display: tijdklok starten en
stoppen met Å. Zet terug door Å
vast te houden wanneer de tijdklok
niet werkt.
Uplevel-display: Druk voor starten of stoppen van de tijdklok weer op Å en
Å . Druk voor terugzetten op Å, kies
Resetten en bevestig met Å.
Verkeerstekengeheugen
Geeft de waargenomen verkeersbor‐
den tijdens het huidige traject weer
3 215.
Volgafstand
Geeft de afstand tot een rijdende voorligger weer 3 197. Als de adap‐
tieve cruisecontrol actief is, geeft deze pagina in plaats daarvan de
ingestelde afstand tot voorligger
weer.
Rijhulp
Hier ziet u de status van diverse
bestuurdersondersteuningssyste‐
men:
Adaptieve cruise control 3 186.
Frontaanrijdingswaarschuwing
3 195.
Lane Keep Assist 3 219.
AdBlue niveau
Toont het peil in de AdBlue-tank 3 170.Eco-informatiemenu, @
● Topverbruikers
● Economy trend
● ECO index
Bij een Uplevel-display verschijnen
de pagina's Topverbruikers ,
Economy trend en ECO index in het
menu Info, zie hierboven.
Topverbruikers
Lijst met grootste momenteel inge‐
schakelde comfortgebruikers
verschijnt in aflopende volgorde. De
mogelijke brandstofbesparing wordt
aangegeven.
In bepaalde omstandigheden acti‐
veert de motor de achterruitverwar‐ ming automatisch om de motor
zwaarder te belasten. In dat geval
wordt de achterruitverwarming
aangeduid als een van de grootste
verbruikers, zonder dat de bestuurder
deze heeft geactiveerd.
Page 124 of 319

122Instrumenten en bedieningsorganenEconomy trend
Toont de ontwikkeling van het gemid‐
delde verbruik over een afstand van
50 km. Gevulde segmenten tonen het
verbruik in stappen van 5 km en tonen de invloed van het terrein of het rijge‐drag op het brandstofverbruik.
ECO index
Het gemiddelde brandstofverbruik
wordt weergegeven op een zuinig‐
heidsschaal. Pas omwille van een
zuinig verbruik de rijstijl zodanig aan
dat de indicator binnen de groene
zone blijft. Hoe dichter de indicator de
rode zone nadert, hoe hoger het
brandstofverbruik. Tegelijkertijd
wordt de gemiddelde verbruiks‐
waarde weergegeven.
Afhankelijk van de autoversie toont
de Eco-index waarden voor dagteller‐ pagina A/1 of de actuele rijcyclus. In
het laatste geval wordt de volgende
keer dat u het contact inschakelt de
indicator gereset.
Audio-menu G
Hier kunt u naar muziek zoeken, uit favorieten selecteren of van audio‐
bron wisselen.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.
Telefoon-menu $
Hier kunt u telefoongesprekken behe‐
ren en voeren, door contactpersonen scrollen of handsfree bellen.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.
Navigatie-menu §
Hiermee schakelt u de routebegelei‐
ding in.Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.
Menu Voertuiginformatie, ?,
Opties of %
De onderstaande lijst bevat alle
mogelijke pagina's van het Optie‐
menu. Sommige zijn voor uw speci‐
fieke auto wellicht niet beschikbaar.
Afhankelijk van het display zijn
sommige functies weergegeven als
symbool.
● Eenheden
● Weergave
● Opties info pagina
● Opties home pagina
● Adaptieve cruise control
● Snelheidswaarschuwing
● Draagvermogen banden
● Meters
● Software informatie
● AdBlue niveau
Eenheden
Selecteer het displayeenhedenstel‐
sel: Engels of metriek.
Page 125 of 319

Instrumenten en bedieningsorganen123Weergave
Druk op é en selecteer de Sport- of
Touringmodus. In de Sportmodus is
er meer boordinformatie, in de Tour‐
modus is er meer media-informatie.
Deze instelling is alleen beschikbaar
bij een Uplevel-display.
Opties info pagina
Er verschijnt een lijst met alle pagina's in het menu Info, zie hierboven.
Selecteer de pagina's die moeten
worden weergegeven in het menu
Info. Geselecteerde pagina's hebben
een 0. Niet zichtbare functies
hebben een leeg aankruisvakje.
Opties home pagina
Selecteer welke waarden op de start‐
pagina van het Driver Information
Center verschijnen, bijv. snelheid of
actieradius.
Adaptieve cruise control
Activeert of deactiveert de adaptieve
cruisecontrol 3 186.Snelheidswaarschuwing
Op de snelheidswaarschuwingspa‐
gina kunt u een snelheid instellen die u niet wilt overschrijden.
U kunt de maximumsnelheid alleen
instellen wanneer de snelheidswaar‐
schuwing is geactiveerd. Na het
instellen van de snelheid kan deze functie worden uitgeschakeld door
tijdens het bekijken van deze pagina
op Å te drukken. Als de geselec‐
teerde maximumsnelheid wordt over‐ schreden, verschijnt er een pop-
upwaarschuwing en klinkt er een
geluidssignaal.
Draagvermogen banden
De categorie bandenspanning
volgens de huidige bandenspanning
kan worden geselecteerd 3 261.Meters
● Olietemperatuur
Geeft de motorolietemperatuur in
graden Celsius weer.
● Accuspanning
Geeft de accuspanning weer. Bij
een draaiende motor kan de
spanning variëren tussen 12 en
15,5 V. Bij een hoge elektrische
belasting is een tijdelijke span‐ ning lager dan 12 V mogelijk.
● AdBlue
Geeft het peil in de AdBlue-tank
weer 3 170.
Page 126 of 319

124Instrumenten en bedieningsorganen●IFE-AFE
Geeft zowel het huidige als het gemiddelde brandstofverbruik
weer.
● Rijbereik
Geeft de gemiddelde actieradius
op de resterende hoeveelheid
brandstof in de tank weer.
● Lege pagina
Geeft een lege meter weer.
Software-informatie
Geeft informatie over open source-
software weer.
Info-Display
Het Info-Display zit in het instrumen‐ tenpaneel bij de instrumentengroep.
Afhankelijk van de voertuigconfigura‐ tie heeft de auto een van de volgendeInfotainmentsystemen:
● Multimedia
of
● Multimedia Navi
of
● Multimedia Navi ProOp het Info-Display kan het volgende
worden aangegeven:
● tijd 3 99
● buitentemperatuur 3 99
● datum 3 99
● Infotainmentsysteem, zie beschrijving in de handleidingInfotainment
● instellingen klimaatregeling 3 148
● achteruitkijkcamera 3 213
● parkeerhulpinstructies 3 203
● navigatie, zie beschrijving in de handleiding Infotainment
● systeemberichten
● persoonlijke instellingen 3 127
Multimedia Navi Menu's en instellingen selecteren
Via het display krijgt u toegang tot de
menu's en instellingen.
Druk op ) om het display in te scha‐
kelen.
Druk op ! om het startscherm weer
te geven.
Raak met een vinger het gewenste
pictogram in het scherm aan.
Raak een pictogram aan om die func‐ tie te selecteren.
Raak 1 aan om naar het bovenlig‐
gende menu terug te keren.
Druk op ! om terug naar het start‐
scherm te gaan.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.
Persoonlijke instellingen 3 127.
Page 127 of 319

Instrumenten en bedieningsorganen125Multimedia / Multimedia Navi ProMenu's en instellingen selecteren
Het display werkt op drie manieren:
● via toetsen onder het display
● door bediening van het aanraak‐ scherm
● via spraakherkenningBediening met toetsen
Druk op ) om het display in te scha‐
kelen.
Druk op ! om het startscherm weer
te geven.
Druk op BACK om een menu af te
sluiten zonder een instelling te wijzi‐
gen.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.Bediening met aanraakscherm
U schakelt het display in door op ) te
drukken. Raak ! aan om het start‐
scherm te selecteren.
Tik met een vinger op het gewenste
displaypictogram van het menu of
selecteer met de vinger een functie.
Scrol met de vinger omhoog of
omlaag door een langere submenu‐
lijst.
Bevestig een gewenste functie of
selectie door deze aan te raken.
Tik op O om een menu af te sluiten
met opslaan van de gewijzigde instel‐ ling.
Tik op & om een menu te verlaten
zonder op te slaan.
Raak ! aan om terug naar het start‐
scherm te gaan.
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor meer informatie.Spraakherkenning
Raadpleeg de handleiding Infotain‐
ment voor de beschrijving.
Persoonlijke instellingen 3 127.