USB OPEL VIVARO B 2017.5 Handleiding Infotainment (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: OPEL, Model Year: 2017.5, Model line: VIVARO B, Model: OPEL VIVARO B 2017.5Pages: 143, PDF Size: 1.98 MB
Page 42 of 143

42InleidingOverzicht bedieningaanraakschermen
Het display van het Infotainmentsys‐
teem (NAVI 50, NAVI 80 IntelliLink)
heeft een aanraakgevoelig oppervlak voor rechtstreekse interactie met de
getoonde menubedieningsorganen.Voorzichtig
Gebruik geen puntige of harde
voorwerpen zoals balpennen,
potloden of iets soortgelijks voor
het aanraakscherm.
Een schermtoets of menuoptie
selecteren of activeren
Druk op een schermtoets of menu‐
optie.
● Bij kort aanraken activeert u de geselecteerde optie.
● Aanraken en vasthouden om een
geselecteerde optie op te slaan.
De betreffende systeemfunctie wordt geactiveerd, er verschijnt een bericht
of een submenu met verdere opties.
Let op
In de volgende hoofdstukken
worden de stappen voor het selec‐
teren en activeren van een scherm‐
toets of een menuoptie via het
aanraakscherm beschreven als
"...selecteer
Door lijsten scrollen
Als er meer items zijn dan er op het
scherm kunnen worden weergege‐
ven, dan moet u door de lijst bladeren.
Om te bladeren door een lijst met
menuopties, raakt u S of R boven- en
onderaan de schuifbalk aan.
U bladert snel door een lijst door S of
R aan te raken en vast te houden.
Let op
In de volgende hoofdstukken
worden de stappen voor het blade‐
ren naar een optie uit de lijst via het
aanraakscherm beschreven als
"...blader naar
Raak ergens de kaart aan. De cursor
geeft de huidige positie aan. Om de
kaart te verschuiven, sleept u de kaart
in de gewenste richting.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een
constante snelheid.
Popupmenu's
Raak om pop-upmenu's met extra
opties te openen < aan.
Raak om een pop-upmenu af te slui‐
ten zonder naar een optie te gaan of wijzigingen aan te brengen het
scherm ergens buiten het pop-
upmenu aan.
Geluidsinstellingen R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Klankinstellingen
In het audio-instellingenmenu kunnen
de toonkarakteristieken worden inge‐ steld.
Page 44 of 143

44Inleiding●BAL/FAD
Raak afhankelijk van de versie l aan om het submenu voor de
volumeverdeling en de geluidsin‐ stellingen te openen.
Aan de linkerkant van het display past u de balans links/rechts metk /l en de balans voor/achter
met R/S (mits aanwezig) aan.
Aan de rechterkant van het
display past u de toonregeling
van de Bass, Mid en Treble aan
(tussen -5 en +5) met k/l .
Raak OK aan om de wijzigingen
te bevestigen.
● Geluid
Raak afhankelijk van de versie l aan om het submenu voor de
volumeverdeling en de geluidsin‐ stellingen te openen.
Aan de linkerkant van het display
past u de balans links/rechts met k /l en de balans voor/achter
met R/S (mits aanwezig) aan.
Aan de rechterkant van het
display past u de toonregelingvan de Bass, Mid en Treble aan
(tussen -5 en +5) met k/l .
Raak OK aan om de wijzigingen
te bevestigen.
Voor andere versies van het
geluidsubmenu (waar het volume
apart kan worden ingesteld voor
een lijst met audiotypen) kunt u
(NAVI 50 IntelliLink) "Volume-
instellingen" raadplegen 3 44.
NAVI 80 IntelliLink -
Geluidsinstellingen
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 45.
Volume-instellingen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Volume-instellingen
Druk op SETUP voor toegang tot het
instellingenmenu.
Selecteer Audio-instellingen , vervol‐
gens Snelh.-vol. en draai aan OK
totdat de gewenste instelling is gese‐
lecteerd.NAVI 50 IntelliLink - Volume-
instellingen
Om te allen tijde naar het instellingen‐
menu te gaan, raakt u 7 aan, gevolgd
door ÿInstelling(en) .
De volgende submenu's voor de
instellingen verschijnen:
● Audio
Zie "Audio-instellingen" hieron‐
der.
● Beeldscherm
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 45.
● Bluetooth
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 45.
● Systeem
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 45.Audio-instellingen
Selecteer Audio voor de volgende
opties:
● Volume/snelheid (Uit/1/2/3/4/5)
Page 45 of 143

Inleiding45Het volume neemt toe wanneer
de snelheid van de auto toene‐ emt om wind en weggeluid te
compenseren.
Volume dat voor snelheid
gecompenseerd is, kan uitge‐ schakeld worden of de mate van
volumeaanpassing kan worden
ingesteld.
● Loudness (Aan/Uit)
Schakel loudness in om het
niveau lage en hoge tonen te
verhogen.
● BAL/FAD
Raadpleeg (NAVI 50 IntelliLink)
"Geluidsinstellingen" 3 42.
● Geluid
Raak l aan om het submenu
Audiovoorkeuren te openen.
Afhankelijk van de versie kan het volume van verschillende audio‐
typen apart worden ingesteld,
bijv. audio, verkeersberichten
(TA), navigatie-instructies,
handsfree-telefoonsysteem en
beltoonniveaus. Raak ]/< aan
om het volume van elk audiotype
af te stellen.Raak zo nodig
Standaardinstellingen herstellen aan om alle volumes op de
fabrieksinstellingen terug te
zetten.
Voor andere versies van het
geluidsubmenu kunt u
(NAVI 50 IntelliLink) "Geluidsin‐
stellingen" raadplegen 3 42.
NAVI 80 IntelliLink - Volume-
instellingen
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Systeeminstellingen" 3 45.
Systeeminstellingen R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Systeeminstellingen
Druk op SETUP en ga naar het instel‐
lingenmenu door aan OK te draaien
en deze in te drukken.
Wanneer systeeminstellingen zijn veranderd, drukt u op SETUP om het
menu af te sluiten en de veranderin‐gen op te slaan. Na een vertraging
slaat het systeem ook automatisch op
en sluit af.Klok instellen
Systeemklok en notatie van de tijd‐
weergave instellen, selecteer Klok.
Selecteer de gewenste instelling door
aan OK te draaien en deze in te druk‐
ken.Systeemtaal wijzigen
Verander de taal van het display door
naar het menu Taal te gaan. Selec‐
teer een taal uit de lijst door aan OK
te draaien en deze in te drukken.Standaard systeeminstellingen
herstellen
Om de standaardwaarden van de
systeeminstellingen te herstellen,
selecteert u Fabrieksinstellingen door
aan OK te draaien en deze in te druk‐
ken. Bevestig de wijziging door na de
vraag weer op OK te drukken.
NAVI 50 IntelliLink -
Systeeminstellingen
Om te allen tijde naar het instellingen‐ menu te gaan, raakt u 7 aan, gevolgd
door ÿInstelling(en) .
Page 51 of 143

Radio51RadioGebruik........................................ 51
Zender zoeken ............................. 53
Autostore-lijsten ........................... 55
Radio Data System (RDS) ...........56
Digital Audio Broadcasting ..........59Gebruik
Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Bedieningselementen
De belangrijkste toetsen voor het
bedienen van de radio zijn:
● RADIO : Radio activeren,
frequentiebereik wijzigen
● 2 3 : Zender zoeken
● OK: Frequentie wijzigen
● Zendertoetsen 1...6: Voorkeur‐ zendertoetsen● SETUP : Systeeminstellingen,
zenders automatisch opslaan
● TEXT : Radiotekstinformatie
weergeven
Radio activeren
Druk op RADIO om de audiobron op
radio over te schakelen.
De voorheen geselecteerde zender
wordt nu ontvangen.
Frequentiebereik selecteren
Druk herhaalde malen op RADIO om
tussen de beschikbare frequentiebe‐
reiken te schakelen (bijv. FM1, FM2,
AM).
De voorheen geselecteerde zender in dat frequentiebereik wordt ontvan‐
gen.
NAVI 50 IntelliLink -
Bedieningsorganen
Gebruik het aanraakscherm om de
radio te bedienen.
Page 53 of 143

Radio53●> : frequentie in stappen van
verlagen of verhogen.
● ↑/↓: door de zenderlijst blade‐ ren.
Radio activeren
Om vanuit de startpagina naar de
radio te gaan, raakt u MENU aan,
gevolgd door Multimedia en Radio .
De volgende modi zijn beschikbaar: ● Voorkeur :
De opgeslagen favoriete radio‐ zenders verschijnen.
● Lijst :
Er verschijnt een alfabetische lijst met beschikbare radiozenders
(maximaal 50 zenders).
Let op
Radiozenders zonder RDS: alleen
de frequentie wordt weergegeven.
Deze zenders verschijnen onderaan in de lijst.
● Frequentie :
Zoek handmatig of automatisch
door het geselecteerde frequen‐ tiebereik te scannen.Frequentiebereik selecteren
Raak het tabblad FM/AM /DR in de
linkerbovenhoek van het display aan
om tussen de frequentiebereiken om
te schakelen.
De voorheen geselecteerde zender in dat frequentiebereik wordt ontvan‐
gen.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Automatisch zender zoeken
Druk kort op 2 of 3 om naar de
volgende te ontvangen zender in het
huidige frequentiebereik te zoeken.
Als geen zender wordt gevonden,
gaat het automatisch zoeken door tot 2 of 3 nogmaals wordt ingedrukt.
NAVI 50 IntelliLink - Automatisch
zender zoeken
Raak l of m aan om naar de
volgende te ontvangen zender in het
huidige frequentiebereik te zoeken.Als geen zender wordt gevonden,
gaat het automatisch zoeken door tot
l of m weer wordt aangeraakt.
NAVI 80 IntelliLink - Automatisch
zender zoeken
Raak Y of Z aan om naar de
volgende te ontvangen zender in het
huidige frequentiebereik te zoeken.
Als geen zender wordt gevonden,
gaat het automatisch zoeken door tot
Y of Z weer wordt aangeraakt.
Handmatig zender zoeken
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Handmatig zender zoeken
Selecteer het gewenste frequentiebe‐
reik en houd vervolgens 2 of 3
ingedrukt om het geselecteerde
frequentiebereik te scannen.
Laat de toets los wanneer u vlakbij de gewenste frequentie bent. Er wordt
dan automatisch gezocht naar de
volgende te ontvangen zender endeze wordt automatisch afgespeeld.
Draai aan OK om de frequentie in
stappen te wijzigen.
Page 55 of 143

Radio55De alfabetische lijst bevat maximaal
50 radiozenders met de beste
ontvangst. Deze lijst kan te allen tijde
worden bijgewerkt; raadpleeg "Auto‐
store-lijsten" 3 55.
NAVI 80 IntelliLink - Handmatig
zender zoeken
Selecteer het gewenste frequentiebe‐
reik en raak vervolgens < of > aan om
de frequentie in stappen te verlagen
of te verhogen.Opgeslagen zender zoeken
Hiermee kunt u radiozenders oproe‐
pen die u voorheen hebt opgeslagen.
Om een zender op te slaan, selec‐
teert u het gewenste frequentiebereik en de zender, waarna u Voorkeur
aanraakt om de opgeslagen favorie‐ ten te bekijken.
Raak de gewenste locatie aan en houd deze ingedrukt tot u een piep‐
toon hoort. De frequentie of naam van de radiozender verschijnt op de favo‐
riete locatie, wat betekent dat de
zender is opgeslagen. Voor elk
frequentiebereik kunnen 6 zenders
worden opgeslagen.In plaats daarvan kunt u het gewenste
frequentiebereik selecteren en
vervolgens Frequentie of Lijst selec‐
teren. Raak < aan om een pop-
upmenu te openen en selecteer
Opslaan als voorkeur . Raak de
gewenste locatie aan en houd deze
ingedrukt tot u een pieptoon hoort.Een opgeslagen zender oproepen
Om een zender weer op te vragen,
selecteert u het gewenste frequentie‐ bereik, waarna u Voorkeur aanraakt
om de opgeslagen favorieten te bekij‐
ken en selecteert u de gewenste radi‐ ozender.Naar radiozendernaam (alleen FM)
zoeken
Selecteer de FM-frequentieband en raak vervolgens Lijst aan voor een
alfabetische lijst van de beschikbare
radiozenders.
Raak ↑ of ↓ aan om handmatig naar
de gewenste zendernaam te zoeken. De frequentie kan worden weergege‐ ven als de zendernaam niet beschik‐
baar is.De alfabetische lijst bevat maximaal
50 radiozenders met de beste
ontvangst. Deze lijst kan te allen tijde worden bijgewerkt; raadpleeg "Auto‐
store-lijsten" 3 55.
Autostore-lijsten De zenders met de beste ontvangst in
een frequentiebereik kunnen met de
autostore-functie automatisch
worden opgezocht en opgeslagen.
Automatische zenderopslag
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Automatische zenderopslag
Het FM-frequentiebereik heeft een
automatische autostore-lijst (AST),
waar zes zenders kunnen worden opgeslagen.
Houd tijdens het beluisteren van de
radio RADIO ingedrukt: De zes
zenders met de beste ontvangst
worden automatisch opgeslagen in
AST.
Page 56 of 143

56RadioLet op
Vanwege de signaalsterkte worden
er wellicht minder dan zes zenders opgeslagen.
Zender oproepen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Zender oproepen
Selecteer het gewenste frequentiebe‐
reik en druk dan even op de
toets 1...6 om een opgeslagen zender op te roepen.
Roep een zender op de Autostore-lijst
(AST) op door tijdens het beluisteren
van de radio via kort indrukken van
SETUP de modus AST te activeren.
De voorheen geselecteerde zender
wordt nu ontvangen. Druk kort op
zendertoets 1...6 op een andere
opgeslagen zender op de Autostore-
lijst op te roepen.
Handmatig zenderlijst bijwerken
Zenders kunnen ook handmatig in de
Autostore-lijsten worden opgeslagen.Let op
Alleen beschikbaar bij
NAVI 50 IntelliLink,
NAVI 80 IntelliLink.
Om de lijst met zenders bij te werken
en de meest recente te verkrijgen,
activeert u het bijwerken van het
systeem handmatig. Afhankelijk van
het Infotainmentsysteem wordt het
geluid wellicht onderdrukt tijdens een
handmatige update.
NAVI 50 IntelliLink - Handmatig
zenderlijst bijwerken
Raak Opties aan, blader omlaag naar
Lijst bijwerken en selecteer dan Start;
Bijwerken ... verschijnt op het display
tot de update is voltooid.
Let op
Als DAB beschikbaar is, wordt
aanbevolen om de lijst met DAB-
zenders handmatig bij te werken
wanneer het systeem ingeschakeld
is.NAVI 80 IntelliLink - Handmatig
zenderlijst bijwerken
Raak op de startpagina MENU
daarna Multimedia aan, gevolgd door
Instellingen . Selecteer Radio en
blader omlaag naar Zenderlijst
bijwerken .
Selecteer anders (afhankelijk van de
versie) Multimedia gevolgd door
Radio en kies een van de volgende
modi:
● Voorkeur
● Lijst
● Frequentie
Raak daarna < aan om een pop-
upmenu te openen en selecteer
Zenderlijst bijwerken .
Radio Data System (RDS)
RDS is een FM-zender die u de
gewenste zender helpt vinden en
storingsvrije ontvangst ervan verze‐
kert.
Page 57 of 143

Radio57Voordelen van RDS● De programmanaam van de gekozen zender verschijnt op hetdisplayscherm in plaats van de
frequentie ervan.
● Tijdens het automatisch zoeken naar een zender stemt het info‐
tainmentsysteem uitsluitend af
op RDS-zenders.
● Het infotainmentsysteem stelt met behulp van AF (Alternative
Frequency) altijd automatisch af
op de zendfrequentie met de beste ontvangst van de gekozen
zender.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
RDS-functies
RDS configureren
Druk op SETUP en draai aan OK om
het menu RDS te openen. Druk op de
knop om te selecteren.
Draai aan de draaiknop om RDS
SETUP te selecteren.RDS in-/uitschakelen
Druk op Opties op het displayscherm.
U kunt de volgende instellingen wijzi‐
gen:
Schakel RDS-AF in/uit door op OK te
drukken. AF verschijnt op het display‐
scherm wanneer RDS actief is.
Tekstinformatie (radiotekst)
Bepaalde FM-zenders versturen
tekstinformatie die betrekking heeft
op het uitgezonden programma (bijv.
naam van een nummer).
Druk op SETUP en draai aan OK om
het menu Radiotekst te openen.
Draai aan de draaiknop om Radio te
selecteren en druk op de knop om
deze informatie te bekijken.NAVI 50 IntelliLink - RDS-functies
RDS configureren
Selecteer Opties. U kunt de volgende
instellingen wijzigen:
● RDS (Aan/Uit)
Schakel de ionisator uit als deze
niet nodig is.
● TA (Aan/Uit)
Zie hieronder.
● Regio /AF (Aan/Uit)
Zie hieronder.
● Nieuws (Aan/Uit)
Zie hieronder.
● AM (Aan/Uit)
Schakel de ionisator uit als deze
niet nodig is.
● Lijst bijwerken (start)
Zie (NAVI 50 IntelliLink) "Auto‐
store-lijsten" 3 55.
Page 62 of 143

62CD-speler● Vuil en vloeistof op de cd'skunnen de lens van de audiospe‐
ler binnen in het apparaat vies
maken en storingen veroorza‐
ken.
● Bescherm cd's tegen warmte en direct zonlicht.
● De volgende beperkingen gelden
voor mp3/wma-cd's:
Alleen mp3-bestanden en wma- bestanden kunnen worden gele‐
zen.
Maximale mapstructuurdiepte:
11 niveaus.
Maximaal aantal mp3- en/of
wma-bestanden dat kan worden opgeslagen: 1000 bestanden.
Toepasbare afspeellijst-exten‐
sies: .m3u, .pls.
De afspeellijstitems moeten als
relatieve paden zijn opgemaakt.
● De bediening van de mp3- en wma-bestanden is identiek.
Wanneer een cd met wma-
bestanden wordt geplaatst,
worden mp3-gerelateerde
menu's weergegeven.Gebruik
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Gebruik cd-speler
CD afspelen starten
Schakel het Infotainmentsysteem in
(door op m te drukken) en duw de cd
met de bedrukte zijde naar boven in de cd-sleuf totdat deze erin getrokken
is: het afspelen van de cd start auto‐
matisch.
Als er reeds een cd in de speler is,
drukt u herhaalde malen op MEDIA
totdat de gewenste audiobron gese‐
lecteerd is: het afspelen van de cd
wordt gestart.
Let op
Afhankelijk van de op de audio- of
mp3-cd opgeslagen gegevens wordt verschillende informatie over de cd
en de actuele muziektrack op het
display weergegeven.
Album of nummer selecteren
Draai aan BROWSE om een album of
een nummer uit de lijst te selecteren.
Druk op de knop om een keuze te
maken.Naar de volgende of vorige track gaan
Druk 2 of 3 één of meerdere
malen kort in.
Snel vooruit of achteruit
Houd 2 of 3 ingedrukt voor snel
vooruit of achteruit van de huidige track.
Herhalen
Houd tijdens het afspelen van de cd de genummerde toets 1 (van de
zendertoetsen 1...6) ingedrukt om de huidige track te herhalen.
RPT verschijnt op het display
wanneer herhalen actief is.
Houd de genummerde toets 1 weer
ingedrukt om te deactiveren.
RPT verdwijnt van het display.
Willekeurig afspelen
Houd tijdens het afspelen van de cd
de genummerde toets 2 (van de
zendertoetsen 1...6) ingedrukt om het
willekeurig afspelen te activeren.
MIX verschijnt op het display
wanneer willekeurig afspelen actief
is.
Page 67 of 143

AUX-ingang67Let op
Zorg ervoor dat het randapparaat
goed is opgeborgen tijdens het
rijden. Anders kunnen de inzittenden
bij krachtig remmen, plotseling
afslaan of een ongeval letsel oplo‐
pen door rondslingerende voorwer‐
pen.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB-
Gebruik AUX-ingang
Druk op MEDIA of AUDIO/SOURCE
om de audiobron op AUX-modus over
te schakelen en schakel het randap‐
paraat in. Op het displayscherm
verschijnt AUX.
AUX-instellingen
Druk op SETUP voor toegang tot het
instellingenmenu.
Selecteer AUX IN en draai aan OK
totdat de gewenste instelling is gese‐
lecteerd uit:
● HI (300 mV)
● MID (600 mV)
● LO (1200 mV)NAVI 50 IntelliLink - Gebruik
AUX-ingang
Om te allen tijde naar het mediamenu te gaan, raakt u 7 aan, gevolgd door
t /ü MEDIA .
Raak S in de linkerbovenhoek aan
om tussen externe bronnen te wisse‐
len. U hebt de volgende opties:
● USB : Zie (NAVI 50 IntelliLink)
"USB-poort" 3 69.
● iPod : Zie (NAVI 50 IntelliLink)
"USB-poort" 3 69.
● BT: Zie (NAVI 50 IntelliLink)
"Streaming audio via Bluetooth"
3 73.
● Aha : AhaⓇ-toepassing voor
smartphones (beschikbaar
afhankelijk van de versie).
Raadpleeg "Gebruik". Extra func‐
ties (NAVI 50 IntelliLink) in het
hoofdstuk "Inleiding" 3 32.
● AUX : Selecteer deze optie om de
audiobron op AUX-modus over te schakelen en schakel het rand‐
apparaat in.NAVI 80 IntelliLink - Gebruik
AUX-ingang
Wijzig de audiobron naar AUX-modus om content van een aangesloten
randapparaat af te spelen.
Om vanuit de startpagina naar het
mediamenu te gaan, raakt u MENU
aan, gevolgd door Multimedia en
Media .
Raak < aan om een pop-upmenu te
openen (afhankelijk van de versie). U
hebt de volgende opties:
● Aansluiting voor randapparatuur :
Wijzig de audiobron naar AUX-
modus en schakel het randappa‐ raat in.
● USB : Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "USB-poort"
3 69.
● Bluetooth-verbinding : Raad‐
pleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Streaming audio via Bluetooth"
3 73