PEUGEOT 108 2015 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: PEUGEOT, Model Year: 2015, Model line: 108, Model: PEUGEOT 108 2015Pages: 271, PDF Size: 13.7 MB
Page 11 of 271

9
108_nl_Chap00c_eco-conduite_ed01-2015
Beperk de oorzaken van een hoger
brandstofverbruik
Verdeel het gewicht evenwichtig over de auto: plaats de zwaarste
voor werpen in de bagageruimte, zo dicht mogelijk bij de achterbank.
Beperk de belading en de luchtweerstand (dakdragers, imperiaal, enz.)
van uw auto. Voor het vervoeren van bagage op het dak verdient een
dakkoffer de voorkeur.
Ver wijder na gebruik de dakdragers en het imperiaal.
Vervang na de winter zo snel mogelijk de winterbanden door
zomerbanden.
Houd u aan de onderhoudsvoorschriften
Controleer regelmatig de bandenspanning (bij koude banden), houd u
daarbij aan de bandenspanning die staat vermeld op de sticker op de
portiersponning aan bestuurderszijde.
Controleer de bandenspanning met name:
-
v
oor een lange rit,
-
b
ij de wisseling van de seizoenen,
-
a
ls de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.
Vergeet niet de bandenspanning van het reservewiel en van de wielen
van de aanhanger of de caravan te controleren.
Laat uw auto regelmatig onderhouden (olie verversen, oliefilter,
luchtfilter en interieurfilter vervangen, enz.) en houd u daarbij aan het
in het garantie- en onderhoudsboekje voorgeschreven interval.
Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan drie keer afslaan; zo
voorkomt u dat brandstof uit de tank stroomt.
U zult bij een nieuwe auto merken dat pas na 3000
km het gemiddelde
brandstofverbruik zich stabiliseert.
.
Eco-rijden
Page 12 of 271

10
Instrumentenpanelen
Instrumentenpaneel type 1
1. Snelheidsmeter (km/h of mph).
2. Centraal display.
R
aadpleeg voor meer informatie de
desbetreffende rubriek.
3.
Schakelindicator. 4. B
edieningsknop display. W
eergave van informatie in oplopende
volgorde.
5.
B
edieningsknop display.
W
eergave van informatie in aflopende
volgorde.
Controle tijdens het rijden
Page 13 of 271

11
108_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
1. Snelheidsmeter (km/h of mph).
2. Centraal display.
R
aadpleeg voor meer informatie de
desbetreffende rubriek.
3.
Schakelindicator.
4.
B
edieningsknop display.
W
eergave van informatie in oplopende
volgorde.
Instrumentenpaneel type 2
5. Bedieningsknop display. W eergave van informatie in aflopende
volgorde.
6.
Toerenteller
H
et motortoerental wordt weergegeven
door middel van segmenten die oranje
oplichten.
A
ls het toerental boven het
maximumtoerental komt, lichten de
segmenten rood op om aan te geven dat u
moet opschakelen.
1
Controle tijdens het rijden
Page 14 of 271

12
Centraal display
De weergegeven informatie is afhankelijk van de motoruitvoering en het type versnellingsbak van uw auto.
Centraal display van de
uitvoering met VTi 68-motor en
handgeschakelde versnellingsbakCentraal display van de
uitvoering met VTi 68-motor
en ETG-versnellingsbakCentraal display van de uitvoering
met PureTech 82-motor en
handgeschakelde versnellingsbak
1. Buitentemperatuur. D
eze knippert bij kans op gladheid.
2.
I
nformatie over de auto met:
-
K
ilometerteller en dagteller.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
-
I
nformatie van de boordcomputer.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
-
In
formatie van de snelheidsbegrenzer.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
3.
Brandstofniveaumeter. 1. S
tand van de selectiehendel en
ingeschakelde versnelling.
2.
I
nformatie over de auto met:
-
K
ilometerteller en dagteller.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
-
I
nformatie van de boordcomputer.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
-
In
formatie van de snelheidsbegrenzer.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
3.
Brandstofniveaumeter.1. In
formatie van de snelheidsbegrenzer. R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
2.
I
nformatie over de auto met:
-
K
ilometerteller en dagteller.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
-
I
nformatie van de boordcomputer.
R
aadpleeg de desbetreffende rubriek.
3.
Brandstofniveaumeter.
Controle tijdens het rijden
Page 15 of 271

13
108_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Display verklikkerlampjes
veiligheidsgordels en
airbag voorpassagier
A. Verklikkerlampje niet-vastgemaakte veiligheidsgordel links achter.
B.
V
erklikkerlampje niet-vastgemaakte
veiligheidsgordel rechts achter.
C.
V
erklikkerlampje uitschakeling airbag
voorpassagier.
D.
V
erklikkerlampje inschakeling airbag
voorpassagier.
Het verklikkerlampje C of D blijft
branden, afhankelijk van de status
van de airbag voor de voorpassagier
(uitgeschakeld of ingeschakeld).
1
Controle tijdens het rijden
Page 16 of 271

14
Verklikkerlampjes
Sommige verklikkerlampjes kunnen
zowel gaan branden als gaan
knipperen.
Aan de manier van oplichten in
combinatie met de werkingsfase van de
auto valt af te lezen of er sprake is van
een normale situatie of een storing.
Raadpleeg de volgende tabellen voor
meer informatie.
De verklikkerlampjes geven de bestuurder informatie over de werking van een systeem (ingeschakeld of uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder
in het geval van een storing (waarschuwingslampje).Bij het aanzetten van het contact
Als het contact wordt aangezet, gaan
bepaalde waarschuwingslampjes op het
instrumentenpaneel enkele seconden branden.
Zodra de motor wordt gestar t, moeten deze
lampjes weer uitgaan.
Als een lampje blijft branden, controleer dan
voordat u gaat rijden welke functie het betreft.
Bijbehorende waarschuwingen
Sommige verklikkerlampjes kunnen gaan
branden in combinatie met een geluidssignaal.
Verklikkerlampjes kunnen permanent branden
of knipperen.
Waarschuwingslampjes
STOP
knippert, in combinatie
met een ander
waarschuwingslampje. Dit waarschuwingslampje brandt bij
een te lage motoroliedruk of bij een te
hoge koelvloeistoftemperatuur. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Zet het contact af en neem contact op met het
PEUGEOT-netwerk of met eengekwalificeerde
werkplaats.
Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van de volgende controlelampjes gaat branden, wijst dit op een storing in het desbetreffende systeem
en moet de bestuurder actie ondernemen.
Controleer altijd wat er aan de hand is als er een waarschuwingslampje gaat branden.
Raadpleeg indien nodig het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Controlelampje StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Controle tijdens het rijden
Page 17 of 271

15
108_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Remsysteempermanent. Het remvloeistofniveau is te laag. Vul het niveau bij met een vloeistof voorzien van een
artikelnummer van PEUGEOT.
Als het probleem zich blijft voordoen, laat het systeem
dan controleren bij het PEUGEOT-netwerk of bij een
gekwalificeerde werkplaats.
Er is een storing in het remsysteem. Zet de auto zo snel mogelijk op een veilige plaats stil. Zet de auto stil, zet het contact af en raadpleeg
het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Motoroliedruk permanent, in
combinatie met het
waarschuwingslampje
S T O P. De motoroliedruk is te laag.
Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Parkeer de auto, zet het contact af en raadpleeg
het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Koelvloeistoftemperatuurknippert (uitsluitend
VTi 68-motor).De temperatuur van de koelvloeistof
loopt op. Rijd voorzichtig.
permanent. De temperatuur van de koelvloeistof
is te hoog. Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
Wacht met het eventueel bijvullen van de koelvloeistof
tot de motor is afgekoeld.
Als het probleem zich blijft voordoen, raadpleeg
dan het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Antiblokkeersysteem
(ABS)permanent.
Er is een storing in het
antiblokkeersysteem. De normale remwerking blijft behouden.
Rijd voorzichtig met lage snelheid en raadpleeg
zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
1
Controle tijdens het rijden
Page 18 of 271

16
Laag
brandstofniveaupermanent.
Als het lampje gaat branden zit er
nog ongeveer 5
liter brandstof in
de tank. Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen dat u
met een lege tank strandt.
Dit controlelampje gaat elke keer na het aanzetten
van het contact branden zolang er niet voldoende
brandstof getankt is.
Inhoud brandstoftank: ongeveer 35
liter.
Rijd nooit door tot de tank helemaal leeg is,
hierdoor kunnen het emissieregelsysteem en het
injectiesysteem beschadigd raken.
Laadstroom
accu permanent.
Er is een storing in het
laadstroomcircuit van de accu
(vervuilde of losgeraakte
accuklemmen, aandrijfriem dynamo
ontspannen of gebroken...). Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Emissieregeling
permanent. Er is een storing in de
emissieregeling. Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats als dit niet het geval is.
Motorstoring permanent. Er is een ernstige storing
gesignaleerd waar geen specifiek
waarschuwingslampje voor is. Raadpleeg in dat geval altijd het PEUGEOT of een
gekwalificeerde werkplaats.
Dynamische
stabiliteitscontrole
en antispinregeling
(
ESP / TRC)knippert. De systemen ESP/ TRC zijn actief. Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt voor
een betere koersstabiliteit.
permanent. Storing in de systemen ESP/ TRC. Laat het systeem controleren bij het PEUGEOT-
netwerk of bij een gekwalificeerde werkplaats.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Controle tijdens het rijden
Page 19 of 271

17
108_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2015
Veiligheidsgordels
vóórknippert in
combinatie met een
geluidssignaal.De bestuurder heeft zijn
veiligheidsgordel niet vastgemaakt of
weer losgemaakt.
De voorpassagier heeft zijn
veiligheidsgordel losgemaakt. Trek aan de gordel en klik de gesp vast in de
gesphouder.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Elektrische
stuurbekrachtigingknippert of blijft
branden, in combinatie
met een geluidssignaal.Er is een storing met betrekking tot
de elektrische stuurbekrachtiging.
Rijd voorzichtig en met lage snelheid.
Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
Airbags
permanent. Er is een storing in een van de
airbags of de pyrotechnische
gordelspanners. Laat dit controleren door het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
ETG-
versnellingsbak permanent.
De ETG-versnellingsbak is defect. Raadpleeg zo snel mogelijk het PEUGEOT-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Koppeling knippert, in
combinatie met een
geluidssignaal. De temperatuur van de koppeling is
te hoog.
Breng de auto op een veilige plaats tot stilstand, zet
de selectiehendel van de ETG-versnellingsbak in
de stand N en wacht ongeveer 15 minuten om de
temperatuur van de koppeling te laten zakken.
1
Controle tijdens het rijden
Page 20 of 271

18
Stop & Star t
(VTi 68 S&S-
motor) knippert.
Het Stop & Start-systeem werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door eengekwalificeerde werkplaats.
Snelheidsbegrenzerpermanent.De snelheidsbegrenzer werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Een of meer por tier
en geopend /
Achterklep geopendpermanent, in
combinatie met een
geluidssignaal. Een portier of de achterklep is niet
goed gesloten.
Sluit het desbetreffende carrosseriedeel.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Bandenspanning
te laag permanent.
De bandenspanning van een of
meerdere wielen is te laag. Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
De controle dient bij voorkeur bij koude banden te
worden uitgevoerd.
Elke keer nadat u een of meer banden op spanning
hebt gebracht en na het verwisselen van een of meer
wielen, moet u het systeem resetten.
Raadpleeg voor meer informatie de rubriek "Detectie
te lage bandenspanning"
Controle tijdens het rijden