YAMAHA VITY 125 2008 Instructieboekje (in Dutch)
Manufacturer: YAMAHA, Model Year: 2008, Model line: VITY 125, Model: YAMAHA VITY 125 2008Pages: 76, PDF Size: 3.19 MB
Page 21 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-6
3
DAU12950
Achterremhendel De achterremhendel bevindt zich aan de
linkerstuurgreep. Trek deze hendel naar het
stuur toe om de achterrem te bekrachtigen.
DAU45390
Tankdop Verwijderen van de tankdop
1. Open het zadel. (Zie pagina 3-8.)
2. Open het tankdopdeksel.
3. Draai de tankdop naar links en trek
hem los.
Aanbrengen van de tankdop
1. Breng de tankdop aan in de vulope-
ning van de brandstoftank en draai
hem rechtsom tot de merktekens“”
op de dop en de tank tegenover elkaar
staan.
2. Sluit het tankdopdeksel.
3. Sluit het zadel.
WAARSCHUWING
DWA11090
Controleer voor u gaat rijden of detankdop correct is afgesloten.
1. Achterremhendel
1
1. Tankdopdeksel
2. Tankdop
2
1
U4P7D1D0.book Page 6 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 22 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-7
3
DAU13220
Brandstof Controleer of voldoende brandstof in de
brandstoftank aanwezig is. Steek om te tan-
ken het mondstuk van de pompslang in de
vulopening van de brandstoftank en vul tot
onderaan de vulpijp, zoals getoond in de af-
beelding.
WAARSCHUWING
DWA10880
Overvul de brandstoftank niet, an-
ders zal benzine uitstromen zodra
deze warm wordt en uitzet.
Mors geen brandstof op een heetmotorblok.
LET OP:
DCA10070
Veeg gemorste brandstof direct af met
een schone, droge en zachte doek, de
brandstof kan immers schade toebren-
gen aan de lak of aan kunststof onderde-len.
DAU33520
LET OP:
DCA11400
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine.
Loodhoudende benzine veroorzaakt ern-
stige schade aan inwendige motoron-
derdelen als kleppen en zuigerveren enook aan het uitlaatsysteem.
Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het
gebruik van normale loodvrije benzine met
een octaangetal van RON 91 of hoger. Als
de motor gaat detoneren (pingelen), ge-
bruik dan benzine van een ander merk of
gebruik loodvrije superbenzine. Door lood-vrije benzine te gebruiken gaan bougies
langer mee en blijven de onderhoudskosten
beperkt.
1. Vulpijp brandstoftank
2. Brandstofniveau
2 1
Voorgeschreven brandstof:
UITSLUITEND NORMALE LOOD-
VRIJE BENZINE
Inhoud brandstoftank:
5.5 L (1.45 US gal) (1.21 Imp.gal)
U4P7D1D0.book Page 7 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 23 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-8
3
DAU13443
Uitlaatkatalysatoren Dit voertuig is uitgerust met uitlaatkatalysa-
toren in het uitlaatsysteem.
WAARSCHUWING
DWA10860
Het uitlaatsysteem is heet nadat de mo-
tor heeft gedraaid. Controleer of het uit-
laatsysteem is afgekoeld alvorens
onderhoudswerkzaamheden uit te voe-ren.LET OP:
DCA16490
De volgende voorzorgsmaatregelen
moeten worden genomen om brand of
andere schaderisico’s te voorkomen.
Gebruik uitsluitend loodvrije benzi-
ne. Bij gebruik van loodhoudende
benzine zal onherstelbare schade
worden toegebracht aan de uitlaat-
katalysatoren.
Parkeer de machine nooit nabij
brandgevaarlijke stoffen, zoals op
gras of op ander materiaal dat ge-
makkelijk vlamvat.
Laat de motor niet te lang aaneenstationair draaien.
DAUT1502
Zadel Openen van het zadel
1. Zet de scooter op de middenbok.
2. Steek de sleutel in het contactslot en
draai deze dan linksom naar de eerste
stand “OPEN”. Als het contactslot in
de stand “LOCK” staat, moet de sleutel
linksom naar de tweede stand “OPEN”
worden gedraaid.OPMERKING:Druk de sleutel bij het draaien van “OFF”
naar “OPEN” of van “LOCK” naar “OPEN”niet naar binnen.
3. Klap het zadel omhoog.Sluiten van het zadel
1. Klap het zadel omlaag en druk dan
aan om te vergrendelen.
2. Neem de sleutel uit het contactslot als
de scooter onbeheerd wordt achterge-
laten.
OPMERKING:Controleer of het zadel stevig is vergrendeldalvorens te gaan rijden.
1. Zadel open
ON
OPEN
OPENP
U
S
HLOCKOFF
ON
OPEN
OPENP
U
S
HLOCKOFF
1
1
U4P7D1D0.book Page 8 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 24 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-9
3
DAU37480
Helmbevestiging De helmbevestigingen bevinden zich onder
het zadel.
Om een helm aan een helmbevestiging
te bevestigen
1. Open het zadel. (Zie pagina 3-8.)
2. Maak een helm aan een helmbevesti-
ging vast en sluit dan het zadel stevig
af.
WAARSCHUWING
DWA10160
Rijd nooit met een helm bevestigd aan
de helmbevestiging, de helm kan zo
voorwerpen raken waardoor de machine
mogelijk onbestuurbaar wordt en eenongeval niet uitgesloten is.Om een helm los te maken van de helm-
bevestiging
Open het zadel, neem de helm los van de
helmbevestiging en sluit het zadel weer.
DAUT1712
Opbergcompartimenten Opbergcompartiment voorzijde
WAARSCHUWING
DWA11191
Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 1.5 kg (3.3 lb) voor het
voorste opbergcompartiment niet.
Overschrijd het maximumgewicht
van 167 kg (368 lb) voor het voertuigniet.
1. Helmbevestiging
1
1. Voorste opbergcompartiment
1
U4P7D1D0.book Page 9 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 25 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-10
3
Achterste opbergcompartiment
Het achterste opbergcompartiment bevindt
zich onder het zadel. (Zie pagina 3-8.)LET OP:
DCAT1030
Let op het volgende bij het gebruik van
het opbergcompartiment.
Het opbergcompartiment wordt
snel warmer als het is blootgesteld
aan direct zonlicht, bewaar hierin
dus geen goederen die slecht tegen
warmte kunnen.
Wikkel natte voorwerpen in een
plastic zak, om zo vochtig worden
van het opbergcompartiment te
voorkomen.
Het opbergcompartiment kan nat
worden als de scooter wordt ge-
wassen, omwikkel te bewaren voor-
werpen dus in een plastic zak.
Bewaar geen waardevolle of breek-
bare voorwerpen in het opbergcom-partiment.WAARSCHUWING
DWAT1051
Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 5 kg (11 lb) voor het ach-
terste opbergcompartiment niet.
Overschrijd het maximumgewicht
van 167 kg (368 lb) voor het voertuigniet.
DAU15111
Bagagedrager
WAARSCHUWING
DWA10171
Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 5 kg (11 lb) voor de baga-
gedrager niet.
Overschrijd het maximumgewicht
van 167 kg (368 lb) voor het voertuigniet.
1. Achterste opbergcompartiment
1
1. Bagagedrager
1
U4P7D1D0.book Page 10 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 26 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-11
3
DAUT1071
Bagagehaak
WAARSCHUWING
DWAT1031
Overschrijd het maximumlaadge-
wicht van 1.0 kg (2.2 lb) voor de ba-
gagehaak niet.
Overschrijd het maximumgewicht
van 167 kg (368 lb) voor het voertuigniet.
DAU15301
Zijstandaard De zijstandaard bevindt zich aan de linker-
zijde van het frame. Trek of druk de zijstan-
daard met uw voet omhoog of omlaag
terwijl u de machine rechtop houdt.OPMERKIN
G:
De ingebouwde sperschakelaar voor de zij-
standaard maakt deel uit van het startsper-
systeem, dat in bepaalde situaties de
werking van het ontstekingssysteem blok-
keert. (Zie hierna voor een nadere uitlegover het startspersysteem.)
WAARSCHUWING
DWA10240
Met de machine mag nooit worden gere-
den terwijl de zijstandaard omlaag staat
of niet behoorlijk kan worden opgetrok-ken (of niet omhoog blijft), anders kan de
zijstandaard de grond raken en zo de be-
stuurder afleiden, waardoor de machine
mogelijk onbestuurbaar wordt. Het
Yamaha startspersysteem is ontworpen
om de bestuurder te helpen bij zijn ver-
antwoordelijkheid de zijstandaard op te
trekken alvorens weg te rijden. Contro-
leer dit systeem daarom regelmatig zo-
als hierna beschreven en laat het
repareren door een Yamaha dealer als
de werking niet naar behoren is.
1. Bagagehaak
1
1. Zijstandaard
1
U4P7D1D0.book Page 11 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 27 of 76
FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
3-12
3
DAUT1092
Startspersysteem Controleer de werking van de sperschake-
laar voor de zijstandaard op basis van de
onderstaande informatie.
WAARSCHUWING
DWA10260
Bij deze inspectie moet de machine
op de middenbok worden gezet.
Als zich een storing voordoet,
vraag dan alvorens te gaan rijden
een Yamaha dealer het systeem tecontroleren.
Draai de sleutel naar aan.
Trek de zijstandaard op.Druk de startknop in terwijl een der
remhendels is aangetrokken. De motor
start.
Duw de zijstandaard omlaag.Als de motor afslaat:
De sperschakelaar voor de
zijstandaard is in orde.
U4P7D1D0.book Page 12 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 28 of 76
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-1
4
DAU15593
De eigenaar is verantwoordelijk voor de conditie van zijn of haar machine. Vitale onderdelen kunnen bijvoorbeeld bij blootstelling aan weer
en wind vrij snel en onverwachts achteruitgaan, ook als de machine niet wordt gebruikt. Eventuele schade, vloeistoflekkage of het weg-
vallen van de bandspanning kan ernstige gevolgen hebben. Het is daarom van belang om voorafgaand aan elke rit een visuele inspectie
uit te voeren en bovendien de volgende punten te controleren.OPMERKING:Voordat de machine wordt gebruikt moet telkens een korte algemene controle worden uitgevoerd. Zo’n inspectie neemt maar weinig tijdin beslag en de hiermee gegarandeerde veiligheid is die tijd alleszins waard.
WAARSCHUWING
DWA11150
Als een onderdeel uit de Controlelijst voor gebruik niet naar behoren werkt, laat het dan controleren en repareren alvorens demachine te gebruiken.U4P7D1D0.book Page 1 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 29 of 76
CONTROLES VOOR HET STARTEN4-2
4
DAU15605
Controlelijst voor gebruik
ITEM CONTROLES PAGINA
BrandstofControleer het brandstofniveau in de brandstoftank.
Vul indien nodig brandstof bij.
Controleer de brandstofleiding op lekkage.3-7
MotorolieControleer het olieniveau in de motor.
Vul indien nodig het aanbevolen type olie bij tot aan het voorgeschreven niveau.
Controleer de machine op olielekkage.6-9
VersnellingsbakolieControleer de machine op olielekkage. 6-11
VoorremControleer de werking.
Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hy-
draulisch systeem te ontluchten.
Controleer de remblokken op slijtage.
Vervang indien nodig.
Controleer het vloeistofniveau in het reservoir.
Vul indien nodig het aanbevolen type remvloeistof bij tot aan het voorgeschreven
niveau.
Controleer het hydraulisch systeem op lekkage.6-18, 6-19
AchterremControleer de werking.
Smeer indien nodig de kabel.
Controleer de vrije slag van de koppelingshendel.
Stel indien nodig bij.6-18, 6-19
GasgreepControleer of de werking soepel is.
Controleer de vrije slag van de kabel.
Vraag indien nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de kabel af te stellen,
en de kabel en het kabelhuis te smeren.6-15, 6-21
BedieningskabelsControleer of de werking soepel is.
Smeer indien nodig.6-20
Wielen en bandenControleer op schade.
Controleer de conditie van de band en de profieldiepte.
Controleer de bandspanning.
Corrigeer indien nodig.6-15, 6-17
U4P7D1D0.book Page 2 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM
Page 30 of 76
CONTROLES VOOR HET STARTEN
4-3
4
RemhendelsControleer of de werking soepel is.
Smeer indien nodig de hendelscharnierpunten.6-21
Middenbok, zijstandaardControleer of de werking soepel is.
Smeer indien nodig de scharnierpunten.6-22
FramebevestigingenControleer of alle moeren, bouten en schroeven stevig zijn vastgezet.
Zet indien nodig vast.—
Instrumenten, verlichting,
signaleringssysteem en
schakelaarsControleer de werking.
Corrigeer indien nodig.—
Sperschakelaar voor de zij-
standaardControleer de werking van het startspersysteem.
Als het systeem defect is, vraag dan een Yamaha dealer de machine na te kijken.3-11 ITEM CONTROLES PAGINA
U4P7D1D0.book Page 3 Wednesday, December 12, 2007 9:33 AM