ESP Alfa Romeo 147 2007 Instructieboek (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2007, Model line: 147, Model: Alfa Romeo 147 2007Pages: 283, PDF Size: 5.86 MB
Page 3 of 283

1
Geachte cliënt,Hartelijk dank dat u voor een Alfa Romeo hebt gekozen.Uw
Alfa 147is ontworpen om maximale veiligheid, comfort en rijplezier te garanderen\
.
Dit instructieboekje helpt u snel vertrouwd te raken met de eigenschappe\
n en de werking van uw auto. De volgende pagina’s bevatten de volledige informatie waarmee u maximaal kunt profiteren va\
n uw
Alfa 147. Bovendien zult u
belangrijke aanwijzingen vinden voor uw veiligheid, het in conditie houd\
en van de auto en milieubewust autorijden.
In het boekje “Alfa tot uw dienst” vindt u het garantiecertificaat\
, de bijbehorende voorwaarden en een overzicht van de speciale aanvullen-de service voor Alfa Romeo-cliënten.
Belangrijke en waardevolle dienstverlening. Want wie een Alfa Romeo koopt, koopt niet alleen een auto, maar ook de ru\
st van een uitge-breide ondersteuning en een efficiënte, snelle en wijdvertakte organi\
satie.
Wij herinneren u er bovendien aan dat Alfa Romeo hard heeft gewerkt een \
zeer ambitieus doel te bereiken: 100% recycling. Als uw
Alfa
14 7
buiten gebruik moet worden gesteld, zorgt Alfa ervoor dat dit op milieuvriendelijke wijze gebeurt en dat alle materialen \
gerecy cleerd
worden (volgens de wettelijke normen). Voor het milieu heeft dat grote voordelen: niets gaat verloren, niets wor\
dt gestort en er zijn minder nieuwe grondstoffen nodig.
Veel leesplezier. En goede reis
In dit instructieboekje worden alle uitvoeringen van de Alfa 147beschreven. U dient zich aan de informatie te
houden met betrekking tot de uitrusting, de motoruitvoering en het model\
van de auto die u gekocht hebt.
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 1
Page 4 of 283

2
ABSOLUUT LEZEN!
BRANDSTOF TANKEN
Benzinemotoren:tank uitsluitend loodvrije benzine met een minimum octaangetal van 95 RO\
N.
Dieselmotoren: tank uitsluitend diesel voor motorvoertuigen conform de Europese specificatie EN590. Het gebruik van
andere producten of mengsels kan de motor onherstelbaar beschadigen en h\
et vervallen van de garantie tot gevolg hebben.
MOTOR STARTEN
Benzinemotoren met handgeschakelde versnellingsbak: controleer of de handrem is aangetrokken; zet de
versnellingspook in vrij; trap het koppelingspedaal volledig in, maar tr\
ap het gaspedaal niet in; draai vervolgens de start-/
contactsleutel in stand AV Ven laat de sleutel los zodra de motor aanslaat.
Benzinemotoren met Selespeed versnellingsbak: trap het rempedaal volledig in; draai vervolgens de start-/con-
tactsleutel in stand AV Ven laat de sleutel los zodra de motor aanslaat; de versnellingsbak staat\
automatisch in de vrij-
stand (op het display wordt Naangegeven).
JTD-motoren: controleer of de handrem is aangetrokken; zet de versnellingspook in vri\
j; trap het koppelingspedaal vol-
ledig in, maar trap het gaspedaal niet in; draai vervolgens de start-/contactsleutel in stand MARen wacht tot de waar-
schuwingslampjes
¢en mdoven; draai de start-/contactsleutel in stand AV Ven laat de sleutel los zodra de motor
aanslaat.
PARKEREN BOVEN BRANDBARE MATERIALEN
Onder normale bedrijfsomstandigheden bereikt de katalysator hoge temperaturen. Pa\
rkeer daarom niet boven gras, droge
bladeren, dennennaalden of ander brandbaar materiaal: brandgevaar.
K
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 2
Page 20 of 283

VERSTELLEN IN LENGTERICH-
TING
(fig. 15)
Trek de hendel (A) omhoog en schuif de
stoel naar voren of naar achteren: als u
rijdt, moeten de armen licht gebogen zijn
en de handen op het stuurwiel steunen.
Laat de hendel los en con-
troleer of de stoel goed
geblokkeerd is door deze naar voren en naar achteren te schui-ven. Als de stoel niet goedgeblokkeerd is, kan deze onver-wachts verschuiven, waardoor ude controle over de auto kuntverliezen.
ATTENTIEWEGWIJS IN UW AUTO
18
ZITPLAATSEN VOOR
fig. 15
A0A0020m
Alle afstellingen mogen uit-sluitend bij een stilstaande
auto worden uitgevoerd.
ATTENTIE
De stoffen bekleding van
uw auto is langdurig
bestand tegen slijtage die
ontstaat bij een normaal gebruik
van de auto. Hevig en/of langdu-
rig wrijven met kledingaccessoi-
res zoals metalen gespen, sier-
knopen en klittenbandsluitingen,
moet echter absoluut worden
vermeden omdat hierdoor grote
druk ontstaat op een bepaalde
plek op de bekleding, waardoor
deze plek kan slijten en de bekle-
ding beschadigd wordt.
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 18
Page 23 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
21
ZITPLAATSEN ACHTER
De stoffen bekleding van
uw auto is langdurig
bestand tegen slijtage die
ontstaat bij een normaal gebruik
van de auto. Hevig en/of langdu-
rig wrijven met kledingaccessoi-
res zoals metalen gespen, sier-
knopen en klittenbandsluitingen,
moet echter absoluut worden
vermeden omdat hierdoor grote
druk ontstaat op een bepaalde
plek op de bekleding, waardoor
deze plek kan slijten en de bekle-
ding beschadigd wordt. Hoedenplank verwijderen
Ga als volgt te werk:
– maak de uiteinden van de twee trek-
stangen (A-fig. 20) voor de hoeden-
plank (B) los door de ogen ( C) van de
pennen (D) te schuiven;
– maak de pennen ( A-fig. 21) aan de
buitenzijde van de hoedenplank los uit de
bijbehorende zittingen ( B) in de zijsteu-
nen en verwijder vervolgens de hoeden-
plank via de buitenzijde.
De hoedenplank kan vervolgens op twee
manieren worden opgeborgen:
– dwars in de bagageruimte, zoals is
aangegeven in fig. 22;
– dwars tussen de rugleuningen van de
voorstoelen en de naar voren geklapte
achterbank als u de bagageruimte geheel
wilt benutten (zie fig. 26).
fig. 20
A0A1004m
fig. 21
A0A0028m
Als u zware voorwerpen
in de bagageruimte ver-
voert en u ‘s nachts rijdt, moet u controleren of de hoogterege-laars van de koplampen in dejuiste stand staan (zie de para-graaf “Koplampen”).
ATTENTIE
BAGAGERUIMTE
VERGROTEN
De achterbank is in delen neerklapbaar,
zodat de bagageruimte volledig of gedeel-
telijk kan worden vergroot door één van
de delen afzonderlijk om te klappen,
waardoor diverse beladingsmogelijkheden
ontstaan aangepast aan het aantal inzit-
tenden op de achterbank.
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 21
Page 24 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
22
– zet de hoofdsteunen in de hoogste
stand, druk beide knoppen (A-fig. 24)
naast de twee steunen in en trek de hoofd-
steunen omhoog uit de rugleuning;
– plaats de veiligheidsgordels opzij en
controleer daarbij of de gordelbanden niet
gespannen zijn of gedraaid zitten;
– trek de borghendels ( A-fig. 25) van
de rugleuningen omhoog en kantel de rug-
leuningen naar voren, zodat een vlakke
laadvloer (fig. 26) ontstaat. Gedeeltelijke vergroting
Ga voor het gedeeltelijk neerklappen als
volgt te werk:
– klap de gewenste zitting naar voren
met behulp van de lus in het midden van
de zitting;
– zet de hoofdsteun geheel omhoog,
druk beide knoppen van beide steunen in
en verwijder de hoofdsteun door deze
omhoog te trekken;
– plaats de veiligheidsgordel opzij en
controleer of de gordel niet gespannen is
of gedraaid zit;
– trek de borghendel van de rugleuning
(A-fig. 25) omhoog en kantel de rug-
leuning naar voren.
fig. 24
A0A1005m
fig. 25
A0A1065m
Maximale vergroting
Ga als volgt te werk:
– plaats de sluitingen van de veilig-
heidsgordels (A-fig. 23) in de uitsparin-
gen (B) in de zitting;
– trek aan de handgrepen in het midden
van de zittingen en klap de zittingen naar
voren;
fig. 23
A0A0029mfig. 22
A0A1003m
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 22
Page 25 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
23
HOOFDSTEUNVERSTELLING
(fig. 27)De auto is uitgerust met hoofdsteunen
voor de twee zitplaatsen aan de zijkant en
voor de zitplaats in het midden.
De hoofdsteun kan in twee standen
(hoog/laag) worden gezet, afhankelijk
van de lengte van de passagier.
U kunt de hoofdsteun verwijderen, zoals
hiervoor is beschreven (zie “Bagage-
ruimte vergroten”).
fig. 27
A0A1006m
fig. 28
A0A0036m
CENTRALE ARMSTEUN (fig. 28)
De armsteun (A) (aanwezig op enkele
uitvoeringen) kan omlaag worden gezet,
zoals in de afbeelding is aangegeven.
Let erop dat de hoofd-
steunen zo zijn ingesteld
dat ze het hoofd steunen en niet de nek. Alleen in deze positiebieden ze bescherming, wanneerde auto van achteren wordt aan-gereden.
ATTENTIEAchterbank in de stand voor nor-
maal gebruik zetten
Ga als volgt te werk:
– plaats de veiligheidsgordels opzij en
controleer of de gordels niet gespannen
zijn of gedraaid zitten;
– plaats de rugleuningen omhoog en
druk de leuningen naar achteren, totdat
beide borgmechanismen hoorbaar inklik-
ken. Controleer of de “rode band” op de
bovenzijde van de hendels ( B-fig. 25)
niet meer zichtbaar is. Als de “rode band”
zichtbaar is, dan is de rugleuning niet
goed vergrendeld;
– houd de veiligheidsgordel voor de mid-
delste zitplaats omhoog en zet de zittin-
gen horizontaal;
– plaats de hoofdsteunen terug door de
steunen in de zittingen te steken.
fig. 26
A0A0032m
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 23
Page 30 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
28
VEILIGHEIDSGORDELS
GEBRUIK VAN DE
VEILIGHEIDSGORDELS
Ga goed rechtop zitten, steun tegen de
rugleuning en leg dan de gordel om.
Trek de gordel uit en maak de gordel
vast door de gesp ( A-fig. 40) in de slui-
ting (B) te drukken, totdat hij hoorbaar
blokkeert.
Als tijdens het uittrekken van de gordel
de rolautomaat blokkeert, laat dan de gor-
del een stukje teruglopen en trek de gor-
del vervolgens weer geleidelijk uit.
Druk, om de gordel los te maken, op de
knop (C ). Begeleid de gordel tijdens het
teruglopen om te voorkomen dat de gor-
delband draait.
fig. 40
A0A0045m
Via de rolautomaat wordt de lengte van
de gordel automatisch aangepast aan het
postuur van de drager, waarbij voldoende
bewegingsruimte overblijft.
Als de auto op een steile helling staat,
kan de rolautomaat blokkeren; dit is een
normaal verschijnsel. Bovendien blokkeert
de rolautomaat als u de gordel snel uit-
trekt. Hij blokkeert ook bij hard remmen,
botsingen en bij hoge snelheden in boch-
ten.
Druk tijdens het rijden
niet op de knop (C).
ATTENTIE
fig. 41
A0A1008m
fig. 39
A0A1007m
Alleen aanwezig op bepaalde uitvoeringen:
C – blokkering van de bedieningsschake-
laars voor de ruiten achter (als de bedie-
ningsschakelaars achter zijn uitgeschakeld,
dan brandt het lampje in de schakelaar; als
de schakelaar opnieuw wordt ingedrukt, dan
kunnen de bedieningsschakelaars achter
weer worden gebruikt).
D – (REAR) wisselschakelaar voor/ach-
ter voor de ruitbediening (als het lampje in de
schakelaar brandt, dan kunnen met de scha-
kelaars ( A) en (B ) de ruiten achter worden
bediend; als het lampje uit is, dan kunnen de
ruiten voor worden bediend).
Voorportier passagierszijde en (bij
enkele uitvoeringen) achterportie-
ren (fig. 38)
Op het sierpaneel van elk portier bevindt
zich een drukschakelaar ( A) voor de ruitbe-
diening van de bijbehorende ruit.
BELANGRIJK De ruit aan de passagiers-
zijde kan alleen “automatisch” worden
geopend.
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 28
Page 46 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
44
Grootlicht (fig. 60)
Als de draaiknop in stand
2staat, dan
kan worden overgeschakeld tussen dim-
en grootlicht door de hendel naar het
dashboard te drukken (vergrendelde
stand). Op het instrumentenpaneel gaat
het controlelampje
1branden.
Trek de hendel naar het stuurwiel om het
dimlicht weer in te schakelen.
fig. 59
A0A0065m
fig. 60
A0A0066m
HENDELS AAN HET
STUUR
De systemen die met de hendels aan het
stuur worden bediend, kunt u alleen
bedienen als de contactsleutel in de stand
MAR staat.
HENDEL LINKS
Met de linker hendel bedient u de bui-
tenverlichting, behalve de mistlampen en
mistachterlichten.
Als u de buitenverlichting inschakelt,
gaan ook de verlichting van het instru-
mentenpaneel en de bedieningsknoppen
op het dashboard branden.
Alleen als het contactslot in stand PARK
staat, blijven de buitenverlichting en de ken-
tekenverlichting branden, ongeacht de stand
van de draaiknop.
Als de hendel in stand (1 of 2-fig. 62)
staat, dan blijft alleen de buitenverlichting
(voor en achter) resp. rechts of links branden.
Verlichting uit (fig. 57)
Als het symbool Oop de draaiknop
tegenover het merkstreepje staat, dan is
de buitenverlichting uitgeschakeld. Buitenverlichting
(fig. 58)
De buitenverlichting wordt ingeschakeld als
u de draaiknop van stand O in stand
6zet.
Tegelijkertijd gaat op het instrumentenpa-
neel lampje
3branden.
Dimlichten (fig. 59)
De dimlichten worden ingeschakeld als u
de draaiknop van stand
6in stand 2zet.
fig. 57
A0A0063m
fig. 58
A0A0064m
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 44
Page 51 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
49
Het systeem schakelt in de volgende
gevallen automatisch uit:
– door het intrappen van het rempedaal;
– door het intrappen van het koppe-
lingspedaal;
– als de ASR, de MSR of de VDC in wer-
king treedt;
– bij de Selespeed versnellingsbak als er
geschakeld wordt;
– als u de versnellingspook van de
Selespeed versnellingsbak per ongeluk in
de stand N zet.
BEDIENINGSORGANEN
(fig. 70)
De cruise-control wordt bediend met de
draaiknop ON/OFF (A), de draaiknop
+/– (B), en de drukknop RES (C).
De draaiknop (A ) kan in twee standen
worden gezet:
CRUISE-CONTROL
ALGEMENE INFORMATIE
De elektronische snelheidsregeling
( CRUISE-CONTROL ) maakt het
mogelijk een constante, vooraf ingestelde
snelheid aan te houden, zonder het gas-
pedaal ingetrapt te houden. Op deze
manier wordt het rijden, vooral op lange
trajecten, minder vermoeiend omdat de
ingestelde snelheid automatisch gehand-
haafd blijft.
BELANGRIJK Het systeem kan alleen
worden ingeschakeld bij een snelheid tus-
sen 30 en 190 km/h.
fig. 70
A0A0077mDe cruise-control mag uit-
sluitend worden gebruikt
als de verkeersomstandigheden en het traject van dien aard zijndat, over een voldoende langeafstand, volledig veilig een con-stante snelheid kan worden aan-gehouden.
ATTENTIE
– OFF in deze stand is het systeem uit-
geschakeld;
– ON in deze stand werkt het systeem.
Als de draaiknop ( A) in deze stand staat,
dan brandt het lampje
Üop het instru-
mentenpaneel.
Met draaiknop ( B) kunt u de ingestelde
snelheid van de auto opslaan en aanhou-
den of de ingestelde snelheid verhogen of
verlagen.
Zet draaiknop (B) in stand (+) om de
snelheid op te slaan of om de ingestelde
snelheid te verhogen.
Zet draaiknop (B) in stand ( –) om de
ingestelde snelheid te verlagen.
Telkens als draaiknop ( B) wordt
bediend, wordt de snelheid ongeveer 1,5
km verhoogd of verlaagd.
Als de draaiknop gedraaid wordt gehou-
den, verandert de snelheid traploos. De
nieuwe snelheid wordt automatisch opge-
slagen.
Met knop RES (C) kan de opgeslagen
snelheid worden opgeroepen.
BELANGRIJK Als u de contactsleutel
in stand STOP zet of de draaiknop ( A)
in stand OFF, dan wordt de opgeslagen
snelheid gewist en het systeem uitgescha-
keld.
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 49
Page 52 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
50
OPGESLAGEN SNELHEID
VERLAGEN
De opgeslagen snelheid kan op twee
manieren worden verlaagd:
1) schakel het systeem uit (bijvoorbeeld
door het rempedaal in te trappen) en sla
vervolgens de nieuwe snelheid op (zet
draaiknop (B) ten minste drie seconden in
stand (+);
2) houd draaiknop ( B) in stand (–), tot-
dat de nieuwe snelheid is bereikt die auto-
matisch zal worden opgeslagen.
SNELHEID
OPSLAAN
Zet draaiknop (A) in stand ON en ga op
de normale manier met de gewenste snel-
heid rijden. Zet de draaiknop ( B) ten min-
ste drie seconden op ( +) en laat de knop
los. De snelheid van de auto is opgeslagen
en het gaspedaal kan worden losgelaten.
De auto blijft vervolgens constant met de
ingestelde snelheid rijden, totdat zich een
van de volgende omstandigheden voor-
doet:
– intrappen rempedaal;
– intrappen koppelingspedaal;
– als de ASR, de MSR of de VDC in wer-
king treedt;
– bij de Selespeed versnellingsbak als er
geschakeld wordt;
– als u de versnellingspook van de
Selespeed versnellingsbak per ongeluk in
de stand N zet.
BELANGRIJK Indien nodig (bijvoor-
beeld bij inhalen) kan de snelheid simpel
verhoogd worden door het intrappen van
het gaspedaal. Als u daarna het gaspedaal
loslaat, wordt de opgeslagen snelheid
weer aangehouden.
OPGESLAGEN SNELHEID
OPROEPEN
Als het systeem wordt uitgeschakeld door
bijvoorbeeld het intrappen van het rem- of
koppelingspedaal, kan de opgeslagen snel-
heid op de volgende manier worden opge-
roepen:
– geef geleidelijk gas, totdat de snelheid
ongeveer gelijk is aan de opgeslagen snel-
heid;
– schakel de versnelling in die ingescha-
keld was op het moment van het opslaan
van de snelheid (4e, 5e of 6e versnelling);
– druk op knop RES (C ).
OPGESLAGEN SNELHEID
VERHOGEN
De opgeslagen snelheid kan op twee
manieren worden verhoogd:
1) trap het gaspedaal in en sla de nieuwe
snelheid op (houd draaiknop ( B) langer dan
3 seconden gedraaid);
of
2) draai draaiknop ( B) kort in stand (+ ):
telkens als de draaiknop wordt gedraaid,
wordt de snelheid iets verhoogd (ongeveer
1,5 km/h). Als de draaiknop gedraaid wordt
gehouden, verandert de snelheid traploos. Als
de draaiknop (B ) wordt losgelaten, wordt de
bereikte snelheid automatisch opgeslagen.
001-057 Alfa147 Q2 NL 05-06-2008 15:29 Pagina 50