ESP Alfa Romeo MiTo 2016 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: ALFA ROMEO, Model Year: 2016, Model line: MiTo, Model: Alfa Romeo MiTo 2016Pages: 280, PDF Size: 8.53 MB
Page 194 of 280

De accu is in dit geval ook gevoeliger voor bevriezing (dit kan reeds
bij temperaturen van -10°C gebeuren). Als de auto langere tijd niet
gebruikt wordt, zie dan "Langdurige stilstand van de auto” in het
hoofdstuk "Starten en rijden".
Als men na aanschaf van het voertuig accessoires wil monteren die
constante elektrische voeding nodig hebben (diefstalalarm, enz.)
of veel stroom verbruiken, dient men contact op te nemen met het
gespecialiseerde personeel van het Alfa Romeo Servicenetwerk. Zij
kunnen het totale benodigde stroomverbruik beoordelen.
Accuvloeistof is giftig en corrosief. Vermijd contact met
huid en ogen. Houd open vuur en bronnen van vonken
uit de buurt van de accu: brand- en
ontploffingsgevaar.
Als de accu met onvoldoende vloeistof werkt, kan dit
de accu onherstelbaar beschadigen en een explosie
veroorzaken.
Verkeerde installatie van elektrische en elektronische
apparatuur kan ernstige schade aan de auto toebrengen.
Als men na aanschaf van de auto accessoires wil monteren
(alarm, mobiele telefoon enz.), wordt geadviseerd contact op te nemen
met het Alfa Romeo Servicenetwerk, dat de meest geschikte apparaten
zal aanraden en zal controleren of een accu met een grotere capaciteit
gemonteerd moet worden.
Accu’s bevatten stoffen die zeer gevaarlijk zijn voor het
milieu. Neem steeds contact op met het Alfa Romeo
Servicenetwerk om de accu te laten vervangen.
Als de auto langere tijd niet gebruikt wordt onder
extreem koude weersomstandigheden, dan moet de
accu worden verwijderd en op een verwarmde plaats
worden bewaard om bevriezing te voorkomen.
Bij werkzaamheden aan de accu of in de buurt van de
accu, moeten de ogen altijd met een speciale bril
beschermd worden.
190
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 195 of 280

WIELEN EN BANDEN
Controleer voor een lange reis en elke twee weken de spanning van de
banden en van het noodreservewiel. Controleer de bandenspanning
wanneer de banden koud zijn.
Tijdens het rijden neemt de bandenspanning onder normale
omstandigheden toe: zie voor de juiste waarde van de
bandenspanning de paragraaf “Wielen” in het hoofdstuk “Technische
gegevens”.
Onjuiste bandenspanning veroorzaakt abnormale slijtage van de
banden fig. 166:
A normale spanning: gelijkmatige slijtage van het loopvlak;
B te lage spanning: overmatige slijtage aan de zijkanten van het
loopvlak;
C te hoge spanning: overmatige slijtage in het midden van het
loopvlak.
De banden moeten worden vervangen wanneer de profieldiepte van
het loopvlak minder dan 1,6 mm bedraagt.BELANGRIJK
Pas de volgende voorzorgsmaatregelen toe om bandschade te
voorkomen:
❒voorkom bruusk remmen, met spinnende wielen optrekken, harde
schokken van de banden tegen stoepranden, kuilen en andere
hindernissen. Voorkom ook het langdurig rijden op een slecht
wegdek;
❒controleer de banden regelmatig op scheuren in de wangen,
oneffenheden of onregelmatige slijtage op het loopvlak;
❒rijd niet met een te zwaar beladen auto. Stop zo snel mogelijk in
geval van lekke band en verwissel het wiel;
❒verwissel de banden elke 10-15 duizend kilometer van as; houd de
banden aan dezelfde zijde van de auto gemonteerd zodat de
draairichting niet wordt omgekeerd;
❒banden verouderen, ook als ze weinig gebruikt zijn. Scheurtjes in
het loopvlak en op de wangen betekenen dat de band verouderd
is. Laat de banden door gespecialiseerd personeel controleren als ze
langer dan 6 jaar onder de auto zijn gemonteerd. Vergeet ook niet
het reservewiel zorgvuldig te laten controleren;
❒Monteer altijd nieuwe banden en vermijd banden waarvan de
herkomst dubieus is;
❒bij de montage van een nieuwe band moet ook een nieuw ventiel
worden voorzien.
fig. 166A0J0136
191
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 196 of 280

Onthoud dat de wegligging van de auto in grote mate
van een juiste bandenspanning afhankelijk is.
Als de spanning te laag is, raakt de band oververhit,
met mogelijke ernstige beschadiging tot gevolg.
Verwissel de banden niet kruiselings door de banden
van de rechterzijde aan de linkerzijde en omgekeerd te
monteren.
Voer bij lichtmetalen velgen nooit
spuitwerkzaamheden uit die een temperatuur vereisen
boven 150°C. Dit kan de mechanische eigenschappen
van de wielen in gevaar brengen.
RUITENWISSERS/
ACHTERRUITWISSER
WISSERBLADEN
Het is raadzaam de wisserbladen jaarlijks te vervangen.
Met enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen kan de beschadiging
van het wisserblad worden gereduceerd:
❒bij temperaturen onder het vriespunt moet men controleren of er ijs
tussen het wisserblad en de ruit is. Gebruik zo nodig een
antivriesmiddel om de wissers vrij te maken;
❒verwijder sneeuw van de ruit;
❒gebruik de ruitenwissers/achterruitwisser nooit op een droge ruit.
Rijden met versleten wisserbladen is bijzonder
gevaarlijk, doordat het zicht onder slechte
weersomstandigheden wordt beperkt.
Wisserbladen vervangen
Ga als volgt te werk:
❒hef de wisserarm op, druk op het klepje A fig. 167 van de
springveer en schuif het wisserblad van de arm los;
❒monteer het nieuwe wisserblad door het klepje in de speciale zitting
op de wisserarm te blokkeren. Controleer of het goed vastzit;
❒breng de wisserarm voorzichtig tegen de ruit.
Schakel de ruitenwissers niet met van de ruit opgeheven
wisserbladen in.
192
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 201 of 280

Motorruimte
Spuit de motorruimte na het winterseizoen zorgvuldig uit: hierbij mag
de waterstraal niet rechtstreeks op de elektronische regeleenheden
of op de motoren van de ruitenwissers worden gericht. Laat deze
werkzaamheden uitvoeren door een gespecialiseerd bedrijf.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten van de motorruimte moet de
contactsleutel in de stand STOP staan en de motor koud zijn.
Controleer na het reinigen of de verschillende beschermingen (bijv.
rubberen doppen en kappen) niet verwijderd of beschadigd zijn.INTERIEUR
Controleer af en toe of er geen water onder de matten is blijven staan,
waardoor het plaatwerk kan gaan roesten.
Gebruik nooit ontvlambare producten zoals petroleum
of wasbenzine voor het reinigen van het interieur van
de auto. De elektrostatische lading die door het
wrijven tijdens het reinigen ontstaat, kan brand veroorzaken.
Bewaar geen spuitbussen in de auto:
ontploffingsgevaar. Spuitbussen mogen niet
blootgesteld worden aan temperaturen boven 50°C.
Wanneer de auto in de zon staat, kan de binnentemperatuur
deze waarde ruim overschrijden.
STOELEN EN STOFFEN BEKLEDING
Verwijder stof met een zachte borstel of een stofzuiger. Gebruik een
vochtige borstel voor velours bekleding. Reinig de stoelen met een
spons bevochtigd in een oplossing van water en neutrale zeep.
REINIGING ALCANTARA STOELEN
Alcantara bekleding kan makkelijk behandeld en gereinigd worden op
dezelfde manier als andere bekledingen. Dezelfde aanwijzingen die
gegeven zijn voor de reiniging van stoffen zijn dus ook van toepassing
op deze bekleding.
197
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 216 of 280

WIELEN
VELGEN EN BANDEN
Geperst stalen of lichtmetalen velgen. Tubeless radiaalbanden. Op het
kentekenbewijs zijn tevens alle goedgekeurde banden aangegeven.
BELANGRIJK Als de gegevens in het instructieboek afwijken van die
van het kentekenbewijs, dient men zich altijd aan de gegevens van het
kentekenbewijs te houden. Voor de rijveiligheid moeten alle wielen
zijn voorzien van banden van hetzelfde merk en type.
BELANGRIJK Monteer geen binnenbanden in tubeless banden.
RUIMTEBESPAREND RESERVEWIEL
Geperst stalen velg. Tubeless band.
DE BANDENMAAT LEZEN
Voorbeeld fig. 175: 195/55 R 16 87H
195Nominale bandbreedte (S, afstand in mm tussen de flanken)
55Verhouding van de bandhoogte/bandbreedte (H/S) in %
RRadiaalband
16Doorsnee van de velg in inches (Ø)
91Belastingsindex (laadvermogen)
VSnelheidscategorie
Snelheidscategorie
Qmax. 160 km/h
Rmax. 170 km/h
Smax. 180 km/h
Tmax. 190 km/h
Umax. 200 km/h
Hmax. 210 km/h
Vmax. 240 km/h
Wmax. 270 km/h
Ymax. 300 km/h
Snelheidscategorie voor winterbanden
QM+Smax. 160 km/h
TM + Smax. 190 km/h
HM+Smax. 210 km/h
fig. 175A0J0139
212
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 219 of 280

STANDAARD VELGEN EN BANDEN
Versies Velgen Standaard banden WinterbandenRuimtebesparend reservewiel
Velg - Band
Turbo TwinAir6Jx15 ET 40 185/65 R15 88H 185/65 R15 88H (M+S)
135/70 R16 4B x 16 ET 15 7Jx16 ET 39 195/55 R16 87H 195/55 R16 87H (M+S)
7Jx17 ET 39
215/45 R17 87W
(*)215/45 R17 87H (M+S)
7 1/2 Jx18 ET 42
215/40 R18 89W XL
(*)215/40 R18 89H (M+S)
1.4 Benzine6Jx15 ET 40
185/65 R15 88V
(**)185/65 R15 88Q (M+S)
135/70 R16 4B x 16 ET 15 6Jx15 ET 40
185/65 R15 88H
(***)185/65 R15 88H (M+S)
7Jx16 ET 39 195/55 R16 87H 195/55 R16 87H (M+S)
7Jx17 ET 39
205/45 R17 88W XL
(**)205/45 R17 88H (M+S)
7Jx17 ET 39
215/45 R17 87W
(*)215/45 R17 87H (M+S)
7 1/2 Jx18 ET 42
215/40 R18 89W XL
(*)215/40 R18 89H (M+S)
(*) Geen montage van sneeuwkettingen mogelijk
(**) Voor bepaalde versies/markten
(***) 1.4 Benzineversies
215
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 220 of 280

Versies Velgen Standaard banden WinterbandenRuimtebesparend reservewiel
Velg - Band
1.4 Turbo
MultiAir 135
pk 1.4 Turbo
MultiAir 170
pk
Quadrifoglio
Ve r d e6Jx15 ET 40
185/65 R15 88V
(**)185/65 R15 88Q (M+S)
135/70 R16 4B x 16 ET 15 7Jx16 ET 39 195/55 R16 87V 195/55 R16 87H (M+S)
7Jx17 ET 39
205/45 R17 88W XL
(**)205/45 R17 88H (M+S)
7Jx17 ET 39
215/45 R17 87W
(*)215/45 R17 87H (M+S)
7 1/2 Jx18 ET 42
215/40 R18 89W XL
(*)215/40 R18 89H (M+S)
1.3 JTD
M-21.6 JTDM
6Jx15 ET40
185/65 R15 88H(****)185/65 R15 88H (M+S)
135/70 R16 4B x 16 ET 15 6Jx15 ET 40
185/65 R15 88T
(**)185/65 R15 88T (M+S)
7Jx16 ET 39 195/55 R16 87H 195/55 R16 87H (M+S)
7Jx16 ET 39195/55 R16 87H
Continental Premium Contact
2
(**) (*****)
195/55 R16 87H (M+S)
7Jx17 ET 39
205/45 R17 88W XL
(**)205/45 R17 88H (M+S)
7Jx17 ET 39
215/45 R17 87W
(*)215/45 R17 87H (M+S)
7 1/2 Jx18 ET 42
215/40 R18 89W XL
(*)215/40 R18 89H (M+S)
(**)Voor bepaalde versies/markten (*)Geen montage van sneeuwkettingen mogelijk
(****) 1.6 JTD
Mversies
(*****) Gebruik anders banden met gelijkwaardige prestaties
Bij versies met 185/65 R15 88H, 195/55 R16 en 205/45 R17 banden, kunnen sneeuwkettingen met smalle schakels gebruikt worden, die
maximaal 9 mm uitsteken buiten het bandprofiel.
216
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 222 of 280

STANDAARD BANDEN
VERSIES MAATGEMIDDELDE BELASTING VOLLE BELASTING
Voor Achter Voor Achter
1.3 JTD
M-2
185/65 R15 88T(*)
195/55 R16 87H
205/45 R17 88W XL
(*)
215/45 R17 87W
215/40 R18 89W XL2,6
2,3
2,4
2,3
2,42,4
2,1
2,2
2,1
2,22,6
2,5
2,8
2,6
2,72,4
2,3
2,5
2,3
2,4
1.6 JTD
M
185/65 R15 88H
195/55 R16 87H
205/45 R17 88W XL
(*)
215/45 R17 87W
215/40 R18 89W XL2,3
2,3
2,6
2,4
2,52,1
2,1
2,2
2,2
2,22,5
2,6
2,8
2,6
2,72,3
2,3
2,3
2,3
2,3
Ruimtebesparend
reservewiel135/70 R16 4,2
(*)Voor bepaalde versies/markten
Bij warme banden moet de bandenspanning +0,3 bar hoger zijn dan de voorgeschreven waarde. Controleer de bandenspanning bij koude
banden.
Bij winterbanden moet de bandenspanning +0,2 bar worden verhoogd t.o.v. de voorgeschreven spanningswaarde voor de normale banden.
Wanneer met een snelheid van meer dan 160 km/h wordt gereden, moeten de banden op de bandenspanning voor volgeladen auto zijn
gepompt.
218
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 237 of 280

RICHTLIJNEN VOOR DE BEHANDELING VAN HET VOERTUIG AAN
HET EINDE VAN DE LEVENSDUUR
Reeds vele jaren voldoet Alfa Romeo aan een globale verplichting om het milieu te beschermen en te respecteren door voortdurend haar
productieprocessen te verbeteren en steeds meer producten te ontwikkelen die milieuvriendelijk zijn. Om de klanten de best mogelijk service te
garanderen in overeenstemming met milieuwetgeving en conform de Europese Richtlijn 2000/53/EG inzake de behandeling van voertuigen aan
het einde van hun levensduur, biedt Alfa Romeo haar klanten de mogelijkheid hun voertuigen (*) aan het einde van hun levensduur zonder extra
kosten in te leveren.
De Europese richtlijn bepaalt namelijk dat de auto kan worden ingeleverd zonder kosten voor de laatste houder of eigenaar als de auto geen of
een negatieve marktwaarde heeft. In bijna alle landen van de Europese Unie konden tot 1 januari 2007 alleen auto’s kosteloos worden ingeleverd
die na 1 juli 2002 op kenteken waren gezet; vanaf 2007 is het kosteloos inleveren van de auto niet meer afhankelijk van het jaar van
kentekenregistratie, als het voertuig maar de essentiële voertuigonderdelen (met name de motor en de carrosserie) en geen extra afval bevat.
Voor de kosteloze inlevering van het voertuig aan het einde van zijn levensduur kunt u zich tot een van onze Servicepunten of tot een bevoegd
Alfa Romeo inzamelings- en verwerkingsbedrijf wenden. Deze bedrijven zijn zorgvuldig geselecteerd en bieden kwaliteitservice voor de
inzameling, verwerking en recycling van afgedankte voertuigen met respect voor het milieu.
Voor meer informatie over deze inzamelings- en verwerkingsbedrijven kunt u zich wenden tot het Alfa Romeo Servicenetwerk of het gratis
nummer 00800 2532 0000 bellen of de Alfa Romeo website bezoeken.
(*) Auto voor personenvervoer met maximaal negen zitplaatsen en een maximaal toelaatbaar gewicht van 3,5 t.
233
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 257 of 280

RADIO ON VOLUME functie
(inschakeling/uitschakeling limiet radiovolume)
Met deze functie kan de volumelimiet ingeschakeld/uitgeschakeld
worden wanneer de radio aan staat.
De display toont de functiestatus:
❒"Radio on vol – Limit on": wanneer de radio wordt
ingeschakeld, zal het volumeniveau zijn:
– als het volumeniveau gelijk of hoger dan de maximumwaarde is,
zal de radio het maximumvolume aannemen;
– als het volumeniveau tussen de minimum- en maximumwaarden
ligt, zal de radio op hetzelfde volume worden ingeschakeld als
voordat hij uitgeschakeld werd.
❒"Radio on vol – Limit off": de radio wordt ingeschakeld met het
hetzelfde volumeniveau als voordat hij uitgeschakeld werd. Het
volume kan zich tussen 0 en 40 bevinden.
Gebruik de
/toetsen om de instelling van de gekozen
functie te wijzigen.
OPMERKINGEN
❒Met het Menu kan uitsluitend de inschakeling/uitschakeling van
de functie worden geregeld en niet de minimum- of
maximumwaarde van het volume.
❒Als bij het inschakelen van de autoradio de functies "TA" of
"TEL" of een externe audiobron zijn ingeschakeld, zal de radio
worden ingeschakeld met het volume dat voor deze bronnen is
ingesteld. Wanneer de externe audiobron is uitgeschakeld, kan
het volume ingesteld worden tussen de minimum- en de
maximumwaarde.
❒Bij lage acculading kan het volume niet tussen de minimum- en
maximumniveaus worden ingesteld.
TELEFOONFUNCTIE
(instelling telefoonvolume)
Met functie Speech volume aanwezig in het Menu
Met deze functie kan door aan de linker ON/OFF knop te draaien
of op de
/toetsen te drukken, het volume van de telefoon
geregeld (instellingen van 1 tot 40) of uitgeschakeld (OFF-
instelling) worden.
Op het display wordt de huidige functiestatus weergegeven:
❒"Speech Off": functie uitgeschakeld.
❒"Speech volume 23": functie ingeschakeld met volume-instelling
23.
Zonder functie Speech volume aanwezig in het Menu
Wanneer er een inkomend telefoongesprek is, wordt het geluid via
de radio overgezet naar het audiosysteem van de auto.
Het geluid van het inkomende telefoontje heeft altijd een vast
volume, maar dit kan tijdens het gesprek aangepast worden met
de ON/OFF toets/knop.
253
AUTORADIO