Alfa Romeo Brera/Spider 2009 Instructieboek (in Dutch)

Page 171 of 263

169
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Het is nodig te weten dat:
❒de krik 1,76 kg weegt;
❒de krik geen afstelwerkzaamheden vereist;
❒de krik niet kan worden gerepareerd: bij
een defect moet de krik door een krik van
hetzelfde type worden vervangen;
❒buiten de slinger geen enkel ander gereed-
schap op de krik gemonteerd mag worden.Ga voor het verwisselen van een wiel als volgt
te werk:
❒zet de auto stil op een plaats waar het ver-
keer niet in gevaar wordt gebracht en in al-
le veiligheid het wiel kan worden verwis-
seld. Zet de auto zo mogelijk op een vlak-
ke en stevige ondergrond;
❒zet de motor uit, trek de handrem aan en
schakel de eerste versnelling of de achter-
uitversnelling in;
❒til met behulp van de handgreep A-Afb. 2
de bekleding omhoog Ben bevestig deze
aan het bovenste deel van de bagage-
ruimte door middel van de daarvoor be-
stemde zijdelingse borgringen;
Maak het ventiel absoluut
niet open. Plaats geen en-
kel stuk gereedschap tussen velg en
band. Controleer regelmatig de
spanning van de banden en van het
noodreservewiel en houd u daarbij
aan de waarden die beschreven
staan in het hoofdstuk „Technische
gegevens”.
OPGELET
A0G0132mAfb. 2
❒voor uitvoeringen met de „snelle banden-
reparatieset Fix&Go” de gereedschaphou-
der uit de bagageruimte nemen Afb. 3;
A0G0134mAfb. 3

Page 172 of 263

170
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
❒draai de bouten helemaal los en verwijder
het wiel;
❒zorg ervoor dat de boutgaten en alle con-
tactvlakken van het reservewiel schoon zijn
en geen onzuiverheden bevatten, omdat
hierdoor na verloop van tijd de wielbou-
ten kunnen loslopen;
❒voor uitvoeringen met noodreservewiel de
blokkeerschroef losdraaien A-Afb. 4, de
gereedschaphouder eruit nemen B, deze
dicht bij het te verwisselen wiel zetten en
daarna het noodreservewiel pakken;
❒met de bijgeleverde sleutel A-Afb. 5de
wielbouten ongeveer een slag losdraaien;
schud de auto, zodat de velg makkelijker
van de wielnaaf los kan komen;
❒draai het mechanisme F-Afb. 7zodat de
krik omhoog komt, totdat het bovenste
deel van de krik Ggoed in de borging H
valt;
❒de krik moet worden geplaatst op de af-
stand aangegeven in Afb. 6;
A0G0208mAfb. 7
A0G0272mAfb. 6
❒waarschuw eventuele omstanders dat de au-
to wordt opgekrikt; zorg ervoor dat ze zich
niet in de nabijheid van de auto bevinden
en de auto vooral niet aanraken totdat de-
ze weer geheel op de grond staat;
❒plaats de slinger L-Afb. 7in de krik en
krik de auto omhoog, totdat het wiel eni-
ge centimeters los van de grond is;
A0G0206mAfb. 5A0G0019mAfb. 4

Page 173 of 263

171
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN❒monteer het reservewiel, waarbij de gaten
op de velg moeten samenvallen met die
aanwezig op de wielnaaf;
❒draai met de bijgeleverde sleutel de vijf
wielbouten handvast aan;
❒laat de auto zakken en verwijder de krik;
❒draai m. b. v. de bijgeleverde sleutel ver-
volgens de bouten kruislings in de aange-
geven volgorde geheel vast, zoals is afge-
beeld in Afb. 8.
NORMAAL WIEL
MONTEREN
Volg de hiervoor beschreven procedure, krik de
auto op en demonteer het noodreservewiel.
Ga als volgt te werk:
❒draai de centreerpen A-Afb. 9in een van
de boutgaten op de wielnaaf;
❒plaats het wiel op de pen en draai met de
bijgeleverde sleutel de vier beschikbare bou-
ten vast;
❒draai de centreerpen A-Afb. 9los en
draai de laatste wielbout vast;
A0G0210mAfb. 8A0G0211mAfb. 9
❒zet de auto omlaag en verwijder de krik,
draai vervolgens met behulp van de bijge-
leverde sleutel de bouten in de hiervoor
voor het reservewiel aangegeven volgorde
Afb. 8vast.
Ter afsluiting:
❒plaats het noodreservewiel op de daarvoor
bestemde plek in de bagageruimte;
❒plaats de half geopende krik stevig in de
houder om rammelen tijdens het rijden te
voorkomen;
❒berg het gebruikte gereedschap op in de
houder;
❒plaats de gereedschaphouder met het ge-
reedschap op het noodreservewiel;
❒plaats de afdekplaat op de juiste wijze te-
rug in de bagageruimte.

Page 174 of 263

172
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
A0G0114mAfb. 11
BANDENREPARATIES
ET FIX&GO
automatic
De auto is uitgerust met de snelle bandenre-
paratieset „Fix & Go”, als vervanging van het
gebruikelijke gereedschap en het noodreser-
vewiel.
De kit bevindt zich aan de linkerzijde van de
bagageruimte Afb. 10. In de houder van de
bandenreparatieset zijn ook de schroeven-
draaier en het sleepoog te vinden.
De reparatieset Afb. 11bevat:
❒een spuitbus Amet afdichtvloeistof, die
voorzien is van:
– een vulbuis B
– een sticker Cmet het opschrift „max.
80 km/h”; deze sticker moet na het re-
pareren van de band goed zichtbaar
(bijv. op het dashboard) worden aan-
gebracht;
❒een compressor Dmet een manometer en
verbindingsstukken;
❒een informatiefolder Afb. 12voor direct
gebruik van de snelle bandenreparatieset
die vervolgens aan de monteur moet wor-
den overhandigd die de behandelde band
gaat repareren;
❒een paar werkhandschoenen dat in het zij-
vak van de compressor is te vinden;
❒adapters voor het oppompen van diverse
voorwerpen.
A0G0228mAfb. 10
A0G0048mAfb. 12

Page 175 of 263

173
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Het is nodig te weten dat:
De afdichtvloeistof bij buitentemperaturen tus-
sen –20
°C e +50 °C werkt. De afdichtvloei-
stof heeft een houdbaarheidsdatum.
Overhandig de informatie-
folder aan het personeel
dat de band moet repareren die met
de bandenreparatieset is behandeld.
OPGELET
Als u een lekke band krijgt,
kan de band gerepareerd
worden als de diameter van
het lek niet groter is dan 4 mm. Het is niet mogelijk lekken
aan de zijkanten van de
band te repareren. Gebruik de re-
paratieset niet als de band bescha-
digd is geraakt door het rijden met
een lege band.
OPGELET
Bij schade aan de velg (zo-
danige vervorming van het
kanaal dat er lucht wegloopt) kan de
band niet gerepareerd worden. Ver-
wijder de eventueel in de band bin-
nengedrongen voorwerpen (schroe-
ven of spijkers) niet.
OPGELET

Page 176 of 263

174
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
De spuitbus bevat ethy-
leenglycol. Bevat latex: kan
een allergische reactie veroorzaken.
Schadelijk bij inslikken. Irriterend
voor de ogen. Kan overgevoeligheid
veroorzaken bij inademing en con-
tact. Vermijd contact met ogen, huid
en kleding. Spoel bij contact onmid-
dellijk overvloedig met water. Ver-
mijd braken bij inslikken, spoel de
mond uit, drink veel water en raad-
pleeg onmiddellijk een arts. Houd
buiten het bereik van kinderen. Het
product mag niet gebruikt worden
door astmatische patiënten. Adem
de dampen niet in tijdens het vul-
len en oppompen. Raadpleeg on-
middellijk een arts bij allergische re-
acties. Bewaar de spuitbus in de
daarvoor bestemde ruimte, ver ver-
wijderd van warmtebronnen. De af-
dichtvloeistof heeft een houdbaar-
heidsdatum.
OPGELET
Ga als volgt te werk:
❒plaats het wiel voor de werkzaamheden
met het ventiel A-Afb. 13zoals in de
afbeelding en schakel daarna de handrem
in. Verwijder de reparatieset en laat hem op
de grond vlak bij het wiel steunen;
OPPOMPEN VAN DE BAND
A0G0212mAfb. 13
Doe de handschoenen aan
die bij de snelle bandenre-
paratieset zijn geleverd.
OPGELET
De compressor mag niet
langer dan 20 minuten ach-
ter elkaar worden ingeschakeld. Ge-
vaar voor oververhitting. De repa-
ratieset is niet geschikt voor per-
manente reparatie; de gerepareer-
de banden mogen daarom slechts tij-
delijk worden gebruikt.
OPGELET
Vervang de spuitbus voordat
de houdbaarheidsdatum van
de afdichtvloeistof is vers-
treken. Spuitbussen en afdichtvloeistof
zijn schadelijk voor het milieu. Houd
u zich voor het afvoeren van deze pro-
ducten aan de wettelijke normen.

Page 177 of 263

175
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN❒als u er niet in slaagt binnen 5 minuten
de bandenspanning op ten minste 1,5 bar
te krijgen, koppel dan de compressor los
van het ventiel en de stekkerdoos en ver-
plaats vervolgens de auto ongeveer 10 me-
ter naar voren of naar achteren, zodat de
afdichtvloeistof in de band verdeeld wordt;
pomp de band vervolgens weer op;
❒als de bandenspanning ook op deze ma-
nier niet binnen 5 minuten na het inscha-
kelen van de compressor een spanning van
ten minste 1,8 bar bereikt, rijd dan niet ver-
der met de te zwaar beschadigde band; de
snelle bandenreparatieset is niet in staat
om het lek te dichten; wend u zich tot het
Alfa Romeo Servicenetwerk;
❒Draai de ventieldop los, neem de vulbuis
A-Afb. 14uit en draai de ring B-
Afb. 15op het ventiel van de band;
❒controleer of de schakelaar A-Afb. 16
van de compressor in stand 0(uitgescha-
keld) staat, start de motor, steek de stek-
kerA-Afb. 17in het contact of de aan-
steker op de tunnel en schakel de com-
pressor in door de schakelaar A-fig 16in
standI(ingeschakeld) te zetten.
❒pomp de band op tot de voorgeschreven
spanning (zie de paragraaf „Banden” in
het hoofdstuk „Technische gegevens”).
Controleer de bandenspanning op de druk-
meterB-Afb. 16. Voor een nauwkeuri-
ge aflezing moet de compressor worden
uitgeschakeld;
A0G0116mAfb. 14
A0G0214mAfb. 15
A0G0213mAfb. 16A0G0217mAfb. 17

Page 178 of 263

❒als de band op de juiste spanning is ge-
bracht (zie de paragraaf „Banden” in het
hoofdstuk „Technische gegevens”), vertrek
dan onmiddellijk;
176
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Plaats de sticker op een
voor de bestuurder goed
zichtbare plaats om aan te geven
dat de band behandeld is met de
snelle bandenreparatieset. Rijd
voorzichtig vooral in bochten. Rijd
niet harder dan 80 km/h. Vermijd
bruusk accelereren en remmen.
OPGELET
U moet absoluut aangeven
dat de band is gerepareerd
met de snelle bandenreparatieset.
Overhandig de informatiefolder aan
het personeel dat de band moet re-
pareren die behandeld is met de
bandenreparatieset.
OPGELET
Als de bandenspanning on-
der 1,8 bar is gedaald, mag
niet verder worden gereden: de
snelle reparatieset Fix & Go auto-
matic kan de vereiste wegligging
niet garanderen omdat de band te
erg beschadigd is. Wend u zich tot
het Alfa Romeo Servicenetwerk.
OPGELET
❒stop na ongeveer 10 minuten en contro-
leer opnieuw de bandenspanning; ver-
geet niet de handrem aan te trek-
ken;❒als een spanning van ten minste 1,8 bar
wordt gemeten, herstel dan de correcte
bandenspanning (met draaiende motor en
aangetrokken handrem), waarna verder
kan worden gereden;
❒rijd zeer voorzichtig naar een bedrijf uit het
Alfa Romeo Servicenetwerk.

Page 179 of 263

177
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
A0G0215mAfb. 18A0G0216mAfb. 19
ALLEEN VOOR CONTROLE
EN HERSTELLEN SPANNING
De compressor kan ook worden gebruikt voor
het herstellen van de bandenspanning. Maak
de snelkoppeling A-Afb. 18los en verbind
de koppeling direct met het ventiel van de band
Afb. 19; op deze manier wordt de spuitbus
niet met de compressor verbonden en wordt de
afdichtvloeistof niet in de band gespoten.
A0G0047mAfb. 20
U moet absoluut aangeven,
aan iedereen die de auto
gaat gebruiken, dat de band is ge-
repareerd met de snelle bandenre-
paratieset. Geef de informatieve
sticker aan het personeel dat de
herstelwerkzaamheden gaat uit-
voeren.
OPGELETPROCEDURE VOOR HET
VERVANGEN VAN DE
SPUITBUS
Ga als volgt te werk voor het vervangen van de
spuitbus:
❒maak de koppeling A-Afb. 20en de vul-
buisBlos;
❒draai de te vervangen spuitbus linksom en
trek de spuitbus omhoog;
❒plaats de nieuwe spuitbus en draai de spuit-
bus rechtsom;
❒plaats de koppeling Aterug of sluit de vul-
buisBaan op de zitting.

Page 180 of 263

178
VEILIGHEID
LAMPJES
EN BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
ALGEMENE AANWIJZINGEN
❒Als een lamp niet brandt, controleer dan
eerst of de zekering niet doorgebrand is,
voordat u de lamp vervangt: zie voor de
plaats van de zekeringen de paragraaf „Ze-
keringen vervangen” in dit hoofdstuk;
❒controleer voordat u een lamp vervangt of
de contacten niet zijn geoxideerd;
❒vervang een defecte lamp door een exem-
plaar van hetzelfde type en vermogen;
❒als u een gloeilamp in de koplamp hebt ver-
vangen, controleer dan om veiligheidsre-
denen altijd of de afstelling nog goed is.
BELANGRIJKAan de binnenzijde kan de
koplamp een beetje beslagen zijn: dit duidt niet
op een defect, maar is een natuurlijk ver-
schijnsel dat veroorzaakt wordt door een lage
temperatuur en de luchtvochtigheidsgraad, en
verdwijnt snel als de koplampen worden inge-
schakeld. De aanwezigheid van druppels aan
de binnenzijde van de koplamp duidt daaren-
tegen op het binnendringen van water: wend
u zich tot het Alfa Romeo Servicenetwerk.
LAMP VERVANGEN
Modificaties en reparaties
aan de elektrische installa-
tie die niet juist en zonder rekening
te houden met de technische speci-
ficaties van het systeem worden uit-
gevoerd, kunnen storingen en
brandgevaar veroorzaken.
OPGELET
Door de hoge voedings-
spanning mogen defecte
gasontladingslampen (Bixenon)
uitsluitend door gespecialiseerd per-
soneel worden vervangen: levens-
gevaar! Wend u zich tot het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
OPGELET
Halogeenlampen bevatten
gas onder druk. Als de lamp
stuk gaat, dan kunnen glasdeeltjes
wegspringen.
OPGELET
Halogeenlampen mag u uit-
sluitend aanraken op het
metalen gedeelte. Als u de bol met
uw vingers aanraakt, zal de lichtop-
brengst van de lamp teruglopen en
kan ook de levensduur beperkt wor-
den. Als de bol per ongeluk wordt
aangeraakt, reinig de bol dan met
een met wasbenzine bevochtigde
doek en laat de lamp drogen.
OPGELET

Page:   < prev 1-10 ... 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 ... 270 next >