BMW 3 SERIES 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 241 of 289

Dimlicht
Lamp 55 watt, H7.1.Het deksel tegen de klok in draaien en verj
wijderen.2.Lamphouder tegen de klok in draaien,
pijl 1, en verwijderen, pijl 2.3.Lamp uit de lamphouder trekken.4.Nieuwe lamp en lamphouder plaatsen.5.Koplampbehuizing met deksel sluiten. Let erop dat het deksel hoorbaar vergrendelt.6.Afdekking in de wielkast aanbrengen.
Toegangtotgrootlicht/lichtsignaal
Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 239, in
acht nemen.
1.Motorkap openen, zie pagina 229.2.Deksel tegen de klok in draaien en verwijj
deren.
Grootlicht/lichtsignaal
Lamp 55 watt, H7.
1.Lamphouder draaien, pijl 1, en lamphouder
voorzichtig verwijderen, pijl 2.2.Lamp uit de lamphouder trekken.3.Voor het plaatsen van lamp en lamphouder in omgekeerde volgorde te werk gaan.Lamphouder moet hoorbaar vastklikken.4.Koplampbehuizing met deksel sluiten.
LED-koplampen
LED-lampen
Alle frontlampen en de zijdelingse knipperlichj
ten zijn uitgevoerd in LED-techniek.
Bij een defect contact opnemen met de Serj
vice Partner van de fabrikant of een andere gej kwalificeerde Service Partner of specialist.
Halogeen-mistlamp Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 239, in
acht nemen.
Seite 241VervangenvanonderdelenMobiliteit241
Online Edition for Part no. 01402977941 - II/17

Page 242 of 289

Gloeilamp 35 watt, H8.1.Met de handgreep van de schroevenj
draaier uit het boordgereedschap de drie
schroeven, pijl 1, van de wielkastbekleding
losdraaien. Wielkastbekleding voorzichtig wegtrekken, pijl 2.2.Stekker van de lamp lostrekken, pijl 1.
Lamp draaien, pijl 2.
Linker voertuigzijde: met de klok mee draaien.
Rechter voertuigkant: tegen de klok in
draaien.
Lamp verwijderen.3.Nieuwe lamp plaatsen, stekker aansluiten
en wielkastbekleding vastschroeven.
LED-mistlamp
De mistlampen zijn van LED-techniek voorj zien. Bij een defect contact opnemen met de Service Partner van de fabrikant of een anderegekwalificeerde Service Partner of specialist.
Knipperlichtindebuitenspiegel
De knipperlichten in de buitenspiegels maken
gebruik van LED-techniek. Bij een defect conj
tact opnemen met de Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalificeerde Serjvice Partner of specialist.
Achterlichten,lampvervangen
Overzicht1Richtingaanwijzers2Mistachterlicht3Achteruitrijlicht4Achterlichtlampen5Remlicht
Lampvervangingbuitenste
achterverlichting
De buitenste achterlichten maken gebruik van
LED-techniek. Bij een defect contact opnemen met de Service Partner van de fabrikant of eenandere gekwalificeerde Service Partner of spejcialist.
Lichteninhetkofferdeksel
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 239, in
acht nemen.
Achteruitrijlicht: lamp 21 watt, H21W.
Alle andere lampen in het kofferdeksel zijn van LED-techniek voorzien. Bij een defect contact
opnemen met de Service Partner van de fabrij kant of een andere gekwalificeerde ServicePartner of specialist.
Seite 242MobiliteitVervangenvanonderdelen242
Online Edition for Part no. 01402977941 - II/17

Page 243 of 289

Toegangtotdelampen1.Evt. gevarendriehoek weghalen, zie paj
gina 247, en houder met de schroevenj
draaier uit het boordgereedschap, zie paj gina 238, verwijderen.2.De bevestigingen van de bekleding met de
schroevendraaier uit het boordgereedj schap losmaken en helemaal uittrekken.3.De bekleding voorzichtig van het kofferj
deksel losmaken, eerst aan de rand en dan in het bereik van de handgreepkommen.
Erop letten dat de bekleding niet vastj
haakt.4.De bekleding voorzichtig uitklappen.
Achteruitrijlichtvervangen
1.Lamphouder eruit trekken.2.Lamp linksom losdraaien uit de lamphouj der.3.Nieuwe lamp plaatsen.
Kentekenplaatverlichtingen
middelsteremlicht
De lampen maken gebruik van LED-techniek.
Bij een defect contact opnemen met de Serj
vice Partner van de fabrikant of een andere gej kwalificeerde Service Partner of specialist.
Accu Onderhoud De accu is onderhoudsvrij.
Het zuur waarmee de accu gevuld is volstaat
voor de volledige levensduur van de accu.
Specifieke informatie over de accu kan bij een Service Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist worden opgevraagd.
Voertuigaccuvervangen
Algemeen
De fabrikant van uw auto adviseert om de accu na vervanging door een servicepartner van de
fabrikant of een andere gekwalificeerde servij cepartner of gekwalificeerde werkplaats bij deauto te laten aanmelden. Met de nieuwe aanj
melding zijn alle comfortfuncties onbeperkt
beschikbaar en eventuele Check-Control-melj
dingen voor deze comfortfuncties worden niet
meer weergegeven.
Veiligheidsaanwijzing OPMERKING
Accu's die als ongeschikt zijn bevonden
kunnen systemen beschadigen of ertoe leiden
dat functies niet meer kunnen worden uitgej voerd. Er bestaat gevaar voor schade. Alleen
accu's gebruiken die door de fabrikant van de
auto als geschikt zijn aangemerkt.'

Page 244 of 289

In de volgende gevallen kan het opladen van
de accu noodzakelijk zijn:'yBij frequente korte trajecten.'yBij standtijden van meer dan een maand.
Veiligheidsaanwijzing
OPMERKING
Bij acculaders voor de voertuigaccu kunj
nen hoge spanningen en stromen optreden,
waardoor het 12V-boordnet overbelast of bej
schadigd kan raken. Er bestaat gevaar voor
schade. Acculaders voor de voertuigaccu alj
leen op de starthulp-aanklempunten in de moj
torruimte aansluiten.'

Page 245 of 289

Afdekkingverwijderen1.Met het boordgereedschap de drie schroej
ven, pijl 1, van de afdekking losdraaien.2.Bevestiging naar boven trekken, pijl 2.3.Afdekking zijdelings wegnemen, pijl 3.4.De vier bevestigingen indrukken en deksel wegnemen.
Afdekkingenaanbrengen
1.Bij het aanbrengen van het deksel erop letj
ten dat alle vier bevestigingen worden
vastgeklikt.2.Afdekking onder rubberlip aanbrengen en
vervolgens tussen de verbindingsstukken
steken.3.Bevestiging naar beneden drukken en de
drie schroeven aandraaien.
Indebagageruimte
De bagageruimtebodem omhoogklappen.
Gegevens betreffende het zekeringenoverzicht vindt u op een afzonderlijk vouwblad.
Seite 245VervangenvanonderdelenMobiliteit245
Online Edition for Part no. 01402977941 - II/17

Page 246 of 289

HulpingevalvanpechUitrustingvandeautoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Waarschuwingsknipperlicht
De toets bevindt zich in de middenconsole.
Intelligentenoodoproep
Principe Via dit systeem kan in noodsituaties een noodj
oproep worden verzonden.
Algemeen
SOS-toets uitsluitend bij noodgevallen gebruij ken.
Ook als er geen noodoproep via BMW mogelijk is, kan het zijn dat een noodoproep naar eenopenbaar alarmnummer tot stand wordt gej
bracht. Dit is onder andere afhankelijk van het
mobiele netwerk en de nationale wetgeving.
De noodoproep kan om technische redenen
onder ongunstige omstandigheden niet worj
den gegarandeerd.
Overzicht
SOS-toets in de dakhemel
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'yIn de auto ge

Page 247 of 289

'yLED brandt groen als de noodoproep gej
activeerd is.
Als een onderbrekingscontrole op het
Control Display wordt weergegeven, kan de noodoproep worden afgebroken.
Indien de omstandigheden dit toelaten, in
de auto wachten tot de spraakverbinding
tot stand is gekomen.'yLED knippert groen als de verbinding met
het alarmnummer tot stand is gebracht.
Bij een noodoproep via BMW worden gejgevens aan de alarmcentrale gestuurd, die
dienen voor het bepalen van de vereiste
reddingsmaatregelen. Bijv. de actuele poj
sitie van de auto, wanneer deze kan worj den bepaald. Als wedervragen van de
noodoproepcentrale onbeantwoord blijven
worden automatisch reddingsmaatregelen
genomen.
Als de alarmcentrale niet te horen is via de
luidsprekers, is mogelijk de handsfree-inj
stallatie buiten werking. U kunt dan echter
voor de alarmcentrale toch te horen zijn.
De noodoproep wordt door de alarmcentrale
be

Page 248 of 289

StarthulpAlgemeen
Bij een lege accu kan de motor met de accu van andere auto met behulp van twee startkajbels worden gestart. Gebruik hiervoor alleenstartkabels met volledig ge

Page 249 of 289

eenkomstige motor- of carrosseriemassavan de stroomleverende auto.5.Tweede poolklem op de accuminpool of op
de overeenkomstige motor- of carrosseriej
massa van de te starten auto bevestigen.
Motorstarten
Voor het starten van de motor geen startspray
gebruiken.
1.Motor van de stroomleverende auto starj ten en enkele minuten met verhoogd statij
onair toerental laten draaien.
Bij te starten auto met dieselmotor: motor
van de stroomleverende auto circa 10 mij
nuten laten lopen.2.Start de motor van de te starten auto zoals
gebruikelijk.
Als dit niet lukt, de startpoging pas na enj kele minuten herhalen, om de ontladen
accu in staat te stellen stroom op te nej
men.3.Beide motoren enkele minuten laten
draaien.4.Startkabels in omgekeerde volgorde weer losmaken.
Zo nodig de accu laten controleren en opladen.
Aan-enwegslepen Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Door systeembeperkingen kunnen bij het
slepen/wegslepen met geactiveerde Intelligent
Safety-systemen storingen van afzonderlijke
functies optreden, bijvoorbeeld botswaarschuj
wing met remfunctie. Er bestaat gevaar voor
ongevallen. Voor het slepen/wegslepen alle Inj
telligent Safety-systemen uitschakelen.'

Page 250 of 289

'yDe auto met geschikt gereedschap omj
hoogbrengen.'yDe auto niet aan het sleepoog en delen van
de carrosserie of het onderstel omhoogj
brengen of bevestigen.'

Page:   < prev 1-10 ... 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 ... 290 next >