BMW 3 SERIES 2020 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 211 of 396

HerkendvoertuigSymboolBeschrijvingSymboolgroen:
Voorliggergedetecteerd.Het systeemhoudtdeingesteldeafj
standtotdevoorliggeraan.
Zodrahetherkendevoertuigisweggereden,bej weegthetvoertuigsymboolindeafstandsindicaj
tiezichweg.
Omteaccelereren,ACCactiverenbijvoorbeeld
doorkortgastegevenofdetuimelschakelaarin
tedrukken.
Controle-enwaarschuwingslampjes
SymboolBeschrijvingVoertuigsymboolknippert:
Aandevoorwaardenvoorhet
gebruikvanhetsysteemwordt
nietmeervoldaan.
Hetsysteemisgedeactiveerd,
maarremttotdeactieveoverj
namedoorhetindrukkenvande
remofhetgaspedaal.Voertuigsymboolenafstandsj
balkknipperenroodenerklinkt
eensignaal:
Remmenenevt.uitwijken.
WeergaveninhetHead-Up
Display
Gewenstesnelheid
Eendeelvandeinformatieoverhetsysteemkan ookwordenweergegevenophetHead-UpDisjplay.
Hetsymboolwordtweergegevenalsde
ingesteldesnelheidbereiktis.
Afstandsinformatie
Hetsymboolwordtweergegeven,alsdeafstandtotdeautodievoorurijdttegejringis.
Deafstandsinformatieisindevolgendegevallen
actief:'xActievesnelheidsregelinguitgeschakeld.'xWeergaveinhetHead-UpDisplaygeselecj teerd,ziepagina 162.'xAfstandtekort.'xSnelheidbovencirca70km/h.
Grenzenvanhetsysteem
Detectiegebied
Hetdetectievermogenvanhetsysteemenhet
automatischeremvermogenzijnbeperkt.
Tweewielerswordenbijvoorbeeldmogelijkniet
waargenomen.
Vertraging Hetsysteemvertraagtnietindevolgendesituj
aties:
'xBijvoetgangersofdergelijkelangzameverj
keersdeelnemers.'xBijrodeverkeerslichten.'xBijkruisendverkeer.'xBijtegemoetkomendverkeer.Seite211RijhulpsystemenBEDIENING211
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 212 of 396

Invoegendevoertuigen
Eenvoorliggerwordtpasherkend,alsdezezichvolledigopdeeigenstrookbevindt.
Bijhetplotselinguitwijkenvaneenvoorliggerop
uwrijstrookkanhetsysteemdeingesteldeafj standsomsnietmeerzelfstandigherstellen.De
gekozenafstandkanonderomstandighedenook
bijgrotesnelheidsverschillentenopzichtevan
voorurijdendeauto'sniethersteldworden,bijj
voorbeeldbijhetsnelnaderenvaneenvrachtj
auto.Hetsysteemverzoektuombijeenmetzej kerheidgedetecteerdevoorliggerintegrijpendoorafteremmeneneventueeluittewijken.
Rijdeninbochten
Alsdeingesteldesnelheidtehoogisvooreen
bocht,wordtdesnelheidindebochtietsverminj
derd.Aangezienbochtenevt.nietopvoorhand
wordenherkend,moetdebochtmetaangepaste snelheidwordeningereden.
Hetsysteemheefteenbeperktdetectiegebied.
Inscherpebochtenkunnensituatiesoptreden
waarbijeenvoorliggernietoftelaatwordtherj
kend.
Bijhetnaderenvaneenbochtkanhetsysteem inverbandmetdekrommingvandebochtkortj
stondigreagerenopvoertuigendiezichopde
andererijstrookbevinden.Eeneventuelevertraj gingvandeautodoorhetsysteemkanworden
verholpendoorkortteaccelereren.Nahetloslaj
tenvanhetgaspedaalishetsysteemweeractief enwordtdesnelheidweerautomatischgerejgeld.
Wegrijden Deautokanbijvoorbeeldinvolgendesituatiesnietautomatischwegrijden:
'xBijsteilehellingen.'xVoorverhogingeninhetwegdek.'xMeteenzwareaanhangwagen.
Indezegevallenhetgaspedaalbedienen.
Weersomstandigheden Bijongunstigeweers-oflichtomstandigheden
kunnendevolgendebeperkingenoptreden:
'xSlechtereherkenningvanvoertuigen.'xKortstondigeonderbrekingbijreedsherj kendevoertuigen.
Voorbeeldenvoorweers-oflichtomstandighej
den:
'xNatweer.'xSneeuwval.'xSmeltendesneeuw.'xMist.'xTegenlicht.Seite212BEDIENINGRijhulpsystemen212
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 213 of 396

Oplettendrijdenenzelfreagerenopdeheerjsendeverkeerssituatie.Evt.actiefingrijpen,bijj
voorbeelddoorremmen,sturenofuitwijken.
Motorvermogen
Deingesteldesnelheidwordtookbijafdalingen
aangehouden.Ophellingenkandegewenste
snelheidmogelijknietaangehoudenworden wanneerhetmotorvermogenniettoereikendis.
InderijmodusECOPROkandeautoinsomj
migegevallendoelgerichtbovenofonderdeinj
gesteldesnelheidkomen,bijvoorbeeldophellinj
gen.
Storing
Radarsensor
Hetsysteemkannietwordengeactiveerdalsde
radarsensornietcorrectisgericht,veroorzaakt bijvoorbeelddooreenparkeerschade.
ErwordteenCheck-Control-meldingweergegej
venalshetsysteemisuitgevallen.
HetsysteemdooreenServicePartnervandefaj brikantofeenanderegekwalificeerdeService
Partnerofspecialistlatencontroleren.
Hetsysteemkanwordenbeperktwanneerhet
herkenningsbereikvandewielsensorgedeeltelijk
wordtbedekt,bijv.doordenummerplaathouder.
Camera Defunctievoorhetherkennenenreagerenbijhetnaarstilstaandevoertuigentoerijdenkanin
devolgendesituatiesbeperktzijn:'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.'xBijuitvalofverontreinigingvandecamera.Er
wordteenCheck-Control-meldingweergej geven.SpeedLimitAssist
Principe
Alsdesystemeninhetvoertuig,bijv.SpeedLijmitInfo,eenwijzigingvandesnelheidsbeperkingophettrajectherkennen,kandezenieuwesneljheidswaardevoorvolgendesystemenwordenovergenomen.
'xHandmatigesnelheidsbegrenzer.'xSnelheidsregeling.'xActievesnelheidsregelingmetStop&Go-
functie
Desnelheidswaardewordtalsnieuwegewenste snelheidvoorgesteld.Omdesnelheidswaardeovertenemen,moethetbetreffendesysteem
geactiveerdzijn.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Wegenssysteembeperkingen
kanhetsysteemnietinalleverkeerssituaties
zelfstandigopgepastewijzereageren.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverj
keerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieobj
serverenenindebetreffendesituatiesactief ingrijpen.
WAARSCHUWING
Deingesteldesnelheidkanabusievelijkverj
keerdingesteldofopgeroepenworden.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Ingesteldesnelj
heidaandeverkeerssituatieaanpassen. Verkeerssituatieobserverenenindebetrefj
fendesituatiesactiefingrijpen.
Seite213RijhulpsystemenBEDIENING213
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 214 of 396

OverzichtToetsenopstuurwielToetsFunctieVoorgesteldesnelheidovernemen,zie
pagina 213.Snelheidinstellen,ziesnelheidsregej
ling.
In-/uitschakeleneninstellen
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.Snelheidsassistent4.Aanwijz.m.b.t.snelheidslimieten
Gewensteinstellingselecteren:'xhandmatigovernemen:herkendesnelj
heidslimietkanmanueelovergenomen worden.'xAnticiperendrijdenweergeven:herj
kendesnelheidslimietenwordenzonder
overtenemenophetinstrumentenpaneel weergegeven.'xUit:SpeedLimitAssistwordtuitgeschaj
keld.
Weergaveninhet
instrumentenpaneel
Inhetinstrumentenpaneelverschijnteenmelj
ding,alshetsysteemendesnelheidsregeling
geactiveerdzijn.
SymboolFunctieControlelampjebrandtgroen,
samenmethetsymboolvoor
eensnelheidsregelingsysj
teem:
SpeedLimitAssistisactiefen
herkendesnelheidslimieten
kunnenmanueelvoorhet
weergegevensysteemoverj
genomenworden.Onmiddellijketoepassingvan
nieuwherkendesnelheidslij
miet.
Eenafstandsvermeldingachj
terhetsymboolsignaliseert
evt.eenteverwachtenveranj
deringvandesnelheidsbej
grenzing.Controlelampjebrandtgroen:
deherkendesnelheidslimiet
kanmetdeSET-knopoverj
genomenworden.
Zodradesnelheidslimietis
overgenomen,verschijnter
eengroenvinkje.
Voorgesteldesnelheid
overnemen
DrukopdeknopzodrahetSET-symj
boolbrandt.
Snelheidsaanpassinginstellen Erkanwordeningesteldofdesnelheidsbegrenjzingexactovergenomenwordt,ofmeteentolejrantie.
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.Snelheidsassistent4.Snelheidslim.aanpass.Seite214BEDIENINGRijhulpsystemen214
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 215 of 396

Gewensteinstellingdoen.
GrenzenvanhetsysteemSpeedLimitAssistisgebaseerdophetsysteemSpeedLimitInfo,daaromookdesysteemgrenjzenvanSpeedLimitInfo,ziepagina 156,inacht
nemen.
Afhankelijkvanhetbetreffendelandkunnen snelheidsbegrenzingennietofslechtsbeperkt overgenomenworden,bijvoorbeeldbijsneljheidsinformatievanhetnavigatiesysteem.
ParkDistanceControlPDC
Principe PDChelptbijhetinparkeren.Langzaamnaderenvaneenobjectv

Page 216 of 396

UltrasonesensorenUltrasonesensorenvandePDC,
bijvoorbeeldindebumpers.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Decorrectewerkingwaarborgen:'xSensorennietafdekken,bijv.metstickers,
fietsendragersenz.'xSensorenschoonenijsvrijhouden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemschakeltindevolgendesituaties
automatischin:
'xWanneerbijdraaiendemotorkeuzehendelj
standRwordtingeschakeld.'xBijhetnaderenvangedetecteerdeobstakels
meteensnelheidlagerdancirca4km/h.De
activeringsafstandisafhankelijkvandebej treffendesituatie.
Hetautomatischinschakelenbijgedetecteerde
obstakelskanwordenin-enuitgeschakeld.
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.Parkeren4.AutomatischePDC-activering:afhankelijk
vandeuitrusting.5.AutomatischePDC-activering
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Afhankelijkvandeuitrustingwordttevenseen bijpassendcamera-aanzichtingeschakeld.
Automatischuitschakelenbij
vooruitrijden
Hetsysteemwordtbijoverschrijdingvaneenbejpaaldeafstandofeenbepaaldsnelheidsbereik
uitgeschakeld.
Indiennodighetsysteemweerinschakelen.
Handmatigin-/uitschakelen Toetsparkeerassistentindrukken.'xAan:LEDbrandt.'xUit:LEDdooft.
Alsdetoetsparkeerassistentwordtingedrukt,
terwijldeachteruitversnellingisingeschakeld,
wordthetbeeldvandeachteruitrijcameraweerj gegeven.
Afhankelijkvandeuitvoeringkanhetsysteem
niethandmatigwordenuitgeschakeldwanneer deachteruitrijversnellingisingeschakeld.
Waarschuwing
Geluidssignalen Algemeen
Denaderingvaneenobjectwordtdooreeninj
tervaltoongesignaleerd.Alsbijvoorbeeldlinks
achterdeautoeenobjectwordtwaargenomen,
klinkthetgeluidssignaaluitdeluidsprekerlinksj achter.
Hoekleinerdeafstandtoteenobjectwordt,hoe korterdeintervallenworden.
Alsdeafstandtoteenherkendobjectkleineris
danca.20cm,klinktereencontinusignaal.
Alszichgelijktijdigzowelvooralsachterdeauto
objectenopeenafstandkleinerdancirca20cm
bevinden,klinkteenafwisselendononderbroken
geluidssignaal.
Steptronictransmissie:onderbrokenenononj derbrokengeluidssignalenwordenbijhetinschaj kelenvankeuzehendelstandPuitgeschakeld.
Seite216BEDIENINGRijhulpsystemen216
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 217 of 396

Hetonderbrokengeluidssignaalwordtbijstiljstaandeautonakortetijduitgeschakeld.
Volume
DeverhoudingtussenhetvolumevandePDC- signaaltoonenhetvolumevanhetentertainment kaningesteldworden.
ViaiDrive:1.Mijnauto2.iDriveinstellingen3.Klank4.Volume-instellingen5.PDC6.Steldegewenstewaardein.
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Optischewaarschuwing
DenaderingvaneenobjectwordtophetControl
Displayweergegeven.Verderverwijderdeobjecj tenwordenreedsweergegeven,voordateengejluidssignaalklinkt.
Weergaveverschijnt,zodraPDCwordtingeschaj
keld.
Hetdetectiegebiedvandesensorenwordtinde
kleurengroen,geelenroodweergegeven.
Omdebenodigderuimtebetertekunneninj
schattenwordenmanoeuvreerlijnenweergegej
ven.
Alshetbeeldvandeachteruitrijcamerawordtafj gebeeldkannaarPDCofeventueeleenander
aanzichtmethindernismarkeringenomgeschaj
keldworden:
Achteruitrijcamera
Waarschuwingkruisendverkeer,ziepagina 238:
afhankelijkvandeuitvoeringwordtindeweerj
gavevandePDCookvoorvoertuigengewaarj schuwddieachterofvoorvanafdezijkantnadej
ren.
Metparkeerassistenten
Steptronic-transmissie:
noodremfunctie,actievePDC
PrincipeDenoodremfunctievandePDCvoertbijacuut
botsingsgevaareennoodstopuit.
Algemeen
Inverbandmetsysteembeperkingenkaneen
botsingnietonderalleomstandighedenworden voorkomen.
Defunctieisbeschikbaarbijachteruitrijdenof
achteruitrollenalslangzamerdanstapvoets
wordtgereden.
Eenbedieningvanhetgaspedaalonderbreektde
remingreep.
Naeennoodstoptotstilstandisvoorzichtigverj
derrijdennaarhetobstakelmogelijk.Voorhetafj tastenhetgaspedaallichtindrukkenenopnieuwloslaten.
Bijhetdieperindrukkenvanhetgaspedaalrijdt
deautoopnormalemanierweg.Handmatig remmenisopiedermomentmogelijk.
Hetsysteemmaaktgebruikvandeultrasone
sensorenvandePDCenparkeerassistent.
Seite217RijhulpsystemenBEDIENING217
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 218 of 396

Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevalj len.Rijstijlaandeverkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieengebiedronddeautodoorgoedkijkenextracontrolerenenindebetrefj
fendesituatieactiefingrijpen.
Instellingen
Hetsysteemkanwordengeactiveerdofgedeacj
tiveerd.
Evt.kanwordeningesteldwelkebereikenopde autodoorhetsysteemwordenbeschermd.
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.Parkeren4.NoodremfunctieActievePDC5.Gewensteinstellingselecteren.
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Grenzenvanhetsysteem
Hetsysteemisbijv.nietinzetbaarindevolgende
situaties:
'xBijrijdenmeteenaanhanger.
Indiennodighetsysteemevt.viaiDrivedeactivej
ren.
MetParkingAssistant:
inparkeerhulpzijkant
PrincipeHetsysteemwaarschuwtvoorobstakelsaandezijkantvandeauto.
Algemeen
Hetsysteemmaaktgebruikvandeultrasone
sensorenvandePDCenparkeerassistent.
Weergave
Terbeschermingvandeflankenvandeauto wordenhindernismarkeringenaandezijkantvan
deautoweergegeven.
'xGekleurdemarkeringen:waarschuwingvoor
herkendeobstakels.'xGrijzemarkeringen,gearceerdvlak:erwerden geenobstakelsherkend.'xGeenmarkeringen,zwartvlak:hetgebied
naastdeautowerdnognietgeregistreerd.
Grenzenvandeinparkeerhulp
zijkant
Hetsysteemgeeftalleenstilstaandeobstakels aan,dieeerderbijhetlangsrijdendoordesensoj
renherkendzijn.
Hetsysteemherkentnietofeenobstakelnaderj
handbeweegt.Demarkeringenwordenbijstilj
standnaeenbepaaldetijdzwartweergegeven.
Hetgebiednaastdeautomoetopnieuwworden geregistreerd.
Alshetstopcontactvandeaanhangwageningej
bruikis,isdeinparkeerhulpzijkantnietbeschikj baar.
Seite218BEDIENINGRijhulpsystemen218
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 219 of 396

Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj geren.Erbestaatkansopeenongevalofschade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Metaanhangwagenofalsde
aanhangwagencontactdoosin
gebruikis
DeachterstePDC-functieswordenuitgeschaj
keld.
Witsymboolwordtweergegeven.
Afhankelijkvandeuitvoeringwordthet
detectiegebiedvandesensorendonker
weergegevenophetControlDisplay.
Grenzenvandeultrasoonmeting
Hetwaarnemenvanobjectenmetultrasonemej
tingkandoornatuurlijkegrenzenwordenbej
perkt,bijv.indevolgendesituaties:
'xBijkleinekinderenendieren.'xBijpersonenmetbepaaldekleding,bijvoorj beeldeendikkejas.'xBijexternestoringvanhetultrasonesignaal,
bijvoorbeelddoorvoorbijrijdendevoertuigen
oflawaaiigemachines.'xBijvuile,bevroren,beschadigdeofverstelde
sensoren.'xBijbepaaldeweersomstandigheden,bijv. hogeluchtvochtigheid,regen,sneeuwval,exjtremehitte,ofsterkewind.'xBijaanhangwagentrekstangenen-koppelinjgenvananderevoertuigen.'xBijdunneofwigvormigevoorwerpen.'xBijbewegendeobjecten.'xBijhogergelegenenuitstekendeobjecten,
bijvoorbeeldmuuruitsparingen.'xBijobjectenmethoeken,randenengladde vlakken.'xBijobjectenmeteendunneoppervlakteof
structuur,bijvoorbeeldhekken.'xBijobjectenmetporeuzeoppervlakken.'xBijkleineenlageobjecten,bijvoorbeeldkisj ten.'xBijobstakelsenpersonenaanderandvande
rijbaan.'xBijzachteofmetschuimstofomhuldeobstaj kels.'xBijplantenofstruiken.'xReedsweergegeven,lageobjecten,bijvoorj
beeldstoepranden,kunneninhetdodebej reikvandesensorenkomenvoordatofnadatreedseenononderbrokengeluidssignaalklinkt.'xHetsysteemhoudtgeenrekeningmetuitstej
kendelading.
Loosalarm
Hetsysteemkanonderdevolgendeomstandigj
hedeneenwaarschuwingweergeven,hoeweler
zichgeenobstakelinhetdetectiegebiedbevindt:
'xBijzwareregenval.'xBijsterkeverontreinigingvanofijsvormingop desensoren.'xBijmetsneeuwbedektesensoren.'xBijruwwegdek.'xBijoneffenhedeninhetwegdek,bijvoorbeeld
verkeersdrempels.'xIngrote,rechthoekigegebouwenmetgladde
muren,bijvoorbeeldondergrondsegarages.'xInwasinstallatiesenwasstraten.'xDoorsterkeuitlaatgassen.'xBijscheefzittendeafdekkingvandetrekhaak.Seite219RijhulpsystemenBEDIENING219
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page 220 of 396

'xDoorandereultrasonebronnen,bijvoorbeeldveegmachines,stoomstraalreinigersoftl-lamjpen.
Omonterechtewaarschuwingentebeperken,bijv.indewasstraat,kuntuhetautomatischinjschakelenvandePDCbijherkendeobstakels
eventueeluitschakelen,ziepagina 216.
Storing
ErwordteenCheck-Control-meldingweergegej
ven.
Eenwitsymboolwordtweergegevenen
hetdetectiegebiedvandesensoren
wordtdonkerweergegevenophetConj
trolDisplay.
PDCisuitgevallen.HetsysteemdooreenSerj vicePartnervandefabrikantofeenanderegejkwalificeerdeServicePartnerofspecialistlatencontroleren.
ZonderSurroundView: achteruitrijcamera
Principe
Deachteruitrijcamerahelptbijhetachterwaarts
inparkerenenmanoeuvreren.Hiertoewordthet
gebiedachterdeautoophetControlDisplay weergegeven.
Bovendienkunnenhulpfunctiesindeweergave wordenaangegeven,bijv.hulplijnen.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevalj len.Rijstijlaandeverkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieengebiedronddeautodoor
goedkijkenextracontrolerenenindebetrefjfendesituatieactiefingrijpen.
Overzicht
Afhankelijkvandeuitvoering:knop
inauto
Toetsparkeerassistent
Camera
Decameralenszitindehandgreeplijstvande kofferklep.
Doorvuilkandebeeldkwaliteitminderworden.
Zonodigdecameralensreinigen.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtautomatischingeschakeld
wanneerbijdraaiendemotorkeuzehendelstand
Rwordtingeschakeld.
Seite220BEDIENINGRijhulpsystemen220
OnlineEditionforPartno.01405A03F69-II/20

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 400 next >