BMW 4 SERIES 2022 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 231 of 456

slagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctieswordenbasisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeld.ophetstuurwiel5.Trillingssterkte6.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtvooralleIntelligentSafety-
systemenovergenomen.
Waarschuwingsfunctie
Lampjeinbuitenspiegel
Acutewaarschuwing
Bijaanrijdingsgevaarknipperthetlampjeinde buitenspiegelentrilthetstuurwiel.
TegelijkertijdwordteenCheck-Control-melding
weergegeven.
Ervindtevt.eenactievestuuringreepplaatsom debotsingtevermijdenendeautoveiligopde
eigenrijbaantehouden.
Destuuringreepisinhetstuurwielvoelbaaren
kanopelkmomenthandmatigoverstuurdworj den.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof
schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xCamerass,ziepagina 47.'xRadarsensoren,ziepagina 48.Seite231VeiligheidBEDIENING231
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 232 of 456

Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:'xDesnelheidvanhetnaderendevoertuigis veelhogerdandeeigensnelheid.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xBijontbrekende,afgesleten,moeilijkzichtjbare,samen-ofuiteenlopendeofonduidej
lijkerijbaanbegrenzingen,zoalsbijvoorbeeld bijwegwerkzaamheden.'xBijrijstrookbegrenzingendiedoorsneeuw,ijs,vuilofwaterzijnbedekt.'xBijrijstrookbegrenzingendienietwitzijn.'xBijrijstrookbegrenzingendiedoorobjectenzijnbedekt.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijjden.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Alsdewerkingisbeperkt,wordteenCheck- Control-meldingweergegeven.
Alsdecontactdoosvooraanhangwagensingej
bruikisofdeaanhangwagenmodusingeschaj
keldis,bijvoorbeeldbijhetrijdenmeteenaanj
hangwagenoffietsendrager,kanhetsysteem
nietwordeningeschakeld.ErwordteenCheck-
Control-meldingweergegeven.
RearCollisionPrevention
Principe
Afhankelijkvandeuitvoeringenlandsafhankelijk
kandeRearCollisionPreventionreagerenop
voertuigendiezichvanachteruitnaderen.
Algemeen
Radarsensorenbewakendehetgebiedachter hetvoertuig.
Alservanachtereneenvoertuigmeteenoverj eenkomstigesnelheidnadert,reageerthetsysj
teemalsvolgt:
'xEventueelwordtdealarmlichtinstallatieingej schakeld.'xEventueelwordenPreCrash-functiesopgej
start.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Seite232BEDIENINGVeiligheid232
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 233 of 456

OverzichtSensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren
aangestuurd:'xRadarsensorenzijdelingsachter.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 47.
In-/uitschakelen
Hetsysteemwordtbijvertrekautomatischgeacj
tiveerd.
Hetsysteemwordtindevolgendesituatiesautoj
matischgedeactiveerd:
'xBijachteruitrijden.'xAlshetstopcontactvandeaanhangwagenin
gebruikisofdeaanhangwagenmodusisgej
activeerd,bijv.alsereenaanhangwagenof
fietsendragerisaangekoppeld.
Grenzenvanhetsysteem
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xRadarsensoren,ziepagina 48.
Beperktewerking
Dewerkingkanindevolgendevoorbeeldsituaj
tiesbeperktzijn:
'xDesnelheidvanhetnaderendevoertuigis veelhogerdandeeigensnelheid.'xHetaankomendevoertuignadertslechts
traag.Voorrangswaarschuwing
Principe
Devoorrangswaarschuwinghelptinsituaties waarbijvolgensdeverkeersbordenof-lichten voorrangmoetwordenverleend.
Algemeen
Hetsysteemanalyseertmetbehulpvaneencaj meradeverkeersbordenen-lichten.
Hetnavigatiensysteemleidtinformatieoverhet
tracédooraanhetsysteem.
Erwordtbijvoorbeeldeenwaarschuwinggegej
venalsdebestuurderhetvoorrangsbordmogej
lijknietheeftgezien,bijv.indevolgendesituj
aties:
'xBijeenkruising.'xBijeenoverweg.'xBijeenuitrit.'xBijeenrotonde.'xBijroodlicht.
Hetsysteemwaarschuwtvanafeenvariabelemij
nimalesnelheidtotca.75km/h.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
Seite233VeiligheidBEDIENING233
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 234 of 456

gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Devooruitliggendevoorrangssituatiemoetonjmiskenbaaraangegevenzijndoorverkeersborjdenofverkeerslichten.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 47.
In-/uitschakelen Automatischinschakelen Devoorrangswaarschuwingwordtautomatisch
geactiveerdnahetvertrek,alsdefunctiebijbej eindigingvandelaatsteeinderitingeschakeld
was.
Handmatiginschakelen
Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej
slagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordt
gewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden
basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.Seite234BEDIENINGVeiligheid234
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 235 of 456

Waarschuwingstijdstipinstellen1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Voorrangswaarschuwing6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xLaat:erwordenalleenacutewaarschuj
wingenweergegeven.'xUit:erwordtgeenwaarschuwingweerj gegeven.
Waarschuwingsfunctie
Algemeen
Hetsysteemwaarschuwtoptweeniveaus:
'xVoorwaarschuwing:optischdooreenwaarj
schuwingssymboolophetinstrumentenpaj neel.'xAcutewaarschuwing:optischdooreenwaarj
schuwingssymboolophetinstrumentenpaj neeleneengeluidssignaal.
Hetmomentvandewaarschuwingenvarieert
daarbijenisafhankelijkvandeactuelerijsituatie enhetingesteldemomentvanwaarschuwing.
Devoorwaarschuwinghoudtrekeningmetde
volgendeverkeerstekens:
TekensBetekenisVoorrangsborden:
Voordezebordenwordt
eenvoorwaarschuwinggej
geven.Stopborden:
Voordezebordenwordt
eenvoorwaarschuwingen
eenacutewaarschuwing
gegeven.Bijrodeverkeerslichtenis
ereenvoorwaarschuwing
eneenacutewaarschuj
wing.
Voorwaarschuwing
Alsdebestuurdereenvoorrangsborddreigtte
negeren,wordtophetinstrumentenpaneeleen vandevolgendesymbolenweergegeven:
SymboolBetekenisVoorrangverlenen.Stop.Roodlicht.
Bijeenvoorwaarschuwinginovereenstemmingmetdesituatieingrijpen,bijv.remmen.
Seite235VeiligheidBEDIENING235
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 236 of 456

Acutewaarschuwing
Alsdebestuurderdevoorrangnietverleent,
wordtophetinstrumentenpaneeleenvande volgendesymbolenweergegeven:SymboolBetekenisStop.Roodlicht.
Bijeenacutewaarschuwingonmiddellijkinoverj
eenstemmingmetdesituatieingrijpen,bijv.remj
men.
WeergaveinhetHead-UpDisplay
Afhankelijkvandeuitrustingwordtdewaarschuj wingwordtgelijktijdiginhetHead-UpDisplayen
inhetinstrumentenpaneelweergegeven.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof
schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Geenwaarschuwing
Hetsysteemwaarschuwtbijvoorbeeldnietinde
volgendesituaties:
'xBijvoorrangssituatieszondervoorrangs-,
stopbordenofrodeverkeerslichten.'xBijkruisingenmetrelevanteverkeerslichten diegeelofgroenbranden.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xCamerass,ziepagina 47.
Functiebeperking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj atiesbeperktzijn:
'xBijonduidelijkemarkeringenofverkeerslichj
ten.'xBijvolledigofgedeeltelijkafgedekteofverj
vuildeverkeersbordenofverkeerslichten.'xBijslechtzichtbareofgedraaideverkeersborj denofverkeerslichten.'xBijtekleineoftegroteverkeersbordenof
verkeerslichten.'xBijverkeerstekensdienietaandenormvolj
doen.'xBijherkenningvanverkeersbordendievoor
eenuitkomendeofparallellestraatgelden.'xBijlandspecifiekebebordingenoftracés.'xBijkruispuntenmetknipperendeverkeersj lichten.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xBijongeldige,verouderdeofnietbeschikbare navigatiegegevens.'xHetsysteemkanevt.inbepaaldelandennietofslechtsgedeeltelijkbeschikbaarzijn.
Waarschuwingspookrijden
Principe
DeWaarschuwingspookrijdenwaarschuwtalsdebestuurderdeverkeerderichtingdreigtinte
Seite236BEDIENINGVeiligheid236
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 237 of 456

rijden,bijv.opsnelwegen,rotondeseneenrichjtingsstraten.
Eenwaarschuwingverschijntophetinstrumenj tenpaneelenevt.ophetControlDisplayenin
hetHead-UpDisplayenerklinkteengeluidssigj naal,zodraeenwegindetegengestelderichtingwordtingereden.
Algemeen
Afhankelijkvandeuitrustingcontroleerthetsysj
teemdeverkeerssituatieaandehandvannavij gatiegegevensenverkeersborden.
Hetsysteemhoudtbijv.rekeningmetdevolj
gendeverkeersborden:'xInrijdverbod.'xRotonde.'xRichtingspijlen:voorgeschrevenvoorrangbij
smalledoorgangen.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Devooruitliggendewegmoeteenduidiggesigj
naliseerdzijndoorverkeersborden.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 47.
In-/uitschakelen Automatischinschakelen Dewaarschuwingvoorspookrijdenisautomaj
tischactiefnaiedervertrek.
Handmatiguitschakelen
AlsalleIntelligentSafety-systemensamenviade
toetswordenuitgeschakeld,wordtdewaarschuj
wingvoorspookrijdenookuitgeschakeld.
Toetsingedrukthouden.
Dewaarschuwingvoorspookrijdenen
alleIntelligentSafety-systemenwordenuitgej
schakeld.
Seite237VeiligheidBEDIENING237
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 238 of 456

ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingsfunctie
Erverschijnteenwaarschuwingophet
instrumentenpaneelenevt.ophetHead-
UpDisplayenerklinkteengeluidssigj
naal,zodradeautobijv.eenautosnelweg,kruij sendverkeerofeeneenrichtingstraatin
tegengestelderichtingdreigtinterijden.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Geenwaarschuwing
Hetsysteemwaarschuwtbijv.nietbijstraten
zonderverkeersborden.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:'xCamerass,ziepagina 47.
Beperktewerking
Defunctiekanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijnenerwordtevt.geenofeen
verkeerdewaarschuwingvoorspookrijdengegej
ven:
'xBijniet-eenduidigemarkeringen.'xBijgeheelofdeelsbedekteofvervuildeverj keerstekens.'xBijslechtzichtbareofgedraaideverkeerstej
kens.'xBijtekleineoftegroteverkeerstekens.'xBijverkeerstekensdienietaandenormvolj
doen.'xBijherkenningvanverkeersbordendievoor
eenuitkomendeofparallellestraatgelden.'xBijlandspecifiekebebordingenoftracés.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xBijongeldige,verouderdeofnietbeschikbare navigatiegegevens.'xHetsysteemkanevt.nietinallelandengej
bruiktworden.
Bijuitrustingmet
noodstopassistent
Principe Alsdebestuurdernietmeerinstaatisomde
autotebesturen,helptdenoodstophulpomhet voertuigveiligtotstilstandtebrengen.
Algemeen
Denoodstopfunctiewordtnietautomatischgej
activeerd.Denoodstopfunctiekanalleenhandj matigdoordeinzittendenwordengeactiveerd.
Seite238BEDIENINGVeiligheid238
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 239 of 456

Alshetsysteemactiefis,wordtdeautometrijjbaanassistentieopheteigenrijvaktotstilstandgebracht.
Afhankelijkvandeuitrustingendelanduitvoering
bevathetsysteemeenrijstrookwisselfunctie.
Metrijstrookwisselfunctie:opautosnelwegenof gelijkaardigewegenstuurthetsysteemdeauto
indienmogelijknaardepechstrook.Inandere
stratenofindrukverkeerwordtdeautoopdeeij
genrijstrooktotstilstandgebracht.
Overzicht
Parkeerrem
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xDefunctiekanbijsnelhedenvanca.10km/h
totca.250km/hwordengeactiveerd.'xMetfunctievoorwisselenvanrijstrook:er wordtvanrijstrookgewisseldalsdeverkeersj
situatiedittoelaat.
Noodstopfunctieactiveren
Trekkortaandeparkeerremschakelaarom
denoodstopfunctieteactiveren.
'xMetrijstrookwisselfunctie:nahetloslatenvan
deschakelaarwordtevt.eenautomatische
rijstrookwisseluitgevoerd.'xHetsysteemneemtmax.2minutendebej
sturingvandeautoover.'xDealarmlichtinstallatiewordtingeschakeld.'xErwordteennoodoproeptotstandgebracht.Noodstopfunctieannuleren
Debestuurderkandenoodstopfunctieopieder
momentannulerendooreenactieveovername
vandecontrolevandeauto.
Denoodstopfunctiewordtbijv.indevolgendesij
tuatiesgeannuleerd:'xBijstuurbewegingenvandebestuurder.'xBijrichtingaangeven.'xBijhetintrappenvanhetrijpedaal.'xAlsdebestuurderdealarmlichtinstallatieuitj
schakelt.'xAlsdenoodoproepwordtonderbroken.'xAlsdebestuurderdekeuzehendelstandin
stilstandverandert.'xAlsdeschakelaarvandeparkeerremwordt
ingedrukt.
Bijstilstand
Zodradeautostilstaat,stelthetsysteemhetvolj
gendein:
'xHetvoertuigwordttegenwegrollenbeveiligd.'xHetinterieurlichtwordtingeschakeld.'xDecentralevergrendelingwordtontgrendeld.
Weergaveninhet
instrumentenpaneel
SymboolStatusNoodstopfunctieactief.
Zonderrijbaanwisselfunctie:
Seite239VeiligheidBEDIENING239
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page 240 of 456

Symj
boolStatusStuurwielsymboolgrijs:
Wanneerrijbaanbegrenzingenherj
kendworden,houdthetsysteemde autobinnenderijbaan.Stuurwielsymboolgrijs.
Rijbaanassistentiekortetijdonderj
broken.Stuurwielsymboolgeel:
Rijbaanbegrenzingwerdoverschrej den.
Wanneerrijbaanbegrenzingenherj
kendworden,houdthetsysteemde
autobinnenderijbaan.Stuurwielsymboolgeel:
Handenbevindenzichnietomhet
stuurwiel.Hetsysteemisnog
steedsactief.Stuurwielsymboolrood,erklinkteen
signaal:
Handenbevindenzichnietomhet
stuurwiel.Onderbrekingvanderijj
baanassistentie.Stuurwielsymboolrood,erklinkteen
signaal:
Rijbaanassistentieisuitgeschakeld.
Grenzenvanhetsysteem
Hetsysteemalleengebruikenalsdebestuurdernietinstaatisomtereageren.
Hetsysteemkaneenbekwamemenselijke
chauffeurnietvervangen.
Dynamischeremlichten
Principe
Achteropkomendeverkeersdeelnemersworden
doorhetknipperenvanderemlichtenvooreen
noodremsituatiegewaarschuwd.
Algemeen
'xNormaalremmen:remlichtenbranden.'xHardremmen:remlichtenknipperen.
Kortvoordestilstandwordtdealarmlichtinstallaj
tieingeschakeld.
Alarmlichtinstallatieuitschakelen:
'xAccelereren.'xToetsalarmlichtinstallatieindrukken.
BMWDriveRecorder
Principe
DeBMWDriveRecorderslaatkortevideo-opnaj
menvandeomgevingvandeautoopomzobijv.
deverkeerssituatiestedocumenteren.
Algemeen Deopslagvanvideo-opnameskanopverschilj
lendemanierengebeuren:
'xAutomatischeopslagvandeopname.
Defunctiemaakthetmogelijkomongevallen tedocumenteren.'xHandmatigeopslagvandeopname.Seite240BEDIENINGVeiligheid240
OnlineEditionforPartno.01405A392A4-VI/21

Page:   < prev 1-10 ... 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 ... 460 next >