BMW 4 SERIES COUPE 2021 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 271 of 444

Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Wegenssysteembeperkingen
kanhetsysteemnietinalleverkeerssituaties
zelfstandigopgepastewijzereageren.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverj
keerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieobj
serverenenindebetreffendesituatiesactief ingrijpen.
DaarnaastgeldendeaanwijzingenvandeSteej
ring&LaneControlAssistant.
Meerinformatie:
Steering&LaneControlAssistant,ziepaj
gina 264.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xAandefunctievoorwaardenvandeSteering &LaneControlAssistantwordtvoldaan.
Voorwaardenvooreencorrectewerking,zie pagina 265.'xRijdenopeenstraatzondervoetgangersof
fietsersopdebaanenmeteenscheidinginhetmidden,bijv.vangrails.'xRijbaanbegrenzingenherkend.'xSnelheidmax.180km/h.'xDeminimalesnelheidisspecifiekperlandbepaald.
Rijstrookwisselondersteuning
in-/uitschakelen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Evt.Rijden5.Besturingsassistent6.InhaalassistentVeranderenvanrijstrook1.Controleren,datdeverkeerssituatieeenverj
anderingvanrijstrooktoelaat.2.Derichtingaanwijzerindegewensterichting
totaanhetdrukpuntvoorkortstondigknippej renduwen.
Nakortetijdisdestuurondersteuninginde
gewensterichtingvoelbaar.
Naveranderingvanrijbaanhelpthetsysteemde autoindenieuwerijstrooktehouden.
Veranderingvanrijstrook
annuleren
Derijstrookwisselkandooreenstuurbewegingin
detegengestelderichtingwordenafgebroken.
Seite271RijhulpsystemenBEDIENING271
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 272 of 444

Weergaveninhet
instrumentenpaneelSymboolBeschrijvingStuurwielsymboolgroen:
Pijlsymboolvoorrijstrookwissel
groen.
Hetsysteemvoerteenrijstrookj
wisseluit.Stuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijstrookbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Intentieomvanrijstrookteverj
anderendoorsysteemherkend.
Rijstrookwisselopditmoment
nietmogelijk.Afhankelijkvandelanduitvoej
ring:
Stuurwielsymboolgroen:
Pijlvoorspoorwisselgrijs.
Spoorwisselnietmogelijk,funcj
tievoorwaardennietvervuld.
Alternatieveweergaven
Afhankelijkvandeuitvoeringkunnendeweergaj
venophetinstrumentenpaneelvariërenenals volgtwordenweergegeven:
SymboolBeschrijvingStuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijbaanbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Pijlsymboolvoorrijstrookwissel
groen.
Hetsysteemvoerteenrijstrookj
wisseluit.Stuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijbaanbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Geenpijlsymboolvoorrijstrookj
wisselindeweergave.
Intentieomvanrijstrookwisselte
veranderendoorsysteemherj
kend.Rijstrookwisselopditmoj
mentnietmogelijk.Afhankelijkvandelanduitvoej
ring:
Stuurwielsymboolgroen:
Lijnvoorrijbaanbegrenzingaan
betreffendezijdegrijs.
Pijlvoorrijstrookwisselgrijs.
Rijstrookwisselnietmogelijk,
functievoorwaardennietvervuld.
Grenzenvanhetsysteem
DegrenzenvanhetsysteemvandeSteering&LaneControlAssistantzijnvantoepassing.
Seite272BEDIENINGRijhulpsystemen272
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 273 of 444

Afhankelijkvandeuitvoering:AutomaticFormationofEmergencyLane
Principe
Hetsysteemkandebestuurderinfilesituatiesop
snelwegenofgelijkaardigewegenondersteunen omplaatstemakenvoorreddingsvoertuigen.
Vanzodrahetsysteemeenfilesituatieherkent,
verschijntereenCheck-Control-meldingopde
controledisplay.Afhankelijkvandesituatiewordt
hetvoertuigbinnendehuidigerijstrooknaarlinks
ofrechtsgestuurdomplaatstemakenvoorredj
dingsvoertuigen.
Algemeen
HetsysteemgebruiktdesensorenvanhetSteej
ring&LaneControlAssistant.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Wegenssysteembeperkingen
kanhetsysteemnietinalleverkeerssituaties
zelfstandigopgepastewijzereageren.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverj
keerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieobj
serverenenindebetreffendesituatiesactief ingrijpen.
DaarnaastgeldendeaanwijzingenvandeSteej
ring&LaneControlAssistant.
Meerinformatie:
Steering&LaneControlAssistant,ziepaj
gina 264.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking'xDeSteering&LaneControlAssistantisgej
activeerd.'xFilesituatieherkend.'xRijdenopeensnelwegofvergelijkbareweg.'xRijstrookmarkeringherkend.'xDefunctiemoetbeschikbaarzijninhetland
waarinhetvoertuigrijdt.
Activeren/deactiveren
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Rijden5.Besturingsassistent6.Hulpdienstenstrookassistent
Weergaveninhet
instrumentenpaneel
Afhankelijkvandeuitvoeringendelanduitvoej
ringwordendesituatiesvandeAutomaticForj
mationofEmergencyLaneindeAssistedDrij
vingViewvanhetinstrumentenpaneel
weergegeven.
Meerinformatie:AssistedDrivingView,ziepaj gina 164.
Grenzenvanhetsysteem DegrenzenvanhetsysteemvandeSteering&
LaneControlAssistantzijnvantoepassing.
Seite273RijhulpsystemenBEDIENING273
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 274 of 444

Afhankelijkvandeuitvoering:wisselenvan rijstrookbijactieveroutebegeleiding
Principe
Hetsysteemondersteuntdebestuurderwanj neerhetwisselenvanrijstrooknoodzakelijkisomeenbestemmingtebereiken.
Algemeen
HetsysteemgebruiktdesensorenvanhetSteej ring&LaneControlAssistant.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Wegenssysteembeperkingen
kanhetsysteemnietinalleverkeerssituaties
zelfstandigopgepastewijzereageren.Erbej
staatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverj
keerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieobj
serverenenindebetreffendesituatiesactief ingrijpen.
DaarnaastgeldendeaanwijzingenvandeActiveCruiseControlendeSteering&LaneControl
Assistant.
Meerinformatie:
ActiveCruiseControl,ziepagina 251.
Steering&LaneControlAssistant,ziepaj
gina 264.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xActiveCruiseControlisgeactiveerd.'xRijdenopeensnelwegofvergelijkbareweg.'xRijstrookmarkeringaandekantvandegej wensterijstrookwisselherkend.'xNavigatiesysteem:routebegeleidingisgeactij
veerd.'xAanpassingaanhetrouteverloopisingeschaj keld.'xDefunctiemoetbeschikbaarzijninhetland
waarinhetvoertuigrijdt.
Veranderenvanrijstrook
1.Omeenbestemmingtebereiken,zijnof
meerdererijstrookwisselsnoodzakelijk.
Hetsysteembereidtdezerijstrookwissels
voor.Daarvoorbepaalthetsysteemeengej
schikteopeninginhetverkeeropderijstrook ernaast.2.Bijeenherkendeopeningwordtdesnelheid
zodanigaangepastdathetvoertuigter hoogtevandeopeningblijft.3.EenrijstrookwisselvoorstelwordtmeteenCheck-Control-meldingweergegeven.4.Alsdeverkeerssituatieeenrijstrookwisseltoelaat,kandebestuurderhetvoertuignaarderijstrookernaaststuren.
BijdeuitvoeringmetLaneChangeAssistant: nadeweergavevandeCheck-Control-melj
dingkaneenrijstrookwisselwordengestart
doorderichtingaanwijzertebedienen.
Weergaveinhet
instrumentenpaneel
Hetvoorstelvoorderijstrookwisselwordtweerj
gegeven,eengroenvinkjegeeftaandatdefuncj tieactiefis.
Afhankelijkvandeuitvoeringendelanduitvoej ringwordtdeverkeerssituatieindeAssistedDrijvingViewvanhetinstrumentenpaneelweergejgeven.
Meerinformatie:AssistedDrivingView,ziepaj
gina 164.
Seite274BEDIENINGRijhulpsystemen274
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 275 of 444

Aanpassingaanhetrouteverloop
inschakelen1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Evt.Rijden5.Snelheidsassistent6.Aantrajectverloopaanpassen
Grenzenvanhetsysteem
DegrenzenvandesystemenActiveCruiseConjtrolenSteering&LaneControlAssistantzijnvantoepassing.
ParkDistanceControlPDC
Principe
PDChelptbijhetinparkeren.Langzaamnaderen
vaneenobjectv

Page 276 of 444

UltrasonesensorenUltrasonesensorenvandePDC,
bijvoorbeeldindebumpers.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking'xSensorennietafdekken,bijv.metstickers,
fietsendragersenz.'xSensorenschoonenijsvrijhouden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemschakeltindevolgendesituaties
automatischin:
'xWanneerbijdraaiendemotorkeuzehendelj
standRwordtingeschakeld.'xNaargelangdeuitrustingsversie:bijhetnadej
renvanherkendehindernissenwanneerde
snelheidlagerisdanca.4km/h.Deactivej
ringsafstandisafhankelijkvandebetreffende
situatie.
Hetautomatischinschakelenbijgedetecteerde
obstakelskanwordenin-enuitgeschakeld.
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Parkerenenmanoeuvreren5.Evt.AutomatischePDC-activering6.AutomatischePDC-activering
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Afhankelijkvandeuitrustingwordttevenseen bijpassendcamera-aanzichtingeschakeld.
Automatischuitschakelenbij
vooruitrijden
Hetsysteemwordtbijoverschrijdingvaneenbejpaaldeafstandofeenbepaaldsnelheidsbereik
uitgeschakeld.
Indiennodighetsysteemweerinschakelen.
Handmatigin-/uitschakelen Parkeerhulptoetsindrukken.'xAan:LEDbrandt.'xUit:LEDdooft.
Alsdeparkeerhulptoetswordtingedrukt,terwijldeachteruitversnellingisingeschakeld,wordthet
beeldvandeachteruitrijcameraweergegeven.
Afhankelijkvandeuitvoeringkanhetsysteem
niethandmatigwordenuitgeschakeldwanneer deachteruitrijversnellingisingeschakeld.
Waarschuwing
Geluidssignalen Algemeen
Denaderingvaneenobjectwordtdooreeninj
tervaltoongesignaleerd.Alsbijvoorbeeldlinks
achterdeautoeenobjectwordtwaargenomen,
klinkthetgeluidssignaaluitdeluidsprekerlinksj
achter.
Hoekleinerdeafstandtoteenobjectwordt,hoe korterdeintervallenworden.
Alsdeafstandtoteenherkendobjectkleineris
danca.20cm,klinktereencontinusignaal.
Alszichgelijktijdigzowelvooralsachterdeauto
objectenopeenafstandkleinerdancirca20cm
bevinden,klinkteenafwisselendononderbroken
geluidssignaal.
Steptronictransmissie:onderbrokenenononj derbrokengeluidssignalenwordenbijhetinschaj kelenvankeuzehendelstandPuitgeschakeld.
Hetonderbrokengeluidssignaalwordtbijstiljstaandeautonakortetijduitgeschakeld.
Seite276BEDIENINGRijhulpsystemen276
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 277 of 444

Volume
HetvolumevanhetPDC-geluidssignaalkanworj deningesteld.1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Parkerenenmanoeuvreren5.VolumePDC-geluid6.Steldegewenstewaardein.
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Optischewaarschuwing
DenaderingvaneenobjectwordtophetControl
Displayweergegeven.Verderverwijderdeobjecj tenwordenreedsweergegeven,voordateengejluidssignaalklinkt.
Weergaveverschijnt,zodraPDCwordtingeschaj
keld.
Hetdetectiegebiedvandesensorenkleurt
groen,geelendanroodalserhindernissenworj
denherkend.
Omdebenodigderuimtebetertekunneninj
schatten,wordenrijlijnenweergegeven.
Alshetbeeldvandeachteruitrijcamerawordtafj gebeeld,kannaarPDCofeventueeleenander
aanzichtmethindernismarkeringenomgeschaj
keldworden:
1.Controllereventueelnaarlinksduwen.2.Bijv.Alleenparkeersens.CrossingTrafficWarning:afhankelijkvandeuitj
voeringwordtindeweergavevandePDCook
voorautossgewaarschuwddieachterofvoor vanafdezijkantnaderen.
Meerinformatie:
CrossingTrafficWarning,ziepagina 298.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Trekkenvaneenaanhangwagen
Metaanhangwagens,alshetstopcontactvoor aanhangwagensingebruikisofalsdeaanhangjwagenmodusisgeactiveerd,wordendeachterjstePDC-functiesuitgeschakeld.
Witsymboolwordtweergegeven.Afhankelijkvandeuitvoeringwordthet
detectiegebiedvandesensorendonker
weergegevenophetControlDisplay.
Grenzenvandeultrasoonmeting
Hetwaarnemenvanobjectenmetultrasonemej
tingkandoornatuurlijkegrenzenwordenbej perkt,bijv.indevolgendesituaties:
'xBijkleinekinderenendieren.'xBijpersonenmetbepaaldekleding,bijvoorjbeeldeendikkejas.'xBijexternestoringvanhetultrasonesignaal,
bijvoorbeelddoorvoorbijrijdendevoertuigen
oflawaaiigemachines.'xBijvuile,bevroren,beschadigdeofverstelde
sensoren.Seite277RijhulpsystemenBEDIENING277
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 278 of 444

'xBijbepaaldeweersomstandigheden,bijv.hogeluchtvochtigheid,regen,sneeuwval,
koude,extremehitteofsterkewind.'xBijaanhangwagentrekstangenen-koppelinj genvananderevoertuigen.'xBijdunneofwigvormigevoorwerpen.'xBijbewegendeobjecten.'xBijhogergelegenenuitstekendeobjecten,
bijvoorbeeldmuuruitsparingen.'xBijobjectenmethoeken,randenengladde vlakken.'xBijobjectenmeteendunneoppervlakteof
structuur,bijvoorbeeldhekken.'xBijobjectenmetporeuzeoppervlakken.'xBijkleineenlageobjecten,bijvoorbeeldkisj ten.'xBijobstakelsenpersonenaanderandvande
rijbaan.'xBijzachteofmetschuimstofomhuldeobstaj kels.'xBijplantenofstruiken.'xReedsweergegeven,lageobjecten,bijvoorj
beeldstoepranden,kunneninhetdodebej reikvandesensorenkomenvoordatofnadatreedseenononderbrokengeluidssignaalklinkt.'xHetsysteemhoudtgeenrekeningmetuitstej
kendelading.
Loosalarm
Hetsysteemkanonderdevolgendeomstandigj
hedeneenwaarschuwingweergeven,hoeweler
zichgeenobstakelinhetdetectiegebiedbevindt:
'xBijzwareregenval.'xBijsterkeverontreinigingvanofijsvormingop desensoren.'xBijmetsneeuwbedektesensoren.'xBijruwwegdek.'xBijoneffenhedeninhetwegdek,bijvoorbeeld
verkeersdrempels.'xIngrote,rechthoekigegebouwenmetgladde
muren,bijvoorbeeldondergrondsegarages.'xInwasinstallatiesenwasstraten.'xDoorsterkeuitlaatgassen.'xBijscheefzittendeafdekkingvandetrekhaak.'xDoorandereultrasonebronnen,bijvoorbeeld veegmachines,stoomstraalreinigersoftl-lamjpen.
Omonterechtewaarschuwingentebeperken,bijv.inwasstraten,hetautomatischinschakelenvandeParkDistanceControlPDCbijherkende
obstakelseventueeluitschakelen.
Storing ErwordteenCheck-Control-meldingweergegej
ven.
Eenwitsymboolwordtweergegevenen
hetdetectiegebiedvandesensoren
wordtdonkerweergegevenophetConj
trolDisplay.
ParkDistanceControlPDCisuitgevallen.Het
systeemdooreenservicepartnervandefabrij kantofeenanderegekwalificeerdeservicepartjnerofvakwerkplaatslatencontroleren.
Afhankelijkvande uitvoering:
noodremfunctie,Active PDC
Principe
DenoodremfunctievandePDCvoertbijacuut
botsingsgevaareennoodstopuit.
Algemeen
Inverbandmetsysteembeperkingenkaneen
botsingnietonderalleomstandighedenworden voorkomen.
Seite278BEDIENINGRijhulpsystemen278
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 279 of 444

Defunctieisbeschikbaarbijachteruitrijdenof
achteruitrollenalslangzamerdanstapvoets
wordtgereden.
Eenbedieningvanhetrijpedaalonderbreektde remingreep.
Naeennoodstoptotstilstandisvoorzichtigverj
derrijdennaarhetobstakelmogelijk.Voorhetafj tastenhetrijpedaallichtintrappenenopnieuw
loslaten.
Bijeenlangerebedieningvanhetrijpedaalverj trekthetvoertuigniet.Handmatigremmenisop
iedermomentmogelijk.
Hetsysteemgebruiktdeultrasonesensorenvan
deParkDistanceControlPDCendeParkAssisj
tant.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevalj
len.Rijstijlaandeverkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieengebiedronddeautodoorgoedkijkenextracontrolerenenindebetrefj
fendesituatieactiefingrijpen.
Bovendiengeldendeveiligheidsaanwijzingen
vandeParkDistanceControlPDCendeParj
keerassistent.
Meerinformatie:
'xParkDistanceControlPDC,ziepagina 275.'xParkeerassistent,ziepagina 291.
Tijdelijkuitschakelen
Denoodremfunctiekantijdelijkwordenuitgej
schakeld:
DemeldingophetControlDisplaybevestigen. Alsindezeomgevingssituatiewordtdoorgerej den,wordtgeenverderenoodremminguitgejvoerd.
Instellingen
Erkanwordeningesteldwelkebereikenopde
autodoorhetsysteemwordenbeschermd.1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Parkerenenmanoeuvreren5.NoodremfunctieActievePDC6.Gewensteinstellingselecteren.
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Grenzenvanhetsysteem DegrenzenvanhetsysteemvandeParkDisj
tanceControlPDCendeParkAssistantzijnvan
toepassing.
Hetsysteemisbijv.nietinzetbaarindevolgende
situaties:
'xBijrijdenmeteenaanhanger.
Indiennodighetsysteemevt.viaiDrivedeactivej
ren.
MetParkingAssistant: zijdelingseparkeerhulp
Principe
Hetsysteemwaarschuwtvoorobstakelsaande zijkantvandeauto.
Algemeen
Hetsysteemgebruiktdeultrasonesensorenvan
deParkDistanceControlPDCendeParkAssisj
tant.
Seite279RijhulpsystemenBEDIENING279
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page 280 of 444

Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevalj len.Rijstijlaandeverkeerssituatieaanpassen.
Verkeerssituatieengebiedronddeautodoor
goedkijkenextracontrolerenenindebetrefj
fendesituatieactiefingrijpen.
Bovendiengeldendeveiligheidsaanwijzingen
vandeParkDistanceControlPDCendeParj
keerassistent.
Meerinformatie:
'xParkDistanceControlPDC,ziepagina 275.'xParkeerassistent,ziepagina 291.
Weergave
Terbeschermingvandeflankenvandeauto
wordenhindernismarkeringenaandezijkantvan
deautoweergegeven.
'xGekleurdemarkeringen:waarschuwingvoor
herkendeobstakels.'xGrijzemarkeringen,gearceerdvlak:erwerden geenobstakelsherkend.'xGeenmarkeringen,zwartvlak:hetgebied
naastdeautowerdnognietgeregistreerd.Grenzenvandezijdelingse
parkeerhulp
Hetsysteemgeeftalleenstilstaandeobstakels aan,dieeerderbijhetlangsrijdendoordesensoj
renherkendzijn.
Hetsysteemherkentnietofeenobstakelnaderj
handbeweegt.Demarkeringenwordenbijstilj
standnaeenbepaaldetijdzwartweergegeven.
Hetgebiednaastdeautomoetopnieuwworden geregistreerd.
Alsdeaanhangwagencontactdoosingebruikis
ofdeaanhangwagenmodusisgeactiveerd,isde
zijdelingseparkeerhulpnietbeschikbaar.
BovendienzijndegrenzenvanhetsysteemvandeParkDistanceControlPDCendeParkAssisj
tantvantoepassing.
ZonderSurroundView: achteruitrijcamera
Principe
Deachteruitrijcamerahelptbijhetachterwaarts inparkerenenmanoeuvreren.Hiertoewordthet gebiedachterdeautoophetControlDisplayweergegeven.
Bovendienkunnenhulpfunctiesindeweergave wordenaangegeven,bijv.hulplijnen.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdeverkeerssituatiejuist
inteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevalj len.Rijstijlaandeverkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatieengebiedronddeautodoorgoedkijkenextracontrolerenenindebetrefjfendesituatieactiefingrijpen.
Seite280BEDIENINGRijhulpsystemen280
OnlineEditionforPartno.01405A11260-VI/20

Page:   < prev 1-10 ... 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 281-290 291-300 301-310 311-320 ... 450 next >