BMW 4 SERIES GRAN COUPE 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 231 of 313

SymboolMaatregelVoor het effici

Page 232 of 313

Algemeen
De aanwijzing wordt gegeven zelfs als het naj derende routegedeelte bij het rijden nog niet kan worden waargenomen.
De aanwijzing wordt weergegeven totdat het
routegedeelte is bereikt.
Bij het geven van een aanwijzing kan de door
gas terugnemen en uitrollen vaart worden gej minderd tot het betreffende routegedeelte
wordt bereikt, om zo het verbruik te verbetej ren.
Afhankelijk van de situatie maakt het systeem
automatisch gebruik van de motorrem door het
onderbreken van de functie uitrollen, zie paj
gina 233.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
De functie is beschikbaar in de modus ECO
PRO.
De functie is afhankelijk van de actualiteit en kwaliteit van de navigatiegegevens.
De navigatiegegevens kunnen worden geacjtualiseerd.
Weergave
Weergaveinhetinstrumentenpaneel De aanwijzing voor een naderend rouj
tegedeelte wordt gegeven als ECO
PRO-tip voor anticiperend vertragen.
Weergave activeren, zie pagina 230.
In de toerenteller geeft de lange pijl tot het nulpunt van de effij
ci

Page 233 of 313

Weergave rijstijlanalyse oproepen:1."Mijn auto"2."Techniek beleven"3."Rijstijlanalyse"
AnticipeerhulpgebruikenEr wordt een naderend routegedeelte weergej
geven:
1.Gas terugnemen.2.Auto laten uitrollen totdat het weergegej
ven routegedeelte is bereikt.3.Eventueel de snelheid aanpassen door te remmen.
Grenzenvanhetsysteem
De functie is in de volgende situaties niet bej
schikbaar:
'yDe snelheid ligt onder 50 km/h.'yBij tijdelijke en variabele snelheidsbegrenj zingen, bijvoorbeeld bij wegwerkzaamhejden.'yBij onvoldoende kwaliteit van de navigatiejgegevens.'yBij actieve snelheidsregeling.'yBij het rijden met een aanhangwagen.
Uitrollen
Principe De functie helpt bij het besparen van brandjstof.
Daarvoor wordt onder bepaalde voorwaarden in de keuzehendelstand D de motor automajtisch van de transmissie ontkoppeld. De autorolt met minder verbruik stationair verder. De
keuzehendelstand D blijft daarbij ingeschakeld.
Deze rijmodus wordt uitrollen genoemd.
Zodra het rem- of gaspedaal wordt ingedrukt, wordt de motor automatisch weer aangekopj
peld.
Algemeen
Uitrollen maakt deel uit van de rijmodus ECO PRO.
Bij het inschakelen van de rijmodus ECO PRO met de rijbelevingsschakelaar wordt de uitrol-
functie automatisch geactiveerd.
Een anticiperende rijstijl helpt om de functie zo
vaak mogelijk te gebruiken en ondersteunt de
verbruiksverlagende werking van het uitrollen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
De functie staat in het snelheidsbereik van onj
geveer 50 km/h tot 160 km/h ter beschikking.
De functie is actief als aan de volgende voorjwaarden is voldaan:'yGaspedaal en rempedaal niet ingetrapt.'yKeuzehendel in keuzehendelstand D.'yMotor en transmissie op bedrijfstemperaj
tuur.
Bedieningviaschakelpaddels
Principe
Afhankelijk van de uitvoering kan de rijtoej stand uitrollen via de schakelpaddels worden
be

Page 234 of 313

punt. De toerenteller geeft het stationaire toejrental aan.
De weergave van het zeilpunt wordt tijdens het
uitrollen verlicht in het nulpunt.
WeergavenophetControlDisplay In EfficientDynamics wordt weergegeven als
de rijtoestand uitrollen actief is.
Het afgelegde traject tijdens de rijtoestand uitj
rollen wordt weergegeven in de verbruikshistoj
rie. De tellerstand wordt voor het begin van
elke rit teruggezet.
Instelling blauw: rijtoestand uitrollen.
EfficientDynamics-informatieweergeven
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Techniek beleven"3."EfficientDynamics"4. Symbool selecteren.
Grenzenvanhetsysteem
De functie is niet beschikbaar, als aan een van
de volgende voorwaarden is voldaan:
'yDSC OFF of TRACTION geactiveerd.'ySnelheidsregeling geactiveerd.'yBij het rijden in het dynamische grensgej bied.'yBij het rijden op steile hellingen of afdalinj
gen.'yBij het rijden met een aanhangwagen.'yAls de laadtoestand van de accu tijdelijk te
laag is.'yAls de stroombehoefte in het boordnet te
groot is.
Rijstijlanalyse
Principe De functie helpt om een bijzonder effici

Page 235 of 313

WeergaveophetControlDisplay
De weergave van de ECO PRO-rijstijlanalyse
bestaat uit een symbolisch voorgesteld wegj verloop en een waardentabel.
De weg symboliseert de effici

Page 236 of 313


Online Edition for Part no. 01402984622 - X/17

Page 237 of 313

Mobiliteit
Om uw mobiliteit altijd te garanderen, krijgt u
hier belangrijke informatie over brandstoffen, wielen en banden, onderhoud en pechhulp.Online Edition for Part no. 01402984622 - X/17

Page 238 of 313

TankenUitrustingvandeautoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Algemeen Voor het tanken eerst de aanwijzingen over debrandstofkwaliteit, zie pagina 240, lezen.
Bij auto's met een dieselmotor is de vulopej
ning uitgevoerd voor het tanken van diesel.
Veiligheidsaanwijzing OPMERKING
Bij een actieradius onder 50 km kan de
brandstoftoevoer naar de motor in gevaar koj
men. Het functioneren van de motor is niet gej
waarborgd. Er bestaat gevaar voor schade. Op tijd tanken.'

Page 239 of 313

SluitenWAARSCHUWING
De bevestigingsband van de tankdop kan
bij het vastdraaien worden ingeklemd en platj gedrukt. De dop kan dan niet correct gesloten
worden. Er kunnen brandstof of brandstofdamj
pen naar buiten komen. Er bestaat kans op letj
sel of schade. Erop letten dat de bevestigingsj
band bij het sluiten van de dop niet word ingeklemd of platgedrukt.'

Page 240 of 313

BrandstofUitrustingvandeautoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Brandstofkwaliteit Algemeen
Afhankelijk van de regio wordt bij diverse tankj
stations brandstof verkocht die is aangepast
aan het winter- of zomerseizoen. Brandstof die in de winter wordt aangeboden vereenvoudigtbijv. de koude start.
Benzine
Algemeen
De benzine moet voor een optimaal brandstofj verbruik zwavelvrij of zo mogelijk zwavelarm
zijn.
Brandstoffen die bij de brandstofpomp als mej
taalhoudend zijn aangegeven, mogen niet worj
den gebruikt.
Er kunnen brandstoffen met een maximaal ethanolgehalte van 10 %, dus E10, worden gej
tankt.
De motor heeft een pingelregeling. Vandaar
dat verschillende benzinekwaliteiten kunnen
worden getankt.Veiligheidsvoorschriften
OPMERKING
Al kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof of verkeerde brandstofadditieven
kunnen het brandstofsysteem en de motor bej
schadigen. Bovendien wordt de katalysator blijvend beschadigd. Er bestaat gevaar voorschade. Bij benzinemotoren het volgende niet
tanken of aan de brandstof toevoegen:'yLoodhoudende benzine.'yMetaalachtige toevoegingen, bijvoorbeeld
mangaan of ijzer.
Na het tanken van de verkeerde brandstof niet de start-stop-toets indrukken. Contact opnej
men met een Service Partner van de fabrikant
of een andere gekwalificeerde Service Partner of specialist.'

Page:   < prev 1-10 ... 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 271-280 ... 320 next >