BMW 4 SERIES GRAN COUPE 2022 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 211 of 452

'xCamerassachterdevoorruit.'xMetradarsensor:frontradarsensor.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 45.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtbijvertrekautomatischgeacj
tiveerd.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvandeuitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemenafzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivijdueleinstellingenwordengeactiveerdenopgejslagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctieswordenbasisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.
ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Waarschuw.frontalebotsing6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xLaat:erwordenalleenacutewaarschuj
wingenweergegeven.
Waarschuwingmetremfunctie
Weergave Alsereenbotsingmeteenwaargenomenander
voertuigdreigt,wordtophetinstrumentenpaneel enevt.ophetHead-UpDisplayeenwaarschuj
wingssymboolweergegeven.
SymboolMaatregelSymboolbrandtrood:voorwaarj
schuwing.
Remmenenafstandvergroten.Symboolknippertroodenerklinkt
eensignaal:acutewaarschuwing.
Remmenenevt.uitwijken.Seite211VeiligheidBEDIENING211
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 212 of 452

VoorwaarschuwingEenvoorwaarschuwingwordtbijvoorbeeldgegej
venbijeendreigendbotsingsgevaarofbijzeer
geringeafstandtoteenvoorligger.
Bijeenvoorwaarschuwingzelfingrijpen.
Acutewaarschuwingmetremfunctie Eenacutewaarschuwingwordtgegevenbijdij
rectbotsingsgevaaralsdeautometeenrelatief
grootsnelheidsverschileenanderobjectnadert.
Bijeenacutewaarschuwingzelfingrijpen.Afhanj
kelijkvandesituatietijdenshetrijdenendeuitj
voeringwordtdeacutewaarschuwingonderj
steunddooreenkorteremming.
AlshetwaarschuwingstijdstipisingesteldLaat
wordtdekorteremingreepgeannuleerd.
Bijbotsgevaarhelpthetsysteemevt.ookdooreenautomatischeremingreep.
Eenacutewaarschuwingkanookzondervoorafj gaandevoorwaarschuwingwordengeactiveerd.
Remingreep
Dewaarschuwingiseendringendverzoekom zelfintegrijpen.Tijdenseenwaarschuwing wordtbijhetintrappenvanderemdemaximaalbenodigderemkrachttoegepast.Voorwaardeishetvoldoendesnelenkrachtigintrappenvanhetrempedaal.
Daarnaastkanhetsysteembijbotsingsgevaar
eventueelondersteuningbiedendooreenautoj matischeremingreep.
Deautokanbijlagesnelheidafgeremdworden
totstilstand.
City-remfunctie:remingreeptotca.80km/h. Metradarsensor:remingreeptotca.250km/h.
Bijsnelhedenbovenongeveer210km/hvindtde
remingreepplaatsindevormvaneenkorteeerj
steaanremming.Ervindtgeenautomatische
vertragingplaats.
Deremingreepkandoorhetintrappenvanhet
rijpedaalofdooreenactievestuurbewegingworj denafgebroken.Hetherkennenvanobjectenkanbeperktzijn.
Houdrekeningmetdegrenzenvanhetdetectiej
gebiedendefunctionelebeperkingen.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Detectiegebied
Hetdetectievermogenvanhetsysteemisbej perkt.
Erwordtalleenrekeninggehoudenmetvoorwerj
pendiehetsysteemkanherkennen.
Daaromkanhetgebeurendatdesysteemreacj
tiesnietoftelaatplaatsvinden.
Hetvolgendewordtbijvoorbeeldmogelijkerwijs
nietherkend:
'xLangzaamvoertuigbijhetnaderenmethoge
snelheid.'xPlotselinginvoegendeofsterkafremmende
voertuigen.'xVoertuigenmetongebruikelijkeachterzijde.'xVooroprijdendetweewielers.Seite212BEDIENINGVeiligheid212
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 213 of 452

BovenstesnelheidsgrensBijsnelhedenbovencirca250km/hwordthetsysteemtijdelijkgedeactiveerd.Zodradeactuelesnelheidweeronderdeingesteldewaardekomt,
reageerthetsyteemweerzoalshetisingesteld.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:'xCamerass,ziepagina 45.'xRadarsensoren,ziepagina 46.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xInscherpebochten.'xBijbeperkingofdeactiveringvanderijstabilij
teitsregelsystemen,bijvoorbeeldDSCOFF.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Gevoeligheidvande
waarschuwingen
Hoegevoeligerdewaarschuwingenwordeninj
gesteld,bijvoorbeeldhetmomentvanwaarschuj wing,hoemeerwaarschuwingenwordengejtoond.Hetkandaardoorookmeertottevroegeofongegrondewaarschuwingenenreactieskoj
men.
Uitwijkhulp
Principe Deuitwijkhulpondersteuntdebestuurderinbejpaaldesituatiesbijhetuitwijken,bijv.bijplotsej
lingvoorkomendehindernissenofpersonen.
Algemeen Hetsysteemwaarschuwtengrijptondersteuj
nendin,alsereenuitwijkmogelijkheidaanwezig
is.Sensorenbewakenenherkennendevrije
ruimteomdeauto.Eenherkendevrijeruimte wordtgebruiktomuittewijkenalsdezedoordebestuurdervastgesteldeuitwijkrichtingdoordeondersteunendestuurbewegingenveiligendoelj
gerichtwordenaangestuurd.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet
vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin
debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren
aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.'xFrontradarsensor.'xRadarsensorenzijdelingsvoor.'xRadarsensorenzijdelingsachter.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 45.
Seite213VeiligheidBEDIENING213
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 214 of 452

Voorwaardenvooreencorrecte
werking'xPedestrianWarningmetremfunctieisingej
schakeld.
PedestrianWarningmetCity-remfunctie,zie pagina 218.'xCollisionWarningmetremfunctieisingej
schakeld.
CollisionWarningmetremfunctie,ziepaj gina 210.'xDesensorenherkennenvoldoendevrije
ruimteronddeauto.
In-/uitschakelen
Hetsysteemwordtbijvertrekautomatischgeacj
tiveerd.
Waarschuwingmet
uitwijkondersteuning
Weergaveinhet
instrumentenpaneel
Alsereenbotsingmeteenherkendvoertuigof
eenherkendepersoondreigt,wordtinhetinstruj mentenpaneelenindeHead-UpDisplayeenwaarschuwingssymboolweergegeven.
SymboolMaatregelSymboolbrandtrood:voorwaarj
schuwing.
Remmenenafstandvergroten.Symboolknippertroodenerklinkt
eensignaal:acutewaarschuwingbij
hindernissen.
Remmenenevt.uitwijken.Symboolknippertroodenerklinkt
eensignaal:acutewaarschuwing
voorvoetgangers.
Remmenenevt.uitwijken.Acutewaarschuwingmet
uitwijkondersteuning
Eenacutewaarschuwingwordtgegevenbijdij
rectbotsingsgevaaralsdeautometeenrelatief
grootsnelheidsverschileenanderobjectnadert.
Bijeenacutewaarschuwingzelfingrijpen.Bij botsgevaarwordtdeuitwijkmanouevrevande
bestuurderondersteunddoorhetsysteem.
Eenacutewaarschuwingkanookzondervoorafj
gaandevoorwaarschuwingwordengeactiveerd.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof
schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Detectiegebied
Hetdetectievermogenvanhetsysteemisbej
perkt.
Erwordtalleenrekeninggehoudenmetvoorwerj
pendiehetsysteemkanherkennen.
Daaromkanhetgebeurendatdesysteemreacj
tiesnietoftelaatplaatsvinden.
Hetvolgendewordtbijvoorbeeldmogelijkerwijs
nietherkend:
Seite214BEDIENINGVeiligheid214
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 215 of 452

'xLangzaamvoertuigbijhetnaderenmethoge
snelheid.'xPlotselinginvoegendeofsterkafremmende
voertuigen.'xVoertuigenmetongebruikelijkeachterzijde.'xVooroprijdendetweewielers.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xCamerass,ziepagina 45.'xRadarsensoren,ziepagina 46.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xInscherpebochten.'xBijbeperkingofdeactiveringvanderijstabilij
teitsregelsystemen,bijvoorbeeldDSCOFF.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Kruispuntwaarschuwing
metCity-remfunctie
Principe Hetsysteemkanhelpenomongevallenmetdwarsverkeeropkruispuntenendriesprongente
vermijden.Alseenongevalnietkanwordenverj meden,helpthetsysteemomdebotsingsneljheidteverlagen.
Hetsysteemwaarschuwtbijstadsverkeersnelhej denvoormogelijkbotsingsgevaarenremtde
autozonodigzelfstandigaf.
Algemeen
Sensorenregistrerendeverkeerssituatie.
Auto'sdiedeeigenrijrichtingkruisenkunnen doorhetsysteemherkendwordenzodradeze
auto'sbinnenhetdetectiegebiedvanhetsysjteemkomen.
Opkruispuntenendriesprongenwordtdebej
stuurdergewaarschuwdbijdreigendbotsingsgej vaarmetkruisendverkeer.
Hetsysteemwaarschuwtvanafcirca10km/hin
tweefasenvoormogelijkbotsingsgevaarmetanj derevoertuigen.Hetmomentvandezewaarj
schuwingenkanafhankelijkvandeactuelerijsij
tuatievariëren.
Deblikvandebestuurderwordtindegatengej
houdendoordeDriverAttentionCamerainhet instrumentenpaneel.Bovendiencontroleerthetsysteemofdezichtbaarheidnietbeperktis.De
aandachtvandebestuurderendezichtbaarheid
hebbenookeeninvloedophetmomentwaarop
waarschuwingenwordengegeven.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Seite215VeiligheidBEDIENING215
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 216 of 452

WAARSCHUWING
Systeembeperkingenkunnenbijhetaan-/
wegslepenmetgeactiveerdeIntelligentSafety- systemenleidentotverkeerdgedragvandeafj
zonderlijkefuncties.Erbestaatgevaarvooronj gevallen.Voorhetslepen/wegslepenalleIntelligentSafety-systemenuitschakelen.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.'xFrontradarsensor.'xRadarsensorenzijdelingsvoor.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 45.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtbijvertrekautomatischgeacj
tiveerd.
Handmatiginschakelen
Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej
slagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordt
gewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden
basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.Seite216BEDIENINGVeiligheid216
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 217 of 452

Waarschuwingstijdstipinstellen1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Waarschuw.frontalebotsing6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xLaat:erwordenalleenacutewaarschuj
wingenweergegeven.
Waarschuwingmetremfunctie
Weergave Algemeen
Alsereenbotsingmeteenwaargenomenander
voertuigdreigt,wordtophetinstrumentenpaneel enevt.ophetHead-UpDisplayeenwaarschuj
wingssymboolweergegeven.
SymboolBetekenisBotsingsgevaarmetkruisendvoerj
tuigvanrechts.Botsingsgevaarmetkruisendvoerj
tuigvanlinks.Botsingsgevaarmetvoertuigmet
nietherkenbarerijrichting.
Weergavebijvoorwaarschuwing
Hetbetreffendesymboolbrandtrood:voorwaarj schuwingvoorautossdiedeeigenrijrichtingkruij
sen.
Zelfingrijpen,bijv.remmen.
Weergavebijacutewaarschuwing
Hetbetreffendesymboolknippertroodener klinkteensignaal:acutewaarschuwingbijauto's
diedeeigenrijrichtingkruisen.
Remmenenevt.uitwijken.
Voorwaarschuwing Erwordtbijv.eenvoorwaarschuwingweergegej
venalserbotsingsgevaarmeteenkruisende autobestaat.
Bijeenvoorwaarschuwingzelfingrijpen.
Acutewaarschuwingmetremfunctie Erwordteenacutewaarschuwinggegevenbijonmiddellijkbotsingsgevaarmeteenkruisendvoertuig.
Bijeenacutewaarschuwingzelfingrijpen.Bij botsgevaarondersteundhetsysteemeventueel dooreenautomatischeremingreep.
Eenacutewaarschuwingkanookzondervoorafj
gaandevoorwaarschuwingwordengeactiveerd.
Remingreep
Dewaarschuwingiseendringendverzoekom
zelfintegrijpen.
Daarnaastkanhetsysteembijbotsingsgevaar
ondersteuningbiedendooreenautomatischerej mingreep.
Deautokantotstilstandwordenafgeremd.
Deremingreepkandoorhetintrappenvanhet
rijpedaalofdooreenactievestuurbewegingworj denafgebroken.
Hetherkennenvanobjectenkanbeperktzijn. Houdrekeningmetdegrenzenvanhetdetectiej gebiedendefunctionelebeperkingen.
Grenzenvanhetsysteem Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan
Seite217VeiligheidBEDIENING217
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 218 of 452

hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Bovenstesnelheidsgrens
Hetsysteemreageertopkruisendevoertuigen
alsdeeigensnelheidlagerisdanongeveer 80km/h.
Detectiegebied
Hetdetectievermogenvanhetsysteemisbejperkt.
Daaromkanhetgebeurendatdesysteemreacj
tiesnietoftelaatplaatsvinden.
Hetvolgendewordtbijvoorbeeldmogelijkerwijs
nietherkend:
'xKruisendeautossdiebijv.dooreengebouw
nietzichtbaarzijn.'xPlotselinginvoegendeofsterkafremmende
voertuigen.'xKruisendetweewielers.'xVoertuigmetongebruikelijkezijkant.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xCamerass,ziepagina 45.'xRadarsensoren,ziepagina 46.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xInscherpebochten.'xBijbeperkingofdeactiveringvanderijstabilij
teitsregelsystemen,bijvoorbeeldDSCOFF.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Gevoeligheidvande
waarschuwingen
Hoegevoeligerdewaarschuwingenwordeninj
gesteld,bijvoorbeeldhetmomentvanwaarschuj wing,hoemeerwaarschuwingenwordengejtoond.Hetkandaardoorookmeertottevroegeofongegrondewaarschuwingenenreactieskoj
men.
PedestrianWarningmet City-remfunctie
Principe Depersoonswaarschuwingwaarschuwtbijstadsverkeerssnelhedenvoormogelijkbotsingj
gevaarmetvoetgangersenfietsersenremtevt.
zelfstandig.Alseenongevalnietkanwordenverj
meden,helpthetsysteemomdebotsingsnelj
heidteverlagen.
Algemeen
Sensorenregistrerendeverkeerssituatie.
Hetsysteemwaarschuwtvanafcirca5km/hvoor
mogelijkeaanrijdingenvanpersonenenfietsers.
Daarbijwordtgeletoppersonenenfietsersdie
zichinhetdetectiegebiedvanhetsysteembej
vinden.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
Seite218BEDIENINGVeiligheid218
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page 219 of 452

verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
WAARSCHUWING
Systeembeperkingenkunnenbijhetaan-/
wegslepenmetgeactiveerdeIntelligentSafety-
systemenleidentotverkeerdgedragvandeafj
zonderlijkefuncties.Erbestaatgevaarvooronj gevallen.Voorhetslepen/wegslepenalleIntelligentSafety-systemenuitschakelen.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.'xMetradarsensor:frontradarsensor.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 45.
Detectiegebied
Hetdetectiegebiedvoordeautobestaatuittwee delen:
'xCentraalgebied,pijl1,directv

Page 220 of 452

dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgejslagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordt
gewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctieswordenbasisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingmetremfunctie
Weergave Alsereenbotsingmeteenwaargenomenvoetj
gangeroffietserdreigt,wordtophetinstrumenj
tenpaneelenevt.inhetHead-UpDisplayeen
waarschuwingssymboolweergegeven.
Roodsymboolwordtweergegevenener
klinkteensignaal.
Afhankelijkvandeuitvoeringbrandtals
alternatiefeenrodegevarendriehoekin
hetinstrumentenpaneel.
Directzelfingrijpendoorremmenofuitwijken.
Remingreep
Dewaarschuwingiseendringendverzoekom zelfintegrijpen.Tijdenseenwaarschuwingwordt,bijhetbedienenvanderem,demaximaleremkrachttoegepast.Voorwaardevoordeonjdersteuningvanderembekrachtigingishetvolj
doendesnelenkrachtigintrappenvanhetremj pedaal.
Daarnaastkanhetsysteembijbotsingsgevaar
ondersteuningbiedendooreenremingreep.
Deautokanbijlagesnelheidafgeremdworden
totstilstand.
Deremingreepkandoorhetintrappenvanhet
rijpedaalofdooreenactievestuurbewegingworj denafgebroken.
Hetherkennenvanobjectenkanbeperktzijn. Houdrekeningmetdegrenzenvanhetdetectiej
gebiedendefunctionelebeperkingen.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Bovenstesnelheidsgrens
Hetsysteemreageertopvoetgangersenfietsers
alsdeeigensnelheidonder80km/hligt.
Seite220BEDIENINGVeiligheid220
OnlineEditionforPartno.01405A38A30-VI/21

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 460 next >