BMW 5 SERIES 2022 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 221 of 468

'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijjden.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Alsdewerkingisbeperkt,wordtereventueel
eenCheck-Control-meldingweergegeven.
Rijstrookwisselmelding
Principe Derijstrookwisselmeldingherkentvoertuigenin
dedodehoekofwanneervoertuigenopde naastgelegenrijstrookvanachterennaderen.
Hetlampjeindebuitenspiegelwaarschuwtde
bestuurderinverschillendestappen.
Algemeen
Radarsensorenbewakenvanafeenminimumj
snelheidhetgebiedachterennaasthetvoertuig.
Deminimumsnelheidislandspecifiekenwordtin
hetmenuvandeIntelligentSafety-systemen weergegeven.
Hetsysteemlaatzienwanneerzichvoertuigenin dedodehoekbevinden,pijl1,ofopdenaastgej
legenrijstrookvanachterennaderen,pijl2.
Hetlampjeindebuitenspiegelgaatgedimd
branden.
Bijveranderenvanrijbaanmetingeschakelde
richtingaanwijzerwaarschuwthetsysteeminde
eerdergenoemdesituaties.
Hetlampjeindebuitenspiegelknippertenhet
stuurwieltrilt.
Autometwaarschuwingssysteemvoorzijdej
lingseaanrijdingen:bijsnelhedentot210km/h
kanhetsysteemmeteenkorteactievestuurbej
wegingingrijpenenzohelpenomdeautoterug
opderijstrooktebrengen.Destuuringreep
wordtpasvanafeenminimalesnelheiduitgej
voerd.Dezeminimalesnelheidwordtophet
ControlDisplayinhetmenuvoorstuuringrepen
weergegeven.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Seite221VeiligheidBEDIENING221
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 222 of 468

OverzichtToetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xRadarsensorenzijdelingsachter.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 41.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Dewaarschuwingrijbaanwisselenwordtopjnieuwautomatischgeactiveerdnahetvertrek,
alsdefunctiebijbeëindigenvandelaatsteritinj geschakeldwas.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemenafzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej slagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordt
gewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctieswordenbasisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Inhaalwaarschuwing6.Gewensteinstellingselecteren.Seite222BEDIENINGVeiligheid222
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 223 of 468

Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeld.ophetstuurwiel5.Trillingssterkte6.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtvooralleIntelligentSafety-
systemenovergenomen.
Auto'smetwaarschuwingvooreen
aanrijdingvanopzij:stuuringreepin-
ofuitschakelen
Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj denin-enuitgeschakeld.
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Inhaalwaarschuwing6.Stuuringreep
Waarschuwingsfunctie
Lampjeinbuitenspiegel
Voorwaarschuwing Hetgedimdelampjeindebuitenspiegelgeeft
aandatzichvoertuigenindedodehoekbevinj denofvanachterennaderen.
Acutewaarschuwing
Alsderichtingaanwijzerwordtingeschakeldterj wijlerzicheenautoinhetkritiekegebiedbej
vindt,gaathetstuurwielkorttrillenenbeginthet lampjeindebuitenspiegelfelteknipperen.
Dewaarschuwingwordtbeëindigdwanneerdeandereautohetkritiekegebiedheeftverlatenofwanneerderichtingaanwijzerwerduitgeschaj
keld.
Auto'smetwaarschuwingvooreenaanrijdingvanopzij
Alsbijsnelhedentot210km/hnietwordtgereaj geerdopdetrillingeninhetstuurwielendeautoderijstrookverlaat,grijpthetsysteemevt.indooreenkorteactievestuurbeweging.Destuurinj
greephelptdeautonaarderijbaanterugte
brengen.Destuuringreepisinhetstuurwielvoelj
baarenkanopelkmomenthandmatigoverj
stuurdworden.
Opflitsenvanhetlampje
Hetopflitsenvanhetlampjebijhetontgrendelen
vandeautodientvoordezelftestvanhetsysj teem.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreajgeren.Erbestaatkansopeenongevalofschade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactiefingrijpen.
Bovenstesnelheidsgrens
Bijsnelhedenbovencirca250km/hwordthetsysteemtijdelijkgedeactiveerd.
Seite223VeiligheidBEDIENING223
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 224 of 468

Bijsnelhedenonderongeveer250km/hreageert
hetsysteemweerzoalsingesteld.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:'xRadarsensoren,ziepagina 42.'xBijvoertuigenmetzijdelingsebotsingwaarj
schuwing:camerass,ziepagina 41.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xDesnelheidvanhetnaderendevoertuigis veelhogerdandeeigensnelheid.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xDebumperisvervuild,metijsbedektofafgejdekt,bijv.doorstickers.
Bijauto'smetwaarschuwingvooreenaanrijdingvanopzijkandestuuringreepbijvoorbeeldinde
volgendesituatiesbeperktzijn:
'xBijontbrekende,afgesleten,moeilijkzichtj bare,samen-ofuiteenlopendeofonduidej
lijkerijbaanbegrenzingen,zoalsbijvoorbeeld bijwegwerkzaamheden.'xBijrijstrookbegrenzingendiedoorsneeuw,ijs,vuilofwaterzijnbedekt.'xBijrijstrookbegrenzingendienietwitzijn.'xBijrijstrookbegrenzingendiedoorobjectenzijnbedekt.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijjden.'xBijbelemmeringvandecamera.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Alsdewerkingisbeperkt,wordteenCheck- Control-meldingweergegeven.
Alsdecontactdoosvooraanhangwagensingej
bruikisofdeaanhangwagenmodusingeschaj
keldis,bijvoorbeeldbijhetrijdenmeteenaanj
hangwagenoffietsendrager,kanhetsysteem
nietwordeningeschakeld.ErwordteenCheck-
Control-meldingweergegeven.
Weergavenvandewaarschuwingen
Afhankelijkvandegeselecteerdeinstellingvoor
dewaarschuwingen,bijvoorbeeldhetmoment vanwaarschuwing,kunnenmeerofminderwaarj
schuwingenwordenweergegeven.Ditkanook
eentoenamevanhetaantalvroegtijdigewaarj
schuwingenvoorkritischesituatiesbetekenen.
Waarschuwingvooreen
aanrijdingvanopzij
Principe DeSideCollisionWarninghelptomaanstaandezijdelingsebotsingentevermijden.
Algemeen
Radarsensorenbewakenvanafeenminimale snelheidtotca.210km/hhetgebiednaasthet
voertuig.
Deminimumsnelheidislandspecifiekenwordtin
hetmenuvandeIntelligentSafety-systemen weergegeven.
Eenfrontcamerabepaaltdepositievanderijj
baanbegrenzingen.
Alsnaastdeautobijv.eenandereautowordt
herkendwaarmeeeenaanrijdingvanopzijdreigt,
helpthetsysteemomeenaanrijdingtevoorkoj
men.Daarvoorwaarschuwthetsysteemdoor
eenknipperendeLEDindebuitenspiegeleneen
Seite224BEDIENINGVeiligheid224
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 225 of 468

trillendstuur.Evt.grijpthetsysteeminmeteen
actievestuurbeweging.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Derijbaanbegrenzingenmoetendoordecameraherkendwordenomhetwaarschuwingssysteem
voorzijdelingseaanrijdingenmetstuuringreepte
activeren.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.'xRadarsensorenzijdelingsvoor.'xRadarsensorenzijdelingsachter.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 41.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Dewaarschuwingvooreenaanrijdingvanopzij
wordtautomatischgeactiveerdnahetvertrek,als
defunctiebijbeëindigingvandelaatsteeinderit
ingeschakeldwas.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivijdueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej
Seite225VeiligheidBEDIENING225
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 226 of 468

slagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctieswordenbasisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeld.ophetstuurwiel5.Trillingssterkte6.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtvooralleIntelligentSafety-
systemenovergenomen.
Waarschuwingsfunctie
Lampjeinbuitenspiegel
Acutewaarschuwing
Bijaanrijdingsgevaarknipperthetlampjeinde buitenspiegelentrilthetstuurwiel.
TegelijkertijdwordteenCheck-Control-melding
weergegeven.
Ervindtevt.eenactievestuuringreepplaatsom debotsingtevermijdenendeautoveiligopde
eigenrijbaantehouden.
Destuuringreepisinhetstuurwielvoelbaaren
kanopelkmomenthandmatigoverstuurdworj den.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof
schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xCamerass,ziepagina 41.'xRadarsensoren,ziepagina 42.Seite226BEDIENINGVeiligheid226
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 227 of 468

Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:'xDesnelheidvanhetnaderendevoertuigis veelhogerdandeeigensnelheid.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xBijontbrekende,afgesleten,moeilijkzichtjbare,samen-ofuiteenlopendeofonduidej
lijkerijbaanbegrenzingen,zoalsbijvoorbeeld bijwegwerkzaamheden.'xBijrijstrookbegrenzingendiedoorsneeuw,ijs,vuilofwaterzijnbedekt.'xBijrijstrookbegrenzingendienietwitzijn.'xBijrijstrookbegrenzingendiedoorobjectenzijnbedekt.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijjden.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.
Alsdewerkingisbeperkt,wordteenCheck- Control-meldingweergegeven.
Alsdecontactdoosvooraanhangwagensingej
bruikisofdeaanhangwagenmodusingeschaj
keldis,bijvoorbeeldbijhetrijdenmeteenaanj
hangwagenoffietsendrager,kanhetsysteem
nietwordeningeschakeld.ErwordteenCheck-
Control-meldingweergegeven.
RearCollisionPrevention
Principe
Afhankelijkvandeuitvoeringenlandsafhankelijk
kandeRearCollisionPreventionreagerenop
voertuigendiezichvanachteruitnaderen.
Algemeen
Radarsensorenbewakendehetgebiedachter hetvoertuig.
Alservanachtereneenvoertuigmeteenoverj eenkomstigesnelheidnadert,reageerthetsysj
teemalsvolgt:
'xEventueelwordtdealarmlichtinstallatieingej schakeld.'xEventueelwordenPreCrash-functiesopgej
start.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Seite227VeiligheidBEDIENING227
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 228 of 468

OverzichtSensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren
aangestuurd:'xRadarsensorenzijdelingsachter.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 41.
In-/uitschakelen
Hetsysteemwordtbijvertrekautomatischgeacj
tiveerd.
Hetsysteemwordtindevolgendesituatiesautoj
matischgedeactiveerd:
'xBijachteruitrijden.'xAlshetstopcontactvandeaanhangwagenin
gebruikisofdeaanhangwagenmodusisgej
activeerd,bijv.alsereenaanhangwagenof
fietsendragerisaangekoppeld.
Grenzenvanhetsysteem
Systeembeperkingenvande
sensoren
Meerinformatie:
'xRadarsensoren,ziepagina 42.
Beperktewerking
Dewerkingkanindevolgendevoorbeeldsituaj
tiesbeperktzijn:
'xDesnelheidvanhetnaderendevoertuigis veelhogerdandeeigensnelheid.'xHetaankomendevoertuignadertslechts
traag.Voorrangswaarschuwing
Principe
Devoorrangswaarschuwinghelptinsituaties waarbijvolgensdeverkeersbordenof-lichten voorrangmoetwordenverleend.
Algemeen
Hetsysteemanalyseertmetbehulpvaneencaj meradeverkeersbordenen-lichten.
Hetnavigatiensysteemleidtinformatieoverhet
tracédooraanhetsysteem.
Erwordtbijvoorbeeldeenwaarschuwinggegej
venalsdebestuurderhetvoorrangsbordmogej
lijknietheeftgezien,bijv.indevolgendesituj
aties:
'xBijeenkruising.'xBijeenoverweg.'xBijeenuitrit.'xBijeenrotonde.'xBijroodlicht.
Hetsysteemwaarschuwtvanafeenvariabelemij
nimalesnelheidtotca.75km/h.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
Seite228BEDIENINGVeiligheid228
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 229 of 468

gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Devooruitliggendevoorrangssituatiemoetonjmiskenbaaraangegevenzijndoorverkeersborjdenofverkeerslichten.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Sensoren
Hetsysteemwordtviadevolgendesensoren aangestuurd:
'xCamerassachterdevoorruit.
Meerinformatie:
Sensorenvanhetvoertuig,ziepagina 41.
In-/uitschakelen Automatischinschakelen Devoorrangswaarschuwingwordtautomatisch
geactiveerdnahetvertrek,alsdefunctiebijbej eindigingvandelaatsteeinderitingeschakeld
was.
Handmatiginschakelen
Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej
slagen.Zodrainhetmenueeninstellingwordt
gewijzigd,wordenalleinstellingenvanhetmenu
geactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden
basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Handmatiguitschakelen Toetsingedrukthouden.AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Toetsbrandtoranje:enkeleIntelligent Safety-Systemenzijnuitgeschakeldofmomenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.Seite229VeiligheidBEDIENING229
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page 230 of 468

Waarschuwingstijdstipinstellen1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Voorrangswaarschuwing6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xLaat:erwordenalleenacutewaarschuj
wingenweergegeven.'xUit:erwordtgeenwaarschuwingweerj gegeven.
Waarschuwingsfunctie
Algemeen
Hetsysteemwaarschuwtoptweeniveaus:
'xVoorwaarschuwing:optischdooreenwaarj
schuwingssymboolophetinstrumentenpaj neel.'xAcutewaarschuwing:optischdooreenwaarj
schuwingssymboolophetinstrumentenpaj neeleneengeluidssignaal.
Hetmomentvandewaarschuwingenvarieert
daarbijenisafhankelijkvandeactuelerijsituatie enhetingesteldemomentvanwaarschuwing.
Devoorwaarschuwinghoudtrekeningmetde
volgendeverkeerstekens:
TekensBetekenisVoorrangsborden:
Voordezebordenwordt
eenvoorwaarschuwinggej
geven.Stopborden:
Voordezebordenwordt
eenvoorwaarschuwingen
eenacutewaarschuwing
gegeven.Bijrodeverkeerslichtenis
ereenvoorwaarschuwing
eneenacutewaarschuj
wing.
Voorwaarschuwing
Alsdebestuurdereenvoorrangsborddreigtte
negeren,wordtophetinstrumentenpaneeleen vandevolgendesymbolenweergegeven:
SymboolBetekenisVoorrangverlenen.Stop.Roodlicht.
Bijeenvoorwaarschuwinginovereenstemmingmetdesituatieingrijpen,bijv.remmen.
Seite230BEDIENINGVeiligheid230
OnlineEditionforPartno.01405A380E8-VI/21

Page:   < prev 1-10 ... 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 ... 470 next >