BMW 7 SERIES 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 311 of 379

Maximalesnelheid
Verder rijden met een beschadigde band is tot
max. 80 km/h mogelijk.
Verderrijdenmeteenbeschadigdeband Bij verder rijden met beschadigde banden hetvolgende in acht nemen:1.Heftige rem- en stuurbewegingen vermijjden.2.Snelheid van 80 km/h niet meer overschrijj
den.3.Bij de eerstvolgende gelegenheid de banj denspanning in alle vier de banden controj
leren.
Is de bandenspanning in alle vier de banj den in orde, dan is de bandenpechwaarj
schuwing waarschijnlijk niet geïnitialiseerd.
Systeem in dat geval initialiseren.
Mogelijkeafstandmetlegeband
De mogelijke afstand is afhankelijk van belaj
ding en belasting van de auto, bijvoorbeeld
snelheid, wegomstandigheden en buitentemj
peratuur. De afstand kan bij korter of voorzichj
tiger rijden ook langer zijn.
Bij een gemiddelde belading en geringere bej lasting bedraagt de mogelijke afstand circa
80 km bedragen.
Rijeigenschappenmetbeschadigdeband
Bij een rit met beschadigde banden verandej
ren de rijeigenschappen, de auto zal bijvoorj
beeld sneller uitbreken bij het remmen, de
remweg wordt langer of het stuurgedrag verj andert. Pas de rijstijl daaraan aan. Vermijd abj
rupte stuurbewegingen en het rijden over obj stakels, zoals stoepranden, gaten in de weg,
etc.
Definitiefeindevandeband
Trillingen of harde geluiden tijdens het rijden
kunnen het definitieve einde van de band aanj
kondigen.
Snelheid verminderen en stoppen. Er kunnen stukjes band loskomen, wat tot een ongeval zou kunnen leiden.
Niet doorrijden, maar contact opnemen met een Service Partner van de fabrikant of een anjdere gekwalificeerde Service Partner of specijalist.
Wielenvervangen
Algemeen
Bij banden met noodloopeigenschappen of gebruik van bandenafdichtmiddel is het niet noodzakelijk om de band direct te wisselen bij
spanningsverlies in geval van pech.
Zo nodig vindt u het juiste gereedschap voor
het verwisselen van wielen als toebehoren bij
een Service Partner van de fabrikant of een anj dere gekwalificeerde Service Partner of specij
alist.
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
De krik van de voertuigfabrikant is bej
doeld voor het wielen verwisselen in geval van pech. Voor een frequent gebruik is de krik nietbedoeld, bijv. voor het wisselen van zomer-naar winterbanden. Bij veelvuldig gebruik kan
de krik klem raken of worden beschadigd. Er bestaat kans op letsel of schade. De krik uitj
sluitend gebruiken voor het verwisselen van
een nood- of reservewiel in geval van pech.'

Page 312 of 379

WAARSCHUWING
De krik is alleen bedoeld voor het kort
opkrikken van de auto voor het verwisselen
van een wiel. Ook als de veiligheidsmaatregej
len in acht worden genomen is het gevaar aanj
wezig dat de auto kan vallen door het omkiej
pen van de krik. Er bestaat kans op letsel of
levensgevaar. Wanneer de auto met de krik opj
getild is, niet hieronder gaan liggen en de moj
tor niet starten.'

Page 313 of 379

'yWielbout, pijl 1.'yAdapter, pijl 2.
Verwijderen
1.De adapter op de wielbout plaatsen.2.De wielbout losschroeven.
Na het vastschroeven de adapter weer verwijjderen.
Autovoorbereiden
'yDe auto zo ver mogelijk uit de buurt van deverkeersstroom en op een vaste en stroeveondergrond parkeren.'yAlarmknipperlichten inschakelen.'yParkeerrem bedienen.'yEen versnelling inschakelen of de keuzej
hendelstand P inschakelen.'yZodra de verkeerssituatie het toelaat alle
inzittenden laten uitstappen en buiten het
gevarengebied brengen, bijvoorbeeld achj
ter de vangrails.'yAfhankelijk van de uitvoering het gereedj schap en het noodwiel uit de auto nemen.'yEventueel gevarendriehoek of waarschuj
wingsknipperlichten op de betreffende afj
stand neerzetten.'yGeen houtblokken e.d. onder de autokrik
leggen, anders kan de krik haar draagverj
mogen niet bereiken wegens de beperkte hoogte.'yDe auto bovendien tegen wegrollen beveij
ligen.'yDe wielbouten een halve omwenteling losj draaien.
Kriksteunpunten
De kriksteunpunten bevinden zich op de gejmarkeerde posities.
Voertuigoptillen WAARSCHUWING
De handen of vingers kunnen bij het gej
bruik van de krik ingeklemd raken. Er bestaat
kans op letsel. Bij het gebruik van de krik de
Seite 313WielenenbandenMobiliteit313
Online Edition for Part no. 0140 2 976 265 - X/16

Page 314 of 379

beschreven positie van de handen aanhouden
en deze positie niet veranderen.'

Page 315 of 379

4.De slinger van de krik linksom draaien om
de krik in te schuiven en de auto te laten zakken.5.De krik verwijderen.
Nahetverwisselenvaneenwiel
1.De wielbouten kruiselings vastdraaien. Het
aanhaalmoment bedraagt 140 Nm.2.Het defecte wiel opbergen in de bagagej ruimte.
Het defecte wiel is te groot om bewaard te kunnen worden onder de bagageruimteboj dem.3.De bandenspanning bij de volgende gelej
genheid controleren en zo nodig corrigej ren.4.Bandenpechwaarschuwing opnieuw initiajliseren.
Reset van de bandenspanningscontrole
uitvoeren.5.Het vastzitten van de wielbouten laten conj troleren met een gekalibreerde momentsj
leutel.6.Naar de dichtstbijzijnde Service Partner van de fabrikant, een andere gekwalifijceerde Service Partner of een specialist rijjden, om de beschadigde band te laten verj
vangen.
Noodwiel
Algemeen
Bij bandenpech kan het noodwiel als vervanj ging voor de defecte band gebruikt worden.
Het noodwiel is voor kortstondig gebruik bej
doeld, om het defecte wiel te vervangen.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Het reservewiel heeft speciale afmetinj
gen. Bij het rijden met een reservewiel kunnen bij hogere snelheden gewijzigde rij-eigenj
schappen optreden zoals verminderde koersj
stabiliteit bij het remmen, langere remweg en verandering van het stuurgedrag in het grensj
bereik. Er bestaat gevaar voor ongevallen.
Rustig rijden en een snelheid van max. 80 km/h niet overschrijden.'

Page 316 of 379

3.Gereedschaphouder uitnemen.4.Noodwiel uit de opbergbak verwijderen.Daarbij geen afdekkingen verwijderen.
Na het verwisselen van een wiel de gereedj
schapshouder in het opbergbak plaatsen en
met de spanriemen vastzetten.
Seite 316MobiliteitWielenenbanden316
Online Edition for Part no. 0140 2 976 265 - X/16

Page 317 of 379

MotorruimteUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege delandspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de betreffende geldende wetten en bepalingen
worden nageleefd.
Belangrijkezakenindemotorruimte
1Reservoir voor sproeiervloeistof2Starthulp, accupluspool3Olievulpijp4Koelvloeistofreservoir motor5Alleen benzinemotor: koelmiddelreservoir
extra koeling6Starthulp, accuminpool7VoertuigidentificatienummerSeite 317MotorruimteMobiliteit317
Online Edition for Part no. 0140 2 976 265 - X/16

Page 318 of 379

MotorkapVeiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Door ondeskundig uitgevoerde werkj
zaamheden in de motorruimte kunnen onderj delen worden beschadigd en tot een veiligjheidsrisico leiden. Er bestaat kans op een
ongeval of schade. Werkzaamheden in de moj
torruimte door een Service Partner van de faj brikant of een andere gekwalificeerde Service
Partner of specialist laten controleren.'

Page 319 of 379

MotorolieUitrustingvandeautoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de betreffende geldende wetten en bepalingen
worden nageleefd.
Algemeen Motorolieverbruik
Het motorolieverbruik is afhankelijk van de
rijstijl en van de gebruiksomstandigheden.
Daarom regelmatig, na elke tankbeurt, het mojtoroliepeil controleren.
Het motorolieverbruik kan hoger zijn, bijvoorj
beeld in de volgende situaties:'yBij een sportieve rijstijl.'yBij het inrijden van de motor.'yBij het stationair draaien van de motor.'yBij het gebruik van motoroliesoorten die als ongeschikt zijn aangemerkt.
Elektronischeoliepeilcontrole
De auto beschikt over een elektronische oliej
peilcontrole.
De elektronische oliepeilcontrole beschikt over
twee meetprincipes:
'yStatusweergave.'yUitvoerige meting.Elektronische
oliepeilcontrole
Statusweergave
Principe
Het motoroliepeil wordt tijdens het rijden elekj
tronisch bewaakt en in het Control Display
weergegeven.
Als het motoroliepeil het minimum bereikt, verj
schijnt er een Check-Control-melding.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Een actuele meetwaarde staat ter beschikking
na circa 30 minuten rijden. Bij een korte rit wordt de status van de laatste, voldoende
lange rit weergegeven.
Wanneer vaak korte ritten worden afgelegd, rej
gelmatig een uitvoerige meting uitvoeren.
Peilmotorolietonen Via iDrive:1."Mijn auto"2."Autostatus"3. "Motoroliepeil"
Het motoroliepeil wordt weergegeven.
Meldingenmotorolie-indicator OPMERKING
Te weinig motorolie veroorzaakt motorj
schade. Er bestaat gevaar voor schade. Onj middellijk motorolie bijvullen.'

Page 320 of 379

een Service Partner van de fabrikant of een anjdere gekwalificeerde Service Partner of specij
alist laten corrigeren.'

Page:   < prev 1-10 ... 271-280 281-290 291-300 301-310 311-320 321-330 331-340 341-350 351-360 ... 380 next >