BMW 7 SERIES 2019 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 201 of 432

aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenindebetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht Toetsenindeauto
IntelligentSafety
Warmtebeeld
Camera
Bijlagebuitentemperaturenwordtdecameraauj
tomatischverwarmd.
Bijingeschakeldeautoverlichtingwordtbijhet
bedienenvanderuitensproeierinstallatie,ziepaj gina 145,hetcameraobjectiefopgezettetijden
meegereinigd.
Inschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtbijvertrekinhetdonkerautoj
matischgeactiveerd.
Warmtebeeldinschakelen
Aanvullendopdewaarschuwingsfunctiekanop
hetControlDisplayhetwarmtebeeldvande NightVision-camerawordenweergegeven.Dezefunctieheeftgeeninvloedopdeobjectherkenj
ning.
Toetsindrukken.
HetbeeldvandecamerawordtophetControl
Displayweergegeven.
Warmtebeeldinstellen
Bijingeschakeldwarmtebeeldkunnenhelderheid
encontrastingesteldworden.
ViaiDrive:1.Helderheidofcontrastselecteren.'xHelderheid.'xContrast.2.Steldegewenstewaardein.
Waarschuwingsfunctie
Weergave
SymboolBetekenisPersoonswaarschuj
wing.Dierwaarschuwing.Seite201VeiligheidBEDIENING201
OnlineEditionforPartno.01402896804-X/18

Page 202 of 432

SymboolBetekenisSymboolbrandtrood.Vooralarm.Symboolknippert
roodenerklinkteen
signaal.Acutewaarschuwing.
Hetweergegevensymboolkanvari

Page 203 of 432

Metdedynamischemarkeringsverlichtingbrandthetcontrolelampjevoorgrootlicht.
Dedynamischemarkeringsverlichtingisbej
standdeelvandeLED-oflaservoorlichten.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking'xLichtschakelaarinstand:'xHetdimlichtofgrootlichtbrandt.'xGeenlichtbronnenofverlichteverkeersdeelj
nemersinhetwaarschuwingsgebied.
Inschakelen/uitschakelen
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.IntelligentSafety4.Dynamischmarkeringslicht
Tijdelijkuitschakelen Tijdenshetbrandenvandedynamischemarkejringsverlichtinghetlichtsignaalbedienen.Dedyjnamischemarkeringsverlichtingwordtvoordeactuelewaarschuwinguitgeschakeld.
Grenzenvanhetsysteem
Principi

Page 204 of 432

Hetmomentvandezewaarschuwingkanafhanjkelijkvandeactuelerijsituatievari

Page 205 of 432

AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej slagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurj
dersprofiel.Zodrainhetmenueeninstelling
wordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhet
menugeactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Frequentievandewaarschuwingen
instellen
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.IntelligentSafety4.Rijstr.verlatenwaarsch.5.Gewensteinstellingselecteren.'xAltijd:hetsysteemwaarschuwtiniedere
gevaarlijkesituatie.'xBeperkt:afhankelijkvandesituatieworj denbepaaldewaarschuwingenonderj
drukt,bijvoorbeeldbijhetinhalenzonder richtingaantegevenofbijhetbewustrijj
denoverrijstrookmarkeringeninbochten.'xUit:ervindengeenwaarschuwingen
plaats.
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhet momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.Stuurwielvibratie4.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtovergenomenvooralleIntellij
gentSafety-systemenenopgeslagenvoorhet
momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Voertuigenmet
zijbotsingswaarschuwing:
stuuringreepin-/uitschakelen
Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj denin-enuitgeschakeld.
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.IntelligentSafety4.Stuuringreep
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhet momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Seite205VeiligheidBEDIENING205
OnlineEditionforPartno.01402896804-X/18

Page 206 of 432

Weergaveinhet
instrumentenpaneel
Hetsymboolbrandtgroen:tenminste

Page 207 of 432

Alsdewerkingisbeperkt,wordteenCheck-Control-meldingweergegeven.
Rijstrookwisselmelding
Principe Derijstrookwisselmeldingherkentvoertuigenin
dedodehoekofwanneervoertuigenopde naastgelegenrijstrookvanachterennaderen.In
dezesituatieswordteenwaarschuwinginverj
schillendefasesgegeven.
Algemeen
Tweeradarsensorenindeachterbumperbewaj kenvanafeenminimumsnelheidhetgebiedachjterennaastdeauto.
DeminimalesnelheidwordtinhetmenuvoorInj
telligentSafety-systemenweergegeven.
Hetsysteemlaatzienwanneerzichvoertuigenin dedodehoekbevinden,pijl1,ofopdenaastgej
legenrijstrookvanachterennaderen,pijl2.
Hetlampjeindebuitenspiegelgaatgedimd
branden.
Bijveranderenvanrijbaanmetingeschakelde
richtingaanwijzerwaarschuwthetsysteeminde
eerdergenoemdesituaties.
Hetlampjeindebuitenspiegelknippertenhet
stuurwieltrilt.
Auto'smetwaarschuwingvooreenaanrijding
vanopzij:bijsnelhedentussen70km/hen
210km/hkanhetsysteemmeteenkorteactieve
stuuringreepingrijpenenzohelpenomdeauto
binnenderijbaantehouden.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Seite207VeiligheidBEDIENING207
OnlineEditionforPartno.01402896804-X/18

Page 208 of 432

Radarsensoren
Deradarsensorenbevindenzichindeachterjbumper.
Bumperbijderadarsensorenschoonenvrijhouj den.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Dewaarschuwingrijbaanwisselenwordtopj
nieuwautomatischgeactiveerdnahetvertrek,
alsdefunctiebijbe

Page 209 of 432

3.Stuurwielvibratie4.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtovergenomenvooralleIntellij
gentSafety-systemenenopgeslagenvoorhet
momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Auto'smetwaarschuwingvooreen
aanrijdingvanopzij:stuuringreepin-
ofuitschakelen
Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj
denin-enuitgeschakeld.
ViaiDrive:
1.Mijnauto2.Autoinstellingen3.IntelligentSafety4.Stuuringreep
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Waarschuwingsfunctie
Lampjeinbuitenspiegel
Vooralarm
Hetgedimdelampjeindebuitenspiegelgeeft
aandatzichvoertuigenindedodehoekbevinj
denofvanachterennaderen.
Acutewaarschuwing
Alsderichtingaanwijzerwordtingeschakeldterj wijlerzicheenvoertuiginhetkritiekegebiedbej
vindt,gaathetstuurwielkorttrillenenbeginthet
lampjeindebuitenspiegelfelteknipperen.
Dewaarschuwingwordtbe

Page 210 of 432

Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:'xAlsdesnelheidvanhetnaderendevoertuig aanzienlijkhogerisdandeeigensnelheid.'xBijdichtemistenhevigeregenofsneeuwval.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xAlsdebumpervuil,metijsofeenstickerof
ietsdergelijksbedektis.'xBijuitstekendelading.
Bijauto'smetwaarschuwingvooreenaanrijding vanopzijkandestuuringreepbijvoorbeeldindevolgendesituatiesbeperktzijn:
'xBijontbrekende,afgesleten,moeilijkzichtjbare,samen-ofuiteenlopendeofonduidej
lijkebegrenzingslijnenzoalsbijvoorbeeldbij
wegwerkzaamheden.'xAlsbegrenzingslijnendoorsneeuw,ijs,vuilof
waterbedektzijn.'xAlsdebegrenzingslijnennietwitzijn.'xAlsdebegrenzingslijnendoorobjectenbej
dektzijn.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijj den.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaaghangende zon.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.
Alsdewerkingisbeperkt,wordteenCheck- Control-meldingweergegeven.
Bijeenbezetteaanhangwagencontactdoos,bijj
voorbeeldbijhetrijdenmeteenaanhangwagen
offietsendrager,kanhetsysteemnietwordeninj
geschakeld.ErwordteenCheck-Control-melj
dingweergegeven.
WeergavenvandewaarschuwingenAfhankelijkvandegeselecteerdeinstellingvoor
dewaarschuwingen,bijvoorbeeldhetmoment
vanwaarschuwing,kunnendestemeerwaarj
schuwingenwordenweergegeven.Ditkanook
eentoenamevanhetaantalvroegtijdigewaarj
schuwingenvoorkritischesituatiesbetekenen.
WAARSCHUWINGvoor eenaanrijdingvanopzij
Principe Hetsysteemhelptomaanrijdingenvanopzijte
vermijden.
Algemeen
Vierradarsensorenindebumpersbewakenin hetsnelheidsbereikvancirca70km/htotcirca
210km/hderuimtenaastdeauto.
Eenfrontcamerabepaaltdepositievanderijj
baanbegrenzingen.
Alsnaastdeautobijvoorbeeldeenandervoerj
tuigherkendwordtwaarmeeeenaanrijdingvan
opzijdreigt,helpthetsysteemdooreenstuurinj greepeenaanrijdingtevoorkomen.
Seite210BEDIENINGVeiligheid210
OnlineEditionforPartno.01402896804-X/18

Page:   < prev 1-10 ... 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 ... 440 next >