BMW 7 SERIES 2021 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 381 of 478

BandenbewarenBandenspanning
Deopdezijkantvandebandweergegevenmaxij
mumbandenspanningnietoverschrijden.
Opslag'xVerwijderdewielenofbandenmoetenkoel,droogeninhetdonkerwordenbewaard.'xBeschermbandentegenolie,vetenoplosjmiddelen.'xBandennietinplasticzakkenbewaren.'xWielenofbandenreinigenvanvuil.
Bandenmet
noodloopeigenschappen
Principe
Doordebandenmetnoodloopeigenschappenis
hetmogelijkbeperktverderterijdenmetcomj
pleetspanningsverlies.
Algemeen
Dewielenbestaanuitrunflatbandenenspeciale
velgen.
Doordeverstevigingvandezijwandkanermet debandbijverliesvanbandenspanningnogbej perktwordendoorgereden.
Aanwijzingenvoorhetverderrijdenmetbandenj
pechinachtnemen.
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Bijbandenmetnoodloopeigenschappenzonj derofmeteengeringebandenspanningveranj
derenderijeigenschappen,bijv.verminderde koersstabiliteitbijhetremmen,langereremweg
eneenanderstuurgedrag.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Gematigdrijdeneneensnelj
heidvan80km/hnietoverschrijden.
WAARSCHUWING
Alswordtdoorgeredenmetbandenpech,kunj
nenzwareaanhangwagensgaanslingeren.Er
bestaatkansopeenongevalofschade.Bijhet rijdenmeteenaanhangwagenenbandenpecheensnelheidvan60km/hnietoverschrijden.Bijslingerbewegingendirectremmenendenoj
digestuurcorrectieszovoorzichtigmogelijkuitj
voeren.
Aanduiding
Opdewangvandebandenstaatdemarkering RSCmRunflatSystemComponent.
Bandenpechverhelpen
Veiligheidsmaatregelen
'xAutozovermogelijkuitdebuurtvandeverjkeersstroomenopeenvasteondergrond
parkeren.'xAlarmknipperlichteninschakelen.'xAutobeveiligentegenwegrollen,daarvoorde parkeerremvastzetten.'xStuurwielvergrendelinglatenvastklikkenin
rechtuitstandvandewielen.Seite381WielenenbandenMOBILITEIT381
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 382 of 478

'xAlleinzittendenlatenuitstappenenbuiten
hetgevarengebiedbrengen,bijvoorbeeld
achterdevangrails.'xEventueelgevarendriehoekopdejuisteafj
standneerzetten.
MobilitySystem
Principe
MethetMobilitySystemkanbeperkteschadeaaneenbandkortstondigwordenafgedicht,zoj datverderkanwordengereden.Daartoewordteenvloeibaarafdichtmiddelindebandengej
pomptdatbijhetuithardendebeschadigingvan
binnenuitafdicht.
Algemeen
'xAanwijzingenvoordetoepassingvanhetMoj bilitySystemopdecompressorendeflesmetbandenafdichtmiddelinachtnemen.'xBijbeschadigingvandebandvanafeengroottevan4mmwerkthetgebruikvanhet
MobilitySystemmogelijkniet.'xContactopnemenmeteenservicepartner vandefabrikantofeenanderegekwalifijceerdeservicepartnerofvakwerkplaatsalsde
bandnietrijklaarkanwordengemaakt.'xIngedrongenvreemdevoorwerpenindeband
latenzitten.Vreemdedeeltjesalleenverwijj
derenalszezichtbaaruitdebandenuitstej ken.'xStickersvoordesnelheidslimietvandefles
metbandenafdichtmiddellostrekkenenop hetstuurwielplakken.'xDoordetoepassingvanafdichtmiddelkande
wielelektronicabeschadigdraken.Inditgeval
deelektronicabijvolgendegelegenheidlaten
vervangen.'xDecompressorkangebruiktwordenomde bandenspanningtecontroleren.Overzicht
Locatie
Demobilitysetbevindtzichinhetlinkeropbergj
vakvandebagageruimte.
Afdichtmiddelreservoir
'xAfdichtmiddelreservoir,pijl1.'xVulslang,pijl2.
Houdbaarheidsdatumopafdichtmiddelhouder
controleren.
Seite382MOBILITEITWielenenbanden382
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 383 of 478

Compressor1Ontgrendelingafdichtmiddelhouder2Bevestigingafdichtmiddelhouder3Bandenspanningsweergave4Knopbandenspanningverlagen5Aan/uit-schakelaar6Compressor7Stekker/bedradingvoorcontactdoos8Verbindingsslang
Veiligheidsmaatregelen
'xAutozovermogelijkuitdebuurtvandeverjkeersstroomenopeenvasteondergrond
parkeren.'xAlarmknipperlichteninschakelen.'xAutobeveiligentegenwegrollen,daarvoorde parkeerremvastzetten.'xStuurwielvergrendelinglatenvastklikkenin
rechtuitstandvandewielen.'xAlleinzittendenlatenuitstappenenbuiten
hetgevarengebiedbrengen,bijvoorbeeld
achterdevangrails.'xEventueelgevarendriehoekopdejuisteafj
standneerzetten.Afdichtmiddelindeband
brengen
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR
Bijeengeblokkeerdeuitlaatpijpofonvoldoende ventilatiekunnenuitlaatgassenindeautobinjnendringen,dieschadelijkvoordegezondheid
zijn.Deuitlaatgassenbevattenkleur-enreukj
lozeschadelijkestoffen.Ingeslotenruimten
kunnendeuitlaatgassenzichookbuitende
autoophopen.Erbestaatlevensgevaar.Deuitj
laatpijpvrijhoudenenvoorvoldoendeventilatie
zorgen.
OPMERKING
Alsdecompressortelanginwerkingiskan
dezeoververhitraken.Erbestaatgevaarvoor
schade.Compressornietlangerdan10minuj
tenlatendraaien.
Vullen
1.Flesmetbandenafdichtmiddelschudden.Seite383WielenenbandenMOBILITEIT383
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 384 of 478

2.Vulslangvollediguitopbergruimtevandefles
metbandenafdichtmiddeltrekken.Slangniet buigen.3.Flesmetbandenafdichtmiddelhoorbaar
vastklikkenindebevestigingvandebehuij
zingvandecompressor.4.Vulslangvandeflesmetbandenafdichtmidj
delophetbandventielvanhetdefectewiel schroeven.5.Bijeenuitgeschakeldecompressordestekjkerindecontactdoosinhetinterieurvande
autoaanbrengen.6.Bijeeningeschakeldegereedheidofrijden- stand-bydecompressorinschakelen.
Compressormaximaal10minutenaanlaten
staanomdelekkagemetafdichtmiddeltevullen
eneenbandenspanningvancirca2,0barteverj
krijgen.
Bijhetaanbrengenvanhetafdichtmiddelkande bandenspanningtijdelijkoplopentotcirca5bar. Compressorindezefasenietuitschakelen.
Bandenspanningcontrolerenen
corrigeren
Controleren
1.Compressoruitschakelen.2.Bandenspanningopdebandenspanningsinj dicatieaflezen.
Omdoortekunnenrijdenmoeterminstenseen
bandenspanningvan2barbereiktzijn.
Seite384MOBILITEITWielenenbanden384
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 385 of 478

Afdichtmiddelhouderafnemenen
opbergen1.Vulslangvanafdichtmiddelhoudervanhet
bandenventielafschroeven.2.Opderodeontgrendelingdrukken.3.Bandenafdichtmiddelflesvandecompressor
verwijderen.4.Legeafdichtmiddelhouderinpakkenenopj bergenomvervuilingvandebagageruimtete
vermijden.
Minimalebandenspanningwordt
nietbereikt
1.Stekkeruitdecontactdoosinhetinterieur vandeautotrekken.2.10mvoor-enachteruitrijdenomhetafdichtj
middelindebandteverdelen.3.Verbindingsslangvandecompressordirect
ophetventielvandebandschroeven.4.Stekkerindecontactdoosinhetinterieurvan deautoaanbrengen.5.Bijeeningeschakeldegereedheidofrijden-stand-bydecompressorinschakelen.Alsdebandenspanningvanminstens2bar
nietwordtbereikt,contactopnemenmeteen
servicepartnervandefabrikantofeenandere gekwalificeerdeservicepartnerofvakwerkj
plaats.
Alsdebandenspanningvanminimum2bar
wordtbereikt,zieMinimalebandenspanning wordtbereikt.6.Verbindingsslangvandecompressorvanhet
bandenventielschroeven.7.Stekkeruitdecontactdoosinhetinterieur vandeautotrekken.8.MobilitySystemindeautoopbergen.
Minimalebandenspanningwordt
bereikt
1.Verbindingsslangvandecompressorvanhet
bandenventielschroeven.2.Stekkeruitdecontactdoosinhetinterieur vandeautotrekken.3.MobilitySystemindeautoopbergen.4.Directcirca10kmrijden,zodathetafdichtjmiddelzichgelijkmatigindebandenverdeelt.
Snelheidvan80km/hnietoverschrijden. Indienmogelijknietlangzamerrijdendan
20km/h.
Corrigeren
1.Opeengeschikteplaatsstoppen.2.Verbindingsslangvandecompressordirect
ophetventielvandebandschroeven.Seite385WielenenbandenMOBILITEIT385
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 386 of 478

3.Stekkerindecontactdoosinhetinterieurvandeautoaanbrengen.4.Debandenspanningtotminstens2,0barcorj
rigeren:'xBandenspanningverhogen:bijeeningej
schakeldegereedheidofrijden-stand-by decompressorinschakelen.'xBandenspanningverlagen:toetsopde
compressorindrukken.5.Verbindingsslangvandecompressorvanhet
bandenventielschroeven.6.Stekkeruitdecontactdoosinhetinterieur vandeautotrekken.7.MobilitySystemindeautoopbergen.
Ritvoortzetten
Toegestanemaximumsnelheidvan80km/hniet overschrijden.
BandenpechwaarschuwingRPAopnieuwinitialij
seren.
Resetvandebandenspanningscontroleuitvoej
ren.
Dedefectebandendeflesmetbandenafdichtj
middelvanhetMobilitySystemzosnelmogelijk
latenvervangen.
Meerinformatie:
'xBandenpechwaarschuwingRPA,ziepaj
gina 394.'xBandenspanningscontrole,ziepagina 387.Sneeuwkettingen
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Doordemontagevansneeuwkettingenop
bandendienietdaarvoorgeschiktzijnkunnen
desneeuwkettingenmetdelenvandeautoin
contactkomen.Erbestaatkansopeenongeval
ofschade.Desneeuwkettingenalleenopbanj
denmonteren,diedoordefabrikantzijningej
deeldalsgeschiktvoorhetgebruikvansneej
uwkettingen.
WAARSCHUWING
Onvoldoendeaangespannensneeuwkettingen
kunnenbandenenvoertuigonderdelenbeschaj
digen.Erbestaatkansopeenongevalof
schade.Controleerofdesneeuwkettingenalj
tijdvoldoendeaangespannenzijn.Zonodigde
sneeuwkettingennaspannenovereenkomstig
deopgavenvandefabrikant.
Sneeuwkettingenmetfijne
schakels
Defabrikantvanhetvoertuigraadthetgebruik
vansneeuwkettingenmetfijneschakelsaan.Bej
paaldesneeuwkettingenmetfijneschakelszijn
doordefabrikantvandeautogetestenalsverj
keersveiligengeschiktaangemerkt.
Informatieovergeschiktesneeuwkettingenisbij
eenservicepartnervandefabrikantofeenanj
deregekwalificeerdeservicepartnerofvakwerkj
plaatsverkrijgbaar.
Gebruik Hetgebruikisuitsluitendpaarsgewijstoegestaan
opdeachterwielenvoordevolgendewielmaten:
'x225/60R17.'x245/50R18.Seite386MOBILITEITWielenenbanden386
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 387 of 478

'x245/45R19.
Aanwijzingenvandesneeuwkettingfabrikantin
achtnemen.
Metsneeuwkettingendebandenpechwaarschuj
wingRPAnietinitialiseren,omdatdittotonjuiste weergavenkanleiden.
Metsneeuwkettingengeenresetvandebanj denspanningscontroleuitvoeren,omdatdittotonjuisteweergavenkanleiden.
Bijhetrijdenmetsneeuwkettingeneventueelde
DynamicTractionControlDTCvoorkortetijdacj
tiveren,omdetractieteverbeteren.
Maximalesnelheidmet
sneeuwkettingen
Metsneeuwkettingennietharderrijdendan
50km/h.
Achterwielbesturingbijhet
rijdenmetsneeuwkettingen
Algemeen
Omdestuurhoekvandewielenbijhetrijdenmet
sneeuwkettingentewaarborgenkanbijgemonj
teerdesneeuwkettingendeachterwielbesturing
vandeintegraal-actievebesturingwordenuitgej
schakeld.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Bijingeschakeldeachterwielbesturingengej
monteerdesneeuwkettingenkunnendesneej
uwkettingencontactmakenmetdecarrosserie.
Erbestaatkansopeenongevalofschade.Bij
gemonteerdesneeuwkettingendeachterwielj
besturinguitschakelen.
Achterwielbesturinguitschakelen
Doordeinstellingdatsneeuwkettingenzijngejmonteerdwordtdeachterwielbesturinguitgej
schakeld.1.CAR2.Instellingen3.Algemeneinstellingen4.Sneeuwkettingen5.Sneeuwkettingenaangebracht
Vanafeentoegestanemaximalesnelheidmet sneeuwkettingenvan50km/hwordtdeachterjwielbesturingweerautomatischingeschakeld.
Bandenspanningscontrole
Principe Hetsysteembewaaktdebandenspanninginde
viergemonteerdebanden.Hetsysteemwaarj schuwtwanneerineenofmeerbandendebanjdenspanninglagerisgeworden.
Algemeen
Sensorenindeventielenvandebandenmeten
despanningentemperatuurvandebanden.
DoordebandeninstellingeniniDrivekanhetsysj
teemdevastgelegdegewenstespanningenauj
tomatischmetdeactuelebandenspanningen vergelijken.
Bijbandendienietopdebandenspanningswaarj denopdeautotevindenzijn,bijvoorbeeldbanj
denmeteenspecialevergunning,moethetsysj
teemactiefwordengereset.Hierdoorwordtde
actuelebandenspanningalsgewenstespanning
overgenomen.
Voordebedieningvanhetsysteemookdeinforj
matieenopmerkingeninhethoofdstukBandenj
spanninginachtnemen.
Meerinformatie:
Bandenspanning,ziepagina 376.
Seite387WielenenbandenMOBILITEIT387
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 388 of 478

Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Deweergavevandegewenstespanningverj vangtnietdebandenspanningswaardenopde
auto.Verkeerdegegevensindebandeninstelj
lingenleidentotverkeerdegewenstebandenj
spanningen.Erkandangeenbetrouwbaremelj
dingvaneenspanningsverliesworden
gegarandeerd.Erbestaatkansopletselof
schade.Eroplettendatdegroottenvandegej monteerdebandencorrectwordenweergegej
venenovereenstemmenmetdegegevensop
debandenendebandgegevens.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Voorhetsysteemmoetaandevolgendevoorj
waardenzijnvoldaan,anderskanergeenbej trouwbaremeldingvaneenspanningsverlieswordengegarandeerd:
'xNaelkevervangingvaneenbandofwielzijn
decorrectegegevensvandegemonteerde
bandenindebandeninstellingeningevoerd.'xDebandenspanningscontroleispasnameerj dereminutenrijdenactief:'xNahetverwisselenvaneenbandofwiel.'xNaeenreset,bijbandenmetspecialeverjgunning.'xNawijzigingvandebandeninstelling.'xBijbandenmetspecialetoelating:'xNahetverwisselenvaneenbandofwieliserbijcorrectebandenspanningeenreset
uitgevoerd.'xNaeenaanpassingvandebandenspanj
ningopeennieuwewaardeisereenreset
uitgevoerd.'xWielenmetelektronica.Bandeninstellingen
Algemeen
Debandenmatenvandegemonteerdebanden
kunnenopdebandenspanningswaardenopde
autoofdirectopdebandenwordenafgelezen.
Degegevensvandebandenhoevennietopj
nieuwtewordeningevoerdalsdebandenspanj
ningwordtgecorrigeerd.
Voordezomer-enwinterbandenzijnsteedsde
alslaatsteingevoerdegegevensvandebanden opgeslagen.Hierdoorkunnennahetverwisselenvanbandenofwielendeinstellingenvandeals
laatstgebruiktebandensetswordengeselecj teerd.
Instellingenuitvoeren1.CAR2.Autostatus3.Bandensp.contr.4.Bandeninstellingen5.Bandenselectie6.Handmatig7.Bandensoort'xZomerbanden'xWinter-/all-seas.8.Bandtypeselecterendatopdeachterasis
gemonteerd.
Bijbandenmetspecialetoelating:
Anderebanden.
Verderewerkwijzeinhethoofdstuk'Reset
uitvoeren'inachtnemen.9.Beladingstoestandvandeautoselecterenals ereenbandenmaatisgeselecteerd.10.Bandeninstellingenopslaan
Demetingvandeactuelebandenspanningwordt
gestart.Devoortgangvandemetingwordtgej toond.
Seite388MOBILITEITWielenenbanden388
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 389 of 478

StatusweergaveActuelestatus
DestatusvanhetsysteemkanophetControl
Displaywordenweergegeven,bijv.ofhetsysj
teemactiefis.1.CAR2.Autostatus3.Bandensp.contr.
Deactuelestatuswordtweergegeven.
Actuelebandenspanning
Deactuelebandenspanningwordtvoorelke
bandweergegeven.
Deactuelebandenspanningenkunnendoorhet
rijdenofdebuitentemperatuurveranderen.
Huidigebandentemperatuur Afhankelijkvanhetmodelwordendehuidigebandentemperaturenweergegeven.
Dehuidigebandentemperaturenkunnendoor
hetrijdenofdebuitentemperatuurveranderen.
Gewenstespanning
Degewenstespanningvoordebandenaande voor-enachteraswordtweergegeven.
Bijdevermeldegewenstespanningzijntempej ratuurinvloedendoorhetrijdenofdebuitentemj
peratuurmeegerekend.Onafhankelijkvande
weersomstandigheden,bandtemperaturenenrijj
tijdenwordtaltijddepassendegewenstespanj ningweergegeven.
Degewenstespanningkanveranderenenvan
debandenspanningswaardenopdeportierstijl
vanhetbestuurdersportierafwijken.Debandenj
spanningkanzonaardewaardevandeweergej
gevengewenstespanningenwordengecorrij
geerd.
Degewenstespanningwordtdirectaangepast alsindebandeninstellingendebeladingstoej standwordtgewijzigd.
Toestandvandeband
Algemeen
OphetControlDisplaywordtdestatusvande bandenenhetsysteemweergegevendoorde
kleurvandewieleneneentekst.
Aanwezigemeldingenwordenevt.nietgewistals bijdecorrectievandebandenspanningdegej
wenstespanningnietwordtbereikt.
Allewielengroen'xHetsysteemisactiefengebruiktvoorde waarschuwingdegewenstespanningen.'xBijbandenmetspecialetoelating:hetsysjteemisactiefengebruiktvoordewaarschuj
wingdelaatstebandenspanningdieisopgej slagenbijdereset.
Eentotvierwielengeel
Erissprakevaneenlekkebandofeenaanzienlijk
spanningsverliesindeaangegevenbanden.
Wielengrijs Bandenspanningsverlieskanmogelijknietherj
kendworden.
Mogelijkeoorzaken:
'xStoring.'xTijdensdebandenspanningsmeting,nabej vestigingvandebandeninstellingen.'xBijbandenmetspecialetoelatingwordteenresetvanhetsysteemuitgevoerd.
Bijbandenmeteenspeciale
ontheffing:resetuitvoeren
1.CAR2.Autostatus3.Bandensp.contr.4.Garanderendatdecorrectebandeninstellinj
genwerdengeconfigureerd.
Bandeninstellingen,ziepagina 388.Seite389WielenenbandenMOBILITEIT389
OnlineEditionforPartno.01405A11083-VI/20

Page 390 of 478

5.Rijden-stand-byinschakelenennietwegrijj
den.6.Bandenspanningresetten:Resetuitvoeren.7.Wegrijden.
Dewielenwordeninhetgrijsweergegevenen hetvolgendewordtgetoond:Bandenspanning wordtteruggezet

Page:   < prev 1-10 ... 341-350 351-360 361-370 371-380 381-390 391-400 401-410 411-420 421-430 ... 480 next >