BMW 8 SERIES COUPE 2021 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 211 of 422

Herkenningvanpersonenendieren
Deobjectherkenningen-waarschuwingwerktalj
leeninhetdonker.
Objectenmeteenmenselijkevormenvolj
doendewarmteuitstralingwordenherkend.
Daarnaastherkenthetsysteemookdierenvanaf
eenbepaaldegrootte,bijvoorbeeldreeën.
WeergaveophetControlDisplaybijingeschajkeldwarmtebeeld:
'xDoorhetsysteemherkendepersonen:inheljdergeel.'xDoorhetsysteemherkendedieren:indonjkergeel.
Reikwijdtevandeobjectherkenningbijgoedeomgevingsomstandigheden:
'xPersoonsherkenning:totcirca100m.'xHerkenningvangroteredieren:totcirca
150m.'xHerkenningvanmiddelgrotedieren:totcirca 70m.
Invloedenvanhetmilieukunnendebeschikbaarj
heidvandeobjectherkenningbeperken.
Wanneerdevoertuigsystemenherkennendatde
autozichineenbebouwdekombevindt,wordt
deherkenningvandierentijdelijkuitgeschakeld.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht
Toetsenindeauto
IntelligentSafety
Seite211VeiligheidBEDIENING211
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 212 of 422

Warmtebeeld
Camera
Bijlagebuitentemperaturenwordtdecameraauj
tomatischverwarmd.
Bijingeschakeldeautoverlichtingwordtbijhet
bedienenvanderuitensproeierinstallatiehetcaj meraobjectiefopgezettetijdenmeegereinigd.
Inschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtbijvertrekinhetdonkerautojmatischgeactiveerd.
Warmtebeeldinschakelen Aanvullendopdewaarschuwingsfunctiekanop
hetControlDisplayhetwarmtebeeldvande
NightVision-camerawordenweergegeven.Deze
functieheeftgeeninvloedopdeobjectherkenj
ning.
Toetsindrukken.
HetbeeldvandecamerawordtophetControl
Displayweergegeven.
Warmtebeeldinstellen Bijingeschakeldwarmtebeeldkunnenhelderheid
encontrastingesteldworden.1.Helderheidofcontrastselecteren:'xHelderheid.'xContrast.2.Steldegewenstewaardein.
Waarschuwingsfunctie
Weergave
SymboolBetekenisPersoonswaarschuj
wing.Dierwaarschuwing.Symboolbrandtrood.Vooralarm.Symboolknippert
roodenerklinkteen
signaal.Acutewaarschuwing.
Hetweergegevensymboolkanvariërenengeeft dezijdevanhetwegdekaanwaardepersoonofhetdierisherkend.
Waarschuwingbijgevaarvoor
personenofdieren
Alsereenbotsingmeteenwaargenomenander
persoonofdierdreigt,wordtinhetinstrumenj tenpaneeleninhetHead-UpDisplayeenwaarjschuwingssymboolweergegeven.
Hoewelvormenwarmteuitstralingwordengeëj valueerd,kanloosalarmnietwordenuitgesloten.
Seite212BEDIENINGVeiligheid212
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 213 of 422

Waarschuwingsbereikvoordeauto
Hetwaarschuwingsbereikvoordepersoonsjwaarschuwingbestaatuittweedelen:
'xCentraalgebied,pijl1,directv

Page 214 of 422

Dynamischemarkeringsverlichting
Algemeen
Naastdewaarschuwingwordenherkendeobjecjtenmetdedynamischemarkeringsverlichting
beschenen.
Dedynamischemarkeringsverlichtingisvanaf
circa20km/hbeschikbaar.
Hetobjectwordtzolangbeschenen,tothetzich nietmeerinhetwaarschuwingsgebiedbevindt.
Metdedynamischemarkeringsverlichtingbrandt hetcontrolelampjevoorgrootlicht.
Dedynamischemarkeringsverlichtingisbej
standdeelvandeLED-oflaservoorlichten.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xAutomatischeverlichtingsregelingisactief.'xHetdimlichtofgrootlichtbrandt.'xGeenlichtbronnenofverlichteverkeersdeelj
nemersinhetwaarschuwingsgebied.
Activeren/deactiveren
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.DynamischmarkeringslichtTijdelijkuitschakelen
Tijdenshetbrandenvandedynamischemarkej
ringsverlichtinghetlichtsignaalbedienen.Dedyj namischemarkeringsverlichtingwordtvoordeactuelewaarschuwinguitgeschakeld.
LaneDepartureWarning
Principe
HetLaneDepartureWarning-systeemwaarj
schuwtwanneerdeautodreigtvandewegof rijstrookaftegeraken.
Algemeen Ditsysteemmetcamerawaarschuwtvanafeenminimumsnelheid.
Deminimumsnelheidislandspecifiekenwordtin
hetmenuvandeIntelligentSafety-systemen weergegeven.
Waarschuwingenwordenviatrillingeninhet stuurgegeven.Desterktevandestuurtrillingen
kanwordeningesteld.
Hetsysteemwaarschuwtnietwanneervoorhet verlatenvanderijstrookdeovereenkomstige
richtingwordtaangegeven.
Afhankelijkvandeuitrusting:alsinhetsnelheidsj
bereiktot210km/ueenrijbaanbegrenzingwordt
overschreden,grijpthetsysteemnaastdetrilling ookindooreenkorteactievestuuringreep.Het
systeemondersteuntdebestuurderomdeauto
binnenderijbaantehouden.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomhetwegverloopende
verkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaat gevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverkeersj
situatieaanpassen.Verkeerssituatieobserveren enindebetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Seite214BEDIENINGVeiligheid214
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 215 of 422

Bijwaarschuwingenhetstuurwielnietonnodigheftigbewegen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
DerijbaanbegrenzingenmoetendoordecamerawordenherkendopdathetLaneDepartureWarj
ning-systeemwerkt.
Overzicht Toetsindeauto
IntelligentSafety
Camera
Decamerabevindtzichbijdebinnenspiegel.Voorruitvoordebinnenspiegelschoonenvrij
houden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen DeLaneDepartureWarningwordtopnieuwaujtomatischgeactiveerdnahetvertrek,alsde
functiebijbeëindigingvandelaatsteeinderitinj geschakeldwas.
Afhankelijkvandelanduitvoeringishetsysteem naelkvertrekautomatischactief.Daarbijwordt debasisinstellinggeactiveerd.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemenafzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej slagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurj
dersprofiel.Zodrainhetmenueeninstelling
wordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhet
menugeactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Seite215VeiligheidBEDIENING215
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 216 of 422

Erwordttussendevolgendeinstellingengewisj
seld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctieswordenbasisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Manueeluitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Rijstrookverlatenwaarschuw.6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xBeperkt:afhankelijkvandesituatieworj denbepaaldewaarschuwingenonderj
drukt,bijvoorbeeldbijhetinhalenzonder richtingaantegevenofbijhetbewustrijj
denoverrijlijneninbochten.'xUit:ervindengeenwaarschuwingen
plaats.
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhet momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeld.ophetstuurwiel5.Trillingssterkte6.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtovergenomenvooralleIntellij
gentSafety-systemenenopgeslagenvoorhet
momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Stuuringreepin-/uitschakelen Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj
denin-enuitgeschakeld.
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Rijstrookverlatenwaarschuw.6.Stuuringreep
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhet momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Weergaveinhet instrumentenpaneel
Hetsymboolbrandtgroen:tenminste
aanéénkantvandeautowerdereenrijj
baanbegrenzingherkendenwaarschuj
wenismogelijk.
Seite216BEDIENINGVeiligheid216
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 217 of 422

Waarschuwingsfunctie
Bijhetverlatenvanderijbaan
Alsdeautoderijstrookverlaatenalsereenrijj baanbegrenzingwordtherkend,trilthetstuurafj
hankelijkvandeinstellingvandestuurtrilling.
Alsvoorhetveranderenvanrijbaanderichtingjaanwijzerindeovereenkomstigerichtingwordt
ingeschakeld,wordtergeenwaarschuwinggej
geven.
Stuuringreep Afhankelijkvandeuitvoering:alsinhetsnelj
heidsbereiktot210km/ueenrijbaanbegrenzing wordtoverschreden,dangrijpthetsysteem
naastdetrillingookindooreenkorteactieve stuuringreep.Destuuringreephelptdeautobinjnenderijbaantehouden.Destuuringreepisin
hetstuurwielvoelbaarenkanopelkmoment handmatigoverstuurdworden.Bijeenactieve
stuuringreepknippertdeweergaveophetinstruj mentenpaneel.
Waarschuwingsgeluid
Afhankelijkvandeuitrusting:alshetsysteem
binnen3minutenmeermaalsactiefmoetingrijj
penindebesturingzonderdatdebestuurderhet
stuuroverneemt,klinktereenwaarschuwingsgej
luid.Bijde2estuuringreepklinktereenkort
waarschuwingsgeluid.Vanafde3eingreepklinkt
ereenlangerwaarschuwingsgeluid.
BovendienwordteenCheck-Control-melding
weergegeven.
WaarschuwingsgeluidenCheck-Control-melj dinggebiedendebestuurderombeteropde rijstrookteletten.
Onderbrekingvandewaarschuwing
Dewaarschuwingwordtbijv.indevolgendesituj atiesgeannuleerd:'xAutomatischnaenkeleseconden.'xBijterugkeernaardeeigenrijbaan.'xBijkrachtigremmen.'xBijrichtingaangeven.'xAlsdeDynamischeStabiliteitscontroleDSC
regelt.
Grenzenvanhetsysteem
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj geren.Erbestaatkansopeenongevalofschade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvanhetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:
'xBijdichtemistenhevigeregenofsneeuwval.'xBijontbrekende,afgesleten,moeilijkzichtj bare,samen-ofuiteenlopendeofonduidej
lijkerijbaanbegrenzingen,zoalsbijvoorbeeld bijwegwerkzaamheden.'xAlsrijbaanbegrenzingenbedektzijnmet
sneeuw,ijs,vuilofwater.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xAlsrijbaanbegrenzingennietwitzijn.'xAlsrijbaanbegrenzingenbedektzijndoorobj
jecten.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijj den.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaagstaande
zon.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.Seite217VeiligheidBEDIENING217
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 218 of 422

'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.
Alsdewerkingisbeperkt,wordtereventueel
eenCheck-Control-meldingweergegeven.
Rijstrookwisselmelding
Principe Derijstrookwisselmeldingherkentvoertuigenin
dedodehoekofwanneervoertuigenopde naastgelegenrijstrookvanachterennaderen.Indezesituatieswordteenwaarschuwinginverj
schillendefasesgegeven.
Algemeen
Tweeradarsensorenindeachterbumperbewaj kenvanafeenminimumsnelheidhetgebiedachjterennaastdeauto.
Deminimumsnelheidislandspecifiekenwordtin
hetmenuvandeIntelligentSafety-systemen weergegeven.
Hetsysteemlaatzienwanneerzichvoertuigenin dedodehoekbevinden,pijl1,ofopdenaastgej
legenrijstrookvanachterennaderen,pijl2.
Hetlampjeindebuitenspiegelgaatgedimd
branden.
Bijveranderenvanrijbaanmetingeschakelde richtingaanwijzerwaarschuwthetsysteeminde eerdergenoemdesituaties.
Hetlampjeindebuitenspiegelknippertenhetstuurwieltrilt.
Autometwaarschuwingssysteemvoorzijdej lingseaanrijdingen:bijsnelhedentot210km/h
kanhetsysteemmeteenkorteactievestuurbej
wegingingrijpenenzohelpenomdeautoterug
opderijstrooktebrengen.Destuuringreep wordtpasvanafeenminimalesnelheiduitgejvoerd.DezeminimalesnelheidwordtopdeConjtrolDisplayinhetmenuvoorstuuringrepenweergegeven.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er
bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet
vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin
debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Seite218BEDIENINGVeiligheid218
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 219 of 422

OverzichtToetsindeauto
IntelligentSafety
Radarsensoren
Deradarsensorenbevindenzichindeachterj bumper.
Bumperbijderadarsensorenschoonenvrijhouj den.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Dewaarschuwingrijbaanwisselenwordtopj
nieuwautomatischgeactiveerdnahetvertrek,
alsdefunctiebijbeëindigenvandelaatsteritinj
geschakeldwas.
Handmatiginschakelen Toetsindrukken.
HetmenunaardeIntelligentSafety-
systemenwordtweergegeven.
AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej slagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurj
dersprofiel.Zodrainhetmenueeninstelling
wordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhet
menugeactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Manueeluitschakelen Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
1.CAR2.Instellingen3.BestuurdersassistentSeite219VeiligheidBEDIENING219
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page 220 of 422

4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Inhaalwaarschuwing6.Gewensteinstellingselecteren:'xVroeg'xGemiddeld'xLaat'xUit:bijdezeinstellingwordtergeenwaarschuwinggegeven.
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeld.ophetstuurwiel5.Trillingssterkte6.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtovergenomenvooralleIntellij
gentSafety-systemenenopgeslagenvoorhet
momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Auto'smetwaarschuwingvooreen
aanrijdingvanopzij:stuuringreepin-
ofuitschakelen
Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj
denin-enuitgeschakeld.
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Inhaalwaarschuwing6.Stuuringreep
Deinstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenj
teelgebruiktebestuurdersprofiel.
Waarschuwingsfunctie
Lampjeinbuitenspiegel
Vooralarm
Hetgedimdelampjeindebuitenspiegelgeeft
aandatzichvoertuigenindedodehoekbevinj
denofvanachterennaderen.
Acutewaarschuwing
Alsderichtingaanwijzerwordtingeschakeldterj wijlerzicheenautoinhetkritiekegebiedbej
vindt,gaathetstuurwielkorttrillenenbeginthet
lampjeindebuitenspiegelfelteknipperen.
Dewaarschuwingwordtbeëindigdwanneerde
andereautohetkritiekegebiedheeftverlatenof
wanneerderichtingaanwijzerwerduitgeschaj
keld.
Auto'smetwaarschuwingsysteem
voorzijdelingseaanrijdingen
Alsbijsnelhedentot210km/hnietwordtgereaj geerdopdetrillingeninhetstuurwielendeautoderijstrookverlaat,grijpthetsysteemevt.indooreenkorteactievestuurbeweging.Destuurinj
greephelptdeautonaarderijbaanterugte brengen.Destuuringreepisinhetstuurwielvoeljbaarenkanopelkmomenthandmatigoverjstuurdworden.
Opflitsenvanhetlampje
Hetopflitsenvanhetlampjebijhetontgrendelen
vandeautodientvoordezelftestvanhetsysj teem.
Seite220BEDIENINGVeiligheid220
OnlineEditionforPartno.01405A11130-VI/20

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 430 next >