BMW I3 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 51 of 253

InterieurbeveiligingVoor een optimale werking moeten ruiten englazen dak gesloten zijn.
Ongewildalarmvermijden
Algemeen De hellingshoeksensor en de interieurbeveilij
ging kunnen een alarm activeren, hoewel geen onbevoegde handelingen zijn uitgevoerd.
Mogelijke situaties voor een ongewild alarm:'yIn wasinstallatie of wasstraten.'yIn stapelgarages.'yBij het transport op autotreinen, op zee of op een aanhangwagen.'yBij dieren in de auto.
Voor dergelijke situaties kunnen de hellingsjhoeksensor en interieurbeveiliging worden uitj
geschakeld.
Hellingshoeksensoren
interieurbeveiliginguitschakelen
Toets van de afstandsbediening binnen10 seconden opnieuw indrukken, zodra
de auto vergrendeld is.
Controlelampje brandt circa 2 seconden en
gaat daarna knipperen.
Hellingshoeksensor en interieurbeveiliging zijn
totdat de auto opnieuw wordt ont- en vergrenj deld uitgeschakeld.
Alarmbe

Page 52 of 253

Openen'y Schakelaar tot het drukpunt indrukj
ken.
De ruit wordt geopend, zolang de schakej
laar ingedrukt wordt gehouden.'y Schakelaar door het drukpunt heen
drukken.
De ruit wordt automatisch geopend. Opj
nieuw indrukken van de schakelaar stopt
de beweging.
Comfortopening met de afstandsbediening, zie
pagina 37.
Sluiten
'y Schakelaar tot het drukpunt indrukj
ken.
De ruit wordt gesloten, zolang de schakej
laar ingedrukt wordt gehouden.'y Schakelaar door het drukpunt heen
drukken.
Bij gesloten portier sluit de ruit automaj
tisch. Opnieuw trekken stopt de beweging.
Comfortsluiten met de afstandsbediening, zie pagina 37.
Sluiten via het comforttoegangssysteem, zie pagina 43.
Nahetuitschakelenvanrijden-stand- by
De ruiten kunnen nog worden bediend:
'yIn standby-modus van de radio gedurende
langere tijd.'yNa het uitschakelen van de standby-moj
dus van de radio circa 1 minuut lang.Inklembeveiliging
Algemeen
Overtreft de sluitkracht bij het sluiten van een
ruit een bepaalde waarde, dan wordt het sluij ten onderbroken.
De ruit wordt een beetje geopend.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Accessoires op de ruiten, bijvoorbeeld
antennes, kunnen de inklembeveiliging nadelig
be

Page 53 of 253

VeiligheidsvoorschriftenWAARSCHUWING
Bij de bediening van het glazen dak kunj
nen lichaamsdelen worden ingeklemd. Er bej staat kans op letsel. Bij het openen en sluitenerop letten dat het bewegingsgebied van het
glazen dak vrij is.'

Page 54 of 253

Inklembeveiliging
Algemeen
Overschrijdt de sluitkracht bij het sluiten van
het glazen dak een bepaalde waarde, dan
wordt het sluiten vanaf het midden van de dakj
opening onderbroken. Het glazen dak wordt
geopend.
Sluitenzonderinklembescherminguit geopendepositie
Bij gevaar van buitenaf als volgt te werk gaan:1.Schakelaar door het drukpunt heen naar
voren schuiven en houden.
Het glazen dak wordt met beperkte inklemj
beveiliging gesloten. Overtreft bij het sluij ten van een ruit de sluitkracht een bej
paalde waarde, dan wordt het sluiten
onderbroken.2.Schakelaar opnieuw door het drukpunt
heen naar voren schuiven en ingedrukt
houden, tot het glazen dak zonder inklemj
beveiliging gesloten wordt. Let erop dat
het sluitbereik vrij is.
Sluitenzonderinklembescherminguit verhoogdepositie
Bij gevaar van buiten de schakej
laar door het drukpunt heen naar voor schuiven en zo houden.
Het glazen dak wordt zonder inj
klembeveiliging gesloten.
Initialiserennastroomonderbreking
Algemeen
Na een stroomonderbreking tijdens het opej
nen of sluiten is het glazen dak mogelijk
slechts beperkt te bedienen.
Het systeem kan onder volgende voorwaarden
ge

Page 55 of 253

InstellenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Veiligzitten Voorwaarde voor ontspannen rijden zonder
vermoeid te raken is een zitpositie die aan de
behoeften van de inzittenden is aangepast.
Bij een ongeval speelt een correcte stoelposij tie een belangrijke rol. Voor veilig rijden bovenj
dien de volgende hoofdstukken in acht nemen:'yStoelen, zie pagina 55.'yVeiligheidsgordels, zie pagina 57.'yHoofdsteunen, zie pagina 58.'yAirbags, zie pagina 106.
Stoelen
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Door het instellen van de stoel tijdens het
rijden kunnen onverwachte stoelbewegingen
optreden. U kunt de controle over de auto verj liezen. Er bestaat gevaar voor ongevallen. Destoel aan bestuurderszijde alleen instellen als
de auto stilstaat.'

Page 56 of 253

Langsrichting
Aan de hendel trekken en stoel in de gewensterichting schuiven.
Na de hendel te hebben losgelaten, de stoel licht voor- of achteruit bewegen zodat deze
juist aangrijpt.
Hoogte
Aan de hendel trekken en de stoel naar bej
hoefte be- of ontlasten.
Rugleuninghoek
Aan de hendel trekken en de rugleuning naar
behoefte be- of ontlasten.
Hulpbijtoegangtotdeachterbank
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Bij het bewegen van de stoelen bestaat
inklemgevaar. Er bestaat kans op letsel of schade. Voor het instellen erop letten dat het
bewegingsgebied van de stoel vrij is.'

Page 57 of 253

Stoelverwarming
Inschakelen Toets afhankelijk van de temperatuurjstand eenmaal indrukken.
Hoogste temperatuur bij drie brandende
LED's.
Wordt de rit binnen circa 15 minuten voortgej zet, dan wordt de stoelverwarming automajtisch geactiveerd met de laatst ingestelde temj
peratuur.
Als de ECO PRO+, zie pagina 177, wordt ingej
schakeld dan wordt de stoelverwarming uitgej
schakeld.
Uitschakelen Toets ingedrukt houden, tot de LED's
doven.
Veiligheidsgordels Aantalveiligheidsgordelsen
gordelsloten
Voor de veiligheid van de inzittenden is de autouitgerust met vier veiligheidsgordels. Deze
kunnen hun beschermende werking echter pas
vervullen, als zij correct zijn omgegespt.
Algemeen
De veiligheidsgordels voor elke rit op alle bej zette plaatsen omdoen. Airbags vormen een
aanvullende veiligheidsvoorziening op de veij
ligheidsgordels, maar vervangen deze niet.
Het punt van de gordelbevestiging past voor
volwassenen van elke lichaamslengte bij een
correcte stoelinstelling.Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Als meer dan een persoon van dezelfde
gordel gebruikmaakt, is de beschermende werking van de veiligheidsgordel niet meer gej
waarborgd. Er bestaat kans op letsel of levensj
gevaar. Eén veiligheidsgordel slechts voor
één persoon gebruiken. Baby's en kinderen niet op schoot nemen, maar in de daarvoor bejstemde kinderveiligheidssystemen zetten enovereenkomstig beveiligen.'

Page 58 of 253

Correctgebruikvan
veiligheidsgordels'yDe gordel niet verdraaid en strak over het
bekken en de schouder aanbrengen.'yDe gordel in de bekkenzone laag over de heup aanbrengen. De gordel mag niet tej
gen het onderlichaam drukken.'yDe veiligheidsgordel mag niet langs
scherpe randen schuren, over harde of
breekbare voorwerpen in de kleding lopen
of worden ingeklemd.'yDikke kleding vermijden.'yDe gordel ter hoogte van het bovenlichaam
meerdere keren naar boven toe straktrekj ken.
Veiligheidsgordelsluiten
1.De gordel bij het omdoen langzaam uit dehouder halen.2.De slotlip in het gordelslot steken. Het gorjdelslot moet hoorbaar vastklikken.
Veiligheidsgordelopenen
1.Veiligheidsgordel vasthouden.2.Rode toets in het slot indrukken.3.Veiligheidsgordel naar het oprolmechajnisme geleiden.Gordelherinneringvoorbestuurders-
enpassagiersstoel
Algemeen
De gordelherinnering wordt geactiveerd als de
veiligheidsgordel aan bestuurderszijde niet is
omgegespt.
Bij enkele landuitvoeringen wordt de gordelj herinnering vanaf circa 10 km/h ook geactij
veerd als de passagiersgordel niet is omgej
gespt en als zware voorwerpen op de
passagiersstoel liggen.
Weergave Er wordt een Check-Control-melding
weergegeven. Controleren of de veiligj
heidsgordel correct is omgedaan.
Hoofdsteunenvoorin Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Een ontbrekende beschermende werkj
ing door uitgebouwde of niet correct ingej stelde hoofdsteunen kan letsel aan hoofd en
nek veroorzaken. Er bestaat kans op letsel.'yGedemonteerde hoofdsteunen voor de rit
op alle bezette plaatsen monteren.'yDe hoofdsteun zodanig instellen, dat het
midden van de hoofdsteun het achterhoofd
ongeveer op ooghoogte ondersteund.'yDe afstand zodanig instellen dat de hoofdj
steunen zo dicht mogelijk tegen het achj
terhoofd aanliggen. De afstand eventueel
instellen door het aanpassen van de rugj
leuninghoek.'

Page 59 of 253

'yGeen stoel- of hoofdsteunovertrekken gej
bruiken.'yGeen voorwerpen, zoals kleerhangers, dij rect aan de hoofdsteunen hangen.'yAlleen accessoires gebruiken die als veiligzijn beoordeeld om aan de hoofdsteun tekunnen worden bevestigd.'yTijdens het rijden geen accessoires, bijv.
een kussen, gebruiken.'

Page 60 of 253

HoofdsteunomklappenDe hoofdsteun alleen naar achteren klappen
als op de betreffende zitplaats niemand zit.'yNaar achteren: toets, pijl 1, indrukken en
de hoofdsteun naar achteren klappen, pijl
2.'yNaar voren: hoofdsteun naar voren klappen
tot de hoofdsteun vergrendelt.
Verwijderen
Hoofdsteun alleen verwijderen als op de bej
treffende zitplaats niemand zit.
1.Achterbankleuning omklappen, zie paj gina 161.2.Hoofdsteun tot de weerstand naar boven
schuiven.3.Toets, pijl 1, indrukken en hoofdsteun volj
ledig verwijderen.Spiegels
Buitenspiegels
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
De zichtbare objecten in de spiegel zijn
dichterbij dan het lijkt. De afstand tot achteropj
komende verkeersdeelnemers zou verkeerd kunnen worden ingeschat, bijvoorbeeld bij hetveranderen van rijstrook. Er bestaat gevaarvoor ongevallen. De afstand tot het achteropjkomende verkeer met een blik over de schoujder inschatten.'

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 ... 260 next >