BMW M3 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 221 of 300

vallen. Overmatige belasting van de rem vermijjden.
WAARSCHUWING
Bij stationair draaiende of afgezette motor zijn
veiligheidsrelevante functies beperkt of niet
meer beschikbaar, bijvoorbeeld de remwerking
van de motor of de ondersteuning van remj kracht en besturing. Er bestaat gevaar voor onj
gevallen. Niet met stationair draaiende of afgej zette motor rijden.
Corrosievanderemschijven
Corrosie van de remschijven en verontreiniging van de remvoeringen worden door de volgende
omstandigheden bevorderd:
'xWeinig gebruik van de auto.'xLange standtijden.'xGeringe belasting.'xAgressieve, zuurhoudende of alkalische reinij gingsmiddelen.
Gecorrodeerde remschijven krijgen bij het remj
men groeven die meestal niet meer kunnen worj
den verwijderd.
Condenswaterbijgeparkeerde
auto
In de airconditioning ontstaat condenswater, datonder de auto wegloopt.
Bodemvrijheid
OPMERKING
Bij onvoldoende bodemvrijheid kan contact met de voor- of achterspoiler optreden, bijvoorbeeldbij stoepranden of het inrijden van een parkeerj
garage. Er bestaat gevaar voor schade. Erop
letten dat voldoende bodemvrijheid aanwezig
is.
Voor het afrijden van stoepranden met het adapj
tieve M-onderstel, zie pagina 176, het volgende
programma selecteren, om de bodemvrijheid zo gelijkmatig mogelijk te houden: "Sport Plus".
MDriver'sPackage:rijdenin
maximumsnelheidsbereik
WAARSCHUWING
Bij hoge snelheden kunnen beschadigingen aan onderdelen van de auto het rijgedrag negajtief be

Page 222 of 300

BeladingUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Door een hoog totaalgewicht kan de band
oververhit raken, inwendig beschadigd raken en plotseling spanningsverlies veroorzaken. De rij-eigenschappen kunnen negatief worden be

Page 223 of 300

'xHeel zware bagage: bij onbezette achterbankde buitenste veiligheidsgordels in de bijbehojrende sluitingen steken.'xRugleuningen helemaal inklappen als dat
voor het plaatsen van de bagage nodig is.'xBagage niet hoger dan de bovenkant van de
rugleuningen opstapelen.'xKleinere en lichtere bagage: met spanbanj den, het vloernet of met trekbanden vastzetjten.'xGrotere en zware bagage: met bagagespanjriemen vastzetten.
Bevestigingsogeninde
bagageruimte
Voor het vastzetten van de bagage zijn vier bej
vestigingsogen aangebracht in de bagageruimte.
Hulpmiddelen voor het vastzetten van de baj
gage, zoals sjorbanden, spanbanden, trekbanden
of bagagenetten, aan de sjorogen in de bagagej
ruimte bevestigen.
Vloernet
Voor het vastzetten van de bagage kan ook het vloernet gebruikt worden.
Het vloernet in de sjorogen, zie pagina 223, vastj
haken.
Dakdrager
Algemeen
Dakdragers zijn beschikbaar als speciale accesj soires.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Bij het rijden met dakbelasting, bijvoorbeeld met een dakdrager, kan door het hogere zwaarjtepunt in rijkritische situaties de rijveiligheid nietmeer gewaarborgd zijn. Er bestaat kans op een
ongeval of schade. Bij het rijden met dakbelasj
ting de Dynamische Stabiliteitscontrole DSC
niet deactiveren.
Bevestiging
De montagehandleiding van de dakdrager in acht
nemen.
Daklijstmetkleppen
De bevestigingspunten bevinden zich in de dakj
lijst boven de portieren.
Afdekking naar buiten openklappen.
Belading Beladen dakdragers veranderen het rij- en stuurj
gedrag van de auto omdat het zwaartepunt wordt verplaatst.
Daarom bij het beladen en rijden het volgende in
acht nemen:
Seite 223BeladingRIJTIPS223
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page 224 of 300

'xToegestane dak-/aslast en toegestane totaalj
gewicht niet overschrijden.'xErop letten dat voldoende vrije ruimte overj
blijft voor het kantelen en openen van het glaj zen dak.'xDakbelading gelijkmatig verdelen.'xDakbelading mag geen groot vlak beslaan.'xDe zwaarste bagagestukken onderop leggen.'xDakbagage veilig bevestigen, bijvoorbeeld
met spanbanden vastsjorren.'xGeen voorwerpen in het zwenkbereik van de kofferklep laten uitsteken.'xDefensief rijden en fel accelereren en remj
men of snel rijden in de bochten vermijden.Seite 224RIJTIPSBelading224
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page 225 of 300

BrandstofbesparenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Algemeen
Uw auto bevat geavanceerde technologieën voor
het reduceren van de verbruiks- en emissiewaarj den.
Het brandstofverbruik hangt van verschillende factoren af.
Door enkele maatregelen, zoals een gematigde rijstijl en regelmatig onderhoud, kunnen hetbrandstofverbruik en de milieubelasting positief
worden be

Page 226 of 300

Hiervoor voldoende afstand tot voorliggers houjden.
Hogemotortoerentallen vermijden
Bij rijden met een lager motortoerental nemenhet brandstofverbruik en de slijtage af.
Evt. de schakelpuntindicator, zie pagina 132, van
de auto in acht nemen.
Afremmenopdemotor
Ga bij het naderen van een rood verkeerslicht van het gaspedaal en laat de auto uitrollen.
Bij hellingafwaarts rijden het gaspedaal loslaten
en de auto laten uitrollen.
De brandstoftoevoer wordt bij vaart minderen onderbroken.
Motorbijlangerstoppenafzetten
Motorafzetten Motor bij langere stops, bijvoorbeeld bij verj
keerslichten, overwegen of in de file, afzetten.
Automatischestart-stop-functie De automatische start-stop-functie van de auto
zet de motor tijdens een stop automatisch af.
Indien de motor uitgezet en aansluitend opnieuw
gestart wordt, dalen het brandstofverbruik en de
uitstoot in vergelijking met een continu draaiende
motor. Al bij een motorstop van enkele seconden
zijn besparingen mogelijk.
Het brandstofverbruik hangt bovendien af van
andere factoren zoals rijstijl, toestand van de
weg, onderhoud en omgevingsomstandigheden.
Schakelniet-gebruikte
functiesuit
Functies als bijvoorbeeld stoel- of achterruitverj
warming vragen veel energie en verkleinen de actieradius, met name in het stadsverkeer en bij
stilstaand en langzaamrijdend verkeer.
Deze functies uitschakelen wanneer zij niet worj den gebruikt.
Onderhoudlatenuitvoeren
Auto regelmatig laten onderhouden om een optij
maal rendement en een lange levensduur te bej reiken. BMW adviseert onderhoudswerkzaamhejden door een BMW Service Partner te latenuitvoeren.
Hiervoor ook het BMW onderhoudssysteem, zie pagina 257, in acht nemen.
Seite 226RIJTIPSBrandstofbesparen226
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page 227 of 300

Seite 227BrandstofbesparenRIJTIPS227
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page 228 of 300

228
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page 229 of 300

MOBILITEIT
Tanken...................................................................................................... 230 Brandstof.................................................................................................. 232
Wielenenbanden....................................................................................234
.otorruimte............................................................................................. 248 .otorolie...................................................................................................251,oelvloeistof.............................................................................................255 0nderhoud............................................................................................... 257
Vervangenvanonderdelen.................................................................... 260
Hulpingevalvanpech............................................................................ 266
Verzorging................................................................................................ 274229
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page 230 of 300

TankenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landspejcifieke en speciale uitrustingen beschreven die inde modelserie aangeboden worden. Er worden
daarom ook uitrustingen beschreven die in een
auto, bijvoorbeeld vanwege de landspecifieke of
gekozen speciale uitrusting niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsrelevante functies
en systemen. Bij gebruik van deze functies en systemen moeten de geldende wetten en voorj
schriften worden nageleefd.
Algemeen
Voor het tanken eerst de aanwijzingen over de brandstofkwaliteit, zie pagina 232, lezen.
Veiligheidsaanwijzing
OPMERKING
Bij een actieradius onder 50 km kan de brandj
stoftoevoer naar de motor in gevaar komen.
Het functioneren van de motor is niet gewaarj borgd. Er bestaat gevaar voor schade. Op tijdtanken.
Tankdop
Openen
1.Tankdopklep bij de achterste rand aanraken.2.Tankdop tegen de wijzers van de klok in
draaien.3.Tankdop in de houder op de klep aanbrenj gen.Seite 230MOBILITEITTanken230
Online Edition for Part no. 01402989488 - II/18

Page:   < prev 1-10 ... 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 261-270 ... 300 next >