BMW M4 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 41 of 270

In dit geval kan de volgende informatie verderhelpen:
De iPhone is al aangemeld voor Apple CarPlay. Als er opnieuw verbinding wordt gemaakt, kan
CarPlay niet meer worden geselecteerd.'yDe betreffende iPhone uit de apparatenlijst wissen.'yOp de iPhone het betreffende voertuig onj
der Bluetooth en WiFi uit de lijst van opgej
slagen voertuigen wissen.'yiPhone als nieuw apparaat aanmelden.
Als de gewenste functie ook na het uitvoeren van de beschreven maatregelen niet kan worj
den uitgevoerd: neem contact op met de hotj
line, een Service Partner van de fabrikant of een andere gekwalificeerde Service Partner of
specialist.
Mobieleapparatenbeheren
Algemeen
'yNa de eerste aanmelding worden de appaj raten bij ingeschakeld contact automatisch
herkend en weer verbonden.'yDe op de SIM-kaart of in de mobiele telej
foon opgeslagen gegevens worden na herj
kenning overgebracht naar de auto.'yBij sommige apparaten zijn evtl. bepaalde
instellingen nodig, bijvoorbeeld autorisatie, zie handleiding van het apparaat.
Apparatenlijstweergeven
Alle bij de auto aangemelde of verbonden apj
paraten worden in de apparatenlijst weergegej ven.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."iDrive instellingen"3."Mobiele apparaten"
Een symbool geeft aan, voor welke functie een apparaat wordt gebruikt.
SymboolFunctie"Telefoon""Tweede telefoon""Bluetooth-audio""Apps""Internet-hotspot""Apple CarPlay"
Apparaatconfigureren
Functies kunnen bij aangemelde of verbonden
apparaat worden geactiveerd of gedeactiveerd.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."iDrive instellingen"3."Mobiele apparaten"4.Gewenste apparaat selecteren.5.Gewenste instelling selecteren.
Wordt een functie toegewezen aan een appaj
raat, dan wordt dit eventueel bij een al verbonj
den apparaat geactiveerd en het apparaat wordt afgemeld.
Apparaatloskoppelen
De verbinding tussen het apparaat en de auto
wordt gescheiden.
Het apparaat blijft aangemeld en kan weer verj
bonden worden, zie pagina 41.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."iDrive instellingen"3."Mobiele apparaten"4.Apparaat selecteren.5."Apparaat loskoppelen"
Apparaatverbinden
Een losgekoppeld apparaat kan weer worden
verbonden.
Seite 41AlgemeneinstellingenOverzicht41
Online Edition for Part no. 01402981704 - VI/17

Page 42 of 270

Via iDrive:1."Mijn auto"2."iDrive instellingen"3."Mobiele apparaten"4.Apparaat selecteren.5."Apparaat verbinden"
De functies die voor het loskoppelen van hetapparaat zijn toegewezen, worden bij het opj
nieuw verbinden aan het apparaat toegewej zen. Bij een reeds verbonden apparaat worden
deze functies eventueel gedeactiveerd.
Apparaatwissen Via iDrive:
1."Mijn auto"2."iDrive instellingen"3."Mobiele apparaten"4.Apparaat selecteren.5."Apparaat wissen"
Het apparaat wordt losgekoppeld en uit de apj
paratenlijst gewist.
Telefoonenextratelefoon
verwisselen
Als twee mobiele telefoons met de auto zijn
verbonden, kunnen de functies van de telefoon en extra telefoon worden verwisseld.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."iDrive instellingen"3."Mobiele apparaten"4."Instellingen"5."Telefoon/tweede tel. verwisselen"
Software-update
Algemeen
De auto ondersteunt een groot aantal mobiele
apparaten, zoals mobiele telefoons en MP3-
spelers. Voor veel van de ondersteunde appaj
raten worden software-updates beschikbaar gesteld. Door een regelmatige actualisering
van de voertuigsoftware wordt de auto op de nieuwste stand gehouden.
Op de internetsite www.bmw.com/update worj
den updates en bijbehorende actuele opmerj
kingen ter beschikking gesteld.
Ge

Page 43 of 270

SoftwareactualiserenviaBMW
Teleservices
Het actualiseren van de software via BMW Tej
leservices is afhankelijk van het land en is
eventueel niet beschikbaar.
De software wordt eerst naar de auto overgej
zet en kan dan aansluitend worden ge

Page 44 of 270

Ge

Page 45 of 270

Oproepenbijweergavevaneen
Check-Control-melding
Direct vanuit de Check-Control-melding op het
Control Display:
"Handleiding"
Omschakelentussenfunctieen handleiding
Op het Control Display uit een functie, bijvoorj
beeld radio, in de handleiding en tussen de
beide weergaven heen en terug wisselen:
1. Toets indrukken.2."Handleiding"3.Gewenste pagina in de handleiding selecj
teren.4. Toets opnieuw indrukken om naar de
laatste weergegeven functie terug te kej
ren.5. Toets indrukken om naar de laatste
weergegeven pagina van de handleiding terug te keren.
Om permanent tussen de laatste weergegevenfunctie en de laatste weergegeven pagina van
de handleiding te wisselen, de stappen 4 en
5 herhalen. Hierbij worden steeds nieuwe
beeldvensters geopend.
Voorkeuzetoetsen
Algemeen
De punten van de handleiding kunnen onder de voorkeuzetoetsen, zie pagina 26, worden
opgeslagen en daarmee direct worden opgej roepen.
Opslaan
1.Gewenste punt via iDrive selecteren:'y"Beknopte handleiding"'y"Zoeken op afbeelding"'y"Zoeken op trefwoord"'y"Animaties"2. Gewenste voorkeuzetoets langer
dan 2 seconden ingedrukt houden.
Uitvoeren
Desbetreffende toets indrukken.Handleiding wordt met het geselecj
teerde punt direct weergegeven.
Seite 45Ge

Page 46 of 270


Online Edition for Part no. 01402981704 - VI/17

Page 47 of 270

Bediening
De informatie in dit hoofdstuk helpen u om uw
auto soeverein te bedienen. Alle uitvoeringen die dienen voor het rijden, voor uw veiligheid en uw comfort worden hier beschreven.Online Edition for Part no. 01402981704 - VI/17

Page 48 of 270

OpenenensluitenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Afstandsbediening Algemeen
In de leveringsomvang zijn twee afstandsbej
dieningen met ge

Page 49 of 270

Overzicht1Ontgrendelen2Vergrendelen3Kofferklep openen
OntgrendelenToets van de afstandsbediening inj
drukken.
Afhankelijk van de instellingen, zie pagina 59,
worden de volgende toegangen ontgrendeld.
'yHet bestuurdersportier en de tankdopklep.
Toets van de afstandsbediening opnieuw
indrukken, om de andere autoportieren te ontgrendelen.'yAlle portieren, de kofferklep en de tankj
dopklep.
Daarnaast worden de volgende functies uitgej
voerd:
'yDe in het bestuurdersprofiel, zie paj gina 57, opgeslagen instellingen worden
uitgevoerd.'yDe laatste zitpositie in het bestuurdersproj
fiel van de bestuurdersstoel wordt ingej steld. Deze functie moet in de instellingen,
zie pagina 59, geactiveerd worden.'yDe interieurverlichting wordt ingeschakeld,
als deze niet handmatig uitgeschakeldwerd. Interieurverlichting manueel in-/
uitschakelen, zie pagina 125.'yDe in de instellingen, zie pagina 59, gej
activeerde buitenverlichting wordt ingej schakeld.'yAutomatisch ingeklapte buitenspiegels
worden uitgeklapt. Deze functie moet in de instellingen geactiveerd worden. De via
comfortsluiten ingeklapte buitenspiegels moeten met comfortopenen worden uitgejklapt.'yMet diefstalbeveiliging: De diefstalbeveilij
ging wordt uitgeschakeld.'yDe alarminstallatie, zie pagina 61, wordt
uitgeschakeld.
De verlichtingsfuncties zijn eventueel afhankej lijk van de omgevingslichtsterkte.
Toets van de afstandsbediening tweej
maal direct na elkaar indrukken, om de
comfortinstap te activeren.
Bij het openen van een portier gaat de ruit verj der naar beneden om het instappen te vergej
makkelijken. Deze functie moet in de instellinj
gen, zie pagina 59, aktiviert sein.
Comfortopenen Toets afstandsbediening na ontgrenjdelen ingedrukt houden.
Zolang de toets op de afstandsbediening
wordt ingedrukt, worden de ruiten en het glaj zen dak geopend.
Vergrendelen
1.Het bestuurdersportier sluiten.2. Toets van de afstandsbediening inj
drukken.
De volgende functies worden uitgevoerd:
'yAlle portieren, de kofferklep en de tankj
dopklep worden vergrendeld.'yMet diefstalbeveiliging: De diefstalbeveilij
ging wordt ingeschakeld. Daardoor wordt
verhinderd dat de portieren via de vergrenj
delingsknoppen of de portieropeners worj
den ontgrendeld.'yDe alarminstallatie, zie pagina 61, wordt
ingeschakeld.Seite 49OpenenensluitenBediening49
Online Edition for Part no. 01402981704 - VI/17

Page 50 of 270

Wanneer de auto bij het vergrendelen tweejmaal claxoneert, is het contact of de motor nog
ingeschakeld. In dit geval de motor or het conj
tact via de start-/stop-toets uitschakelen.
Comfortsluiten
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Bij het comfortsluiten kunnen lichaamsj
delen worden ingeklemd. Er bestaat kans op
letsel. Bij het comfortsluiten erop letten dat het bewegingsgebied vrij is.'

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 ... 270 next >