BMW X1 2018 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 161 of 331

UitschakelenToets op het stuurwiel indrukken.
Het systeem schakelt zich automatisch uit in
bijvoorbeeld de volgende situaties:'yBij het inschakelen van de achteruitverj
snelling.'yBij het afzetten van de motor.'yBij het inschakelen van de snelheidsregej ling.'yBij het activeren van sommige programj
ma's met de rijbelevingsschakelaar.
De weergaven verdwijnen.
Snelheidslimietwijzigen
Tuimelschakelaar zo vaak naar boven of benej den drukken tot de gewenste snelheidslimiet is
ingesteld.
'yDrukken van de tuimelschakelaar tot het drukpunt verhoogt of verlaagt de sneljheidslimiet telkens met 1 km/h.'yDrukken op de tuimelschakelaar door het
drukpunt heen verhoogt of verlaagt de snelheidslimiet op het volgende tiental van
de km/h snelheidsmeter.
Als er tijdens de rit een snelheidslimiet wordt
ingesteld die onder de rijsnelheid ligt, rolt de
auto uit tot de ingestelde snelheidslimiet.
Overschrijdingvandesnelheidslimiet
De snelheidslimiet kan bewust worden overj
schreden. In deze situatie wordt geen akoestij sche waarschuwing weergegeven.
Druk het gaspedaal volledig in om de ingej
stelde snelheidslimiet bewust te overschrijden.
De beperking wordt automatisch weer geactij
veerd, zodra de actuele snelheid onder de inj gestelde snelheidslimiet komt.
Waarschuwingbijoverschrijdingvan
desnelheidslimiet
Optischewaarschuwing Bij het overschrijden van de ingestelde
snelheidslimiet knippert het controlej
lampje in het instrumentenpaneel, zoj
lang er harder wordt gereden dan de ingej stelde snelheidslimiet.
Akoestischewaarschuwing'yBij een onbewuste overschrijding van de
ingestelde snelheidslimiet klinkt een gej
luidssignaal.'yAls de snelheidslimiet tijdens de rit onder de rijsnelheid komt, is het signaal na circa30 seconden te horen.'yAls de snelheidslimiet bewust wordt overj
schreden door het gaspedaal volledig in te
drukken, is er geen signaal te horen.
Weergaveninhetinstrumentenpaneel
Markeringvandesnelheidslimiet
Weergave op snelheidsmeter:
'yMarkering brandt groen:
systeem is actief.'yMarkering brandt niet: sysj
teem is uitgeschakeld.
Controlelampje
'yControlelampje brandt: het sysj
teem is ingeschakeld.'yControlelampje knippert: de ingej
stelde snelheidslimiet wordt overj schreden.Seite 161VeiligheidBediening161
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page 162 of 331

StatusweergaveWeergave van de ingestelde snelheidsj
limiet.
SpeedLimitAssist
Principe
Als het systeem Speed Limit Info een wijziging van de snelheidsbegrenzing langs de routeherkent, wordt voorgesteld deze nieuwe snelj
heidswaarde over te nemen. Door op de linker tuimelschakelaar aan het stuurwiel te drukken
kan de waarde worden overgenomen.
Algemeen
Bij auto's zonder navigatiesysteem erop letten dat in de systeeminstellingen van de auto de in
het betreffende land geldende maateenheid
voor de afstand is ingesteld. Bij een afwijkende
instelling kan anders worden verzocht om een verkeerde snelheidswaarde over te nemen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking'yDe snelheidsbegrenzing is ingeschakeld.'ySpeed Limit Assist is ingeschakeld.
In-/uitschakelen
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Speed Limit Assist"4."Speed Limit Assist"SpeedLimitAssistgebruiken
Als door de Speed Limit Info een wijziging van
de snelheidsbegrenzing langs de route wordt herkend, wordt een melding in het instrumenjtenpaneel weergegeven.
De melding toont het volgende:
'ySymbool van de stuurwielschakelaar met
pijl voor de richting, waarin de tuimelschaj
kelaar moet worden gedrukt om de nieuwe
snelheid over te nemen.'yLIMIT ASSIST met voorgestelde snelj
heidswaarde, inclusief ingestelde snelj
heidsaanpassing, zie pagina 162.'ySymbool voor de herkende snelheidsbej
grenzing.
Om de nieuwe snelheidslimiet over te nemen,
de linker tuimelschakelaar aan het stuurwiel
kort, overeenkomstig de richting van de groene pijl, omhoog- of omlaagdrukken. De
nieuwe snelheid wordt overgenomen.
Snelheidsaanpassing Er kan worden ingesteld of de snelheidsbejgrenzing exact overgenomen wordt, of met
een tolerantie van m10 km/h tot +10 km/h.
Instellen
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Speed Limit Assist"4."Voorstel aanpassen:"5.Gewenste instelling doen.Seite 162BedieningVeiligheid162
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page 163 of 331

Grenzenvanhetsysteem
Speed Limit Assist is gebaseerd op het sysj
teem Speed Limit Info, daarom ook de sysj
teemgrenzen van Speed Limit Info in acht nej
men.
Dynamischeremlichten
Principe Achteropkomende verkeersdeelnemers worjden door het knipperen van de remlichten voor een noodremsituatie gewaarschuwd. Daardoorkan het gevaar van een botsing worden gerejduceerd.
Algemeen'yNormaal remmen: remlichten branden.'yHard remmen: remlichten knipperen.
Kort voor de stilstand wordt de waarschuj
wingsknipperlichtinstallatie geactiveerd.
Waarschuwingsknipperlichtinstallatie deactij
veren:
'yAccelereren.'yToets waarschuwingsknipperlichtinstallaj tie indrukken.
Waakzaamheidshulp
Principe Het systeem kan toenemende onoplettendj
heid of vermoeidheid van de bestuurder bij
lange eentonige ritten, bijv. op snelwegen, herj
kennen. In deze situatie wordt aanbevolen om
een pauze in te lassen.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Het systeem ontlast u niet van de perj
soonlijke verantwoordelijkheid om uw lichamej lijke gesteldheid juist in te schatten. Toenej
mende onoplettendheid of vermoeidheid
worden mogelijk niet of niet op tijd herkend. Er
bestaat gevaar voor ongevallen. Erop letten dat
de bestuurder uitgerust en oplettend is. Rijstijl
aan de verkeerssituatie aanpassen.'

Page 164 of 331

Grenzenvanhetsysteem
De werking kan bijv. in de volgende situaties
beperkt zijn en wordt er geen of een verkeerde
waarschuwing gegeven:'yAls de tijd verkeerd is ingesteld.'yAls de gereden snelheid overwegend onj
der ca. 70 km/h ligt.'yBij sportieve rijstijl, bijv. bij sterke acceleraj
tie of snel rijden door bochten.'yIn actieve rijsituaties, bijv. vaak veranderen van rijbaan.'yBij slechte toestand van het wegdek.'yBij sterke zijwind.
Het systeem wordt ca. 45 minuten na het afjzetten van het voertuig teruggezet, bijv. bij een pauze op een langere snelwegrit.
PostCrash-iBrake
Principe Het systeem kan de auto in bepaalde ongevaljsituaties zonder ingreep van de bestuurder auj
tomatisch tot stilstand brengen. Het risico van
nog een botsing en de gevolgen daarvan kan
daardoor verlaagd worden.
Autosterkerafremmen
In bepaalde situaties kan het nodig zijn de auto sneller tot stilstand te brengen.
Daartoe moet de remdruk bij het intrappen van het rempedaal kortstondig hoger zijn dan deremdruk die door de automatische remfunctiewordt bereikt. Het automatisch afremmen
wordt daardoor afgebroken.
Automatischremmenafbreken
In bepaalde situaties kan het nodig zijn het auj tomatisch remmen af te breken, bijvoorbeeldvoor een uitwijkmanoeuvre.
Automatisch remmen afbreken:
'yDoor het indrukken van het rempedaal.'yDoor het indrukken van het gaspedaal.
Bijstilstand Na het bereiken van de stilstand wordt de rem
automatisch gelost.
Seite 164BedieningVeiligheid164
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page 165 of 331

RijstabiliteitsregelsystemenUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
AntiblokkeersysteemABS ABS voorkomt het blokkeren van de wielen tijjdens het remmen.
De bestuurbaarheid blijft ook bij noodstops bej
houden, daardoor wordt de actieve veiligheid verhoogd.
Het ABS is na het starten van de motor bej drijfsklaar.
Remassistent
Bij snel indrukken van het rempedaal veroorj
zaakt dit systeem automatisch een zo hoog mogelijke rembekrachtiging. De remweg wordt
bij noodstops derhalve zo kort mogelijk gehouj
den. Daarbij wordt ook gebruik gemaakt van de
voordelen van het antiblokkeersysteem ABS.
Het rempedaal ingetrapt houden zolang remj
men noodzakelijk is.
AutomaticDifferentialBrake
Het systeem regelt de aandrijfkracht door de
automatische remingreep aan de afzonderlijke
wielen. De functie komt overeen met een sperjdifferentieel: het systeem herkent wanneer een wiel, bijvoorbeeld op een losse ondergrond,
begint door te draaien en remt het automatisch
af.
De aandrijfkracht wordt naar het wiel geleid
met betere tractie.
Daardoor wordt bij het accelereren de motorj kracht effici

Page 166 of 331

keerssituatie observeren en in de betreffendesituaties actief ingrijpen.'

Page 167 of 331

Bij geactiveerde DTC wordt maximale tractie
geleverd. De koersstabiliteit is bij het accelerej
ren en bij het rijden in bochten beperkt.
Voorzichtig rijden.
In de volgende uitzonderlijke gevallen verdient
het aanbeveling de DTC tijdelijk in te schakej
len:'yRijden dooiende sneeuw of op niet gej
ruimde, besneeuwde rijbanen.'yAuto vrij rijden of wegrijden uit diepe sneeuw of op losse ondergrond.'yRijden met sneeuwkettingen.
DynamicTractionControlDTC
activeren/deactiveren
DTCactiveren Toets indrukken.
Het instrumentenpaneel geeft TRACj
TION weer en het controlelampje voor DSC OFF gaat aan.
DTCdeactiveren Toets opnieuw indrukken.
TRACTION en controlelampje DSC
OFF doven.
PerformanceControl
Met Performance Control wordt de auto wendj baarder.
Ter verbetering van de wendbaarheid worden,
bij sportieve rijstijl, afzonderlijke wielen afgej
remd.
xDrive xDrive is het vierwielaandrijvingssysteem van
uw auto. Door het samenwerken van xDrive en
Dynamic Stability Control DSC worden tractie
en rijdynamiek verder geoptimaliseerd. Het
vierwielaandrijvingssysteem xDrive verdeelt de
aandrijfkrachten afhankelijk van rijsituatie en gesteldheid van de weg variabel over voor- enachteras.
HillDescentControlHDC Principe
HDC is een bergafrijhulp die de snelheid op steile hellingen automatisch regelt. Zonder dat
er geremd wordt, beweegt de auto zich iets
sneller dan stapvoets. Als actief wordt geremd,
verdeelt het systeem de kracht overeenkomj
stig de tractie.
Bij afdalingen worden rijstabiliteit en bestuurj
baarheid verbeterd.
HDC kan onder ca. 35 km/h worden geactij
veerd. Bij bergafwaarts rijden reduceert de
auto de snelheid en houdt deze constant.
Gebruik HDC alleen bij lage versnellingen of in
de keuzehendelstanden D of R.
Snelheidverhogenofverlagen Snelheidsregeling in het bereik van ca. 6 km/h
tot ca. 25 km/h kunt u met de tuimelschakelaar
van de snelheidsregeling op het stuurwiel inj
stellen. De snelheid van de auto kan door licht
gas geven worden gewijzigd.'yTuimelschakelaar tot het drukpunt naar boven drukken: snelheid stapsgewijs verj
hogen.'yTuimelschakelaar tot door het drukpunt heen naar boven drukken: snelheid neemtSeite 167RijstabiliteitsregelsystemenBediening167
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page 168 of 331

toe zolang op de tuimelschakelaar wordtgedrukt.'yTuimelschakelaar tot het drukpunt naarbeneden drukken: snelheid stapsgewijs
verlagen.'yTuimelschakelaar tot door het drukpunt heen naar beneden drukken: snelheid
wordt bij het vooruitrijden tot ca. 10 km/h
verlaagd, bij het achteruitrijden tot ca.
6 km/h.
HDCactiveren
Toets indrukken, LED boven de toets
brandt.
HDCdeactiveren Toets opnieuw indrukken. De LED dooft.
Boven circa 60 km/hcirca 60 km/h,
circa 37 mph wordt HDC automatisch gedeacj
tiveerd.
Hetcontrolelampjeophet
instrumentenpaneel
Op de snelheidsmeter wordt de
gekozen snelheid weergegeven.
'yGroen: systeem remt de
auto af.'yOranje: systeem in stand-by.
Storing
Op het instrumentenpaneel wordt een melding
weergegeven. HDC is niet beschikbaar, bijj
voorbeeld bij hoge temperatuur van de remj men.
Servotronic
Principe De servotronic is een snelheidsafhankelijkestuurbekrachtiging.
Bij lage snelheden wordt de stuurkracht meer
ondersteund dan bij hogere snelheden. Daarj
door wordt bijvoorbeeld het inparkeren verj eenvoudigd en bij sneller rijden de besturingdirecter.
Tevens wordt de stuurkracht aangepast aan de
desbetreffende rijmodus, zodat een sportief-
directe of comfortabele stuurgedrag wordt overgebracht.
Variabelesportbesturing De variabele sportbesturing verandert, afhanj
kelijk van de stuurwieluitslag en snelheid, de ondersteunende werking.
Zo wordt bijvoorbeeld bij inparkeren of
scherpe bochten de stuuruitslag van de voorj wielen vergroot. Daardoor wordt het rijden in
bochten vereenvoudigd.
Bovendien wordt bij lage snelheden de bestuj ring meer ondersteund dan bij hogere snelhejden. Daardoor wordt bijvoorbeeld het inparkejren vereenvoudigd en bij sneller rijden de
besturing directer.
Doordat rekening wordt gehouden met de
stuurwieluitslag en de snelheid is een op de
rijsituatie aangepast sportief stuurgedrag moj
gelijk.
Rijbelevingsschakelaar
Principe
Met de rijbelevingsschakelaar kunnen bej
paalde eigenschappen van de auto wordenSeite 168BedieningRijstabiliteitsregelsystemen168
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page 169 of 331

aangepast. Daarvoor staan verschillende projgramma's ter beschikking.
Overzicht
Toetsindeauto
Bedieningvandeprogramma's
ToetsProgrammaSPORT
COMFORT
ECO PRO
SPORT
Principe Consequent sportieve afstemming van de bejsturing en de aandrijving voor een groterewendbaarheid tijdens het rijden.
Bij een betreffende uitvoering verandert tevens de afstemming van het onderstel en SPORTkan individueel worden geconfigureerd.
De configuratie wordt voor het momenteel gej
bruikte profiel opgeslagen.
SPORTactiveren Toets zo vaak indrukken tot in het inj
strumentenpaneel SPORT wordt
weergegeven.
SPORTconfigureren
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3.Evt. "Rijmodus"4."SPORT configureren"5.Gewenste instelling selecteren.
De instelling wordt opgeslagen voor het mojmenteel gebruikte bestuurdersprofiel.
Bij activering van de rijmodus SPORT wordt
deze configuratie opgeroepen.
COMFORT
Principe Voor een evenwichtige afstemming.
COMFORTactiveren Toets zo vaak indrukken tot in het injstrumentenpaneel COMFORT wordt
weergegeven.
ECOPRO
Principe ECO PRO, zie pagina 237, biedt een consej
quente verbruiksbesparende afstemming voor
een maximale actieradius.
ECOPROactiveren Toets zo vaak indrukken tot in het inj
strumentenpaneel ECO PRO wordt
weergegeven.
ECOPROconfigurerenVia iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3.Evt. "Rijmodus"Seite 169RijstabiliteitsregelsystemenBediening169
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page 170 of 331

4."ECO PRO configureren"5.Gewenste instelling selecteren.
De instelling wordt opgeslagen voor het mojmenteel gebruikte bestuurdersprofiel.
Weergaven
Selectievanhetprogramma Bij het drukken van de toetswordt een lijst met de te selecj
teren programma's weergegej
ven. Afhankelijk van de uitrusj
ting kan de lijst in het
instrumentenpaneel afwijken van de afbeelj
ding.
Geselecteerdprogramma Het geselecteerde programma
wordt in het instrumentenpaneel
weergegeven.
Dynamische
schokdempercontrole
Principe
Met het systeem kan de afstemming van het
onderstel worden gewijzigd.
Programma Het systeem biedt verschillende programma's.
De programma's kunnen met de rijbelevingsj
schakelaar, zie pagina 168, worden geselecj
teerd.
SPORT
Consequent sportieve aanpassing van de
schokdempers voor een grotere soepelheid bij
het rijden.
COMFORT/ECOPRO
Uitgewogen afstemming van de schokdemj
pers voor meer comfort.
Wegrijassistent
Principe Het systeem ondersteunt bij het hellingopj
waarts wegrijden. Gebruik van de parkeerrem is hiervoor niet vereist.
Wegrijdenmetwegrij-assistent1.Auto met rempedaal op zijn plaats houden.2.Rempedaal loslaten en vlot wegrijden.
Na het loslaten van het rempedaal wordt deauto gedurende circa 2 seconden op zijnplaats gehouden.
Naargelang de belading of bij rijden met aanj
hangwagen kan de auto soms een klein stukje
achteruitrollen.
Seite 170BedieningRijstabiliteitsregelsystemen170
Online Edition for Part no. 01402985444 - X/17

Page:   < prev 1-10 ... 121-130 131-140 141-150 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 ... 340 next >