BMW X3 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 181 of 306

KlimaatregelingUitrustingvandeautoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.Luchtkwaliteitinhet
interieur
De luchtkwaliteit in de auto wordt verbeterd
door een emissiegecontroleerd interieur, mij
crofilter en klimaatsysteem voor regeling van
de temperatuur, luchthoeveelheid en luchtrej
circulatiefunctie.
Daar bovenop komen afhankelijk van de uitj
voering functies, zoals micro-/actief koolfilter,
airconditioning met automatische luchtcirculaj
tiefunctie (AUC) en standventilatie.
Airconditioning
1Luchtverdeling2Luchthoeveelheid3AUTO-programma4Interieurtemperatuursensor n altijd vrijj
houden5Luchtrecirculatiefunctie6Temperatuur7Ruiten ontdooien en ontwasemen8Koelfunctie9AchterruitverwarmingSeite 181KlimaatregelingBediening181
Online Edition for Part no. 01402977855 - II/17

Page 182 of 306

10Stoelverwarming\_66Aircofunctiesindetail
Systeemin-/uitschakelen Inschakelen
Luchthoeveelheid naar wens instellen. Het AUTO-programma kan ook rechtstreeksworden ingeschakeld met de AUTO-toets.
Uitschakelen
Draaiknop voor luchthoeveelheid, zie paj
gina 183, op 0 draaien. Aanjager en aircondij
tioning worden geheel uitgeschakeld.
Temperatuur Principe
De geïntegreerde verwarmings- en airconditij
oningsregeling regelt de ingestelde temperaj
tuur zo snel mogelijk, indien nodig met hoger koel- of verwarmingsvermogen, en houdt deze
dan constant.
Instellen Aan de draaiknop draaien om de
gewenste temperatuur in te
stellen.
Wisselingen tussen verschillende temperaj
tuurinstellingen kort achter elkaar voorkomen. De airconditioning met elektronische temperajtuurregeling heeft dan niet voldoende tijd om
de ingestelde temperatuur te regelen.
Koelfunctie
Principe
De lucht in het interieur wordt gekoeld, gej
droogd en afhankelijk van de temperatuurinj
stelling weer verwarmd.Koeling van het interieur is alleen bij draaiende
motor mogelijk.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
De airconditioningsfunctie wordt in- of
uitgeschakeld.
Na het starten van de motor kunnen afhankelijk van de weersomstandigheden de voor- en zijj ruiten korte tijd beslaan.
In het AUTO-programma wordt automatisch
de koelfunctie ingeschakeld.
In de airconditioning ontstaat condenswater,
zie pagina 212, dat onder de auto wegloopt.
AUTO-programma
Principe
Luchthoeveelheid, luchtverdeling en temperaj
tuur worden automatisch geregeld.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
Afhankelijk van de gekozen temperaj
tuur en van externe invloeden wordt de lucht
naar de voorruit, de zijruiten, in de richting van
het bovenlichaam en naar de beenruimte gej
voerd.
In het AUTO-programma wordt eveneens auj tomatisch de koelfunctie, zie pagina 182, ingej
schakeld.
Luchtrecirculatiefunctie
Principe
Bij sterk verontreinigde buitenlucht kunt u de
toevoer van buitenlucht tijdelijk afsluiten. De lucht in het interieur wordt dan gerecirculeerd.Seite 182BedieningKlimaatregeling182
Online Edition for Part no. 01402977855 - II/17

Page 183 of 306

BedieningToets herhaald indrukken, om eenfunctie op te roepen:'yLED uit: buitenlucht stroomt continu naarbinnen.'yLED aan, luchtrecirculatiefunctie: de toej
voer van buitenlucht is permanent afgesloj ten.
De luchtrecirculatiefunctie schakelt afhankelijkvan de omgevingsomstandigheden na enigetijd automatisch uit, om beslaan van de ruiten
te voorkomen.
Bij continu ingeschakelde luchtrecirculatie verj
slechtert de luchtkwaliteit in de auto en bej
slaan de ruiten steeds meer.
Schakel bij beslagen ruiten de luchtrecirculaj
tiefunctie uit en verhoog eventueel de luchtj toevoer.
Luchthoeveelheidhandmatigregelen
Principe
De luchthoeveelheid voor de klimaatregeling
kan handmatig ingesteld worden.
Bediening Aan de draaiknop draaien om degewenste luchthoeveelheid in te stellen.
Hoe groter de luchthoeveelheid
is, hoe effectiever de verwarj
mings- of koelcapaciteit.
De luchthoeveelheid van de airconditioning
wordt eventueel tot aan het uitschakelen gerej duceerd om de accu te ontzien.
Luchtverdelinghandmatigregelen Principe
De luchtverdeling voor de klimaatregeling kan
handmatig ingesteld worden.
Bediening
Druk op de toets om een programma te kiezen:'yRuiten.'yTer hoogte van het bovenlichaam.'yBeenruimte.
Programma's kunnen naar wens worden gej combineerd.
Ruitenontdooienenontwasemen Principe
IJs en condens verdwijnen snel van de voorruit
en voorste zijruiten.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
LED brandt bij ingeschakeld systeem.
Luchthoeveelheid kan bij een actief proj
gramma worden aangepast.
Bij beslagen ruiten ook de koelfunctie inschaj
kelen om het vocht uit de lucht te halen.
Achterruitverwarming Toets indrukken. LED brandt.
Achterruitverwarming wordt na enige
tijd automatisch uitgeschakeld.
Microfilter
Het microfilter filtert stof en pollen uit de toej gevoerde buitenlucht en luchtrecirculatiefuncj
tie.
Deze filters bij het onderhoud, zie pagina 255,
van de auto laten vervangen.
Seite 183KlimaatregelingBediening183
Online Edition for Part no. 01402977855 - II/17

Page 184 of 306

Uitgebreideairconditioning1Temperatuur, links2AUTO-programma3Display4IJs en wasem verwijderen5Luchthoeveelheid6Display7Luchtverdeling8Maximaal koelen9Temperatuur, rechts10Stoelverwarming, rechts\_6611Luchtrecirculatiefunctie12SYNC-programma13Koelfunctie14Achterruitverwarming15Stoelverwarming, links\_66Aircofunctiesindetail
Systeemin-/uitschakelen Inschakelen
Willekeurige toets indrukken, met volgende uitzonderingen:'ySYNC-programma.'yAchterruitverwarming.'yLinker toetszijde Luchthoeveelheid.'yStoelverwarming.Uitschakelen
Toets links ingedrukt houden, tot hetsysteem wordt uitgeschakeld.
Temperatuur Principe
De geïntegreerde verwarmings- en airconditij
oningsregeling regelt de ingestelde temperaj
tuur zo snel mogelijk, indien nodig met hoger koel- of verwarmingsvermogen, en houdt deze
dan constant.Seite 184BedieningKlimaatregeling184
Online Edition for Part no. 01402977855 - II/17

Page 185 of 306

InstellenAan de draaiknop draaien om degewenste temperatuur in te
stellen.
De automatische airconditioning regelt deze
temperatuur zo snel mogelijk, indien nodig met
hoge koel- of verwarmingscapaciteit, en houdt deze dan constant.
Wisselingen tussen verschillende temperaj tuurinstellingen kort achter elkaar voorkomen.
De airconditioning met elektronische temperaj
tuurregeling heeft dan niet voldoende tijd om
de ingestelde temperatuur te regelen.
Koelfunctie
Principe
De lucht in het interieur wordt gekoeld, gej
droogd en afhankelijk van de temperatuurinj stelling weer verwarmd.
Koeling van het interieur is alleen bij draaiende
motor mogelijk.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
De airconditioningsfunctie wordt in- of
uitgeschakeld.
Na het starten van de motor kunnen afhankelijk van de weersomstandigheden de voor- en zijj ruiten korte tijd beslaan.
In het AUTO-programma wordt automatisch
de koelfunctie ingeschakeld.
In de airconditioning ontstaat condenswater,
zie pagina 212, dat onder de auto wegloopt.
Maximaalkoelen
Principe
Het systeem is ingesteld op de laagste tempej
ratuur, de optimale luchthoeveelheid en de
luchtrecirculatiestand.Algemeen
De functie is boven een buitentemperatuur van
circa 0 

Page 186 of 306

Linker- of rechterzijde van de toets injdrukken: intensiteit verkleinen of verj
groten.
De geselecteerde intensiteit wordt op het disj
play van de automatische airconditioning
weergegeven.
Automatische
luchtrecirculatieregelingAUC/
luchtrecirculatiefunctie
Principe
De automatische luchtrecirculatieregeling AUC herkent schadelijke stoffen in de buitenlucht.
De toevoer van buitenlucht wordt geblokkeerd en de binnenlucht wordt gerecirculeerd.
Algemeen
Als het systeem is geactiveerd herkent een sensor schadelijke stoffen in de buitenlucht en
regelt de blokkering automatisch.
Als het systeem is gedeactiveerd stroomt perj
manent buitenlucht het interieur binnen.
Bij continu ingeschakelde luchtrecirculatie verj
slechtert de luchtkwaliteit in de auto en bej
slaan de ruiten steeds meer.
In-/uitschakelen Toets herhaald indrukken, om eenfunctie op te roepen:'yLED's uit: buitenlucht stroomt continu naarbinnen.'yLinker LED aan, AUC-werking: een sensor
herkent schadelijke stoffen in de buitenj
lucht en regelt de blokkering automatisch.'yRechter LED aan, luchtrecirculatiefunctie:
de toevoer van buitenlucht is permanent
afgesloten.
De luchtrecirculatiefunctie wordt bij lage buij
tentemperaturen na enige tijd automatisch uitj
geschakeld, om het beslaan van de ruiten te voorkomen.
Bij het beslaan van de ruiten de luchtrecirculaj
tiefunctie uitschakelen en de AUTO-toets inj drukken, om gebruik te kunnen maken van devoordelen van de condenssensor. Ervoor zorjgen dat er lucht naar de voorruit kan stromen.
Luchthoeveelheidhandmatigregelen
Principe
De luchthoeveelheid voor de klimaatregeling kan handmatig ingesteld worden.
Algemeen
Om de luchthoeveelheid handmatig te kunnen
regelen, eerst het AUTO-programma uitschaj kelen.
Bediening Linker- of rechterzijde van de toets injdrukken: luchthoeveelheid verkleinen
of vergroten.
De geselecteerde luchthoeveelheid wordt op het display van de automatische airconditioj
ning weergegeven.
De luchthoeveelheid van de airconditioning
wordt eventueel tot aan het uitschakelen gerej duceerd om de accu te ontzien.
Luchtverdelinghandmatigregelen Principe
De luchtverdeling voor de klimaatregeling kan
handmatig ingesteld worden.
Bediening Toets herhaald indrukken om een proj
gramma te selecteren:'yTer hoogte van het bovenlichaam.'yTer hoogte van het bovenlichaam en de
beenruimte.'yBeenruimte.'yRuiten en beenruimte.Seite 186BedieningKlimaatregeling186
Online Edition for Part no. 01402977855 - II/17

Page 187 of 306

'yRuiten, ter hoogte van het bovenlichaam
en beenruimte.'yRuiten: alleen aan de bestuurderszijde.'yRuiten en ter hoogte van het bovenlij chaam.
Bij het beslaan van de ruiten de AUTO-toetsindrukken, om gebruik te kunnen maken van
de voordelen van de condenssensor.
SYNC-programmaPrincipe
Met het systeem is het mogelijk om, actuele
instellingen van de bestuurderszijde voor temj peratuur, luchthoeveelheid, luchtverdeling en
AUTO-programma worden op de passagiersj
zijde en achterin links/rechts over te dragen.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
De huidige temperatuurinstelling aan
de bestuurderskant wordt overgedragen aan
de passagierskant.
Het programma wordt uitgeschakeld als de inj
stelling aan de passagierszijde wordt gewijj
zigd.
Ruitenontdooienenontwasemen Principe
IJs en condens verdwijnen snel van de voorruit
en voorste zijruiten.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
LED brandt bij ingeschakeld systeem.
Richt hiervoor de ventilatieroosters aan de zijj
kant c.q. de zijruiten.
Luchthoeveelheid kan bij een actief proj
gramma worden aangepast.
Bij het beslaan van de ruiten ook de koelfuncj tie inschakelen en de AUTO-toets indrukken,
om gebruik te kunnen maken van de voordelenvan de condenssensor.
Achterruitverwarming Toets indrukken. LED brandt.
Achterruitverwarming wordt na enige
tijd automatisch uitgeschakeld.
Micro-/actief-koolstoffilter
Het micro-/actief-koolstoffilter filtert stof, polj
len en gasvormige schadelijke stoffen uit de toegevoerde buitenlucht en luchtrecirculatiej
functie.
Deze filters bij het onderhoud, zie pagina 255,
van de auto laten vervangen.
Ventilatie Ventilatie,voor'yHendel voor aanpassen van de uitstroomj
richting, pijlen 1.'yGekartelde knoppen voor het traploos opej nen en sluiten van de uitstroomopeningen,pijlen 2.'yGekartelde knop voor het vari

Page 188 of 306

Instellen'yVentilatie om te koelen:
Uitstroomopeningen zo richten, dat de lucht in uw richting wordt geleid, bijvoorj
beeld bij een opgewarmde auto.'yTochtvrije ventilatie:
Uitstroomopeningen zo richten dat de
lucht langs u stroomt.
Ventilatieachterin
'yGekartelde knop voor het traploos openen
en sluiten van de uitstroomopeningen,
pijl 1.'yGekartelde knop voor het vari

Page 189 of 306

Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Interieurvoorventilatie'yDirecte bediening: auto bevindt zich in standby-modus van de radio.'yMet afstandsbediening of voorgeselecj
teerde inschakeltijd: buitentemperatuur boven circa 15 

Page 190 of 306

3.Evt. "Klimaatcomfort"4."Verwarming/ventilatie in stilstand" of5."Naar inschakeltijd om:"
Gewenste inschakeltijd activeren.
Symbool op de airconditioning licht op bij
geactiveerde inschakeltijd.
Symbool van de airconditioning met elekj
tronische temperatuurregeling knippert, als het systeem ingeschakeld is.
Het systeem wordt alleen binnen de komende
24 uren ingeschakeld. Daarna moet het opj
nieuw worden geactiveerd.
Afstandsbediening
Veiligheidsaanwijzing OPMERKING
De bestanddelen van accu's kunnen
schade veroorzaken. Er bestaat gevaar voor schade. Geen accu's gebruiken.'

Page:   < prev 1-10 ... 141-150 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 ... 310 next >