BMW X4 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 51 of 302

dat het bewegingsgebied van de achterklep vrij
is.'

Page 52 of 302

Voor deze functie moet de afstandsbediening
zich in het interieur bevinden.
Viadebinnenzijdevandeachterklep
Zonder comforttoegang:
Knop aan de binnenzijde van de achterklep inj
drukken.
Met comforttoegangssysteem:
'yToets aan de binnenzijde van de achterj klep indrukken, pijl 1.'yToets indrukken, pijl 2.
Het voertuig wordt vergrendeld zodra de
achterklep is gesloten. Hiervoor moet het bestuurdersportier gesloten zijn en de afj
standsbediening moet zich buiten de auto binnen het bereik van de achterklep bevinjden.
Afbrekenvandesluitcyclus
De sluitcyclus onderbreekt in de volgende situj
aties:
'yBij het abrupt wegrijden.'yDoor indrukken van de toets aan de binj nenzijde van de achterklep.'yDoor indrukken van de knop aan de binj
nenzijde van de achterklep.'yDoor het loslaten van de toets in het bej
stuurdersportier.'yDoor het loslaten van de toets van de afj
standsbediening.
Storing
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Bij het handmatig bedienen van een gej
blokkeerde achterklep kan deze onverwacht
loskomen uit de blokkering. Er bestaat kans op
letsel of schade. Geblokkeerde achterklep niet handmatig bedienen. Door een Service Partnervan de fabrikant of een andere gekwalificeerdeService Partner of specialist laten controlejren.'

Page 53 of 302

diening is één van deze bestuurdersprofielentoegewezen.
Als de auto met een afstandsbediening wordt ontgrendeld, wordt het bijbehorende bestuurjdersprofiel geactiveerd. Alle in het bestuurderj
sprofiel opgeslagen instellingen worden autoj
matisch uitgevoerd.
Als meerdere bestuurders ieder een eigen afj
standsbediening hebben, past de auto zich bij
het ontgrendelen aan de persoonlijke instellinj
gen aan. Deze instellingen worden ook herj
steld als de auto tussendoor door een persoon werd gebruikt met een andere afstandsbediej
ning.
Wijzigingen aan de instellingen worden autoj matisch opgeslagen in het op dat moment gej bruikte bestuurdersprofiel.
Als via iDrive een ander bestuurdersprofiel
wordt geselecteerd, worden de daarin opgej slagen instellingen automatisch uitgevoerd.Het nieuwe bestuurdersprofiel wordt toegewejzen aan de momenteel gebruikte afstandsbejdiening.
Bovendien is er een gastprofiel beschikbaar
dat niet aan een afstandsbediening wordt toej
gekend. Dit kan worden gebruikt om instellinj
gen aan de auto te kunnen uitvoeren zonder de persoonlijke bestuurdersprofielen te wijzigen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Zodat voor de bestuurder een passend bejstuurdersprofiel kan worden ingesteld, moetde toewijzing van de herkende afstandsbediej
ning en bestuurder eenduidig zijn.
Het is eenduidig als aan de volgende voorj waarden is voldaan:'yDe bestuurder draagt de afstandsbediej
ning bij zich.'yDe bestuurder ontgrendelt de auto.'yDe bestuurder stapt via de bestuurderj
sportier in de auto.Instellingen
De instellingen van de volgende systemen en
functies worden opgeslagen in het geactij
veerde profiel. De omvang van de instellingen die worden opgeslagen is afhankelijk van landen uitvoering.'yOntgrendelen en vergrendelen.'yLicht.'yKlimaatregeling.'yRadio.'yInstrumentenpaneel.'yVoorkeuzetoetsen.'yVolume, klank.'yControl Display.'yNavigatie.'yTv.'yPark Distance Control PDC.'yAchteruitrijcamera.'ySide View.'yTop View.'yHead-Up Display.'yRijbelevingsschakelaar.'yPositie bestuurdersstoel, buitenspiegel,stuurwiel.'yIntelligent Safety.'yRijstrookwisselmelding.
Profielbeheer
Bestuurdersprofielselecteren Ongeacht de momenteel gebruikte afstandsjbediening kan een ander bestuurdersprofielworden opgeroepen. Hiermee kunnen de perjsoonlijke instellingen voor de auto worden opjgeroepen als de auto niet met de eigen afj
standsbediening is ontgrendeld.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"Seite 53OpenenensluitenBediening53
Online Edition for Part no. 01 40 2 915 911 - X/16

Page 54 of 302

3.Bestuurdersprofiel selecteren.4."OK"'yDe in het opgeroepen bestuurdersprofiel
opgeslagen instellingen worden automaj
tisch uitgevoerd.'yHet opgeroepen bestuurdersprofiel wordt
toegewezen aan de momenteel gebruikte
afstandsbediening.'yAls het bestuurdersprofiel reeds aan een
andere afstandsbediening is toegewezen,
geldt dit bestuurdersprofiel voor beide afj
standsbedieningen.
Gastprofielgebruiken
Met het gastprofiel kunnen individuele insteljlingen worden ingesteld die in geen van de driepersoonlijke bestuurdersprofielen worden opjgeslagen.
Dit kan nuttig zijn bij tijdelijk gebruik van de
auto door bestuurders zonder eigen bestuurj
dersprofiel.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3."Gewoon gaan rijden (gast)"4."OK"
De naam van het gastprofiel kan niet worden
gewijzigd. Het wordt niet toegewezen aan de momenteel gebruikte afstandsbediening.
Bestuurdersprofielhernoemen Om te voorkomen dat de bestuurdersprofielen
worden verwisseld, kan aan het momenteel gebruikte bestuurdersprofiel een persoonlijkenaam worden gegeven.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren. De naam van het met dit symbool gej
markeerde bestuurdersprofiel kan worden
gewijzigd.4."Naam bestuurdersprofiel wijzigen"5.Profielnaam invoeren.6. Symbool selecteren.
Bestuurdersprofielterugzetten
De instellingen van het actieve bestuurderj sprofiel worden op de fabrieksinstellingen tejruggezet.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren.
Het met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan worden teruggezet.
4."Bestuurdersprofiel terugzetten"5."OK"
Bestuurdersprofielexporteren
De meeste instellingen van het momenteel gej bruikte bestuurdersprofiel kunnen worden gejexporteerd.
Dit kan handig zijn bij de opslag en het herstel
van persoonlijke instellingen, bijvoorbeeld voor
een verblijf in de werkplaats. De opgeslagen bestuurdersprofielen kunnen worden meegejnomen naar een andere auto.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren.
Het met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan worden ge

Page 55 of 302

BestuurdersprofielimporterenBestaande instellingen van het momenteel gejbruikte bestuurdersprofiel worden overschrej
ven met de instellingen van het geïmporteerde
bestuurdersprofiel.
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren dat moet worden overschreven.
Het met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan worden overschreven.
4."Bestuurdersprofiel importeren"5.Medium selecteren waarmee het bestuurj dersprofiel is ge

Page 56 of 302

Via iDrive:1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4. "Achterklep" of "Achterklep
en portier(en)"5.Gewenste instelling selecteren:'y"Achterklep"
De achterklep wordt geopend.'y"Achterklep en portier(en)"
De achterklep wordt geopend en de
portieren worden ontgrendeld.
Bevestigingssignalenvandeauto
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4."Knipperen bij ver-/ontgrendelen"
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
tweemaal knipperen, het vergrendelen
door eenmaal knipperen.
Automatischvergrendelen
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4.Gewenste instelling selecteren:'y"Automatisch vergrendelen"
Na een korte tijd wordt de auto autoj
matisch vergrendeld als na het ontj
grendelen geen portier wordt geopend.'y"Vergrendelen bij wegrijden"
Na het wegrijden wordt automatisch vergrendeld.Automatischontgrendelen
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Portieren/sleutels"4."Na einde van de rit ontgrendelen"
Na het uitschakelen van de motor door het
indrukken van de start-stop-toets wordt de
vergrendelde auto automatisch ontgrenj deld.
Laatstestoel-enspiegelpositie
instellen
Bij het ontgrendelen van de auto worden de
laatst ingestelde standen van bestuurdersstoel
en buitenspiegels ingesteld.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Bestuurdersprofielen"3.Bestuurdersprofiel selecteren.
Voor met dit symbool gemarkeerde bej
stuurdersprofiel kan de instelling worden uitgevoerd.
4."Laatst opgeslagen stoelpositie"
Alarminstallatie
Algemeen
De alarminstallatie reageert bij een vergrenj
delde auto op de volgende veranderingen:
'yOnbevoegd openen van een portier, de motorkap of de achterklep.'yBewegingen in het interieur.'yVeranderen van de hellingshoek van de
auto, bijvoorbeeld bij een poging van diefj stal van de wielen of bij het wegslepen.'yOnderbreking van de accuspanning.
Deze veranderingen signaleert de alarminstaljlatie optisch en akoestisch:
Seite 56BedieningOpenenensluiten56
Online Edition for Part no. 01 40 2 915 911 - X/16

Page 57 of 302

'yAkoestisch alarm.'yInschakelen van de waarschuwingsknipjperlichtinstallatie.
In-enuitschakelen
Tegelijkertijd wordt met het ontgrendelen en vergrendelen van de auto via de afstandsbejdiening of via het comforttoegangssysteem de
alarminstallatie in- en uitgeschakeld.
Portierenopenenbijingeschakelde
alarminstallatie
De alarminstallatie gaat af bij het openen van
een portier, als deze met de geïntegreerde
sleutel via het portierslot is ontgrendeld.
Alarm be

Page 58 of 302

Hellingshoeksensoren
interieurbeveiliginguitschakelen
Toets van de afstandsbediening binnen10 seconden opnieuw indrukken, zodra
de auto vergrendeld is.
Controlelampje brandt circa 2 seconden en gaat daarna knipperen.
Hellingshoeksensor en interieurbeveiliging zijn
totdat de auto opnieuw wordt ont- en vergrenj
deld uitgeschakeld.
Alarmbeëindigen'yVoertuig met afstandsbediening ontgrenj
delen of contact inschakelen, eventueel door noodherkenning van afstandsbediejning, zie pagina 45.'yMet comforttoegangssysteem:
Bij meegevoerde afstandsbediening porj
tiergreep van het bestuurders- of passaj
giersportier volledig omvatten.
Ruitbediening
Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING
Bij de bediening van de ruiten kunnen lij
chaamsdelen of voorwerpen worden ingej
klemd. Er bestaat kans op letsel of schade. Bij
het openen en sluiten erop letten dat het bej
wegingsgebied van de ruiten vrij is.'

Page 59 of 302

'y Schakelaar door het drukpunt heen
drukken.
De ruit wordt automatisch gesloten. Opj
nieuw trekken stopt de beweging.
Comfortsluiten met de afstandsbediening, zie pagina 44.
Sluiten via het comforttoegangssysteem, zie pagina 48.
Nahetuitschakelenvanhetcontact
De ruiten kunnen nog worden bediend:
'yIn standby-modus van de radio gedurende
langere tijd.'yBij uitgeschakeld contact gedurende circa
1 minuut.
Inklembeveiliging
Algemeen
Overtreft de sluitkracht bij het sluiten van een
ruit een bepaalde waarde, dan wordt het sluij ten onderbroken.
De ruit wordt een beetje geopend.
Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING
Accessoires op de ruiten, bijv. antennes,
kunnen de inklembeveiliging nadelig beïnvloej den. Er bestaat kans op letsel. Geen accessoij
res in het bewegingsgebied van de ruiten bej
vestigen.'

Page 60 of 302

WAARSCHUWING
Kinderen of dieren die zonder toezicht in
de auto worden achtergelaten kunnen de auto
in beweging zetten en zichzelf of het verkeer in
gevaar brengen, bijv. door de volgende handej lingen:'yIndrukken van de start/stop-knop.'yParkeerrem vrijzetten.'yPortieren of ruiten openen en sluiten.'yKeuzehendelstand N inschakelen.'yUitrustingen van de auto bedienen.
Er bestaat gevaar voor ongevallen of kans opletsel. Kinderen of dieren niet zonder toezicht
in de auto laten. Bij het verlaten van de auto de
afstandsbediening meenemen en de auto verj
grendelen.'

Page:   < prev 1-10 ... 11-20 21-30 31-40 41-50 51-60 61-70 71-80 81-90 91-100 ... 310 next >