BMW X5 2019 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 211 of 454

Deautokanbijlagesnelheidafgeremdworden
totstilstand.
Deremingreepvolgtalleenwanneerderijstabilij
teitnietbeperktwerd,bijvoorbeelddoordeactij veringvandedynamischestabiliteitscontroleDSC.
Deremingreepkandoorhetindrukkenvanhet
gaspedaalofdooreenactievestuurbeweging wordenafgebroken.
Hetherkennenvanobjectenkanbeperktzijn.
Houdrekeningmetdegrenzenvanhetdetectiej
gebiedendefunctionelebeperkingen.
Grenzenvanhetsysteem Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Hetsysteemkandoorbeperkingenvanhet
systeemniet,telaat,onjuistofongegrondreaj
geren.Erbestaatkansopeenongevalof schade.Deaanwijzingenoverdegrenzenvan
hetsysteeminachtnemeneneventueelactief
ingrijpen.
Bovenstesnelheidsgrens
Hetsysteemreageertopvoetgangersenfietsersalsdeeigensnelheidonder80km/hligt.
Detectiegebied Hetdetectievermogenvanhetsysteemisbej
perkt.
Daaromkanhetgebeurendaternietoftelaat
wordtgewaarschuwd.
Hetvolgendewordtbijvoorbeeldmogelijkerwijs nietherkend:
'xDeelsniet-zichtbarevoetgangers.'xVoetgangersdiewegensdegezichtshoekof
contournietalszodanigherkendworden.'xVoetgangersbuitenhetdetectiegebied.'xVoetgangerskleinerdancirca80cm.Beperktewerking
Dewerkingkanbijvoorbeeldindevolgendesituj
atiesbeperktzijn:'xBijdichtemistenhevigeregenofsneeuwval.'xInscherpebochten.'xBijdeactiveringvanderijstabiliteitsregelsysj temen,bijvoorbeeldDSCOFF.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.'xAfhankelijkvandeuitrusting:bijvervuilingof
afgedekteradarsensoren.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaaghangende zon.'xInhetdonker.
NightVisionmet
herkenningvanpersonenendieren
Principe
NightVisionmetherkenningvanpersonenen
diereniseennachtzichtsysteem.
Eeninfraroodcameradetecteerthetgebiedvoor deautoenwaarschuwtvoorpersonenendierenopdestraat.Warmeobjectenmeteenmensej
lijkeofdierlijkevormwordendoorhetsysteem herkend.Hetwarmtebeeldkanindiennodigop
hetControlDisplaywordenweergegeven.
Afhankelijkvandeuitvoeringwordendegeregij streerdeobjectenvooreenbetereherkenningmetdedynamischemarkeringsverlichtingverj
licht,ziepagina 215.
Seite211VeiligheidBEDIENING211
OnlineEditionforPartno.01402896742-X/18

Page 212 of 454

Algemeen
Warmtebeeld
Dewarmteuitstralingvanobjecteninhetgej zichtsveldvandecamerawordtweergegeven.
Warmeobjectenwordenlichtweergevenen koudeobjectendonker.
Deherkenbaarheidhangtafvanhettemperaj
tuurverschilmetdeachtergrondenvande
warmtediehetobjectuitstraalt.Objectenmet
geringtemperatuurverschiltenaanzienvande
omgevingofmetgeringewarmteuitstralingzijn
beperktherkenbaar.
Omveiligheidsredenenwordthetbeeldvanaf circa5km/hengeringehelderheidvandeomgej
vingalleenbijingeschakelddimlichtweergegej
ven.
Metbepaaldeintervallenwordtgedurendeeen fractievaneensecondeeenstilstaandbeeldweergegeven.
Herkenningvanpersonenendieren
Deobjectherkenningen-waarschuwingwerktalj
leeninhetdonker.
Objectenmeteenmenselijkevormenvolj
doendewarmteuitstralingwordenherkend.
Daarnaastherkenthetsysteemookdierenvanaf
eenbepaaldegrootte,bijvoorbeeldree

Page 213 of 454

aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenindebetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht Toetsenindeauto
IntelligentSafety
Warmtebeeld
Camera
Bijlagebuitentemperaturenwordtdecameraauj
tomatischverwarmd.
Bijingeschakeldeautoverlichtingwordtbijhet
bedienenvanderuitensproeierinstallatie,ziepaj gina 154,hetcameraobjectiefopgezettetijden
meegereinigd.
Inschakelen
Automatischinschakelen Hetsysteemwordtbijvertrekinhetdonkerautoj
matischgeactiveerd.
Warmtebeeldinschakelen
Aanvullendopdewaarschuwingsfunctiekanop
hetControlDisplayhetwarmtebeeldvande NightVision-camerawordenweergegeven.Dezefunctieheeftgeeninvloedopdeobjectherkenj
ning.
Toetsindrukken.
HetbeeldvandecamerawordtophetControl
Displayweergegeven.
Warmtebeeldinstellen
Bijingeschakeldwarmtebeeldkunnenhelderheid
encontrastingesteldworden.
ViaiDrive:1.Helderheidofcontrastselecteren:'xHelderheid.'xContrast.2.Steldegewenstewaardein.
Waarschuwingsfunctie
Weergave
SymboolBetekenisPersoonswaarschuj
wing.Dierwaarschuwing.Seite213VeiligheidBEDIENING213
OnlineEditionforPartno.01402896742-X/18

Page 214 of 454

SymboolBetekenisSymboolbrandtrood.Vooralarm.Symboolknippert
roodenerklinkteen
signaal.Acutewaarschuwing.
Hetweergegevensymboolkanvari

Page 215 of 454

'xNiet-zichtbareofdeelszichtbarepersonenof
dieren,inhetbijzonderniet-zichtbaarhoofd/ kop.'xPersonenineennietstaandehouding,bijj
voorbeeldliggend.'xFietsersopniet-gebruikelijkefietsen,bijvoorj beeldligfietsen.'xNaeenmechanischeinwerkingophetsysjteem,bijvoorbeeldnaeenongeval.
Dynamische
markeringsverlichting
Algemeen
Naastdewaarschuwingwordenherkendeobjecjtenmetdedynamischemarkeringsverlichting
beschenen.
Dedynamischemarkeringsverlichtingisvanaf
circa20km/hbeschikbaar.
Hetobjectwordtzolangbeschenen,tothetzich nietmeerinhetwaarschuwingsgebiedbevindt.
Metdedynamischemarkeringsverlichtingbrandt hetcontrolelampjevoorgrootlicht.
Dedynamischemarkeringsverlichtingisbej
standdeelvandeLED-oflaservoorlichten.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
'xAutomatischeverlichtingsregelingisactief.'xHetdimlichtofgrootlichtbrandt.'xGeenlichtbronnenofverlichteverkeersdeelj
nemersinhetwaarschuwingsgebied.
Inschakelen/uitschakelen
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Dynamischmarkeringslicht
TijdelijkuitschakelenTijdenshetbrandenvandedynamischemarkej
ringsverlichtinghetlichtsignaalbedienen.Dedyj namischemarkeringsverlichtingwordtvoordeactuelewaarschuwinguitgeschakeld.
LaneDepartureWarning
Principe
HetLaneDepartureWarning-systeemwaarj
schuwtwanneerdeautodreigtvandewegof rijstrookaftegeraken.
Algemeen Ditsysteemmetcamerawaarschuwtvanafeenminimumsnelheid.
Deminimumsnelheidislandspecifiekenwordtin
hetmenuvandeIntelligentSafety-systemen weergegeven.
Waarschuwingenwordenviatrillingeninhet stuurgegeven.Desterktevandestuurtrillingen kanwordeningesteld.
Hetsysteemwaarschuwtnietwanneervoorhet verlatenvanderijstrookrichtingwordtaangegejven.
Wordtinhetsnelheidsbereiktot210km/heen
rijbaanbegrenzingoverschreden,dangrijpthet
systeemnaastdetrillingookindooreenkorte
actievestuuringreep.Hetsysteemondersteunt
Seite215VeiligheidBEDIENING215
OnlineEditionforPartno.01402896742-X/18

Page 216 of 454

debestuurderomdeautobinnenderijbaantehouden.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomhetwegverloopende
verkeerssituatiejuistinteschatten.Erbestaat
gevaarvoorongevallen.Rijstijlaandeverkeersj
situatieaanpassen.Verkeerssituatieobserveren
enindebetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Bijwaarschuwingenhetstuurwielnietonnodig
heftigbewegen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet
vanuweigenverantwoording.Doorsysteemj
beperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin
debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Voorwaardenvooreencorrecte
werking
Derijbaanbegrenzingenmoetendoordecamera
wordenherkendopdathetLaneDepartureWarj
ning-systeemwerkt.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Camera
Decamerabevindtzichbijdebinnenspiegel. Voorruitvoordebinnenspiegelschoonenvrij
houden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen DeLaneDepartureWarningwordtopnieuwaujtomatischgeactiveerdnahetvertrek,alsde
functiebijbe

Page 217 of 454

AlsalleIntelligentSafety-systemenuitgeschaj
keldzijn,wordennuallesystemeningeschakeld.
INDIVIDUALconfigureren:afhankelijkvande
uitvoeringkunnendeIntelligentSafety-systemen afzonderlijkgeconfigureerdworden.Deindivij
dueleinstellingenwordengeactiveerdenopgej slagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurj
dersprofiel.Zodrainhetmenueeninstelling
wordtgewijzigd,wordenalleinstellingenvanhet
menugeactiveerd.
Toetsherhaaldelijkindrukken.
Erwordttussendevolgendeinstellinj
gengewisseld:
ALLON:alleIntelligentSafety-systemenworj deningeschakeld.Voordesubfunctiesworden basisinstellingengeactiveerd.
INDIVIDUAL:deIntelligentSafety-systemen
wordenovereenkomstigdeindividueleinstellinj
geningeschakeld.
EnkeleIntelligentSafety-systemenkunnenniet afzonderlijkuitgeschakeldworden.
Toetsingedrukthouden.
AlleIntelligentSafety-systemenworden
uitgeschakeld.ToetsStatusToetsbrandtgroen:alleIntelligentSaj
fety-systemenzijningeschakeld.Knopbrandtoranje:enkeleIntelligent
Safety-Systemenzijnuitgeschakeldof momenteelnietbeschikbaar.Toetsbrandtniet:enkeleIntelligent
Safety-systemenzijnuitgeschakeld.
Waarschuwingstijdstipinstellen
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Rijstrookverlatenwaarschuwing6.Gewensteinstellingselecteren:'xvroeg:hetsysteemwaarschuwtvroeginiedereherkendegevaarlijkesituatie.'xgemiddeld:hetsysteemvolgtdegej
standaardiseerdeveiligheidsvereisten.'xbeperkt:afhankelijkvandesituatieworj
denbepaaldewaarschuwingenonderj drukt,bijvoorbeeldbijhetinhalenzonderrichtingaantegevenofbijhetbewustrijj
denoverrijstrookmarkeringeninbochten.'xuit:ervindengeenwaarschuwingen plaats.
Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Sterktevandestuurwieltrillingen
instellen
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Retourmeldingenophetstuurwiel5.Gewensteinstellingselecteren.
DeinstellingwordtovergenomenvooralleIntellij
gentSafety-systemenenopgeslagenvoorhet
momenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Stuuringreepin-/uitschakelen Destuuringreepkanafzonderlijkvoorrijstrookj
wisselmeldingenLaneDepartureWarningworj
denin-enuitgeschakeld.
ViaiDrive:
1.CAR2.Instellingen3.Bestuurdersassistent4.Veiligheidenwaarschuwingen5.Rijstrookverlatenwaarschuwing6.StuuringreepSeite217VeiligheidBEDIENING217
OnlineEditionforPartno.01402896742-X/18

Page 218 of 454

Degekozeninstellingwordtopgeslagenvoorhetmomenteelgebruiktebestuurdersprofiel.
Weergaveinhet instrumentenpaneel
Hetsymboolbrandtgroen:tenminste
aan

Page 219 of 454

lijkerijbaanbegrenzingen,zoalsbijvoorbeeldbijwegwerkzaamheden.'xAlsrijbaanbegrenzingenbedektzijnmet
sneeuw,ijs,vuilofwater.'xInscherpebochtenofopsmallewegen.'xAlsrijbaanbegrenzingennietwitzijn.'xAlsrijbaanbegrenzingenbedektzijndoorobj
jecten.'xBijdichtachterhetvoorliggendevoertuigrijj den.'xBijaanhoudendeverblindendewerkingdoor
tegenlicht,bijvoorbeelddoorlaaghangende zon.'xWanneerhetgezichtsveldvandecameraof
devoorruitrondomdebinnenspiegelvervuild
ofafgedektis.'xAlsdecameravanwegetehogetemperatuj renoververhitentijdelijkuitgeschakeldis.'xTot10secondennahetstartenvandemotor
viadestart-/stopknop.'xTijdensdekalibratieprocedurevandecamera
directnaafleveringvandeauto.
Alsdewerkingisbeperkt,wordtereventueel
eenCheck-Control-meldingweergegeven.
Rijstrookwisselmelding
Principe Derijstrookwisselmeldingherkentvoertuigenin
dedodehoekofwanneervoertuigenopde naastgelegenrijstrookvanachterennaderen.Indezesituatieswordteenwaarschuwinginverj
schillendefasesgegeven.
Algemeen
Tweeradarsensorenindeachterbumperbewaj kenvanafeenminimumsnelheidhetgebiedachjterennaastdeauto.
DeminimalesnelheidwordtinhetmenuvoorInj
telligentSafety-systemenweergegeven.
Hetsysteemlaatzienwanneerzichvoertuigenin dedodehoekbevinden,pijl1,ofopdenaastgej
legenrijstrookvanachterennaderen,pijl2.
Hetlampjeindebuitenspiegelgaatgedimd
branden.
Bijveranderenvanrijbaanmetingeschakelde
richtingaanwijzerwaarschuwthetsysteeminde
eerdergenoemdesituaties.
Hetlampjeindebuitenspiegelknippertenhet
stuurwieltrilt.
Autometwaarschuwingssysteemvoorzijdej
lingseaanrijdingen:bijsnelhedentot210km/h
kanhetsysteemmeteenkorteactievestuurbej
wegingingrijpenenzohelpenomdeautoterug
opderijstrooktebrengen.Destuuringreep
wordtpasvanafeenminimalesnelheiduitgej
voerd.DieminimalesnelheidwordtophetConj
trolDisplayinhetmenuvoorstuuringrepen
weergegeven,ziepagina 221.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Hetsysteemontlastunietvanpersoonlijkeverj
antwoordelijkheidomdezichtomstandigheden
endeverkeerssituatiejuistinteschatten.Er bestaatgevaarvoorongevallen.Rijstijlaande
Seite219VeiligheidBEDIENING219
OnlineEditionforPartno.01402896742-X/18

Page 220 of 454

verkeerssituatieaanpassen.Verkeerssituatie
observerenenindebetreffendesituatiesactief
ingrijpen.
WAARSCHUWING
Weergavenenwaarschuwingenontslaanuniet vanuweigenverantwoording.Doorsysteemjbeperkingenkunnenwaarschuwingenofreacj
tiesvanhetsysteemniet,telaat,onjuistofonj
gegrondwordenafgegeven.Erbestaatgevaar
voorongevallen.Rijstijlaandeverkeerssituatie
aanpassen.Verkeerssituatieobserverenenin debetreffendesituatiesactiefingrijpen.
Overzicht
Toetsindeauto
IntelligentSafety
Radarsensoren
Deradarsensorenbevindenzichindeachterj bumper.
Bumperbijderadarsensorenschoonenvrijhoujden.
In-/uitschakelen
Automatischinschakelen Dewaarschuwingrijbaanwisselenwordtopj
nieuwautomatischgeactiveerdnahetvertrek,
alsdefunctiebijbe

Page:   < prev 1-10 ... 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 241-250 251-260 ... 460 next >