BMW X6 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 191 of 316

Luchtrecirculatiefunctie
Principe
Bij sterk verontreinigde buitenlucht kunt u de
toevoer van buitenlucht tijdelijk afsluiten. De lucht in het interieur wordt dan gerecirculeerd.
Bediening Toets herhaald indrukken, om eenfunctie op te roepen:'yLED uit: buitenlucht stroomt continu naarbinnen.'yLED aan, luchtrecirculatiefunctie: de toej
voer van buitenlucht is permanent afgesloj ten.
Luchthoeveelheidhandmatigregelen
Principe
De luchthoeveelheid voor de klimaatregeling
kan handmatig ingesteld worden.
Algemeen
Om de luchthoeveelheid handmatig te kunnen
regelen, eerst het AUTO-programma uitschaj
kelen.
Bediening Linker- of rechterzijde van de toets inj
drukken: luchthoeveelheid verkleinen
of vergroten.
De geselecteerde luchthoeveelheid wordt op het display van de automatische airconditioj ning weergegeven.
De luchthoeveelheid van de airconditioning wordt eventueel tot aan het uitschakelen gerejduceerd om de accu te ontzien.
Luchtverdelinghandmatigregelen
Principe
De luchtverdeling voor de klimaatregeling kan handmatig ingesteld worden.
Bediening Toets herhaald indrukken om een proj
gramma te selecteren:'yTer hoogte van het bovenlichaam.'yTer hoogte van het bovenlichaam en de
beenruimte.'yBeenruimte.'yRuiten en beenruimte.'yRuiten, ter hoogte van het bovenlichaam
en beenruimte.'yRuiten: alleen aan de bestuurderszijde.'yRuiten en ter hoogte van het bovenlij chaam.
Ruitenontdooienenontwasemen
Principe
IJs en condens verdwijnen snel van de voorruit
en voorste zijruiten.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
LED brandt bij ingeschakeld systeem.
Luchthoeveelheid kan bij een actief proj
gramma worden aangepast.
Achterruitverwarming Toets indrukken. LED brandt.
Achterruitverwarming wordt na enige
tijd automatisch uitgeschakeld.
Microfilter Het microfilter filtert stof en pollen uit de binj
nenstromende lucht.
Seite 191KlimaatregelingBediening191
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 192 of 316

Deze filters bij het onderhoud, zie pagina 270,
van de auto laten vervangen.
Uitgebreideairconditioning
1Luchtverdeling, links2Temperatuur, links3AUTO-programma, links4Luchthoeveelheid, AUTO-intensiteit, links, restwarmte5IJs en wasem verwijderen6Maximaal koelen7Display8Luchthoeveelheid, AUTO-intensiteit,
rechts9AUTO-programma, rechts10Temperatuur, rechts11Luchtverdeling, rechts12Stoelverwarming, rechts\_ 5613Actieve stoelventilatie, rechts\_ 5714AUC/luchtrecirculatiefunctie15Koelfunctie16Achterruitverwarming17SYNC-programma18Actieve stoelventilatie, links\_5719Stoelverwarming, links\_56Seite 192BedieningKlimaatregeling192
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 193 of 316

Aircofunctiesindetail
Systeemin-/uitschakelen Inschakelen
Willekeurige toets indrukken, met volgende uitzonderingen:'yAchterruitverwarming.'yLinker toetszijde Luchthoeveelheid.'yStoelverwarming.'yStoelventilatie.'yEvt. SYNC-programma.
Uitschakelen
'yCompleet systeem:
Toets aan de bestuurderszijdelinks ingedrukt houden, tot het
systeem wordt uitgeschakeld.'yOp de passagierszijde:
Toets aan de passagierszijde linksingedrukt houden.
Temperatuur
Principe
De geïntegreerde verwarmings- en airconditij
oningsregeling regelt de ingestelde temperaj tuur zo snel mogelijk, indien nodig met het
hoogste koel- of verwarmingsvermogen, en
houdt deze dan constant.
Instellen Aan de draaiknop draaien om de
gewenste temperatuur in te
stellen.
Wisselingen tussen verschillende temperaj
tuurinstellingen kort achter elkaar voorkomen. De airconditioning met elektronische temperaj
tuurregeling heeft dan niet voldoende tijd om
de ingestelde temperatuur te regelen.
Weergave
Symbool wordt permanent in het display
van de airconditioning weergegeven.
Koelfunctie
Principe
De lucht in het interieur wordt gekoeld, gej
droogd en afhankelijk van de temperatuurinj stelling weer verwarmd.
Koeling van het interieur is alleen bij draaiende motor mogelijk.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
De airconditioningsfunctie wordt in- of
uitgeschakeld.
Na het starten van de motor kunnen afhankelijk van de weersomstandigheden de voor- en zijj ruiten korte tijd beslaan.
In het AUTO-programma wordt automatisch
de koelfunctie ingeschakeld.
In de airconditioning ontstaat condenswater,
zie pagina 223, dat onder de auto wegloopt.
Maximaalkoelen
Principe
Het systeem is ingesteld op de laagste tempej
ratuur, de optimale luchthoeveelheid en de
luchtrecirculatiestand.
Algemeen
De functie is beschikbaar boven een buitenj
temperatuur van circa 0 

Page 194 of 316

De lucht stroomt uit de uitstroomopeningenter hoogte van het bovenlichaam. De uitjstroomopeningen daarom openen.
Luchthoeveelheid kan bij een actief proj
gramma worden aangepast.
AUTO-programma
Principe
Luchthoeveelheid, luchtverdeling en temperaj tuur worden automatisch geregeld.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
Afhankelijk van de gekozen temperaj
tuur, de intensiteit van het AUTO-programma
en van externe invloeden wordt de lucht naar
de voorruit, de zijruiten, in de richting van het
bovenlichaam en naar de beenruimte gevoerd.
In het AUTO-programma wordt eveneens auj
tomatisch de koelfunctie, zie pagina 193, ingej
schakeld.
Een condenssensor regelt tegelijkertijd het programma zodanig, dat het beslaan van de
ruiten zo veel mogelijk wordt voorkomen.
Intensiteit
Bij ingeschakeld AUTO-programma kan de auj tomatische regeling van de intensiteit worden
veranderd.
Linker- of rechterzijde van de toets inj
drukken: intensiteit verkleinen of verj
groten.
De geselecteerde intensiteit wordt op het disj play van de automatische airconditioning weergegeven.Automatische
luchtrecirculatieregelingAUC/
luchtrecirculatiefunctie
Principe
De automatische luchtrecirculatieregeling AUC herkent schadelijke stoffen in de buitenlucht.
De toevoer van buitenlucht wordt geblokkeerd
en de binnenlucht wordt gerecirculeerd.
Algemeen
Als het systeem is geactiveerd herkent een sensor schadelijke stoffen in de buitenlucht en
regelt de blokkering automatisch.
Als het systeem is gedeactiveerd stroomt perj
manent buitenlucht het interieur binnen.
Bij continu ingeschakelde luchtrecirculatie verj
slechtert de luchtkwaliteit in de auto en bej
slaan de ruiten steeds meer.
In-/uitschakelen Toets herhaald indrukken, om eenfunctie op te roepen:'yLED's uit: buitenlucht stroomt continu naarbinnen.'yLinker LED aan, AUC-werking: een sensor
herkent schadelijke stoffen in de buitenj
lucht en regelt de blokkering automatisch.'yRechter LED aan, luchtrecirculatiefunctie:
de toevoer van buitenlucht is permanent
afgesloten.
Bij het beslaan van de ruiten de luchtreciculatie
uitschakelen en de AUTO-toets op de bej stuurderszijde indrukken, om gebruik te kunjnen maken van de voordelen van de condensjsensor. Ervoor zorgen dat er lucht naar de
voorruit kan stromen.
Luchthoeveelheidhandmatigregelen Principe
De luchthoeveelheid voor de klimaatregeling kan handmatig ingesteld worden.
Seite 194BedieningKlimaatregeling194
Online Edition for Part no. 01402977606 - II/17

Page 195 of 316

Algemeen
Om de luchthoeveelheid handmatig te kunnen
regelen, eerst het AUTO-programma uitschaj kelen.
Bediening Linker- of rechterzijde van de toets injdrukken: luchthoeveelheid verkleinen
of vergroten.
De geselecteerde luchthoeveelheid wordt op
het display van de automatische airconditioj
ning weergegeven.
De luchthoeveelheid van de airconditioning
wordt eventueel tot aan het uitschakelen gerej
duceerd om de accu te ontzien.
Luchtverdelinghandmatigregelen
Principe
De luchtverdeling voor de klimaatregeling kan
handmatig ingesteld worden.
Bediening Toets herhaald indrukken om een proj
gramma te selecteren:'yTer hoogte van het bovenlichaam.'yTer hoogte van het bovenlichaam en de
beenruimte.'yBeenruimte.'yRuiten en beenruimte.'yRuiten, ter hoogte van het bovenlichaam
en beenruimte.'yRuiten: alleen aan de bestuurderszijde.'yRuiten en ter hoogte van het bovenlij chaam.
Bij het beslaan van de ruiten de AUTO-toetsop de bestuurderszijde indrukken, om gebruik
te kunnen maken van de voordelen van de
condenssensor.
SYNC-programma
Principe
Met het systeem is het mogelijk om, actuele instellingen van de bestuurderszijde voor temjperatuur, luchthoeveelheid, luchtverdeling en
AUTO-programma worden op de passagiersj
zijde en achterin links/rechts over te dragen.
In-/uitschakelen Het programma wordt uitgeschakeld
als instellingen op de passagierszijde
of achterin worden gewijzigd.
Restwarmte
Principe
De in de motor opgeslagen warmte wordt voor
de verwarming van het interieur gebruikt. Na
het afzetten van de motor is dit tot maximaal
15 minuten mogelijk.
Voorwaardenvooreencorrectewerking'yBedrijfswarme motor.'yVoldoende laadtoestand van de accu.'yBuitentemperatuur onder 25 

Page 196 of 316

Uitschakelen
In de kleinste aanjagerstand de toets aan bej stuurderszijde links indrukken.
Symbool op het display van de airconditioj
ning met elektronische temperatuurregeling
gaat uit.
Ruitenontdooienenontwasemen Principe
IJs en condens verdwijnen snel van de voorruit
en voorste zijruiten.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
LED brandt bij ingeschakeld systeem.
Richt hiervoor de ventilatieroosters aan de zijj
kant c.q. de zijruiten.
Luchthoeveelheid kan bij een actief proj
gramma worden aangepast.
Bij het beslaan van de ruiten ook de koelfuncj tie inschakelen en de AUTO-toets indrukken,
om gebruik te kunnen maken van de voordelen
van de condenssensor.
Achterruitverwarming Toets indrukken. LED brandt.
Achterruitverwarming wordt na enige
tijd automatisch uitgeschakeld.
Micro-/actief-koolstoffilter
Het microfilter filtert stof en pollen uit de binj
nenstromende lucht.
Het actief-koolstoffilter reinigt de binnenkoj
mende buitenlucht van gasvormige schadelijke stoffen.
Deze gecombineerde filters bij het onderhoud,
zie pagina 270, van de auto laten vervangen.
Ventilatie
Ventilatie,voor'yGekartelde knoppen voor het vari

Page 197 of 316

Ventilatieachterin,midden'yGekartelde knoppen voor het vari

Page 198 of 316

Maximaalkoelen
Principe Het systeem is ingesteld op de laagste tempej
ratuur, de maximale luchthoeveelheid en de
luchtrecirculatiestand.
Algemeen
Lucht wordt zo snel mogelijk gekoeld:'yVia een buitentemperatuur van circa 0 

Page 199 of 316

Interieurvoorventilatie/-
verwarming
Principe
De interieurvoorventilatie ventileert het interij
eur en laat de temperatuur in de auto zo nodig
dalen.
De interieurvoorverwarming verwarmt het intej
rieur, sneeuw en ijs kunnen gemakkelijker worj
den verwijderd. Bij uitgeschakeld contact wordt de lucht automatisch naar de voorruit,
de zijruiten en de beenruimte geleid.
Algemeen De systemen kunnen met twee voorgeselecj
teerde starttijden of direct worden in- en uitgej
schakeld.
Aan de hand van de temperatuur wordt autoj matisch de inschakeltijd bepaald. De systemen
worden voldoende v

Page 200 of 316

maximale inschakeltijd begrensd, om de
accu te ontzien. Na het starten van de moj tor resp. een korte rit is het systeem weer
beschikbaar.'yTankinhoud ligt boven de reservevoorraad.
Bij een kleine tankinhoud en schuin geparj keerde auto kan de functie van de interij
eurvoorverwarming beperkt zijn.'yErvoor zorgen dat datum en tijd van de
auto juist zijn ingesteld.'yUitstroomopeningen van de ventilatie opej
nen zodat lucht kan uitstromen.
Werd de interieurvoorverwarming meerdere
maanden niet gebruikt, dan kan het nodig zijn
na enkele minuten het systeem nogmaals in te schakelen.
Directin-/uitschakelen
Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3."Meteen activeren"
Symbool op de airconditioning knippert bij
ingeschakeld systeem.
Na het uitschakelen blijft het systeem nog
enige tijd in werking.
Vertrektijdinstellen Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Klimaatbediening"3.Vertrektijd selecteren.
Aan controller draaien, totdat het gewenste
vertrektijdveld is geselecteerd en controller
indrukken.4.Tijd instellen.
Controller draaien tot het gewenste tijdstip
is ingesteld en controller indrukken.Vertrektijdactiveren
Op het Control Display:1."Instellingen"2.Evt. "Klimaatbediening"3.Gewenste vertrektijd activeren:
"voor vertrek om"
Symbool op de automatische airconditioj
ning brandt bij geactiveerde vertrektijd.
Symbool van de airconditioning met elekj
tronische temperatuurregeling knippert, als het systeem ingeschakeld is.
Het systeem wordt alleen binnen de komende
24 uren ingeschakeld. Daarna moet het opj
nieuw worden geactiveerd.
Afstandsbediening
Veiligheidsaanwijzing OPMERKING
De bestanddelen van accu's kunnen
schade veroorzaken. Er bestaat gevaar voor schade. Geen accu's gebruiken.'

Page:   < prev 1-10 ... 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 ... 320 next >