BMW X6 M 2017 Instructieboekjes (in Dutch)

Page 191 of 300

Inschakelen1.Contact uitschakelen.2. De toets aan bestuurderszijde
rechts indrukken.
Symbool wordt op het display van de airj
conditioning met elektronische temperatuurrej
geling weergegeven.
Met ingeschakeld contact kunnen interieurj temperatuur, luchthoeveelheid en luchtverdej
ling worden ingesteld.
Uitschakelen
In de kleinste aanjagerstand de toets aan bej stuurderszijde links indrukken.
Symbool op het display van de airconditioj
ning met elektronische temperatuurregeling
gaat uit.
Ruitenontdooienenontwasemen Principe
IJs en condens verdwijnen snel van de voorruit
en voorste zijruiten.
In-/uitschakelen Toets indrukken.
LED brandt bij ingeschakeld systeem.
Richt hiervoor de ventilatieroosters aan de zijj
kant c.q. de zijruiten.
Luchthoeveelheid kan bij een actief proj
gramma worden aangepast.
Bij het beslaan van de ruiten ook de koelfuncj tie inschakelen en de AUTO-toets indrukken,
om gebruik te kunnen maken van de voordelen
van de condenssensor.
Achterruitverwarming Toets indrukken. LED brandt.
Achterruitverwarming wordt na enige
tijd automatisch uitgeschakeld.
Micro-/actief-koolstoffilter
Het microfilter filtert stof en pollen uit de binj
nenstromende lucht.
Het actief-koolstoffilter reinigt de binnenkoj
mende buitenlucht van gasvormige schadelijke stoffen.
Deze gecombineerde filters bij het onderhoud,
zie pagina 259, van de auto laten vervangen.
Ventilatie Ventilatie,voor'yGekartelde knoppen voor het variëren van
de temperatuur op het bovenlichaam, pijl 1.
Naar blauw: kouder.
Naar rood: warmer.
De ingestelde interieurtemperatuur voor
bestuurder en passagier wordt daardoor
niet gewijzigd.'yHendel voor aanpassen van de uitstroomj
richting, pijlen 2.'yGekartelde knoppen voor het traploos opej nen en sluiten van de uitstroomopeningen,pijlen 3.
Instellen
'yVentilatie om te koelen:
Uitstroomopeningen zo richten, dat de lucht in uw richting wordt geleid, bijvoorj
beeld bij een opgewarmde auto.'yTochtvrije ventilatie:Seite 191KlimaatregelingBediening191
Online Edition for Part no. 01402978535 - II/17

Page 192 of 300

Uitstroomopeningen zo richten dat de
lucht langs u stroomt.
Ventilatieachterin,midden
'yGekartelde knoppen voor het variëren van
de temperatuur, pijlen 1.
Naar blauw: kouder.
Naar rood: warmer.'yHendel voor aanpassen van de uitstroomj
richting, pijlen 2.'yGekartelde knoppen voor het traploos opej nen en sluiten van de uitstroomopeningen,pijl 3.
BMWX5M:ventilatie,zijde
'yGekartelde knop voor het traploos openen
en sluiten van de uitstroomopeningen,
pijl 1.'yHendel voor aanpassen van de uitstroomj
richting, pijl 2.Automatischeaircoachterin
Overzicht1Temperatuur2AUTO-programma3Luchtverdeling4Luchthoeveelheid, AUTO-intensiteit5Display6Maximaal koelen7Stoelverwarming\_ 72
Automatischeaircoachterinin-/
uitschakelen
1."Mijn auto"2."Auto instellingen"3."Klimaatcomfort"4."Klimaat achterin"
De automatische airco achterin is niet gej
bruiksklaar, als de airconditioning met elektroj nische temperatuurregeling uitgeschakeld is ofde functie ruiten ontdooien en ontwasemen
actief is.
Systeemin-/uitschakelen
Inschakelen
Willekeurige toets indrukken, met volgende uitzonderingen:
'yLinker toetszijde Luchthoeveelheid.'yStoelverwarming.Seite 192BedieningKlimaatregeling192
Online Edition for Part no. 01402978535 - II/17

Page 193 of 300

UitschakelenToets links ingedrukt houden.
Temperatuur Aan de draaiknop draaien om degewenste temperatuur in te
stellen.
De automatische airconditioning regelt deze
temperatuur zo snel mogelijk, indien nodig met
het hoogste koel- of verwarmingsvermogen,
en houdt deze dan constant.
Wisselingen tussen verschillende temperaj tuurinstellingen kort achter elkaar voorkomen.
De airconditioning met elektronische temperaj
tuurregeling heeft dan niet voldoende tijd om
de ingestelde temperatuur te regelen.
Weergave
Symbool wordt permanent in het display
van de airconditioning weergegeven.
Maximaalkoelen
Principe Het systeem is ingesteld op de laagste tempej
ratuur, de maximale luchthoeveelheid en de
luchtrecirculatiestand.
Algemeen
Lucht wordt zo snel mogelijk gekoeld:
'yVia een buitentemperatuur van circa 0 

Page 194 of 300

De geselecteerde luchthoeveelheid wordt op
het display van de automatische airconditioj
ning weergegeven.
Luchtverdelinghandmatigregelen
Principe
De luchtverdeling voor de klimaatregeling kan
handmatig ingesteld worden.
Bediening Toets herhaald indrukken om een proj
gramma te selecteren:'yTer hoogte van het bovenlichaam.'yTer hoogte van het bovenlichaam en de
beenruimte.'yBeenruimte.
Interieurvoorventilatie/-
verwarming
Principe
De interieurvoorventilatie ventileert het interij
eur en laat de temperatuur in de auto zo nodig
dalen.
De interieurvoorverwarming verwarmt het intej
rieur, sneeuw en ijs kunnen gemakkelijker worj
den verwijderd. Bij uitgeschakeld contact wordt de lucht automatisch naar de voorruit,
de zijruiten en de beenruimte geleid.
Algemeen De systemen kunnen met twee voorgeselecj
teerde starttijden of direct worden in- en uitgej
schakeld.
Aan de hand van de temperatuur wordt autoj matisch de inschakeltijd bepaald. De systemen
worden voldoende v

Page 195 of 300

maximale inschakeltijd begrensd, om de
accu te ontzien. Na het starten van de moj tor resp. een korte rit is het systeem weer
beschikbaar.'yErvoor zorgen dat datum en tijd van de
auto juist zijn ingesteld.'yUitstroomopeningen van de ventilatie opej
nen zodat lucht kan uitstromen.
Interieurvoorverwarming
'yStarttijd vooraf geselecteerd: afhankelijk
van de binnen-, buiten- en ingestelde gej
wenste temperatuur.'yDirecte bediening via iDrive: onafhankelijk
van de buitentemperatuur.'yDirecte bediening via afstandsbediening: buitentemperatuur onder circa 15 

Page 196 of 300

Afstandsbediening
Veiligheidsaanwijzing OPMERKING
De bestanddelen van accu's kunnen
schade veroorzaken. Er bestaat gevaar voor schade. Geen accu's gebruiken.'

Page 197 of 300

Toets zo vaak indrukken tot het gewenj
ste menu wordt weergegeven.
Functiesactiveren/deactiveren
Naast een aantal menupunten staat een selecj
tievakje. Dit geeft weer, of de functie geactij veerd of gedeactiveerd is. Door selecteren van
het menupunt wordt de functie geactiveerd of gedeactiveerd.
Functie is geactiveerd.
Functie is gedeactiveerd.
Ventilatie/verwarmingtijdensstilstand
Activeren
1. Menu selecteren.2. Toets indrukken om de ventilatie/
verwarming tijdens stilstand te activeren.
Uitschakelen
1. Menu selecteren.2. Toets indrukken om de ventilatie/
verwarming tijdens stilstand te deactivej
ren.
Timer
Er kunnen twee timers met verschillende tijden
ingesteld worden.
Er kan altijd maar één timer geactiveerd worj den.
Activeren
1.Timer 1 of timer 2 selecteren.2. Toets indrukken om het uur in
te stellen.3. Toets indrukken.4. Toets indrukken om de minuj
ten in te stellen.5. Toets tweemaal indrukken om de tij
mer te activeren.
Uitschakelen
1.Gewenste timer selecteren.2. Toets indrukken om de timer te deacj
tiveren.
Bereikvandeafstandsbediening
Het van de ontvangst afhankelijke gemiddelde bereik bedraagt ca. 150 m.
Het bereik is het grootst wanneer de afstandsj
bediening horizontaal naar voren gehouden wordt.
Frequenties
De werking van de afstandsbediening kan door
externe installaties of apparatuur die dezelfde
frequentie gebruiken worden gestoord.
Batterijenvervangen De batterijen vervangen wanneer een Check-
Control-melding getoond wordt of wanneer de
indicator van de batterij knippert.
1.Met een geschikt voorwerp het batterijvak
uit de klemsluiting halen, pijl 1.2.Deksel van het batterijvak verwijderen, pijl 2.Seite 197KlimaatregelingBediening197
Online Edition for Part no. 01402978535 - II/17

Page 198 of 300

3.Batterijen van hetzelfde type gebruiken.4.Deksel terugdrukken.
Oude batterijen door een Service Partj
ner van de fabrikant of een andere gej
kwalificeerde Service Partner of specij
alist laten afvoeren of op een verzamelpunt afgeven.
Storing
Symbool geeft aan dat er een storing is van
de voorventilatie/-verwarming tijdens stilstand.
Het systeem door een Service Partner van de
fabrikant of een andere gekwalificeerde Serj
vice Partner of specialist laten controleren.
Seite 198BedieningKlimaatregeling198
Online Edition for Part no. 01402978535 - II/17

Page 199 of 300

InterieuruitrustingUitrustingvandeauto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, landsj
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er worden daarom ook uitrustingen beschrevendie in een auto, bijvoorbeeld vanwege de
landspecifieke of gekozen speciale uitrusting
niet beschikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligj heidsrelevante functies en systemen. Bij gej
bruik van deze functies en systemen moeten
de geldende wetten en voorschriften worden
nageleefd.
Ge

Page 200 of 300

de binnenspiegel gaat knipperen. Alle proj
grammeringen van de toetsen op de binj
nenspiegel worden gewist.3.De handzender van de te bedienen installaj
tie op een afstand van circa 5 tot 30 cm bij
de toetsen op de binnenspiegel houden. De noodzakelijke afstand is afhankelijk van
de handzender.4.De toets van de gewenste functie op de handzender en de te programmeren toets
op de binnenspiegel tegelijkertijd indrukj
ken en ingedrukt houden. De LED op de binnenspiegel knippert eerst langzaam.5.Zodra de LED sneller knippert beide toetj
sen loslaten. Het snellere knipperen geeft aan, dat de toets op de binnenspiegel gejprogrammeerd werd.
Knippert de LED na uiterlijk 60 seconden niet sneller, de afstand tussen binnenspiej
gel en handzender veranderen en de stap
herhalen. Evt. zijn meerdere pogingen met
verschillende afstanden nodig. Tussen de
pogingen minimaal 15 seconden wachten.6.Voor het programmeren van verdere funcj
ties op andere toetsen de stappen 3 t/m 5 herhalen.
De installaties kunnen met de toetsen op de
binnenspiegel bediend worden.
Bijzonderheidbijwisselcode-
radiosystemen
Als de installatie na herhaald programmeren
niet bediend kan worden, controleer dan of de te bedienen installatie met een wisselcode-systeem is uitgerust.
Daarvoor de handleiding van de installatie naj
lezen of de geprogrammeerde toets op de binj nenspiegel langer indrukken. Als de LED op de
binnenspiegel eerst snel knippert en dan 2 sej
conden constant brandt, is de installatie met
een wisselcode-systeem uitgerust. Het knipj peren en branden van de LED wordt circa
20 seconden lang herhaald.
Bij installaties met een wisselcode-systeem moeten de geïntegreerde universele afstandsj
bediening en de installatie aanvullend gesynj
chroniseerd worden.
Informatie over het synchroniseren doorlezen
in de handleiding van de in te stellen installatie.
De synchronisatie wordt vergemakkelijk door
de hulp van een tweede persoon.
Geïntegreerde universele afstandsbediening
met systeem synchroniseren:1.Auto binnen de actieradius van de op afj
stand bestuurbare installatie parkeren.2.De gewenste toets op de binnenspiegel zoals beschreven programmeren.3.Toets voor het synchroniseren op de in testellen installatie richten en indrukken. Er iscirca 30 seconden tijd voor de volgende
stap.4.De geprogrammeerde toets op de binnenj
spiegel circa 3 seconden lang ingedrukt
houden en dan loslaten. Deze werkstap
herhalen, eventueel tot drie keer toe, om
het synchroniseren te voltooien. Bij volj tooid synchroniseren wordt de geprogramj
meerde functie uitgevoerd.
Afzonderlijketoetsenopnieuw
programmeren
1.Contact inschakelen.2.De te programmeren toets op de binnenj spiegel indrukken en ingedrukt houden.3.Zodra de LED op de binnenspiegel langj
zaam knippert, de handzender van de te bedienen installatie op een afstand van
circa 5 tot 30 cm bij de toetsen op de binj nenspiegel houden. De noodzakelijke afj
stand is afhankelijk van de handzender.4.De toets van de gewenste functie op de handzender indrukken en eveneens ingejdrukt houden.5.Zodra de LED op de binnenspiegel snellerknippert beide toetsen loslaten. Het snelj
lere knipperen geeft aan, dat de toets opSeite 200BedieningInterieuruitrusting200
Online Edition for Part no. 01402978535 - II/17

Page:   < prev 1-10 ... 151-160 161-170 171-180 181-190 191-200 201-210 211-220 221-230 231-240 ... 300 next >